Hondebaan
met
gouden
toekomst
„Het is net of
ik de bevrijding
weer beleef'
Bejaarde jeeps en
Harley Davidsons
in ere hersteld
ZELFS GEFLIPTE
RASSOORTEN
KUNNEN
SOLLICITEREN
caat politiehond II. Je kunt het dier ook verkopen
aan een politiekorps bijvoorbeeld. De nieuwe bege
leider zal dan toch weer tests moeten afleggen met
zijn hond. De leden die de honden houden willen
meestal succesvol meedoen aan de vele wedstrijden,
die wij als vereniging organiseren. De politieman
moet echter met hond het certificaat hebben be
haald. Dat zegt het surveillancehondenbesluit."
De KNPV heeft een uniforme methodiek van keu
ren. De keurmeester moet zich eerst door strenge
examens heen worstelen, wil hij bekwaam genoeg
geacht worden om een hond te kunnen testen.
Osseweyer: „Wij hebben een nadrukkelijke procedu
re hoe te handelen als keurmeester. Zo'n vierhon
derd honden per jaar worden afgericht door een
korps van keurmeesters. Dat kan alleen met een
goed gedocumenteerd en gestandaardiseerd keu
ringsreglement." Osseweyer geeft een voorbeeldje
van de moeilijkheidsgraad: „Kijk, tussen de ver
schillende oefeningen die een hond moet beheersen,
bestaan technische verbindingen. Als een hond een
vluchtende verdachte tot staan brengt, een schijn-
aanval uitvoert, en de man verroert zich niet, mag
de hond niet bijten. Prima dus als de hond het niet
doet, maar als die hond gaat kuieren, is het logisch
dat hij niet bijt. Dus fout. Nee, geen eenvoudige
opgave om keurmeester te worden. Het zijn echte
dresseurs."
Er is nog een belangrijk man bij de africhting: de
zogenaamde helper, de boef, meestal ingepakt in
centimeters dik omhulsel, omdat het beest-in-trai-
mng graag aan zijn vodden gaat hangen. „Die
helper is zeker zo belangrijk", zegt Osseweyer. Hij
moet niet alleen de reglementen goed kennen, hij
moet zelfs de hond kennen. Hij moet gelegenheid
geven dat de hond fouten maakt. Hij moet de
zwakke en sterke punten van de betreffende hond
weten." Hoofdinspecteur Osseweyer neigt naar het
lyrische als hij het over de africhting heeft
Is het geen vorm van dierenkwellerij, een hond met
eigen wil en karakter slaafs gehoorzaam maken?
„Je moet inspelen op de dierpsychologie. De hond
moet alles logisch vinden wat van hem verlangd
wordt. Hij moet er plezier in hebben. Dat is het
allerbelangrijkste. Hoe je dat merkt? Aan het ge
drag van de hond. Hij staat fier, moet kwispelen
en hij is gewoon kwiek. Een goed afgerichte hond
doet zijn werk met veel elan."
„Je mag een hond best bestraffen. Belonen en
corrigeren horen bij elkaar. Maar belonen is niet
verwennen en corrigeren is niet mishandelen. Dege
ne die verwent, is een principiële mishandelaar. Een
hond is een roedeldier. Hij is loyaal tegenover
zijn leider. De afgerichte hond heeft met zijn in
stinct leren werken en een goed afgerichte hond
AMSTERDAM De moeder
overste Vein het grote klooster
te Bastogne klapte haar gerim
pelde handen tot ze rood za
gen. „Het is net of ik de bevrij
ding van 1944 weer beleef', zei
ze opgewonden. Het motorge
ronk had haar als muziek in
de oren geklonken en toen ze
de Jeeps, de GMC's, de Dod
ges en de Harley-Davidsons op
de binnenplaats in kolonne
zag staan, kon ze haar ontroe
ring nauwelijks de baas. Ze
herinnerde zich weer die zo
bange dagen van het Ardenne
noffensief en de zo verrukke
lijke bevrijding die daarop
volgde. Op de binnenplaats
van het klooster zwegen de
motoren als op commando,
alsof de chauffeurs voelden
dat een moment van bezinning
op zijn plaats was.
Toen stapte een van de jeep
chauffeurs uit en stelde zich
aan de moeder-overste voor:
Kuuk Griep uit Amsterdam,
van beroep slagwerker en op
richter van de Nederlandse
vereniging „Keep them rol
ling".
