HET ZWARTE WEEKEINDE VAN
EEN KWARTET SCHEIDSRECHTERS
wereldkampioen word maar
ook als ik de boot
ALLEEN
DRAAISMA
GEEFTZIJN
FOUT TOE
JOS VALENTIJN Tl- Ir
WEET DIT ZEKER: OLUJJ ctlü 1I\
SPORT
Dan
maar
de
Spelen
van
"Ms één van 's werelds beste sprinters
heeft Jos Valentijn toch nooit deelge
nomen aan de Olympische Winterspe
len. Zowel in 1972 als in 1976 zocht
de internationale schaatswereld ver-
geefs naar zijn naam op de deelnemer
slijst. In Sapporo ontbrak Valentijn,
nadat hem lang in het vooruitzicht
was gesteld dat hij naar Japan mocht
afreizen. Jos Valentijn: „Dat is nog
altijd de grootste teleurstelling in mijn
carrière. Van alle kanten was me toen
toegezegd dat ik mee mocht Die trip
is me toen door de neus geboord. Er
werden limieten gesteld, ik voldeed
eraan en ik moest toch thuisblijven.
Dat was een bittere pil, waardoor mijn
mentaliteit toch wel wat veranderd
is."
Vier jaar later, in Innsbruck, was
Valentijn opnieuw slechts toeschou
wer, nadat hij - zij het slechts voor
even - als prof door het leven was
gegaan. „Veel mensen vondesn dat zie
lig, maar dat heb ik zelf nooit zo
ervaren. Sapporo missen vond ik veel
erger. Door prof te worden heb ik ook
de kans gekregen om maatschappelijk
wat te bereiken."
In 1980 hoopt Jos Valentijn echter
toch van de partij te zijn. „Volgend
jaar wordt er weer geprobeerd om
gratie voor me te krijgen. Olympische
Spelen zou ik dolgraag een keer mee
maken. Lukt dat, dan zal ik waar
schijnlijk tot 1980 doorgaan."
Henk van Dijken
uit Groningen bij PSV-FC Am
sterdam op 17 september, Bou-
ke Draaisma uit Groningen bij
Ajax-Go Ahead Eagles op 18
september, Henk Weerink uit
Coevorden bij Sparta-FC VW
op 17 september, Egbert Mulder
uit Slochteren bij Vitesse-Feye-
noord op 18 september. Vier
noordelijke scheidsrechters die
in het seizoen 1976-1977 opval
lend werk hadden verricht,
werden in een en hetzelfde
weekeinde bedolven onder kri
tiek. Het meest Egbert Mulder.
De t.v. bracht uitgebreid de
woede van de Venlose spelers
op het scherm nadat Mulder
voor een overtreding van Rett-
kowski tegen de Spartaan Hen-
son een strafschop had gegeven..
In slow motion werd van drie'
van de vier duels getoond wat
er was gebeurd tijdens de wed
strijden. Later, toen de storm
was geluwd, wilden de vier er
best over praten. Alleen Bouke
Draaisma gaf ruiterlijk toe dat
hij een fout had gemaakt. De
andere drie hadden, naar hun
eerlijke mening, terecht gehan
deld. Hoe zij er nu over denken,
wat hun oordeel is over de
agressie van de spelers en hoe
zij menen dat de moeilijkheden
wellicht kunnen worden opge
lost en daarbij valt het
woord staken wordt bij
gaand weergegeven.
Bouke Draaisma: „Bij het zien
van de beelden had ik donders
goed door dat ik fout zat. Maat
ik heb de duw van Geels tegen
Kist van Go Ahead Eagles tij
dens de wedstrijd niet gezien.
Nou heb je het weer. Als dat
schot van Geels niet raak is, is
er niks aan de hand. Maar het
werd een doelpunt en toen
kreeg je de kentering in de
wedstrijd". De overige drie
scheidsrechters hadden geen
enkele behoefte om „schuld" te
bekennen.
Voor Henk Weerink was de
overtreding van Rettskovski zo
klaar als een klontje. „Het ge
beurde binnen het strafschopge
bied en dan geef ik een straf
schop", vertelde hij. „Elke B-ju
nior weet dat als de scheids
rechter fluit er een overtreding
is begaan. Dat trainer Baam
van FC VW later zegt dat het
geen doelrijpe kans was, heeft
met de situatie natuurlijk niets
te maken. Overtreding is over
treding!"
