„Mama, waarom heb ik die bultjes en die jeuk?" Eén jaar na de ramp in Seveso liggen de problemen nog hoog opgestapeld En de mens? Hete dag Seveso/Rome „Ik woon dichtbij zone- A. In onze tuin zijn mannen gekomen, In helemaal witte pakken om de fruitbo men om te hakken. Mama heeft hun gevraagd wanneer ze weer groente In de tuin mag zetten en die mannen hebben gezegd dat ze zeker vijftien jaar zal moeten wachten." „Mijn vier kippen zijn doodgegaan. Toen we op vakantie gingen hadden we die in de tuin gelaten, met voldoende drink water. Toen Ik anderhalve week later terugkwam, waren ze dood." Impressies van kinderen uit de buurt van Seveso, het Noorditaliaanse stadje bij Milaan waar deze maand een jaar geleden uit een fabriek een wolk giftig t.c.d.d. (dioxine) ontsnapt is. Dat was het begin van een lijdensweg voor duizenden inwoners van enkele nijvere platte landsdorpen in de noordelijke periferie van Mi laan. Een hel waaraan een vol jaar later nog lang geen einde is gekomen. Ruim anderhalve maand hebben leerlingen en docenten van een van de scholen in het besmette gebied gewerkt aan een soort dossier, zeer populair wetenschappelijk van opzet en met indringende impressies van de kinderen zelf over de vervuiling. Zij praten over dode kippen, gekapte fruitbomen en gedwongen vakanties in motels. Ze horen de grote mensen over andere dingen praten. Over abortus en leveraandoeningen, over schadever goedingen en evacuatie. Moeilijke zaken die het kinderlijke brein nauwelijks bereiken. Maar ook veel volwassenen hebben nog steeds de grootste moeite met dat complex van proble men. Uiteraard in de eerste plaats de duizenden inwoners van het min of meer ernstig besmette gebied, dat nu ongeveer driehonderd hectare groot is en zes gemeenten omvat. De naam Seveso is het afgelopen jaar doorlo pend wereldnieuws geweest, ook al hebben de inwoners van het stadje zelf eens een Franse tv-ploeg gemolesteerd omdat ze niet wilden dat hun situatie en „de goede naam van Italië" in het buitenland verkeerd geïnterpreteerd zouden worden. Diezelfde inwoners hebben overigens geen enkel gewetensbezwaar de vuile was buiten te hangen om de eigen autoriteiten tot daden te dwingen. En dat is meteen het drama. Terwijl de hoogst- verontruste bewoners, doodsbang voor het on zichtbare gif, terecht om daden roepen, moeten de autoriteiten de schouders ophalen. Dat moede loze gebaar van „niet weten". Geleerden uit de gehele wereld hebben doorlo pend benadrukt dat het gif uiterst gevaarlijk en bestendig is. Het is op zich al onheilspellend genoeg te weten, dat hetzelfde soort gif door de Amerikanen in Vietnam werd gebruikt in hun ecologische oorlogsvoering ter ontbladering van het oerwoud. De geleerden zijn eensgezind over het risico van het vrijgekomen gif en het langdu rige ongemak voor de bewoners van het getrof fen gebied. Thans, één jaar na de gifexplosie, leven de bewoners van het getroffen gebied nog altijd in die sfeer van onzekerheid en angst. Ruim zeshon derd van de duizend geëvacueerden is toegezegd dat ze in de loop van augustus naar hun wonin gen mogen terugkeren. Voor hen komt er dan een einde aan een jaar lange evacuatie, maar niet allen zullen weer met evenveel smaak sla uit eigen tuin en appels uit eigen boomgaard eten. Velen voelen de dreiging van het gif in zich en Speciaal aanstaande moeders maken een marte lende zwangerschap door. Het aantal spontane miskramen is in het gebied de laatste maanden opvallend sterk toegenomen. In het afgelopen jaar zijn kinderen geboren en gestorven met en aan afwijkingen die mogelijk verband houden met het gif. Er zijn volwassenen gestorven met leveraandoeningen die misschien iets met het gif te maken'hebben. Er is tenminste één jonge vrouw overleden bij een clandestiene abortus. Tientallen anderen