Zeg maar dag met je handje Nevski Prospekt 60 jaar later SIEP DE WOLFF WUIFT WERELD VAKKUNDIG PLAT Denkend aan Musselkanaal VADERLANDSE MINIATUREN ander heeft een koninklijke naam. Roma- now is, naar de maatstaven van het Kremlin, nog jong, maar het blijkt de vraag of hij in het Rusland van na Brezjnev een machtig man zal zijn. De beste kijk op de gebeurtenissen die vooraf gingen aan oktober 1917 krijgt men in het Museum van de Revolutie in het marmeren huis, waar de bolsjewieken ge huisvest waren in de periode tussen de „burgerlijke" februarirevolutie van 1917 en hun eigen coup van een aantal jaren later. Hier had Lenin zich 92 dagen verschanst en van het balkon met de ijzeren leuning sprak hij de menigte toe. De oorspronkelijke bewoonster van het pand, de ballerina Kshesinskaya, maltresse van de tsaar, week uit naar Parijs, alwaar ze een hoge leeftijd bereikte. Het museum heeft veel materiaal over 1905 en 1917 en pretendeert ook wat te vertellen te hebben over de wapenfeiten van de revo lutie tot vandaag toe, maar van de 36 zalen valt er slechts in drie wat te zien over de jaren sinds de invoering van de nieuwe economische politiek (1921). Trotsky heeft weinig goeds gedaan in de ogen van de goed getrainde, aardige gidsen, die echter wel wat schijnen te zien in de jonge Stalin. Zijn we Lenin eenmaal voorbij, dan zijn er geen duidelijke verwijzingen naar oom Josef of Nikita. Een ander museum waar westerlingen nau welijks komen is het museum voor geloof en atheïsme, in de vroegere Kazan-kathe- draal. Er is daar veel te zien over de midde leeuwse inquisitie, de onderdrukking van lijfeigenen door orthodoxe priesters in de negentiende eeuw en het anti-zionisme. De Russen zelf komen hier veel. Ze komen hier getuigen van het stukje over „geweten" in de oude grondwet en artikel 52 van de pas ontworpen nieuwe: „Het recht om elk geloof te belijden en om atheïstische propaganda te voeren zal voor alle staatsburgers van de Sovjet Unie erkend worden". Mensen met geheel eigen metafysische ge dachten kunnen het best rust zoeken in het zomerpark, dat net iets heeft van de zachte melancholie van de vroege herfst Er staan honderden klassieke beelden. Occidens het Westen, is een daarvan, met een vermoeide blik over zich, wat erg symbolisch lijkt In de boekenstalletjes in de hotels (maar zeker niet op straat) blijkt dat de autoritei ten een klein beetje vrije informatie uit het westen willen toelaten: Le Monde, Neue Züricher Zeitung en Frankfurter Allgemeine worden daar verkocht hoewel niet van die „decadente" bladen als de Guardian of The Times. Het enige punt is dat, hoewel de Morning Star en 1' Humanité maar drie dagen oud zijn, bladen als Le Monde al van twee of drie weken terug zijn. Hoogstwaar schijnlijk hebben ze al die tijd op officiële goedkeuring liggen wachten. Het beste nieuws uit het westen is blijkbaar oud nieuws. Voor de Rus die eens de wereld door een westerse bril wil zien blijft nog een kleine mogelijkheid open. Dat is om Fins te leren. wat een jaar of drie, vier duurt. Dan zou hij de grootste krant van Finland, Helsingin Sanomat, kunnen lezen, die volstaat met nieuws van Westerse persbureaus en die maar twee dagen oud is. Of dat zo zal blijven is echter een gok, want de autoriteiten nemen af en toe het belang rijkste communistische orgaan van Finland uit de circulatie. Deze „Kansan Uutiset" is te revisionistisch en Moskou ziet meer in de Finse Stalinistische Tiedonantaja. De winkels hier schijnen minder te kampen te hebben met een gebrek aan artikelen (hoewel jonge Russen heel wat over hebben voor blue jeans) dan met een gebrek aan personeel. Een