De moeder-overste klapte op
nieuw en zij kon Kuuk Griep
en zijn groep geen groter com
pliment maken dan door te
zeggen: JDit is echt. Dit waren
de voertuigen zoals Ameri
kanen die bij de bevrijding
van Europa gebruikten." De
bijna tweehonderd leden van
„Keep them rolling" stellen er
een eer in voertuigen uit de
Tweede Wereldoorlog in stand
te houden en ze ook en vooral
berijdbaar te maken.
Waarom? Welke herinneringen
kunnen jongens als de 36-jari-
ge Kuuk Griep hebben aan de
wereldworsteling? Ze waren
nog maar nauwelijks of nog
niet eens geboren toen de we
reld in brand stond
In het Amsterdamse trappen
huis aan de Van Baerlestraat
32 vertelt Kuuk Griep: „Twee
dagen na het uitbreken van de
oorlog in Nederland op 12
mei 1940 dus ben ik gebo
ren. Een heel klein beetje kan
ik me nog herinneren van de
oorlog, van Duitse soldaten.
Van de bevrijding zo veel te
meer.
Vlak voor ons huis parkeerden
de Canadezen altijd een jeep
op de stoep. Ik mocht telkens
in dat merkwaardige wagen
tje, dat in de oorlog zo'n grote
rol had gespeeld, gaan spelen.
Nog altijd ruik ik die vette
canvasluchtIk wilde, toen
ik ouder was geworden, wel
eens zo'n jeep bezitten. Maar
ja, ik had geen geld genoeg.
En ik was te jong.
Het duurde tot 1959. Toen pas
kon ik voor precies 830 gulden
een aftandse jeep kopen. Me
teen haalde ik het rijbewijs.
Nee, ik kocht geen vw-tje,
zoals anderen zouden hebben
gedaan. Voor mij was het een
jeep.
En zo begon het Er waren in
die jaren al enkele verzame
laars van oorlogsvoertuigen en
anderen legden zich toe op
verbindingsmiddelen die in
1940-1945 werden gebruikt.
Jan Eshuis uit Amstelveen bij
voorbeeld. Het is voor hem
nog altijd een sensatie met die
hoogbejaarde zend- en ont
vangtoestellen te werken.
„Ja, en zo ontstond het idee",
zegt Kuuk Griep, een minimo-
del commandocar koesterend,
„De koppen bij elkaar te ste
ken. We richtten onze vereni
ging „Keep them rolling" op.
Zo langzamerhand hebben we
in de club bijzonder veel oude
originele voertuigen, zoals
GMC-vrachtwagens, weapon-
carriers, Jf illy's jeeps, Dodge-
radiowagens, Harley David-
son-motoren, Fordmaterieel en
zelfs zo'n grote Diamond-T-
hijskraanwagen.
Nou wil ik zo graag een
DUKW een amfibievaar- en
voertuig, maar dat ding is zo
duur dat we wel met z'n
drieën er eentje moeten kopen.
Ik weet waar ik moet zijn. We
staan met het Nederlandse le
ger op zeer goede voet, maar
dat heeft geen geld om al die
oude wagens zelf in stand te
houden. Het leger is ons wel
bijzonder terwille en het wijst
ons dump-plaatsen aan waar
we wat kunnen vinden. Het
gebeurt wel eens dat we com
plete voertuigen nog in onder
delen in onuitgepakte kratten
aantreffen. De Amerikanen
dumpten toen alles wat ze
hadden in Europa en vooral in
Nederland."
„Laatst nog vonden we origi
nele en puike jeepmotoren, die
we natuurlijk in de al even
originele carrosserieën plaat
sen. Dat doen we zelf. De mo
torkennis doen we op in oude
handboeken, waarin de onder
delen staan afgebeeld. Het
komt voor dat jongens van
onze club een voertuig opbou
wen van niets tot een origineel
voertuig. Kijk, wij vinden de
originaliteit het allerbelang
rijkste. Een technische com
missie beoordeelt elk voertuig,
waaraan alleen maar originele
onderdelen mogen zitten."
Kuuks jeep uit 1941, geel
gekleurd en gebruikt in de
woestijoorlog van Montgome
ry tegen Rommel remde
niet zo best. Besloten werd een
rembekrachtiger aan te bren
gen, zodat de oude N illy's op
de weg mocht rijden. „Je kunt
dat ding niet zien zitten hoor-
grijnst Kuuk Griep als
we achter het stuur van de
jeep plaatsnemen. Over de
hobbelkeien op het terrein van
de oude Amsterdamse tramre
mise jakkert de Willy's als in
zijn beste jaren. Voorop staat
een rood bordje met een gele
kameel er op, het symbool van
Monty's woestijnratten. Com
fortabel is het allemaal niet en
je krijgt nog weer eens bewon
dering voor de mannen die
urenlang ja soms dagenlang
met deze merkwaardige rij
dingen door het woestijnzand
stoven.