hebben in Italië of in het buitenland een abortus kliniek opgezocht en zich laten aborteren, on danks de felle tegenstand van o.a. het Vaticaan en de Christen-democraten die deze ingreep ver werpen. De verontruste inwoners hebben het afgelopen jaar meermalen de autowegen in het gebied geblokkeerd als protest tegen hun situatie. Ze drongen meermalen met geweld door de prikkeldraadafzettingen en kraakten hun eigen huizen. Vuilnismannen in het gebied staken op gezette tijden uit angst dat ze besmet raken. In de medische hulpposten heerste vele malen een uiterst nerveuze stemming als ouders hun kinde ren opnieuw moesten laten onderzoeken op gif- sporen in het lichaam. Het gebied is het afgelo pen jaar een langzame economische dood gestor ven, omdat tal van besmette fabrieken moesten sluiten en de produkten uit het nijvere Seveso en omgeving elders in Italië beleefd geweigerd werden. De regering heeft intussen een speciale commis saris voor het gebied benoemd, een formule die in het door een aardbeving getroffen gebied Friulie uitstekend gewerkt heeft. De commissaris is de burgemeester van Como, de oud-, wereld- en'olympisch schermkampioen Antonio Spallino, die de politieke opdracht heeft orde te brengen in de administratieve chaos en de competentie-rotzooi. Hij moet de steunpro gramma's coördineren en uitvoeren en zal min stens twee jaar met die taak bezig zijn. Hij heeft daartoe een permanent (klachten)bureau in Seve so geopend. „Als schermer heb ik geleerd de tegenstander in de ogen te kijken, geduldig te wachten en op het juiste moment toe te slaan", aldus Spallino. Tegelijk wil hij niet te veel geduld oefenen en dus tijd verliezen met inwerkstudies omdat er al een jaar verloren is gegaan. Een triest jaar voor Seveso en omgeving. Vooral voor de vele tientallen kinderen die nog altijd met omzwachtelde hoofden rondlopen en die hun moeders voortdurend vragen waarom ze die bultjes en die jeuk hebben. Voor de zoveelste keer moeten die ongeruste ouders geruststellend vertellen dat het van de fabriek komt en dat het over een tijdje wel weer overgaat. Zoals die „rotfabriek" ook de schuld is van de plotseling zwartwordende vinger- en teennagels en andere afwijkingen, die reeds of nog niet zichtbaar zijn. Natuurlijk, ook chloorac- né, zoals deze huidziekte heet, hoeft geen men senleeftijd te duren en niet-dodelijk te zijn, maar is dót een troost voor een paar honderd kinderen die dag en nacht de ellende, de pijn en het ongemak ondergaan van een „fabrieksfoutje", dat de grootste ecologische ramp in Italië heeft veroorzaakt FRANS WIJNANDS Ze zijn daarentegen verdeeld in hun visie over de bestrijding van deze ramp. In een land als Italië leidt dat al gauw tot heetgebakerde ruzies, tot ordinaire scheldpartijen over en weer, tot hooglopende competentie-debatten en ontslagen van verontwaardigde deskundigen. Bovendien speelt in een dergelijk nationaal-regio- nale kwestie altijd de politiek mee, omdat de Italiaanse politieke partijen uit alles wat er in hun land gebeurt voordeel trachten te halen. De onzekerheid en machteloosheid van de weten schappelijke wereld, de politieke onenigheid en de ongerustheid en woede van de getroffen personen vormen een heksenketel waarin tot nu toe weinig goeds gebrouwen is. Juli 1976 begon in vrijwel heel Europa bijzonder heet. De schroeiende hittegolf en het bijbehoren de gebrek aan water, het geweeklaag van de boeren en het gejuich van de vakantieindustrie vormden dagenlang voorpagina-nieuws. Zelfs in de Italiaanse bladen was aanvankelijk niet zoveel ruimte beschikbaar voor het bedrijfsongeval bij de I.C.M.E.S.A.