In Delfts Prinsenhof prevaleert kwaliteit Overjarige eend lijkt geschikt voor eeuwige consumptie KUNST EN ANTIEKBEURS NU VOOR DE 29STE MAAL Het Nederlandse gezicht van Donald Duck KUNSTLEIDSE COURANT DONDERDAG 13 OKTOBER 1977 PAGINA Sinds 1952 wordt de Nederlandse tijdschrif tenwereld geteisterd door een driftig snate rende eend die deze maand weliswaar een 25-jarige leeftijd bereikt waarop het pu bliek zijn soortgenoten verachtelijk links zou laten liggen, maar die inmiddels bewe zen heeft geschikt te zijn voor eeuwige consumptie. Hij heet Donald Duck, je zou hem door de manier waarop hij almaar in de valkuilen van het dagelijks leven tui melt de getekende voorloper van de even drukke Louis de Funes kunnen noemen en hij voert persoonlijk een tijdschrift vol stripfiguren aan dat zipi naam draagt en dit jubileumjaar zelfs een oplaag van boven de 400.000 haalde. Ware Historici onder de stripliefhebbers zul len onmiddellijk de wenkbrauwen fronzen: Donald Duck is ouder. Jawel, Om precies te zijn had hij al de aanminnige leeftijd van achttien jaren bereikt toen hij in tijdschrift- vorm in Nederland opdook. Donald Duck werd onder de hoede van wijlen Walt Disney geboren in 1934, toen hij in een tekenfilm die „The little wise hen" verscheen. Wie z'n eigenlijke vader was is zoveel jaar na dato niet meer uit te maken, maar het was zeker niet tekenaar-zakenman Walt Disney zelf, want „The little wise hen" werd door drie mensen zelfstandig gemaakt: Art Babbit, Dick Huemer en Ub Iwerks. De eend, met een veel langere snavel dan we hem nu kennen, bleek zoveel levensvatbaarheid te bezitten dat hij al spoedig uitgroeide tot de i centrale figuur in een geheel eigen wereld beeld met om zich heen een steeds groter wordend scala van figuren. Om de Neder landse namen maar aan te houden: De neefjes Kwik, Kwak en Kwek, de gierige geldgigant Oom Dagobert, neef Guus Geluk, Ka trien Duck, en Willie Wortel. Aan één kant niet tot genoegen van tekenaar Walt Disney die de eend zijn wérkelijk eigen schepping Mickey Mouse in populariteit zag overvleugelen. Donald werd eerst nog de Mickey-strip binnengehaald, maar zijn drift buien, z'n ongelukken en z'n eigenwijsheid bleken veel meer identificatiemogelijkheden nen uit de jaren vijftig, bloeitijd van de strip in de USA, vast te houden „met een overtui ging van vandaag de dag". Voor de produk- tie van een verhaal van tien pagina's, heeft Jippes tweeëenhalve maand nodig. Vijf men sen werken er aan, niet allemaal full time. Zij bedenken het verhaal, schrijven het ach tereenvolgens op, maken de ruwe schetsen, de definitieve ballonteksten, inkten de teke ningen, „letteren" de ballons en kleuren de tekeningen in. In Nederland lijkt de opgewonden eend in z'n matrozenpakje het eeuwige leven bescho ren. Er zit een opwaartse lijn in de populari teit van z'n lijfblad, iets wat van de Ameri kaanse Duck niet helemaal gezegd kan wor den. Daar valt men steeds meer terug op oud werk, het nieuwe is van minder kaliber en vele tekenaars hebben zich in de meer populaire realistische strips-met-mensen ge stort. Toch is Donald Duck een van die figuren uit de Disney-bron die waar ook ter wereld waarschijnlijk nooit in het vergeet boek zullen raken. Waarom? vraag je je af. Cees de Groot antwoordde in Stripschrift: „Er zijn bepaalde essentialia die Disney ontdekt heeft. Tekenaars klagen dat je nau welijks nog dingen kan doen die bij Disney al niet gedaan zijn. Neem bijvoorbeeld een bulldog; zoals Disney die indertijd gemaakt heeft, dat was DE bulldog. Misschien ook omdat Donald Duck een stripfiguurtje is met een gigantische „impact", kinderen kun nen er zich mee identificeren. Ja, het is allemaal een beetje gissen hoor. Het is ook een kwestie van waarom is Wim Kan succes voller dan Henk Elsink". Hoe dan ook, Oom Donald gaat in Nederland z'n 26ste jaar in. En hoe kritikasters Walt Disney, die de namen van z'n medewerkers onder de ko renmaat verstopte en z'n eigen licht volop liet schijnen, ook