Fabelachtige informatie over mythen der mensheid 03 BOEKEN NIEUW BOEK VAN DE MAAND: Robert Bognar: Toneelschrijven is voor mij belangrijker dan al het andere Oud en nieuw op zee BON KUNST LEIDSE COURANT DONDERDAG 1 DECEMBER 1977 pagina 6 „Mythen van de Mensheid", het nieuwe boek van de maand, dat op 8 december in de handel komt (een uitgave van Kosmo s/Amsterdam, Heideland-Orbis/Hasselt; tot 8 januari 1978 32,50, daarna 59,50) is in vele opzichten een formidabel' werk. Het brengt op 320 pagina's in royaal formaat een unieke verzamelijg van meer dan 1300 illustraties, waarvan vele tiental len in voortreffelijke kleuren, een bijkans onuitputtelijk kijk boek over de vele manieren waarop mensen zich door de eeuwen heen beelden hebben gevormd over de geheimen van het menselijk bestaan en dat van de schepping rondom. Het onderwerp is niet gemak- dend ook, geenszins onbelang- kelijk, maar gaat wel iedereen aan. Een mythe is in de om schrijving van Van Dale een verhalende overlevering, die betrekking heeft op de gods dienst en de wereldbeschou wing van een volk, maar het woord mythe heeft ook een tweede betekenis, die feitelijk een andere is en ook een dui delijk andere gevoelswaarde heeft, die van „fabel", „een praatje zonder grond". En ter wijl mythologie een serieuze zaak is, omdat zij een samen hangend beeld kan geven van de opvattingen van een volk over grote gebeurtenissen in de vóór-historische oertijd, zoals de schepping van de go den en van de wereld, de wor ding van de mens en het einde der tijden, kijkt men in de fabel naar de luchtiger kant van de medaille, een verdichts el, een verzinsel. Mircea Eliade, nu hoogleraar in Chicago, eerder aan de Pa- rijse Sorbonne, de inleider van dit boek, dat door Yge Foppe- ma uit het Engels is vertaald, wijst terecht op het onder scheid dat men tussen mythe en fabel behoort te maken. De mythe is het „ware" verhaal, de fabel het „onware", de ver telling, hoe boeiend en beel- rijk (want wie zou b.v. de sprookjes van de mensheid willen missen?), maar toch van lichter gewicht dan wat in de mythologische overlevering als waarheid wordt ervaren, als kern van een geloof. De ware mythen van de mensheid kun nen dan ook niet als fabeltjes van tafel worden geveegd. Dat wordt in dit boek ook niet gedaan. Het informeert objec tief en laat het waarde-oordeel aan de lezer over. Nochthans is het niet ontkomen aan de voor de hand liggende verlei ding om over het grensgebied van de „ware" mythe heen naar hartelust rond te dolen in het rijk van de fabels en de aanpalende terreinen van sa gen, legenden en folklore. Dat heeft trouwens schitterend ex tra illustratiemateriaal opgele verd. De afbeeldingen zijn ver zameld door Emil Bührer, di recteur van de oorspronkelijke uitgever, McGraw-Hill, en van bijschriften voorzien door Det- lef-I. Lauf, hoogleraar in San Francisco en Zurich. Prof. Jo seph Campbell uit New York droeg een overzicht bij van mythologieën uit de gehele we reld, met kaarten van het ver spreidingsgebied, terwijl Ale xander Eliot voormalig kun- In een Chinese scheppingsmythe wordt verhaald hoe Pan-Koe voortuit kwam uit de chaos. Hij verdeelde de wereld in Jin (aarde) en Jang (hemel). Uit delen van zijn lichaam ontstonden de levende wezen en de elementen van de kosmos. stredacteur van „Time", de voornaamste auteur is van het beschrijvend gedeelte. Die veelheid van deskundigen heeft ongetwijfeld bijgedragen tot het uiteenlopen van de vi sies op het onderwerp, en de grenzen daarvan. Zo begint Campbell meteen