situatie die er niet beter op wordt door het gebruik de klant aan een andere balie te laten betalen dan waar hij zijn inkopen ophaalt Maar behalve wanneer er een partij water meloenen aankomt zijn de winkelende men sen alleen maar nieuwsgierig. Een man die er over aan het nadenken was of hij zijn geld zou investeren in een horlogebandje werd in zijn keus bijgestaan door een dertig tal omstanders die met belangstelling voor- en nadelen van de aanbieding aan het afwe gen waren. Het hele ritueel krijgt iets charmants door dat de drukbezette winkelbediendes nog ge bruik maken van het vertrouwde te Lr a am, de abakus. copyright The Guardian Op zijn zuidoost-flank eindigt Groningen in een platgewals- de driehoek, waar de vaarten met vaste hand als bissectri- cen zijn ingetekend. Recht toe recht aan snijden ze door akkers en weilanden en spuien ze hun nutteloos dropwater via sluizen van Ter A pel naar Stadskanaal en verder, naar Vriescheloo en Winschoten. Aan de basis van die driehoek ligt het oude Reiderland, waar vele genera ties van verworpenen der aarde in het troosteloze veen hun natje verdienden, terwijl verderop de bazen in hun boerse burchten de schaapjes één voor eén'op het droge trokken. Een deprimerend gebied, leerde je al op school. Een stuk van Nederland, dat door de Schepper alleen gemaakt leek om de leer krachten voor hun proefwer ken aardrijkskunde aan genoeg stof te helpen. Een wereld, volgestort met stro karton en armoe en met Hoogezand, Sappemeer en Zuidbroek in een vervloekt rijtje, dat je walgend in je kop stampte om een onvol doende op je rapport te ontlopen. Wat wist je nog meer van die uithoek, van dat ondervoede, ondergeschoven kind van de Nederlandse Maagd? Ja, je had gehoord over de dikke boeren, die als vorsten resideerden in hun praalzieke hoeven; bunderbazen, die het voetvolk nauwelijks op hun erf konden velen. Machtige agrariërs heersten daar, die mét de gewassen uit de vette klei waren getrokken en sindsdien vanuit hun hemel bed een schrikbewind uitoe fenden. Tussen Blijham en Bellingwolde kon je hun paleizen zien achter hekken met borden „wacht u voor de hond" en met Franse tuinen, waarin ze op de dag des Heren verpoosden met hun vierkant geboetseerde zonen, die in Groningen studeerden. En dan had je ook nog de arbeiders; de ribfluwelen werkmieren, die bij hun levensuitrusting nooit een maarschalksstaf, maar alleen turf in hun ransel aantroffen. Ze dronken dan ook met de gerstepap de wijsheid in, dat hun bestaan een tranendal was, waar de enige ontsnap pingsweg op het kerkhof uitmondde. Aan dat soort zaken denk je, wanneer je op een grijs gedraineerde zomerdag naar zuid-oost Groningen klimt Je rijdt na Emmen inderdaad langs eindeloze vaarten met kaalgeschoren oevers en roestige bruggen, die niks met niks verbinden. Aan weerszijden van dat litteken, waarin het water op geron nen bloed lijkt, ijlt het land ongehinderd door obstakels naar de einder. Een leegge pompte lepmaag lijkt het, waarin de spaarzame restan ten van een boers galgemaal zijn achtergebleven. Een eenzaam huis, een verloren koe en een geïsoleerde boom als aangrijpend zetstuk, dat is alles. Op gezette tijden verdikt de bebouwing zich plotseling en wordt de indruk gewekt, dat de reiziger een dorp binnen rijdt Maar meer dan een décor is het niet. Er staan slechts wat huizen langs de vaart, een kerk, een school met de bijbel en een grutters- winkel. En alle hebben ze gegarandeerd vrij uitzicht, want aan de achterkant van die ene straat houdt het dorp alweer op. Lintbebouwing noemt men dat. Een treffende benaming, want meer dan een strik op een agrarisch