Ab Krook
blij met rust in
dameskernploeg
Joke van Rijssel staart
zich niet blind op succes
Bestuurslid FIM Jaap Timmer wil pleiten
voor veiligheid op de motorcircuits
„Na dit
seizoen
bezien of
ik er
mee
doorga"
SPORT
LEIDSE COURANT
VRIJDAG 25 NOVEMBER 1977 PAcf
OUD-LOOSDRECHT Het da-
messchaatsen in Nederland lijkt
weer de goede kant op te gaan.
Nadat ons volkje jarenlang de
succesvolle verrichtingen van
Stien Baas-Kaiser en Atje Keu
len-Deelstra kon bejubelen werd
het in de daarop volgende periode
geconfronteerd met een dubbele
strijd van de nationale damestop:
op het ijs en met de mond. De
onderlinge verhoudingen waren
bepaald niet zoals ze behoorden
te zijn, wat zijn weerslag ook
vond in de prestaties.
Sinds vorig seizoen is het echter
opmerkelijk rustig geworden in de
damesploeg. De schaatssters kwa
men alleen in de publiciteit als er
voor knappe tijden was gezorgd.
Eén van de redenen is ongetwij
feld het aantrekken van Ab Krook
als trainer van de damesselectie
geweest. Wat zijn recente voorgan
gers niet voor elkaar kregen lukte
de Loosdrechter wel: het forme
ren van een ploeg die in de breed
te kon concurreren met het bui
tenland en daarnaast het zorgen
voor een goede sfeer om het sei
zoen succesvol te doen verlopen.
Ab Krook over zijn eerste jaar als dame
strainer: „Het was natuurlijk moeilijk om
voor zo'n eerste jaar een doel te stellen.
Je wilt natuurlijk dat alle dames zo hard
mogelijk rijden. Maar ik kan niet zeggen
dat ik bijvoorbeeld per sé een derde plaats
bij het WK-sprint wilde halen. Het is alleen
maar mooi dat dat wel is gelukt. Het hangt
allemaal van zo veel factoren af. Neem
Sijtje maar eens bij de WK voor allroun-
ders in Keystone. Daar kon ze gewoon veel
beter. Maar bij de WK sprint in Alkmaar
deed ze het wel goed. Terwijl ze voor de
lange afstanden toch de meeste mogelijk
heden heeft. Wat ik me vorig jaar wel tot
doel stelde was te komen tot een sterke
ploeg. We moeten niet steunen op één
rijdster die met kop en schouders boven
de anderen uitsteekt. Internationaal zien
we ook dat het damesschaatsen vooruit
gaat, in de breedte. Neem landen als Ame
rika, Rusland, Canada en Oost-Duitsland
maar eens. Stuk voor stuk naties die een
ploeg met vier gelijkwaardige rijdsters op
de been kunnen brengen. Voorheen, en dat
was in Nederland ook zo, denk maar aan
Stien en Atje, was er vaak één schaatster
die ^stukken sterker was dan de overige;
dat is de laatste jaren veel minder het
geval. Je kunt dus gerust stellen dat het
damesschaatsen meer gestalte krijgt".
Medailles
Nederland is met die nieuwe ontwikkeling
meegegroeid, want zowel bij het WK voor
allrounders als bij het WK voor sprinters
zorgde de damesploeg van Ab Krook voor
goede prestaties. Nederland, dat bij het
sprinten voor dames nog niet bij de top
behoorde, viel vorig jaar zelfs in de me
dailles. Haitske Pijlman nu inmiddels
Haitske Valentijn, veroverde de derde
plaats. Daarnaast kon Ab Krook tot de
conclusie komen dat zijn tweede doelstel
ling, de damestop breder maken, in het
eerste jaar al geslaagd was. Zowel in
Keystone als in Alkmaar kon Nederland
een maximum aantal rijdsters (vier) af
vaardigen en eindigden in Keystone drie
en in Alkmaar vier rijdsters bij de eerste
twaalf.