Als de jeep wordt teruggezet,
gaat het ding enorm stinken.
„Da's olie op de uitlaat",
grijnst Kuuk. „Dat hoort er
een beetje bij hoor al kost het
me ook een paar busjes olie
als we uit rijden gaan."
Want dèt doen de tweehon
derd leden van „Keep them
rolling" geregeld; met de hele
club in het zand van de Velu-
we bijvoorbeeld. En dan blijkt
hoe goed al die voertuigen het
nog doen ondanks hun respec
tabele leeftijd van meer dan
dertig, soms vijfendertig jaar.
V ie er lid zijn? Kuuk gaat
opsommen: „Tandartsen, on
dernemers, onderwijzers, fa
brikanten, PTTersAlle
maal hebben we zeg maar, dat
jeugdsentiment, dat stukje
nostalgie naar onze kinderja
ren. Oh ja, er zijn er ook die
de oorlog bewust hebben mee
gemaakt Voor hen is het
denkik, nog iets méér dan
jeugdsentiment"
Op de schoorsteenmantel
van Kuuks trappenhuis staan
alle modellen van de voertui
gen die hij bezit. Planken vol
handboeken over militaire
voertuigen sieren de wanden.
„Ja, ik ben gek op al die din
gen, zoals iemand anders gek
van postzegels kan zijn."
De Nederlanders hebben veel
internationale contacten. Zij
maken met Fransen, Engelsen
en Belgen vaak langdurige
tochten, zoals naar de Arden
nen en de Liberationtour naar
Parijs. „We worden wel eens
door de militaire politie aange
houden en de rijkspolitie liet
oris tot vervelens toe stoppen.
Nou hebben we het zo gere
geld: We bellen, voordat we
gaan rijden, met Driebergen
en daarna worden de politie
mensen op de weg gewaar
schuwd dat we er aan komen.
De politie weet dat we niet in
wrakken rijden, dat we wegen
belasting betalen, dat we deel
3 op de voorruit hebben dat
dat onze voertuigen gekeurd
zijn, al worden de eisen wel
steeds strenger. Dat moet ook
wel, vinden we. We mogen nóu
eenmaal geen gevaar op de
weg vormen."
BOB BIRZA
staat veel dichter bij moedertje natuur. Doordat hij
eeuwenlang een huisdier is geweest, staat hij er nu
aardig ver van af. Wij proberen honden te fokken
ter verbetering van het interieur en exterieur."
Fokken? .Veel rassen worden toch doorgefokt, fijn
gemalen tot huis-, tuin- en keukentroetelaars? Osse
weyer: „Ja, ondanks alle goede bedoelingen van de
kynologische clubs houden ze het fokken niet meer
strak in de hand. Iedereen moest zo nodig een Rin
Tin Tin hebben of een Lassie Man, Lassie lassie
is een herder uit de Schotse hooglanden, een fabel
achtige werkhond, dik in het vacht. Nu is het een
juffertje geworden. Zo kun je nog meer rassen
opnoemen, de Ierse Setter b.v. Ik vind dit een
jammerlijke zaak. Het gevaar zit hem niet in het
africhten, maar in de modeverschijnselen.
Het africhten van een politiehond kan dan prima
zijn, maar het omscholen van politiehond naar
objectbewakingshond is natuurlijk ook een mode
verschijnsel. Daar lag voor ons een taak. Er was
een behoefte aan een bewakingshond. Vele honden
zijn reeds ingeschakeld bij de bewaking van ob-,
jecten van particulieren en overheid. Zij hebben
echter geen van allen een gedegen opleiding ge
volgd. Wij hebben de eisen voor zo'n hond wat
toegesneden op het terrein van bewaking", aldus
'Osseweyer.
Mag een particuliere bewakingsdienst een hond als
wapen gebruiken?
Osseweyer: „Niet als wapen, wel als hulpmiddel. Als
iemand controle uitoefent op eigen afgesloten ter
rein en een verdacht persoon luistert niet naar de
bevelen, is het een goede zaak dat de hond ingrijpt.