waterhoofd is het inderdaad niet. Ook Musselkanaal lijkt aanvankelijk volgens dat rederijkers-schema te zijn opgetrokken. Aan de dorps- grens heb je nog steeds de indruk, met de zoveelste te langgerekte geografische grap te doen te hebben, maar na enkele honderden meters wordt het mensen en kun je wel degelijk linksaf, rechtsaf en rechtdoor. Wat een weelde. Verderop doemt de nieuw bouw op met winkelwijken en op het kruispunt bij de oude brug wachten zilveren kande laars, wijnglazen en damasten tafellakens op de vreemde ling, die verdwaald is zeker. Aan de overkant heeft zich zelfs een Chinees verschanst, de eeuwige wijze uit het Oosten, die zijn gaven van wierook, goud en mirre ondertussen heeft vervangen door loempia, foe yong hai en bami met ei. We hadden het slechter künnen treffen. Als we niet oppassen voelen we ons hier straks nog thuis ook Leo Thuring Ach, hoe simpel en hartver- overend een mens al niet zijn geld kan verdienen. Sterker nog, onder zijn ruige snor de ene lap van duizend na de andere wegblaast en op die manier moeiteloos op weg is naar een vet miljoen. Nu wordt het bewijs weer over tuigend geleverd door Siep de Wolff met twee effen uit Bo- venkarspel in Noord-Holland. Die jongen begint in België een handeltje in automaten en valt daar gelijk op zijn ge zicht; waarschijnlijk, omdat die Belgen dachten, dat ze er voorgebakken patat in moes ten stoppen. Maar denk niet, dat hij daarna aan de lopende band ging werken of zich als nederige kaartenknipper ver huurde aan de Nederlandse Spoorwegen. Nee, dan kent u Siep niet. Siep behoort name lijk tot de groep der inventie ve baasjes en daarom bedacht hij na dat eerste echèc blik semsnel een apparaatje, waar mee bromfietsers met hun al dan niet rondborstige duo- passagiere via de verplichte helm kunnen converseren. En nu raast hij weer in vlie gende haast over de wereld met een assortiment maffe handjes, die hij importeert en laat bedrukken met treurige teksten als „Make love, no war" en „Ajax wint de wereld cup". Siep, de nieuwe konin gin van Lombardije, heeft het volk vakkundig platgewuifd met die onnutte jatjes van hem, waarvan er momenteel per dag zo'n kleine honderd duizend zijn fabrieksloods ver laten. Inmiddels zijn van het Nederlandse wagenpark vein ruim vier miljoen stuks al an derhalf miljoen auto's voor zien van Sieps ijzersterke vin gerwijzing en voorlopig lijkt aan de rage nog geen eind te zijn gekomen. Vijf miljoen heeft Siep er nu al weggestampt en er liggen alweer orders op zijn bureau voor nog eens vijf miljoen stuks. Handje, contantje. Siep, de vingervlugge koopman heeft daartoe net weer een reis gemaakt naar Zuid-Amerika en daarvóór zat hij met zijn monsterkoffer in Denemarken en Duitsland. Hij is ook druk bezig met Suriname, waar de verkiezingen voor de deur staan en een dergelijk parle mentair gebeuren is in zo'n warmbloedig land al gauw goed voor 200.000 kleffe knuistjes. Zeg maar gerust dag met je handje tegen Suri name. En wat gedacht van de wereldkampioenschappen voetbal in Argentinië? Reken er op, dat daar ook een prima afzetgebied ligt voor Sieps handjes. Momenteel bezorgt Siep de Wolff in Bovenkarspel zeven tig mensen brood op de plank en daarnaast heeft hij nog 35 thuiswerkers aangetrokken en laat hij het plakwerk verrich ten door 350 gedetineerden in de gevangenissen van Haar lem, Amsterdam, Rotterdam, Breda en Den Haag. Op het thuisfront in Boven karspel heeft De Wolff zich inmiddels verzekerd van de steun van Daan Thijssen, Thijssen, een gebrilde sobat, die griezelige gelijkenissen vertoont met de zanger Bob Scholten. Thijssen had inder tijd in Indonesië