Scheidsrechter Egbert Mulder
bleef eveneens op het standpunt
dat hij heeft gefloten zoals hij
het had moeten doen. „Als ik
weer in dergelijke situaties ver
zeild zou raken, zou ik het pre-
cies zo doen. Ik heb alleen de
pech gehad dat de taferelen
kort na elkaar plaats vonden.
Nadat ik een doelpunt van
Bleyenberg bij de stand 2—0
voor Feyenoord had afgekeurd
- hij maakte een kopbeweging
maar sloeg de bal er met de
hand in - moest ik bij de volgen
de aanval van Vitesse de Arn
hemmers een strafschop toeken
nen. Wim Jansen haalde Gerd-
sen onderuit binnen de lijnen.
Even later liet Wim Rijsbergen
de doorgebroken Terry Hen
driks struikelen. Opnieuw straf
schop.
Modeverschijnsel?
Egbert Mulder heeft te maken
gehad met het massaal proteste
ren van spelers, die denken dat
een hunner onrecht is aange
daan. Het is een modeverschijn
sel geworden dat dit seizoen zijn
intrede op de Nederlandse vel
den heeft gedaan. Of is het een
onderdeel van de ploegtaktiek?
Mulder: „Zou best eens kunnen
zijn. Toen ik het tweede doel
punt van Feyenoord goedkeur
de (Vitesse dacht aan buiten
spel, red.) kwam een horde
waanzinnige Arnhemmers op
mij af. Ik blijf bij mijn besluit,
draai mij om naar de midden
cirkel en krijg een por in mijn
ribben. Van wie? Ik vermoed
Meijers, maar toen ik me om
draaide, keek ik in de gezichten
van drie spelers van Vitesse.
Moet je dan Meijers een rode
kaart geven als je niet zeker
bent, dat hij het was?
Praten
Draaisma: „Alles moet zeer
goed in het proces verbaal
staan, want anders ben je bij
voorbaat geklopt". Henk Weer
ink: „Die gasten (spelers) ko
men met de grootste onbenul
len naar de zitting in Zeist. Die
lui hebben geen verstand van
voetballen maar praten kunnen
ze wel. En de eerste vraag die
meestal wordt gesteld: was de
bal binnen speelbereik? En als
je dan ook maar even twijfelt,
volgt vrijspraak voor de spe
ler".
De vier uit het noorden wijten
alles aan de toenemende agres
sie. Bouke Draaisma: „Het is
een spiegel van de maatschap
pij. En dat openbaart zich voor
al op het voetbalveld".
Henk Weerink en Henk van Dij
ken houden het op de nivelle
ring van het spelpeil, al zien ook
zij bepaalde maatschappelijke
wantoestanden op het veld te
rug.
Henk van Dijken: „De spelers
accepteren geen leiding meer.
Als een speler tegen mij zegt:
„Scheidsrechter je zit aan mijn
vreten", dan antwoord ik hem:
„Sorry jongen, als ik niet fluit
zit ik aan het eten van je tegen
stander." Volgens mij hebben
wij het in Nederland veel te
goed". Egbert Mulder: „De spe
lers willen inspraak, medezeg
genschap. Zie je ook in de maat
schappij".
Henk Weerink: „Ik verwacht dat
de scheidsrechters commissie en
de KNVB wel iets zullen onder
nemen. Als er geen pasklare
oplossing komt, is staken na
tuurlijk de enige methode. Maar
dat is een laffe methode, die
niet nodig is. Trainers en spe
lers zouden moeten inzien dat
men daar niets mee bereikt".
Voor Bouke Draaisma is er
maar één mogelijkheid als deze
tendens zich op de velden
voortzet: staken. Henk van Dij
ken: „Bij Volendam krijgt een
speler bij geel of rood van ma
nager Joop Brand een dubbele
boete. Als de clubs daar nu
eens een voorbeeld aan namen,
dan zaten we al een eind in de
goede richting. De wortel van
het kwaad is de vrijheid van de
trainers. Zij bepalen de rich
ting waarin door de spelers
wordt gewerkt".
Egbert Mulder voelt meer voor
overleg, waarbij alle betrokke
nen om de tafel moeten gaan
zitten: clubbesturen, trainers,
scheidsrechters, tuchtcommis-
sie, spelers en afgevaardigden
van de pers.
Ondanks de minder gunstige
kritieken gaan de vier scheids
rechters uit Noord Nederland
rustig door met fluiten. Ze-heb
ben er nog steeds plezier in en
als het even kan willen de
scheidsrechters uit de a-groep
de eindstreep (bij 47 jaar) halen.