willen noemen, een „droomkoning of een cultuurvervalser", hij schiep toch maar de mogelijkheid en de voedingsbodem voor een niet kapot te krij gen wereld van tekenfiguren. Oom Dagobert zou er een aardige stuiver uit z'n geldpak- huis voor hebben overgehad. BERT JANSMA Oostenrijkse sculptuur eind 16de eeuw. deze stukken door de loop der tijden zó prachtig bewaard gebleven? Een der heren Casten dijk uit Rotterdam, die waarschijnlijk het enige zelfportret van Pieter Jansz. van Ruyven 'n 17de eeuwse Delftenaar, laat zien, vertelde die meneer: „Weet u, wij ma ken schoon, wij verwijderen veelal de oude vuile vernislagen, maar wij restaureren niét, de koper krijgt een volkomen origineel werk in huis." Maar hoewel de oude schilderijen natuurlijk dé blikvangers blijven, velen hebben toch grote interesse voor porselein, zilver en meu belen terwijl de uurwerken in die zingende, klingende afdeling van Stender ook nü weer veel bekijks hebben. Zo was er een lichtelijk mokkerend echtpaar waarvan de vrouw een Amsterdamse tafelklok uit 1760 begeerde, terwijl de man zijn zinnen gezet had op een familie verte-schotel van Aronson met een ruiter-decor Kang-Hsi (1662-1722). Wij zagen ze gelukkig en tevreden het Prinsenhof ver- laten...Dit als gewoon louter menselijk inter mezzo temidden van zo'n massa oud-heerlijk schoon dat van morgen opgengesteld is en te zien is t/m 2 november, zoals alle jaren gedocumenteerd door een fijne catalogus vol illustraties. J.V. Zaterdag 15 oktober wordt in de Amsterdamse binnenstad de traditionele Dag van het Beeldverhaal gehouden. De organiserende vereniging van stripgekken, het Stripschap, ensceneert voor de negende achtereenvolgende maal een open dag voor z'n duizend leden en alle mogelijke belangstel lenden uit binnen- en buitenland. Bij vorige manifestaties (o.a. in Dordrecht, Zaltbommel en Gouda) werd met de gemeente van handeling gezamenlijk een feestelijk program ma in elkaar gezet. Dit jaar meldt het Stripschap dat Amsterdam zich blijkbaar te veel in de roes van de te openen Metro bevond. Niettemin stelt Stripdag '77 een grote reeks activiteiten: 9.00 - 17.00 uur Koopmansbeurs, Stripinformatiecentrum en vijftig stands van uitgevers en stripantikwariaten. 9.00 - 17.00 uur Mensa Academica, Damstraat, Ruilbeurs en filmvoorstellingen 9.30—13.00 uur Universiteitsbibliotheek, tentoonstelling Het Nederlandse Beeldverhaal van voor 1940 9.30 uur de Brakke Grond, prijsuitreiking jaarlijkse Strip- schapprijs 14.00 - 17.00 uur Brakke Grond, wandtekening van 15 meter door een groot aantal striptekenaars 15.00 - 17.00 uur Brakke Grond, Forum o.l.v. Kuifje-specialist Har Brok. Strip '77 staat dit jaar in het teken van het 25-jarig bestaan van het weekblad Walt Disney Carl Barks te bezitten voor het stripminnende publiek dan het smetten vrije heldendom van muis Mickey. Zókenman Walt Disney daarentegen zag de commerciële kansen en gaf Donald een wereld voor zichzelf, al was de avond vullende tekenfilm Fantasia een door Walt hoog in het hart gedragen prestige-object waarin hij duidelijk getracht heeft de figuur van Mickey Mouse opnieuw leven in te blazen. Minder kinderen In 1952 nam de Geïllustreerde Pers het initiatief tot een Nederlands Donald Duck- tijdschrift in navolging van elders op de wereld bestaande bladen onder het peetva derschap van de Disney-studio's. Het werd een kleine sensatie voor wie zich toen in de stripgevoelige leeftijd bevond. Dat eerste nummer werd in een oplaag van maar liefst 2,5 miljoen huis aan huis verspreid. Op de voorkant prijkte Donald zelf met een gigan tisch horloge om de pols, dat de aankondi ging bleek van een prijsvraag waarbij dui zend horloges aan de man te brengen waren. Donald zelf figureerde er volop in, Mickey Mouse kreeg de ruimte in een paar korte strips, de kleine Boze Wolf was er, en dat was het begin van een in Nederlandse ver houdingen min of meer riant tijdschriftenbe sta an. Van nummer 10 gingen er 170.482 over de toonbank in 1955 werd de