kennis ge maakt met de handjes-rage en was er toen al van overtuigd, dat hij er na terugkomst in het lieve vaderland een fortuin mee kon verdienen. Eenmaal weer thuis begon hij dan ook vlijtig aan de fabricage, maar (Van onze correspondent Donald Fields Leningrad Om met de sportcommentator te spreken: hier is het allemaal gebeurd, nu zestig jaar geleden. Vandaar de dag ziet de i Nevslu prospekt er erg menselijk en onre volutionair uit, dit grote ontmoetingspunt van conformistische mensen die duidelijk weinig behoefte aan hebben dissident te worden. Het is maar net een generatie geleden dat Leningrad, ten koste van 600.000 levens, zwaar te lijden had onder het beleg van de Duitsers. De fanatieke wederopbouw van de stad is dan ook-niets minder dan een won der te noemen, hoewel je je soms wel af- j vraagt wat precies het psychologisch effect zal zijn van de massieve wolkenkrabbers die een kilometer of zes, zeven, liggen van het onaangetaste stadsgezicht langs de Neva. Oude mannen die zich Petrograd, of mis schien St. Petersburg, herinneren, zullen met genoegen zien dat de oude gebouwen langs de rivier er nog precies zo staan. En jongere inwoners van Leningrad kunnen maar niet vergeten dat hun stad eens de hoofdstad was. Iets in hun officiële harnas valt weg, zodra je begint over het centrale bestuur in Moskou. Een autobotsing, waar bij verder weinig brokken vielen, bezorgde de toeschouwers veel leedvermaak toen ze zagen dat beide wagens nummerplaten uit Moskou droegen. In theorie bestaat Leningrad's grootste kracht uit haar twee zonen in het Politburo: Premier Kosygin en partijsecretaris Roma- now. De een ziet er aristocratisch uit, de De Nevski Prospekt trekt dagelijks tienduizen den flanerende en winkelende mensen. toen hij eindelijk een zolder vol had zag hij op een avond vol afgrijzen, dat krek dezelf de handjes inmiddels ook wa ren doorgedrongen tot de Weekendkwis van gladjanus Fred Oster. Dat was weer een slim stuntje van Siep geweest, die stad en land had afgegraasd met zijn vers geïmporteerde knuistjes, maar ze aanvankelijk aan de straatstenen niet kwijt was ge raakt. Met 25.000 gulden ge leend geld had hij een partij laten aanrukken, maar de klanten wilden niet happen. Totdat de handjes op de buis waren geweest: dat betekende voor De Wolff de definitieve electronische doorbraak. „Het gaat in dit soort snelle zaken allereerst om het idee", zegt hij achteraf, „want denk er goed om: rages worden al tijd gemaakt, nooit spontaan geboren. D'r is altijd een slim me goser op de achtergrond, die zijn duimpje in de lucht heeft gestoken en nattigheid rook. Je weet zelf niet, wat heet is. Je hebt er geen verkla ring voor, maar op een gege ven moment krijg je opeens het idee, dat er ergens handel ligt. Die handjes waren in Ja pan trouwens in het hele Ver re Oosten al lang een bekend en gewild artikel, maar in Eu ropa en Amerika lag de markt nog braak voor die handel. En daar spring je dan op een gegeven moment met groot lef in. Daan Thijssen had toevel- lig precies hetzelfde plannetje in zijn achterhoofd en omdat samen altijd beter is dan al leen hebben we een comman ditaire vennootschap opge richt en een mooie onderlinge financiële regeling getroffen, die ons beiden zeer veel genoe gen verschaft. Hoeveel er door de heren aan de handjes-rage verdiend wordt, willen ze aanvankelijk met kwijt. „Zoek dat zelf maar uit", stelt Ome Daan groot moedig voor, „ik kan je alleen zeggen, dat we niet ontevreden zijn". Compagnon Siep heeft inmid dels wel een bedrag genoemd. „Elk handje levert ons vijftig centen schone winst op. Dat lijkt natuurlijk mooi en vlug