Met Sijtje van der Lende, Haitske Valen-
tijn-Pijlman, Joke van Rijssel, Ina Steen-
bruggen, Annie Borckink en Klaske Meijer
heeft Ab Krook zich dit seizoen in rustige
omstandigheden kunnen voorbereiden op
komende grote wedstrijden. Ab Krook:
„We hebben tot nu toe redelijk kunnen
trainen. We zijn naar Inzeil geweest, waar
bepaald geen super omstandigheden waren,
maar desondanks ben ik toch tevreden. De
sfeer is ook goed. Onderlinge rivaliteit is
gewoon gezond. Maar je moet niet vergeten
dat je een lang seizoen moet maken met
dezelfde groep. En als je goed voor de dag
wilt komen moet je in een leefbare sfeer
kunnen werken".
Basis
Die werksfeer moet dan onder meer de
basis zijn yoor een goed seizoen, dat wat
internationale ontmoetingen betreft, ei
genlijk dit weekeinde gaat beginnen met
sprintwedstrijden in West-Berlijn. Daarna
komen er nog veel toernooien waarin de
Nederlandse schaatssters zich ten opzichte
van de internationale concurrentie kun
nen bewijzen, de finale is gepland in het
eerste weekeinde van maart 1978: het
wereldkampioenschap allrounders in de
Finse hoofdstad Helsinki. Een behoorlijk
lang seizoen dus.
Ab Krook: „Het is inderdaad een tamelijk
lang seizoen. Dat betekent dat ik moet
proberen dat de dames voor een lange
periode goed gemotiveerd zijn. We kunnen
het ons niet permitteren bijvoorbeeld pas
half januari de puntjes op de i te zetten.
We moeten ook de komende wedstrijden
tot prestaties komen, die aanvaardbaar
zijn. Dat is dan in West-Berlijn, de Dynamo
Cupwedstrijden en de Interland Neder
land—Rusland".
Twee jaar
Vorig jaar besloot Ab Krook bij zijn start
als trainer van de dames kernploeg een
verbintenis van twee jaar aan te gaan. Aan
het eind van dit seizoen zal de Loosdrech
ter beslissen of hij ermee stopt of dat hij
nog een tijdje door zal gaan. „Ik heb vorig
jaar bewust ervoor gezorgd dat ik voor een
periode van twee jaar de damesploeg on
der mijn hoede kreeg. Vier jaar zou ook
mogelijk zijn geweest, maar dat vond ik
te lang. Er is namelijk een complex van
factoren dat straks moet bepalen of je
doorgaat of niet. In de eerste plaats moet
het werk je bevallen. Als je voor vier jaar
tekent en halverwege blijkt dat je er geen
zin in hebt, kunnen er alleen maar proble
men komen waar niemand mee gediend is.
In de tweede plaats moet het uit privé
oogpunt nog kunnen kloppen. Het kan zijn
dat ik na twee jaar merk dat de combinatie
trainer-gezin niet vol te houden is. Dan is
het alleen maar prettig wanneer je als
vrienden uit elkaar kunt gaan. En de derde
reden is mijn werkgever. De mogelijkheid
bestaat dat hij straks zegt dat ik niet zo
veel vrije tijd mag nemen. Want dat gaat
ten koste van zijn bedrijf. Ik heb het nu
nog goed getroffen. Als ik weg ben, en dat
Ab Krook met één van zijn pupillen, Haitske Valentijn- Pijlman.
gebeurt nogal eens, neemt mijn baas ni^er<
werkzaamheden over. Hoewel hij besLjg,
geen schaatsliefhebber is, ziet hij inr
huidige situatie geen bezwaren, hoe onei ric
nomisch het ook voor hem is". im
Full-time "md
Een oplossing zou misschien kunnen j?jSC!
de damestrainer een full-time job aanr11 1
bieden. Volgens Ab Krook heeft een 6
gelijk idee weinig kans van slagen. Jerer
nancieel zou het al moeilijk te realisefwaf
zijn. Want dan moet je niet alleen vin ki
de dames een full-time trainer nemfove
maar ook voor de heren en voor de spr[_
ters en misschien ook wel voor J«
Oranje. Nee, dat wordt een te kostbi
zaak jutP
„Je moet niet vergeten dat je alleen in|"^
wintermaanden erg actief bent In de j
mer zijn er droogtrainingen, vergadering
en dergelijke. Daar gaat niet zo veel
in zitten. En wat moet een full-time trai
na zijn werkzaamheden bij de schaatsbi
doen? Ik vind een periode van
lang genoeg om ergens als trainer te
ken. Wat moet ik daarna? Het is niet zi
in de voetballerij. Als je daarin als tr:
naam hebt gemaakt kun je zo bij
andere vereniging komen. Bij het schi
sen ligt zo iets een stuk moeilijker".