al in de sfeer van „Er was eens..." en komt daarmee uiteraard in sprookjesland terecht, wat Eliade juist wil vehnijden. Voor de geïnteresseerde lezer behoeft dat overigens allemaal niet zo hinderlijk te zijn, want overrompelend blijft in de eer ste plaats de rijkdom van in formatie in woord en beeld, al lopen ook die niet helemaal gelijk op. In de tekst van Eliot liggen de zwaartepunten voor al bij de mythen van de oude Grieken, Indiërs en Chinezen, terwijl het kijkwerk bovendien uitvoerig is om over Egyptena- ren en Romeinen, Azteken, Kelten en Germanen. De verhalende overlevering van christenen, joden en isla mieten komt veel minder aan bod, al hebben die toch ook hun visie op de schepping van de wereld en van de mens en op het hiernamaals. Na die overlevering wordt ook wel verwezen - aards paradijs, zondvloed, toren van Babel etc. - maar Eliot kan niet ten onrechte hebben gedacht, dat over deze wereldgodsdiensten reeds voldoende andere actue le literatuur bestaat en moge lijk heeft hij zich ook verre willen houden van mogelijke misverstanden en discussies over wat als „Entmythologisie- rung" bekend is geraakt. Voor een handzaam boek kon er trouwens ook nauwelijks meer wat bij, want de lezer kijkt nu reeds zijn ogen uit op wat er wordt bericht over dit fundamenteel menselijk den ken dat zich van de oertijd tot ver in het dodenrijk heeft be wogen. Compleet met alle uitstapjes van de échte mythe tot en met de folklore gaat het in dit boek mede over zon, maan en ster ren, heksen, regenmakers en andere tovenaars, heilige die ren, draken en slangen, don der en bliksem, goden en go dinnen van de liefde en de vruchtbaarheid, de landbouw en de jacht, de geneeskunst en de visserij, maar ook over ko ning Arthur en de Tafelronde, de speurtocht naar de Graal en de omzwervingen van Odysseus, de werken van Her acles en de lotgevallen van Siegfried, Tristan en Isolde. De Griekse goden-stamboom vraagt zeven volle bontge kleurde pagina's en in kleur ook zijn vele reprodukties van met de mythologie verwante kunstwerken uit alle hoeken van de wereld. Informatief interessant en kunstzinnig boeiend als dit boek is, geeft het ook stof tot nadenken, al is het maar over de betrekkelijkheid van eigen inzicht in de kosmische werke lijkheid. En al lezende behoeft men ook niet te vrezen, door de vele bomen tenslotte het bos niet meer te zullen zien. Want door alle verschillen van zienswijze heen, tijd- en plaatsgebonden als zij blijken te zijn, dringt de gedachte op aan een gebied waaruit zoals Campbell schrijft „de gemeen schappelijke motieven afkom stig zijn", de bron „die de oorsprong is van alle goden, de openbaring van de diepste grond en het innerlijkste we zen van onszelf". En daarover hebben gelovige mensen dan toch weer hun eigen zeker- O. Alexander Eliot e.a.: Mythen van de mensheid. Uitg. Kos mos Amsterdam/Heideland Orbis Hasselt. Prijs tot 1 jan. '78 32,50, daarna 59,50. Fraai handboek voor fotografen De enige Engelse professor in de fotografie, John Hedgecoe, stelde een nieuw handboek sa men over alle aspecten van de fotografie. Het is een boeiend college geworden, 352 pagina's lang met ruim 1200 foto's en tekeningen, overzichtelijk per onderwerp ingedeeld en fraai van vormgeving. In 12 hoofdstukken worden 600 onderwerpen behandeld die zeer veel tips en goed vergelij kingsmateriaal bevatten. Na een uitgebreid overzicht van be schikbare apparatuur waarin o.a. de werking van diverse ca mera's wordt uitgelegd volgen hoofdstukken over films en het