Bouke Draaisma vertolkt de
mening van de vier het best als
hij zegt: „Wanneer je op je te
nen moet lopen, als je het dus
niet meer met plezier doet, word
je onverdraagzaam en dan gaat
je gezin er onder lijden. Dan
moet je er onherroepelijk mee
stoppen".
Jos Valentijn
COEVORDEN, SLOCHTEREN, GRONIN
GEN Tumult op de voetbalvelden van
wege beslissingen van de scheidsrechter
was de laatste weken niet onbekend. Toeval
of niet, vier scheidsrechters uit het noorden
waren erbij betrokken. Ter herinnering:
Henk van Dijken: „De spelers accepteren geen leiding meer"
Henk Weerink: „Overtreding is overtreding"
ENSCHEDE Terwijl de natuur nog maar
net begonnen is om zich in herfstkleding
te steken, zijn de nationale schaatsselecties
al weer vier maanden doende om zich voor
te bereiden op een nieuw seizoen. Een van
de rijders die opnieuw met de nodige ambi
tie zijn plaats in de kernploeg heeft ingeno
men, is Jos Valentijn, al jaren Nederlands
beste sprinter. Hij heeft nog altjjd zijn
grote doel, eens wereldkampioen te worden,
niet kunnen verwezenlijken.
In 1973 was hij er heel dichtbij met een
tweede plaats achter Valeri Moeratov en net
voor Eppi Bleeker. Na een gedwongen stil
stand van twee jaren, door zijn kortstondige
profavontuur en studie, maakte hij een alles
zins bevredigende rentrée op het hoogste
plan tijdens de wereldkampioenschappen
sprint in West-Berlijn in 1976. Valentijn be
zette na drie afstanden de eerste plaats. Er
moest nog een 1000 meter, die hij prima
beheerste, volgen. Maar het ging toch mis.
Drie valse starts waren voor de jury aanlei
ding hem te diskwalificeren. Vorig jaar deed
Valentijn opnieuw een vergeefse greep naar
het goud. Er bleek zelfs helemaal geen
eremetaal voor hem weggelegd. De Ameri
kaan Eric Heiden, dienst landgenoot Peter
Muller en de Rus Koelikov bleven hem, in
deze volgorde, voor.
Jos Valentijn is onlangs verhuisd naar En
schede, met Haitske Pijlman, lid van de
dameskernploeg, ook Nederlands' rapste op
de kortere afstanden en inmiddels mevrouw.
Valentijn geworden. Het schaatsende echt
paar koos domicilie in Twente met het oog
op de toekomst. Jos Valentijn beëindigde
zijn studie voor fysiotherapeut en solliciteer
de met succes bij Wim Snellenberg, bij wie
hij al twee keer een stage had gevolgd, en
waar hij nu in de praktijk werkt.
Primair
Vooralsnog echter staat het schaatsen bij
Jos Valentijn primair. Hij heeft nog nooit
de bevestiging gekregen dat een wereldtitel
er voor hem niet in zit en wil zo lang hij
nog een kans heeft, trachten die te grijpen.
Valentijn: „Als ik wist dat ik er niet meer
bij zou horen, zou ik het niet meer proberen.
Een ding weet ik wel zeker: als ik wereld
kampioen word stop ik er gelijk mee. En
als ik zie dat ik de boot mis, ook. Ik heb
geen zin om tot mijn 28ste of 29ste in de
kernploeg te zitten alleen maar voor de
reisjes. Ik zou mij best tot mijn 30ste kunnen
handhaven in de ploeg, maar daar heb ik
toch geen trek in als ik zie dat de- resultaten
niet komen".
Valentijn heeft wel zo veel zelfkritiek dat
hij bevestigt nog geen volleerd sprinter te
zijn. „De aanleg voor het sprinten, moet in
je zitten. Je moet explosief zijn, maar dat
is een aangeboren iets waaraan je hooguit
een klein beetje moet verbeteren door veel
te trainen. Je moet echter ook een zekere
mate van rust kunnen opbrengen naast je
techniek. Dat is me vooral het laatste jaar
opgevallen. Ik moest in Alkmaar anderhalf
uur wachten voor mijn kilometer, nadat
Erik Heiden al een erg goede 1000 meter
had gereden. Dat was een hel. Die koelbloe
digheid om dan toch een sterke prestatie te
leveren, mis ik nog".