Over die zaken kan Ab Krook zich n)
al te druk maken. Hij moet zich concenti
ren op het al lang begonnen schaatsa
zoen, waarin na de noodzakelijke condin"
trainingen het grote werk op het ijs ga-
beginnen. De damestrainer kan nu well
alle rust met ambitieuze dames aan h
werk en daarom misschien heeft Ab Kroj
het zo naar zijn zin. „Want", zo zegt
„Ik heb er echt veel plezier in. Dat mi
ook wel, want anders is dit niet vol
houden".
Co Buysi
f.K
Voor Joke van Rijssel wordt het een
een plaats in de kernploeg te hebben
belangrijk seizoen. Zij wil aantonen niet voor niets vorig seizoen
gekregen.
BERGUM Het vorige seizoen is
voor Joke van Rijssel bijzonder
hard geweest. Tot twee keer toe
werd de 22-jarige Noordhollandse
Friezin, toen ze op het punt stond
voor een goede prestatie te zor
gen, geconfronteerd met een dra
matische gebeurtenis. Het begon
tijdens de nationale kampioen
schappen op de Asser kunstijs
baan Drenthe, toen zij na haar
tweede afstand (1500 meter) op de
eerste plaats in het algemeen
klassement stond. Nadat Sijtje
van der Lende haar voorbij was
gegaan, kreeg de in Bergum
woonachtige schaatsster te horen
dat haar vader plotseling was
overleden. Begrijpelijk kwam zij
de tweede dag niet meer in actie.
Bij het WK voor allrounders in het Ameri
kaanse Keystone leek het opnieuw goed te
gaan. Een val maakte echter aan alle
illusies een einde. Dank zij haar goede
lange afstanden kwam Joke van Rijssel
toch bij de laatste zestien, maar door die
val zat er niet meer dan een zestiende
piaats in. Die gebeurtenissen hebben er
voor gezorgd dat Joke van Rijssel dit
seizoen vroeger is begonnen dan in-voor
gaande jaren. De jonge Friezin: „Ik ben
dit jaar al heel vroeg begonnen met trai
nen. In april heb ik veel aan mijn conditie
gedaan. Daarna heb ik veel aan atletiek-
sport gedaan. Ik wil nu een goed seizoen
maken. Of het lukt is punt twee, maar ik
heb er wel veel zin in".
Joke van Rijssel werd nogal eens met
uitspraken geconfronteerd die haar tame
lijk boos maakten. Voor die mensen die
aan haar capaciteiten twijfelen wil ze de
komende maanden goed voor de dag ko
men. „Na het kampioenschap in Assen
hoorde ik vaak dat ik via een achterdeur
in de kernploeg ben gekomen. Men dacht
dat de bond het gebeuren daar zo zielig
voor me vond, dat ik zo maar een plaats
in de kernploeg kreeg. Dat was beslist niet
waar. Want in het vorige seizoen heb ik
toch voor goede tijden gezorgd. Bovendien
stond ik na de eerste dag in Assen wel
op de tweede plaats".
Beseffen
Na dat schaatsseizoen begon Joke van
Rijssel te beseffen wat er allemaal was
gebeurd. De Bergumse: „Door al die wed
strijden en de vele trainingen had ik
eigenlijk geen tijd om er bij stil te staan.
Na het seizoen werd het wat het schaatsen
betreft een stuk rustiger. En toen kwam
de klap eigenlijk. In die periode heb ik
veel nagedacht. Maar de tijd gaat door.
Dat is ook een reden dat ik zo vroeg ben
begonnen met trainen".
De Joke van Rijssel is veranderd. In plaats
van een wat onzeker ogend schaatsstertje
is zij nu een topsportster die zelfbewust
overkomt. „Door al die dingen leer je veel.
Je wordt er hard door. En natuurlijk krijg
je meer ervaring in bepaalde zaken. Toen
ik het eerste jaar in de kernploeg zat werd
ik eruit gereden. In die tijd was ik -nog
wat onder de indruk van alles wat ik zag.