De wet verbiedt dit niet, de wet verbiedt wel het
aanhitsen van een gevaarlijk dier. Nou,een object
bewakingshond is geen gevaarlijk dier. Als de
bewaker roept: „Halt bewaking", dan mag hij bij
niet opvolgen van dat bevel rustig gebruik maken
van zijn hond. Daar is geen jurisprudentie over. Ik
zeg er evenwel bij, laten wij eisen stellen aan dier
en bewaker. Daarom juist geven wij dit certificaat.
Wij stellen de regels uit oogpunt van dressuur.
LEON VAN KAN
EPE Zelfs geflipte rassoorten ruiken hun kans.
Een unieke hondebaan ligt in het verschiet: De
objectbewakingshond. Het hoofdbestuur van de
Koninklijke Nederlandse Politiehond Vereniging
(KNPV) heeft het certificaat „objectbewakings
hond" sinds kort ingesteld. De opleiding is behoor
lijk pittig, bijna honds eigenlijk. Vice-voorzitter
van de KNPV, hoofdinspecteur J. C. Osseweijer uit
Epe vergelijkt de scholing van zo'n getalenteerde
politieviervoeter met die van een politieambte
naar. „De politieschool leidt je op tot politie-amb-
tenaar, dat is de politiehond I, de academie leidt
op tot hogere functies, de politiehond II, maar het
eerste wil niet zeggen dat je je vak niet verstaat.
Dan kun je je nog bekwamen in specifieke onderde
len en dat doet de objectbewakingshond. Verder
gaat de vergelijking mank." Waarmee Oseeweyer
onuitgesproken laat dat een hond óók fouten kan
maken.
Dit zal men trouwens ook niet gauw horen van een
van de 7500 leden van de KNPV, want al is zelfs
de politiehond ook maar een dier, fouten maken
de mensen. Haalt de hond de zware opleiding niet,
dan is het een kwestie van karakter en aanleg van
het dier, niet van zijn goede wil. Maar doorloopt
de hond met zijn begeleiders alle tests, dan krijgt
het baasje een waardevol en begerenswaardig docu
ment in handen. De gediplomeerde hond is wel
twee- tot drieduizend gulden waard en overheidsin
stanties of particuliere bewakingsdiensten hebben
dat graag voor zo'n afgericht blaffend wapen over
Want een wapen is zo'n gedresseerde lobbes natuur
lijk wel.
Osseweyer, zelf ooit leider van een politiehondenbri
gade zegt het ook: „Het inzetten van een hond kun
je inderdaad vergelijken met het inzetten van een
wapen. Maar wel met duidelijke voordelen. Het is
niet dodelijk, zeer effectief en objectief. Het wapen
brengt nooit ernstig lichamelijk letsel toe en wat
belangrijk is, je kunt nog corrigeren. Met welk
tinder wapen is dat het geval? Eigenlijk een uniek
midden, zo'n hond."
In de hondenencyclopedie komt de naam „objectbe
wakingshond" niet voor, maar als de KNPV een
certificaat uitgeeft, moet men het wel zeer serieus
nemen. De vereniging opereert al sinds 1907 en
bestaat voor het overgrote deel uit niet-politiemen-
sen en een duizendtal politieambtenaren. Deze lief
hebbers gaat het niet zo zeer om de schoonheid en
raszuiverheid van het dier, maar zij hebben er
plezier in de hond af te richten om hem daarna
te verkopen en met een andere hond weer opnieuw
te beginnen. Osseweyer: „Als je het certificaat
politiehond I hebt, kun je doorgaan tot het certifi
motorkennls hadden dat ze de meest
voorkomende storingen zelf konden
verhelpen.
„Keep them rolling" Is intussen de
naam geworden van een Nederlandse
vereniging, die zich ten doel stelt uit
sluitend voertuigen uit de jaren van de
Tweede Wereldoorlog rijdend te hou
den. En niet alleen voertuigen. Maar
ook vaar- en vliegtuigen poogt men In
conditie te houden. De vereniging telt
Na de geallieerde landingen In Nor-
mandië (de Invasie van 6 juni 1944)
verschenen er langs de aan- en af-
voerwegen naar en van het front bord
jes met daarop: „Keep 'em rolling".
Het was een (dringende) aanmoedi
ging aan de chauffeurs van leeps,
weaponcarriers, GMC, Dodge- en Ford
vrachtwagens en tientallen andere
voertuigen, om het rijdend materieel
ook rijdend te hóuden. Van de chauf
feurs werd vervracht dat ze zoveel