verdiend. Maar dat is toch al lemaal schijn, want van die twee kwartjes gaat toch weer veertig centen naar het nood fonds, waaruit we straks de klinieken betalen, waar alle' mensen terecht komen, die hardstikke gek zijn geworden van onze handjes. Snappez- vous? Haha". Strafbaar Inmiddels is Ome Daan ook ter ore gekomen, dat de hand jesrage niet in dank is afgeno men door de Vereniging voor Veilig Verkeer en door diverse verkeersintanties. Enige poli tiedeskundigen hebben al voorgesteld om het plakken van handjes achter de ruiten van auto's strafbaar te stellen, omdat ze levensgevaarlijk zou den zijn. „De bestuurder van een auto, die achter zo'n wui vende kar rijdt", is hun moti vatie, „wordt al te gemakkelijk afgeleid en kan zijn aandacht niet meer concentreren op de weg. Dat kan uiteindelijk tot brokken leiden. Dus weg met die kwalijke handjes". Een zelfde afkeurend geluid komt uit de hoek van de Ver eniging voor Veilig Verkeer. „Ook daar gemor en geknars van vele tanden. „Onzinnig en onzindelijk", is het commen taar. „Oh, ja, zeggen de heren dat", roept Ome Daan Strijdlustig. „Nou, ze gaan hun gang maar. Maar ik ben er van overtuigd, dat die handjes in een auto volmaakt onschuldig zijn. Als ze uit dat vaatje gaan tappen mogen ze eerst wel eens die miljoenen stickers verbieden. Die zijn dan even gevaarlijk. Maar maak ik me trouwens Je koopt in de winkel onze gepatenteerde enveloppe, die waarschijnlijk zo'n gulden of vijf, zes zal moeten gaan kos ten. Als je die enveloppe opent verbreek je een contact, waar door een soort tape begint te draaien. En dan smoes je maar een eind weg: „Hallo, liefste, ik kom de volgende vijf dagen niet thuis eten, want ik heb dringend overwerk". Je gaat je gang maar. En als het prevelement op de band staat lik je de enveloppe dicht en gooi je hem op de post. De volgende dag doet moeder de vrouw de brief open en hoort ze, dat haar man gisteravond niet thuis kwam eten, omdat hij dringend overwerk had. Dat weet ze dan dus ook". Beste vriend „Ik heb trouwens nog meer ijzers in het vuur. Wat denk je van een apparaatje, waar door het licht van je fiets of je bromfiets blijft branden, ook als ze stil staan? Als dat op de markt komt is de politie gelijk weer mijn beste vriend. Want reken er op, dat die vin ding een zegen is voor de ver keersveiligheid' „En dan heb ik nog tussen de drukke bedrijven door een vi deo-apparaat uitgedacht, waarmee je wegenkaarten op het dashboard van je auto kunt projecteren. Hoef je nooit meer te klunzen met die enge, opengevouwen vliegers. Is dat een zegen voor de mensheid of niet?" Nee, laat Siep en Ome Daan maar schuiven. Die zijn nooit te beroerd om hun medemen sen een handje te helpen. Het zou dus unfair zijn om hen met de plastic vinger na te wijzen. LEO THURING druk om. Voordat ze het er over eens zijn, hoe ze de zaak moeten aanpakken is die handjes-rage toch al hoog en breed voorbij en zijn wij al lang met wat anders bezig". Alternatief. „Want daar gaat het om", legt Siep uit. Je moet altijd tijdig zorgen, dat je een alternatief achter de hand hebt Die handjes is een strovuur-busi- ness. Daar komt vroeg of laat weer een einde aan zoals aan alle rages. Noem ze maar op: de hoelahoep, de priktol, de vlieger, het stuiteren. Het komt opeens op en het ver dwijnt weer na een tijdje". „Daarom zijn wij nu bezig met een ander projectje. En dat wordt dan deze keer de „ge sproken brief'. Het patent is inmiddels aangevraagd en we verwachten er zeker zo veel van als van de handjes". „Je moet je bij die gesproken brief het volgende voorstellen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 15