Opeens stond ik zelf tussen al die groten
in de schaatssport. Het tweede jaar (vorig
jaar dus) ging het stukken beter. Ik heb
veel pech gehad, maar ik raakte niet meer
zo geïmponeerd-. Maar als het een poosje
niet goed ging, begon ik meteen aan mezelf
te twijfelen. Nu in het derde jaar is dat
helemaal voorbij. Als ik een tijdje slecht
rijd, word ik niet zo zenuwachtig. Ik maak
n d
me er niet druk om. Iedereen heeft \^gQ
eens een periode dat het minder gaat. jnb,
dat zal ik ook wel eens krijgen. Bovendian
leer je de betrekkelijkheid van de topspin
inzien. Als je voor goede tijden zorgt k%rg.
je volop in de publiciteit te staan. Waaai
je laatste, dan is iedereen je zo verget^ouc
Daarom zal ik me ook niet blind staryen£
op successen". >g a
Nieuwe periode g>T
Met de verhuizing van Hoorn naar I
Friese plaatsje Bergum heeft Joke v ,wj
Rijssel een nieuwe periode ingeluid. Atnt
het einde van het vorige seizoen al en o£]e,
bij de aanvang van het huidige (IJsselcuirt[
wedstrijden) heeft Joke van Rijssel zi ,]e;
op de voorgrond geplaatst et0
„Voor het schaatsen is die verhuizing goLes'
geweest. De trainingsmogelijkheden zi)lk
hier beter. De concurrentie is ook grofc^,
Het is een groot verschil of ik bij
training tegen Sijtje van der Lende rijf—
of tegen een regionale schaatsster". mm
Voor Joke van Rijssel is een belangri
seizoen van start gegaan. Zij heeft er
veel voor gedaan om dit jaar een geslaagi ft
greep naar de macht te doen. Het belan 1
rijkste echter moet nog komen. Dat zij
de wedstrijden zelf. Bovendien kan h
misschien één van de laatste jaren zijn d
de Friezin op topniveau de schaatsspo
beoefent. Een reden te meer om een ster
seizoen te maken. „Ik heb nog geen ide
hoe lang ik door zal gaan. Ze zeggen wl
eens dat je rond je 27ste jaar pas aan
top komt. Ik denk niet dat ik zo lang
schaatsen. Ik hoop nog een paar jaar doc D
te gaan. Dat hangt van zo veel dingen a k(
Als ik iets doe, wil ik het met honder re
procent inzet doen. En kan dat niet, dag(
stop ik ermee". ii(
CO BUYSMA
4\l
(Van onze sportredactie)
ASSEN Een uitermate belang
rijke official, zo mag Jaap Tim
mer tegenwoordig zeker worden
betiteld. De 38-jarige Assenaar is
- zonder dat daaraan overigens
veel ruchtbaarheid is gegeven -
doorgedrongen tot één van de
meest invloedrijke posten in de
internationale motorsportorgani
satie, de FIM. Tijdens het onlangs
in Venezuela gehouden congres is
hij gekozen tot voorzitter van de
wegrace-commissie. Nederland
heeft daardoor opnieuw een ver
tegenwoordiger op hoog bestuur
lijk niveau. Met vooral Adje Pau-
len (president van de internatio
nale atletiek federatie, de
I.A.A.F.) behoort Jaap Timmer
tot de Nederlanders die onze
sport internationaal aanzien kun
nen geven.
tellend, autobedrijf onlangs ook nog is
benoemd tot voorzitter van het bestuur van
de stichting Circuits van Drenthe. Voeg
daarbij het feit dat hij eveneens als prae-
ses van de zogenaamde TT-commissie
.functioneert het duidelijk is dat zijn kwali
teiten wel vaststaan.
Met de komst van Jaap Timmer is de üjn
Piet Nortier, Henk Burik min of meer
doorgetrokken. De twee laatstgenoemden
hebben op de FIM-bres gestaan in tijden,
waarin gepionierd moest worden en waar
in de motorsport een turbulente ontwikke
ling kende. Jaap Timmer zwaait de voorzit
tershamer in een fase, waarin het vooral
op het continueren aankomt. En hoewel hij
tal van plannen heeft, staat nu reeds vast
dat hij geen eenvoudige taak heeft.