-fabriek in Meda, een van de geïndustrialiseerde stadjes in de buurt van Mi laan. In deze Zwitserse chemische fabriek deed zich op 10 juli een bloedhete zaterdag een ontploffing voor waarbij vijf kilo gif ontsnapte in een onzichtbare wolk. Deze daalde in de daaropvolgende uren en dagen overal neer. De noordenwind voerde het gif zuidwaarts naar Seveso, Cesano, Maderno, Desio en naar de buitenwijken van Milaan. De eerste dagen werd voornamelijk alleen over de stank gesproken, ook al omdat de Zwitsers-Italiaanse directie van de fabriek niet erg scheutig was met details. Na bijna een week sloop een klemmende angst het getroffen gebied binnen, toen steeds meer kleine huisdieren, kippen en vogels op mysterieu ze wijze doodgingen. De paniek greep om zich heen toen de autoriteiten veertien dagen na de rampzalige explosie honderden bewoners eva cueerden. Huizen werden gesloten en het zwaarst getroffen gebied met prikkeldraad en metersho ge hekken hermetisch afgesloten. Er werd een zóne-A ingesteld: zwaar getroffen en besmet gebied, en volgens vele geleerden eigenlijk niet meer veilig te bewonen, zeker niet in de eerstko mende tien jaar. Zóne-B, een groter gebied, (ruim 200 ha.) waar de besmetting mee leek te vallen, maar het afgelopen jaar zijn de autoriteiten telkens weer opnieuw teleurgesteld omdat de geregelde metin gen aantonen, dat het gif verder en dieper was neergedaald dan men gehoopt had. „Zo worden we het slachtoffer van de nauwkeu righeid van onze eigen meetapparaten," aldus merkte een Zwitsers directielid cynisch en niet bepaald fijngevoelig op. Meer mensen werden geëvacueerd, scholen geslo ten, wegen afgesloten en militairen ter bewaking ingezet. Men begon met een grondige schoon- maakaktie waarbij in veiligheidskleding gestoken werkploegen alle besmette materiaal verzamel den om te verbranden, zoals kadavers, groente, meubels, alle vegetatie en vooral de toplaag van de bodem. Veel getroffenen, gesteund door natuurvrienden en ecologische profeten, reageerden hun angst, woede en teleurstelling af op de Zwitsers, die Italië zouden gebruiken voor hun kapitalistische ondernemingen en die voornamelijk de meest riskante industrie buiten Zwitserland zouden ves tigen om het eigen land voor dit soort rampen te behoeden. De oude vete tussen Italianen en Zwitsers kreeg opnieuw voedsel. De Zwitserse hoofddirectie van de rampfabriek werd gearresteerd en zat enige tijd gevangen, maar werd later op borgtocht vrijgelaten. De Zwitserse hoofddirectie van het moederbedrijf stelde gigantische sommen (30 miljoen gulden) in het vooruitzicht als voorlopige schadevergoe ding. Alle besmette huizen rond de fabriek wer den opgekocht en de eigenaren schadeloos ge steld. De Zwitsers zegden alle wetenschappelijke en technische steun toe om de ramp te bestrijden en het gif te vernietigen. Tot nu toe hebben ze nog maar zes miljoen gulden werkelijk overgemaakt, terwijl de Italia nen al berekend hebben dat de uitvoering van de hulpprogramma's voor het gebied minstens 350 miljoen gulden gaan kosten. Met gretigheid luisterden de slachtoffers naar de woorden van de Amerikaanse ecoloog Barry Commoner die voorstelde om de toplaag van de besmette bodem met vrachtwagens naar Zwitser land te brengen en bij het hoofdkantoor van de rampfabriek op de stoep te deponeren. Die sug gestie is tot nu toe niet uitgewerkt. Wel is de ramp voor de Italiaanse pers een uitgelezen kans geweest om de schandalige toe standen op het gebied van de milieuverontreini ging in Italië aan de kaak te stellen. Een katje bij de afzetting, waarachter het besmette gebied begint. Veel kleine huisdieren zijn als gevolg van de besmetting dood gegaan. Personeelsleden van de Zwitserse fabriek (linksweigerden het getroffen gebied te betreden. Zij werden vervanaen door (rechts) militairen. In beschermende kleding gehulde en gemaskerde deskundigen onderzoeken de giftige bodem van Seveso.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 16