ontwikkelen daarvan in zwart wit en kleur. Hierna komt het echte fotograferen aan de orde in al zijn facetten, van macro- tot modefotografie, van opna men tegen de zon in tot fotogra feren bij maanlicht Speciale aandacht is er ook voor donkere—kamer—technie ken als solarisatie, montage, vig netteren en retoucheren. Het is slechts een kleine greep uit dit boek dat vooral door de vele fraaie foto's van de auteur de beginnend amateurfotograaf zal prikkelen om de camera ter hand te nemen om het geleerde in praktijk te brengen. Een hoofdstuk over analyseren van gemaakt fouten bij opname, ontwikkelen of afdrukken zal daarbij zeker van pas komen. Een fraai handboek, interessant Terence Rattigan overleden LONDEN (ap) Op 66-jarige leeftijd is woensdag in zijn wo ning op de Bermuda eilanden na een langdurige ziekte overle den de Britse toneelschrijver sir Terence Rattigan, van wiens hand internationale successen als „Separate tables", „The Browning version" en „The win- slow boy", afkomstig waren. Zijn meer dan 50 toneelstukken en scenario's beheersten de film- en theaterwereld geduren de 40 jaar. De in Kent geboren Rattigan begon toneelstukken te schrijven toen hij moderne ge schiedenis studeerde aan de Universiteit van Oxford. Zijn eerste succes, „French wit hout tears", werd in 1936 opge voerd toen hij 24 jaar oud was. Rattigans stukken zijn over het algemeen vrij oppervlakkig, maar ze boeien door de virtuose technische vaardigheid waar mee ze zijn geschreven. Hij schreef ook oorspronkelijke filmscenario's voor b.v. the way to the stars (1945), the vip's (1963) en the yellow rolls royce (1965). Terwijl veel van zijn to neelwerken werden verfilmd. In de Haagse Kunstkring, Den- neweg 64, wordt op zondag 4 december een koffieconcert ge geven door Rita ten Boske en Elisabeth Langen violen, Erna Klooster altviool, Riek Hoen cel lo en Hans Wallin piano. Op het programma staat een kwartet van Haydn en een quintet van Schumann. In het Koninklijk Conservato rium, Korte Beestenmarkt Den Haag wordt op dinsdagmiddag 6 december een voordrachtsoe fening - barokmuziek voor 1 of 2 fluiten - gegeven door Donna Hubregtse en Stephen Schultz. 'Galerie Mokum te Amsterdam herdenkt op 6 december het feit dat Sal Meijer honderd jaar ge leden werd geboren. De galerie, die een groot aantal werken van Meyer uit diens nalatenschap bezit, opent op die dag een ten toonstelling met werk van de schilder en geeft tevens een spe ciale nadruk uit van een van zijn meest bekende etsen: De Portugese Synagoge. Volksmuziek en volksinstru menten in Europa, de serie con certen in het Haags Gemeente museum, wordt zondagmiddag 4 december voortgezet met een optreden van Oisin, een groep, van vijf Ieren. Er wordt een veelzijdig en afwisselend pro gramma ten gehore gebracht van de traditionele volksmuziek uit Dublin en omgeving. Galerie d'Eendt, N. Z. Voor burgwal 306 Amsterdam, toont van 2 december - 4 januari sculpturen in marmer van Li Ci Men uit Hongkong, werk van de Britse schilders Victor Pasmore en John Piper en sieraden van de Chileense kunstenaar Carva- jal en van Galanne. Voor de derde maal bieden wij onze lezers weer de mogelijkheid om oud en nieuw midden op de Noordzee te vieren. Op een van de luxueuze schepen van North Sea Ferries. Snel boeken is geboden, ook al, omdat het aantal gasten gelimiteerd is, zodat een correcte bediening gegarandeerd kan worden. Het programma is als volgt: Zaterdag 31 december 16.00 uur: Inschepen Beneluxhaven Europoort 17.00 uur: vertrek richting Noordzee 18.00-20.00 uur: uitgebreid diner (zalm, paling, wijn) 20.00-23.30 uur: dansen in de Snug Bar, de Forward Lounge en de Continental Lounge. Op muziek van The New Orleans Syncopators, een dansorkest en een ham mondorganist. 