Bevrijdend f
Wellicht dat Jos Valentijn die kalmte nu
Resultaat dat dan ook te danken zal zijn
aan de totale aanpak van het sprinten in
Nederland. Jos Valentijn signaleert dat de
komst van een specifieke sprintformatie
het schaatsen op de korte afstanden duide
lijk positief heeft beïnvloed. Nederland
bleek vorig jaar plotseling meer sprinters
van allure te bezitten dan alleen Jos Valen
tijn, voor wie nationale concurrentie een
vreemde ervaring was.
Na jarenlang de dienst te hebben uitge
maakt, doken Sies Uilkema en Bert de Jong
uit het niets op, een situatie waar Jos Valen
tijn wel even door werd geraakt. „Het laat
ste seizoen heeft me dat inderdaad wat
bevreemd. Anders was er maar weinig con
currentie, nu kwam die van verschillende
kanten. Veel mensen hebben er vreemd van
opgekeken dat ik er moeite mee had, er door
verrast was. Maar het was nieuw voor mij.
Daar moest ik toch even aan wennen. Laten
we eerlijk zijn, het is natuurlijk alleen maar
ontzettend goed dat er een bredere basis is.
Het bevestigt tevens dat die sprintgroep
recht van bestaan heeft. Het hele sprintge-
beuren is er een stuk op vooruitgegaan. We
hebben veel meer aandacht gekregen dan
in vroeger jaren en ik dacht ook niet ten
onrechte. We moeten nu bewijzen dat we
niet voor niets in de picture zijn geweest".
Gemser
Tevredenheid die Valentijn ook nadrukke
lijk wenst uit te spreken over Henk Gem
ser, de coach van de sprinters. Best aardig
overigens in het wereldje waarin trainers
vaak worden bekritiseerd.
Jos Valentijn: „Ik ken Henk natuurlijk al
veel langer omdat hij altijd conditietrainer
is geweest. Hij zet zich elke keer weer voor
honderd procent in, is voor iedereen altijd
beschikbaar en erg ambitieus. Dat is zijn
grootste verdienste. Maar daarbij komt dat
hij er ook nog ontzettend veel verstand van
heeft. Het was vaak een frustrerende zaak
met de allrounders mee te moeten doen, al
was het best gezellig. Vorig jaar heb je bij
de allrounders kunnen zien dat zij elkaar
niets nieuws te vertellen hadden, er waren
nieuwe impulsen nodig. Ik kon gelukkig
afstand van de situatie nemen omdat ik geen
lid meer van die ploeg was".
„Maar wat Leen Pfrommer is overkomen,
vind ik ontzettend sneu. Als ik nog in die
ploeg gezeten had, zou ik mij er zonder
meer niet mee hebben verenigd, dat het zo
werd gespeeld als nu gebeurd is. Het punt
is gewoon dat er in die ploeg te weinig
persoonlijkheid zal".
Ook om die reden is Jos Valentijn blij dat
hij enkele jaren geleden voor de sprintfor
matie koos, hoewel hij als allrounder stellig
ook mogelijkheden zou hebben gehad. Vorig
jaar nog raffelde hij één van zijn spaarzame
1500 meters af in twee minuten. Het sprinten
trekt hem echter meer. „Dat komt vooral
door de snelheid die er in zit, het hele
spektakel. Dat is bij de Olympische Spelen
ook zo. Als daar een honderd meter wordt
gelopen zit het hele stadion vol. Omdat er
een krachtsexplosie wordt geleverd in een
kort tijdsbestek. Bij het sprinten op de
schaats zijn er de misslagen het vallen, het
falen van favorieten. Er zit gewoon veel
meer kleur in dan bij het schaatsen van
allrouncfós". 4
WILLEM PFEIFFER
Bouke Draaisma:
zag"
wel kan opbrengen omdat hij niet meer
wordt geplaagd door studiezorgen.
„Het is zonder meer een bevrijdend gevoel
dat ik nu mijn diploma op zak heb. Je wilt
toch wel eens van zo'n studie af zijn. Nu
het zover is, merk je dat het toch wel
scheelt. Je kunt meer ontspannen rijden, je
hoeft lang niet meer zoveel te regelen als
eerst. Ik moet trouwens zeggen dat de NSF
ook veel voor me gedaan heeft Vooral aan
Johan van der Haar heb ik wat dat betreft
veel te danken. Nu ik klaar ben met mijn
studie kan ik weer voor honderd procent er
tegenaan en ik hoof) dat het resultaat ople
vert".
„Ik had donders goed door
dat ik fout zat toen ik de tv-beelden