Een situatie waarover de Nederlandse
sportwereld verheugd mag zijn. Het
spreekt voor zich, dat Timmer in zijn
nieuwe functie beter dan wie ook de natio-
nale grand-prixbelangen kan behartigen. OpSPlltSGn
En dat zal zeker gebeuren, omdat deze
directeur van een druk, 53 werknemers De oorzaak daarvan ligt verborgen in de
omstandigheden. In 1973 is besloten de
internationale sportcommissie op te split
sen in een belangengroep voor de wegrace,
één voor de motorcross en eén' voor de
baansport. De geweldige belangstelling die
met name de wegracerij treft, maakt deze
commissie zonder meer tot de organisatie
die de meeste aandacht krijgt. Een com
missie ook, waar de opmerkelijkste zaken
aan de orde komen.
Desondanks zijn de voorgangers van Jaap
Timmer, de Oostenrijker Schneider, de
Italiaan Mario Paglia en de Ier McMaster
er niet in geslaagd een duidelijke beleid
slijn aan te geven. „Maar", zo haast Jaap
Timmer te melden, „dat mag die mensen
niet worden verweten. De FEM is geen
tovermiddel. Er zijn gewoon te veel proble
men om alles maar even te regelen. De
leden van de commissie zien elkaar bij
voorbeeld te weinig. En als het dan toch
zover is, moet in een korte periode veel
worden besproken. Ook weer niet zo een
voudig omdat de taalbarrière een vlotte
afhandeling van zaken dikwijls in de weg
staat.
Bovendien heeft het secretariaat in Genève
slecht gefunctioneerd door ziekte van de
werknemers. Tevens wordt door verschil
lende vertegenwoordigers tijdens een con
gres ook nog de nodige politiek bedreven,
waardoor met de verkiezingen vaak veel
tijd is gemoeid."
Ondanks deze negatieve punten heeft Jaap
Timmer na enig aarzelen zijn benoeming
aanvaard. Vol goede moed en vol overtui
ging is hij bereid de problematiek aan te
pakken. „Er zijn tal van problemen waar
aan weinig is gedaan. Ik vind dat er
bijvoorbeeld rekening moet worden gehou
den met de belangen van de profs in de
sport."
„De reglementen mogen dan alleen deelne
mers kennen, daarmee zijn wij er natuur
lijk niet Voorts zal er een continue bevor
dering van de veiligheid moeten komen.
Dat moet weer geschieden in overleg met
alle partijen. Niet alleen met de organisato
ren en de rijders, maar ook met de fabri
kanten van de machines. Onderkend zal
echter moeten worden dat het vernieuwen
van circuits vaak een onmogelijke zaak is.
Aan de andere kant mag niet worden
verwacht, dat er minder snelle machines
worden gebouwd. Dat is niet interessant
voor de fabrikant. Toch moet er voor
worden gezorgd, dat de rijder een redelijke
kans heeft om er bij een val ongedeerd
vanaf te komen."
Aandacht
Met name voor deze aangelegenheden zal
Jaap Timmer de aandacht vragen. Eind
november, begin december, zal in Brussel
al een werkgroep bijeenkomen die zich
met de toekomst van de wegracerij bed
zal houden. Leidraad daarbij is een dot
Jaap Timmer samengesteld rapport.
„Er moet veel veranderen. Niet alleen te
aanzien van de veiligheid, maar ook bil
voorbeeld met betrekking tot de opzet va
de wereldkampioenschappen. Er zijn er i»
teveel. Veel mensen zien door de bomfl
het bos niet meer. Het simpelste is nu'
schien de 750 cc race bij de Grand Pri
te duwen. Waarschijnlijker is echter dat e
een Grand Prix-circus komt met minde
klassen. Daarnaast zal er een ontwikkeling
moeten komen naar een categorie val
wereldkampioenschappen die wordt be
twist met standaardmachines. De 750 0
races zouden ook kunnen worden samen
gevoegd met de lange afstandsraces. Den
wedstrijden stijgen in populariteit. Ook bi
de fabrikanten die op deze manier mf
normale machines een uitstekende promo
tie kunnen maken."