23.50 uur: verzamelen in het restaurant 24.00 uur: de flessen champagne worden ontkurkt voor een toast met kapitein en officieren. Daarna vuurwerk. Zondag 1 januari 00.30 uur: voorzetting van het feest in Snug Bar, Continen tal Lounge en Forward Lounge. 09.00-11.00 uur: ontbijt 11.00 uur: ontscheping. Deze oud-en-nieuw-party-op-zee, inclusief hutaccommoda tie bieden wij u aan voor dezelfde prijs als vorig jaar: 150,— p.p. Voor de drankjes aan boord betaalt u belastingvrije prijzen. Er moet met Engels geld betaald worden. Wie niet met eigen vervoer naar Europoort komt kan gebruik maken van de bus, die op Oudejaarsdag om 14.30 uur vertrekt vanaf het Centraal Station in Rotterdam (busstation, haltepaal N). Deze bus rijdt zondag ochtend, na aankomst in Europoort, in omgekeerde richting. Na aanmelding van de boeking, d.m.v. onderstaande bon, ontvangt u de bevestiging en het informatiemateriaal over de reis. Na ontvangst van de betaling worden uw reisdocu menten toegezonden. Voor alle inlichtingen: North Sea Ferries, afd. passage, mej. J. Kriboo, tel. 01819-62077. Noteer mij/ons als deelnemer(s) aan de „Oud-en-nieuw- party-op-zee" op 31 december 1977 en 1 januari 1978 voor de prijs van 150,- per persoon. Naam: de heer/mevr./mej Adres: Woonplaats: Telefoon (eventueel): Aantal personen: Handtekening: Ik (wij) maak (maken) wel/geen gebruik van het gratis busvervoer van C.S. Rotterdam naar Europoort v.v. Stuur de bon naar: North Sea Ferries, Postbus 1123, Rozenburg. Op de envelop in de linkerbovenhoek vermelden: „Oud-en- nieuw-party". Postuum eerbewijs voor Elvis Presley Hollywood (UPI) Elvis Presley is door de „Academie van, revue- en cabaretartiesten" in Hollywood postuum benoemd tot „Mannelij ke musical ster van het jaar". De zanger, die in augustus overleed, zal worden geëerd op de zevende jaarlijkse show voor de uitreiking van vermaaksonderscheidingen, die a.s. zondag door NBC-televisie wordt uitgezonden. „Vrouwelijke musical ster van het jaar" is Juliet Prowse. Zij trad naast Presley op in de film „G. I. Blues" uit 1960. DEN HAAG - Vraag schrijver Robert BognAr naar de inhoud van z'n door de Haagse Comedie in het HOT- theater in première te brengen stuk, en je hoort: „Sorry, we willen niets over de gebeurte nissen in „Spoorloos" vertellen, omdat we bang zijn daardoor emotionele bindingen van het publiek met het stuk bij voor baat onmogelijk te maken". Re gisseur Christiaan Nortier gaat iets verder: „Goed, we willen alleen het thema kwijt. Het gaat over woonwagenbewo ners, zigeuners. Mensen die vol gens onze wetten niet-normaal zijn. Het is niet helemaal mi lieu-gebonden, het gaat dieper. Het gaat over mensen, hun emotionele communicatie met elkaar, mensen die wel „in or de" zijn en ie niet". van Cees Wolf rat HAAGSE COMEDIE SPEELT NEDERLANDS DEBUUT „SPOORLOOS" „Spoorloos" is een al bij voorbaat al met veel publiciteit omgeven première bij de Haagse Comedie, want Robert Bognér (31) is een volkomen onbekende op toneel schrijfgebied, die door z'n dagelijkse baan bij de Ilelderse Plantsoenendienst al me teen stereotype serie opmerkingen op zich af zag komen als „Hé, bij de plantsoenen dienst? En dan een stuk schrijven?" Schrij ven is voor hem een noodgedwongen naar de „vrije tijd" verwezen bezigheid. Via het Amsterdamse