magisch' geachte grens van een oplaag van 300.000 gepasseerd, daarna steeg die tot 370.000, daarna traden enkele hevige schommelingen op mede beïnvloed door prijsstijgingen, maar op het ogenblik praat men bij Oberon, waar het blad als onderdeel van het VNU- concern nu uitgegeven wordt, over een nieu we groei, als spuide hoofdredacteur Cees de Groot in Stripschrift enige twijfels over de toekomst: „We krijgen nu het probleem dat er minder kinderen zijn. De jeugd van Ne derland halveert in de tweede helft van deze eeuw. In de groep van 12-13-jarigen is dat op dit moment nog niet te merken, maar in de groep van 4-5 jarigen wel en dat zijn tekenaar-in-ruste.' maar maakte in de perio de dat hij voor Disney werkte grote naam door de vindingrijkheid in de vorm van zijn tekeningen, waardoor hij later als free-lan cer ook nog Duck-verhalen bleef tekenen. Barks trad in '35 bij Disney in dienst, hij verliet de studio's in '43 en hield helemaal met het stripwerk op in '67. Hij leeft nu van een Disney-pensioen, maar schijnt toch zo aan het tekenen verslaafd te zijn dat hij nu de hele dag lang Donald Duck-schilderijtjes maakt voor wie bereid is daar 400 dollar voor neer te leggen. Juist die Barks-Duck is een belangrijk onderdeel van de huidige Nederlandse Donald Duck-uitgave, terwijl zijn werk tevens een inspiratiebron vormt voor de Nederlandse Duck-tekenaars. Over al wordt op de wereld uitgekeken naar origineel Barkswerk en voorzover daar in geknipt of mee geknoeid is (bijvoorbeeld in verband met advertenties waarvoor tekenin gen het leven lieten) wordt het gerestau reerd. Het eigen gezicht dat het Nederlandse Donald Duck-blad daardoor kreeg, vond bijvoorbeeld grote waardering in Scandina vië waar een groot aantal verzamelende abonnees zitten en in Denemarken waar voor de locale Duck-uitgave duidelijk naar het Nederlandse voorbeeld gekeken wordt. Nederlandser Overigens kunnen de makers van een Do nald Duck-tijdschrift overal ter wereld bij elkaar terecht voor complete verhalen. Als men in Haarlem iets uit Brazilië wil, schrijft men de redactie aldaar en men betaalt drie dollars per te reproduceren pagina. Zo wer ken de diverse bladen als voorraadschuur en archief voor elkaar. De Disney-studio's in Amerika krijgen op hun beurt vijf pro cent van elk verkocht nummer. De eigen inbreng van de Nederlandse Duck-redacüe wordt alleen maar groter. „De Amerikaanse verhalen zijn niet altijd zo fraai als we zouden willen", stelt hoofdredacteur De Groot. De Nederlandse „Disney-scheppin- gen" worden gemaakt onder regie van Daan JiDDes die probeert de stijl van de Amerika- De heer M. Cramer, bekend kunsthan delaar in Den Haag en standhouder op alle Delftse Kunst- en Antiekbeurten die er tot dusver gehouden werden, heeft onlangs in de Antiekrevue de kunstmarkt situatie 1977, wat de oude meesters betreft, ineen helder daglicht geplaatst De schilderijen vormen zoals iedereen weet een zeer be langrijk aandeel op de Antiekbeurs die (hans aan zijn 29ste presentatie toe is. Men zou gerust kunnen stellen dat de gemid delde kwaliteit van deze enorme en kapitale antiek-verzameling naar het schilderijen aanbod wordt beoordeeld hoewel er- natuur lijk een macht aan meubelen, beelden, zil verwerk, klokken en tapijten te vinden zijn Cramer zegt dat de markt „dun" is en de prijzen hoog zijn Voorbeeld: een Canaletto ging bij Sotheby weg voor 110.000 pond en 'n portret van Parmigionino bracht bij Christie's 650.000 pond op terwijl een kerk interieur van Emanuel de Witte op de Delft- se beurs genoteerd is voor 235.000. Een kwestie van geldbeleggen voor iemand die a dure hobbies op na houdt? Maar het goed dat Cramer in die revue wat prijzen noemt omdat men daar vroeger nogal ge heimzinnig mee deed. Laat dit de bezoeker 25-JARIG STRIPTIJDSCHRIFT: straks natuurlijk Duck-lezers". Er zitten aan het maken van een stripblad als Donald Duck toch veel meer haken en ogen dan de simpele striplezer mag vermoeden. Donald Duck is bijvoorbeeld niet