Centrum voor Dramaturgie kwam hij in contact met de Haagse Come die en daar stellen ze het nu al prijs om een volgend werk van hem eveneens te spelen. Robert Bognér (zijn niet-Neder- lands klinkende naam heeft hij te danken aan een Hongaarse vader die aan het eind van de Tweede Wereldoorlog als kind naar Nederland kwam): „Ik heb inmiddels het gevoel gekregen dat toneelschrijven voor mij belangrijker is geworden dan al het andere. Toneel is vreselijk direct en terwijl ik met alle andere werkwijzes nog wel eens moeilijkheden kan hebben met beschrijvin gen en hoe je iets opzet, vloeit bij mij in de toneelvorm de dialoog uit m'n pen. Niet dat het meteen allemaal perfect is, maar het kost me geen moeite". Christiaan Nortier, de jonge regisseur die naam maakte via enkele voorstellingen bij Toneelgroep Centrum, daar uit wezenlijke onenigheid met Peter Oosthoek over de werkwijze verdween en sindsdien o.a. Bernliefs „Deuren" en dit seizoen het bij zonder succesvolle „Jan Rap en z'n maat" in scène zette, beaamt die geschiktheid van Bognir voor toneel alleen maar: „Robert Bognir heeft een fascinerend stuk geschre ven met karakters die gigantische identifi catiemogelijkheden voor het publiek bie den. In dialogen die niet alleen maar zeg gen wat de personen in het stuk bedoelen, maar de acteurs in staat stellen te spelen wat er achter die woorden staat En niet alleen omdat hij toevallig een Nederlands Auteur is, zeg ik dat. Een Spanjaard, een Engelsman, dat maakt voor mij met uit. Hij geeft het publiek de mogelijkheid ken nis te maken met mensen waar ze geen ervaring mee hebben. Dat heeft niets met klassen of standen te maken, dat gaat veel verder. Hij heeft figuren neergezet die er uit knallen, die onmiddellijk herkenning oproepen". Financiën Robert Bognlr: „Ik ben zoveel mogelijk bij de voorbereidingen voor de première van mijn stuk geweest. Ik heb daar ontzettend veel van geleerd. Teksten heb ik ook ver anderd ais dat moest, want in de praktijk kan je pas merken of een dialoog niet werkt, of beter kan. Ik ben, en dat is misschien in Nederland niet zo'n normale zaak, iemand voor wie die toneeltekst uit gangspunt is en niet een voldongen literair feit De Haagse Comedie heeft twee maan den m'n salaris overgenomen en me zo vrijgemaakt voor dit werk. Aangezien ze meer werk van me willen, hadden ze me zelfs langer in dienst willen houden maar daar heb ik voor bedankt. Een prima mogelijkheid op zichzelf natuurlijk, maar op een gegeven ogenblik moet je toch weer aan je normale werk. Want van toneel schrijven alleen valt niet te leven. Schrij ven doe ik in de avonduren en de week ends". Een in Nederland normale zaak die Christiaan Nortier na de repetitie nog even tot verontwaardiging brengt: „Dat is het belachelijke van ons subsidie-systeem. Ge zelschappen worden volkomen gesubsi- deerd, van de acteur die door omstandig heden soms maar een paar rollen per jaar kan spelen en verder compleet verzorgd is, tot en met kapper, grimeur, schouwburg- portier en kaartjesscheurder. Maar voor de schrijver, die in feite de basis is waarop alles draait, is dat niet zo". Robert Bognór: „Over de Haagse Comedie die heb ik niets te klagen. Over de financiën wel. Je krijgt drieduizend gulden voor een stuk. Hoe lang kan je daar van leven?" Over het „hoe" van zijn regie zegt Chris tiaan Nortier: „Ik heb geprobeerd naar een fotografisch realisme te werken, zoals dat van een Kienholz bekend is. Ik heb gepro beerd de acteurs niet te laten „doen alsof", maar een hevige graad van echtheid te laten bereiken. Geen realisme in de zin dat het publiek moet „vinden" wat op het toneel gebeurt Nee, politiserend of bele rend wil ik niet zijn. Ik wil alleen dat het publiek eindelijk zélf iets gaat vinden. Dat het z'n eigen mening vormt"BEHT JANSMA voor de beroepsfotograaf en aanbevolen als leerboek en na slagwerk voor de amateur die het vak onder de knie wil krij gen. Moderne fotografie. Auteur; John Hedgecoe. Uitg. Het Spec trum, prijs 55,— WMKtERPRWS Geschiedenis der Nederlanden Het thans verschenen en weer rijk gëillustreerde tweede deel van de Winkler Prins Geschie denis der Nederlanden behan delt de geschiedenis van Noord en Zuid (politiek, sociaal-econo misch, kerkelijk en cultureel) van circa 1500 tot 1780. Een zeer essentiële periode in onze vader landse geschiedenis, waarin im mers onder Karei V de 7 provin ciën verenigd werden, onder Willem van Oranje de heroïsche strijd tegen de Spaanse over heerser werd gevoerd en de ge boorte plaats had van de zelf standige Republiek, die zich daarna ontwikkelde tot een van de leidende mogendheden van Europa, zowel politiek als in economisch en cultureel opzicht De opstand tegen Spanje en de uitbouw van de republiek wor den knap beschreven door prof. dr. I Schöffer, hoogleraar in de vaderlandse geschiedenis in Lei den. De opzet van deze driedelige Winkler Prins is, de geschiede nis van ons land te beschrijven in samenhang met die van Bel gië en Luxemburg; we hebben immers enkele malen een poli tieke eenheid gevormd. De scheiding van Noord en Zuid, om politieke en gods dienstige motieven, valt in de in deel 2 beschreven periode. De geschiedschrijving hiervan komt voor rekening van de Bel gische auteurs prof dr H. v.d. Wee, prof dr Baelde en drs H. Houtman-de Smedt. Deel 3, de periode 1780 tot 1970, verschijnt volgende maand. Winkler Prins Geschiedenis der Nederlanden. Uitg. Elsevier. Prijs per deel 74.50. Natuurgebieden In contbinatie met het boek „Geef om de natuur", dat de gelijknamige actie van het We reld Natuur Fonds Nederland begeleidt, is een boek versche nen dat twaalf Nederlandse na tuurgebieden beschrijft onder de titel „Logboek Natuur". Met behulp van schitterend foto werk wordt een beeld geschetst van het eigene van de twaalf natuurgebieden, hun bewoners en plantengroei. Typische voor beelden daarvan worden in de kantlijn afzonderlijk behandeld. Bovendien is elk hoofdstuk voorzien van een kolossale, twee pagina's grote luchtopname, be dekt door een transparant dat wetenswaardigheden over het getoonde vermeldt. In de be schrijvingen is gestreefd naar een combinatie van belletrie en feitelijke informatie. Daarin zijn de drie schrijvers, Teun van den Berg, Aad van der Mijn en Dick Schaap, uitstekend geslaagd. De twaalf behandelde natuurgebie den zijn: de Wadden, het bos in Drenthe, Kampereiland, de Overijsselse heuvelrug, het drie- stromenland van Loevestein, de Nieuwkoopse Plassen, het Ud- delermeer, de Geul, de Peel, de venen van Eirnewoude, de Oos- terschelde en de Bergense dui nen. Het boek is een nieuwe natuuruitgave van de Amro- bank, die al eerder bij de keuze van haar uitgaven de gebaande paden verliet en iets bijzonders het licht liet zien. Het boek is verkrijgbaar voor nieuwe spaar ders van die bank en via de boekenclub Wereldnatuurboe- ken van het Wereld Natuur Fonds Nederland. Logboek Natuur, een verken ning van twaalf Nederlandse natuurgebieden. Uitg. Amro- bank. Prijs 12,50 22.90 via Wereld Natuurfonds)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 6