een blad dat er gens in Amerika door een leger tekenaars en schrijvers in de Disney-studio's wordt bedacht en daarna hier in vertalershanden komt. Als dat zo zou zijn, was Donald Duck waarschijnlijk al lang ter ziele. Bij Oberon maakt een staf vaste tekenaars en medewer kers een Donald Duck met een compleet eigen Nederlands gezicht. Driftige Donald sprgekt niet alleen onze moerstaal, een aan tal van zijn avonturen worden hier gete kend, terwijl men met het uit Amerika overkomende materiaal bepaald kieskeurig omspringt Oer-vel Aan elke stripfiguur van welke studio dan ook wordt vaak door verschillende mensen gewerkt Het figuurtje is geschapen, een ander gaat er mee verder tot hij z'n werkter rein verlegt en weer een ander neemt het over. De basis voor zo'n figuurtje, dat wel eens een verandering ondergaat (de snavel van Donald, zie onze eigen Tom Poes en Heer Bommel) ligt vast op een zogenaamd „model-sheet", een soort oer-tekenvel waar op de diverse vormen en standen van de hoofdpersoon voor het natekengeslacht te boek staan. Die „model-sheet" geeft de basis aan waarop in de stijl van de Disney-studio's in Burbank, Californië, gewerkt moet wor den. De diverse Donald Duck-bladen over de wereld kunnen Amerikaanse strips over nemen, maar ook zelf verhalen bedenken. In Haarlem heeft de Nederlandse Duck-re- dactie een goed evenwicht gevonden waarbij men de laatste tijd sterk geïnspireerd wordt door het werk van één Donald Duck-teke- naar, Carl Barks Barks is zelf inmiddels Oude dame uit 1646 School Thomas de echter niet afschrikken want er is ook gere kend op mensen die geen kapitalen in kunst kunnen steken en tóch iets aan hun verza meling willen toevoegen. Wat is nu de indruk die deze 29ste beurs op de doorsnee bezoeker maakt? Na zo rechts en links toegeluisterd te hebben, me nen we dat het hiér op neer komt: Men is evenals in voorgaande jaren ook nu weer geïmponeerd door de kwantiteit die de 36 deelnemers opgebracht hebben en die bewo- nering geldt toch ook voor de kwaliteit, al worden „topstukken" schaars vanwege de „dunne markt". Zo was een mevrouw uit het midden des lands verrukt over het 16de eeuws Oostenrijks lindenhouten beeldje, in de collectie Schlichte Bergen, voorstellende de kleine Jezus of een engeltje. Zonder attribuut is dat moeilijk uit te maken. Sch lichte Bergen is momenteel ondergebracht in wat vroeger het voorportaal was van de oude Kloosterkerk en daar is ook de firma Beeling met zijn kostelijk zilverwerk en meubelen. Een Fransman, die voor de eerste maal de beurs bezocht, vond dat de Hollan ders het geweldig georganiseerd hadden; al deze oude schoonheid in een middeleeuws klooster in een oude Nederlandse stad die. Keijser uitgenomen Brugge, zijn weerga niet vindt. Het is langzaam voortwandelen van stand tot stand. Een zeer ernstige meneer haalde 'n vergrootglas tevoorschijn om die perka menten bijbel uit de dertiende eeuw eens nader te bezien, verlucht met miniaturen en met goud opgehoogde initialen, een stuk dat firma Van Gendt uit Amsterdam ter beurze bracht. En een Duitse vriend bleef geruime tijd staan voor dat nobele vrouwenportret uit 1646 dat niet gesigneerd is maar naar alle waarschijnlijkheid uit de school van Thomas de Keijser komt: een Hollandse burgeres „aetatis suae 69" zij was dus 69 toen zij geconterfeit werd met rechte milde blik, psalmboekje in de hand, buiten de molensteenkraag geen versiering, Hollands, gereformeerd, naar de oude eis „regt en slegt". Het werk behoort in de verzameling van een nieuwe deelnemer, de Londense Robert Noortdam Gallery die als een enor me tegenhanger daarnaast de vier elemen ten van Abraham Janssens (Antwerpen ca. 1610) heeft opgehangen, een brljant barrok doek van 165 bij 198 cm, fel in de kleur als of het gisteren het atelier verliet. Iemand die beweerde geen groot kunstkenner te zijn, verwonderde zich daar toch over: hoe zijn Amsterdamse tafelklok in fOCOCO Stijl.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 15