Ernst Happel:Ik kom kijken hoe Nederland wint JULIEN COOLS Zwoeger op Belgisch middenveld -^)e Bosch uil ^ien grauwe vrnwe Talent genoeg om voor 1978 in te passen ^DRT :rnst Happel: "Nederland speelt nog altijd totaalvoetbal en dat kan België niet. BRUSSEL Julien Cools: een afgetraind gezicht waarop het vel spant, een zuinig mondje dat desondanks vlot de woorden laat rollen, een pezig lichaam en dertig jaar oud. Hij heeft zojuist een trainingspartijtje gespeeld in het Heizelstadion. Bondscoach Guy Thijs heeft bij de enige deur van het stadion die open is, een man geposteerd die een hoed draagt en een regenjas. Niemand mag erin. Naast de man staat een jongeling, die alleen al een hoge fünctie heeft gekregen omdat hij een band om de linkerarm draagt, die hem toestaat eenieder op nogal norse wijze de toegang te beletten. Hij wacht op een teken van coach Guy Thijs en even later mag Julien Cools, de Wim Jansen van het Belgische elftal met een enorme actieradius en een verfijnde techniek, praten. Hij is een van de steunpilaren van Guy Thijs die driemaal voor het Belgische elftal uitkwam tegen Nederland en daarvan twee keer met ontzag tegen Oranje opkeek. Dat is voorbij, „hoewel we nog niet zo'n uitgebalanceerde ploeg hebben als Nederland. Daarin staan spelers die elkaar aanvullen. Ik bedoel dan een Willy v.d. Kerkhof die veel werk verzet, een Neeskens die hard is en een Cruijf die de stijlspeler is. Wij zijn nog niet zo ver maar we hebben nu wel persoonlijkheden in de ploeg. Ludo Coeck is er zo een". Middenvelder Julien Cools is te bescheiden om zichzelf te noemen maar hij is wel degelijk een van hen, die de lijn in het Belgische elftal (kunnen) bepalen. Hij heeft het moeilijk gehad met de uitschakeling van zijn Club Brugge in het Europa Cuptoernooi. „Daar denk je dan over na. In de uitwedstrijd tegen Borussia Mönchengladbach bepaalden wij de wedstrijd. Thuis kwamen we de eerste tien minuten niet aan de bal, gingen aan onszelf twijfelen, probeerden de 0—0 te handhaven en werden uitgeschakeld. Dat geeft je een tik maar dan realiseer je jezelf dat weinig dagen later België—Nederland moet worden gespeeld en dat ook het voetballe ven doorgaat". Voor Julien Cools zit er niettemin weinig „toekomst" in het duel dat over Argentinië 1978 kan beslissen. Hij is getrouwd, heeft drie kinderen en piekert er op dit moment niet over de verre reis te ondernemen als België zich mocht kwalificeren. „Als het Argentinië mocht worden, ben ik onderhand tweëendertig jaar. Nu sta ik op het standpunt dat ik, als ze me dan nog willen hebben, geen zin heb om zes weken van huis te zijn, nog afgezien van de politieke situatie in Argentinië. Ik heb van Raoul Lambert gehoord, die destijds zes weken in Mexico heeft doorgebracht voor het toernooi om de wereldtitel, dat het een verschrikking was. Maar je weet niet hoe je er over denkt als ze tegen die tijd toch een beroep op je doen". Vrij spelen Julien Cools, pas op latere leeftijd geroepen tot het verdedigen van de „eer van zijn land", drukt zich immer diplomatiek uit. Over zijn Club Brugge: „Toen ze daar De Wit buitengesmeten hadden, kwam Ernst Happel. Henk Houwaart speelde bij ons en hij kende Happel. Wij moesten aan hem wennen. We speelden alsof we liefhebbers waren maar Happel eiste van ons een instelling als profs, wat we tenslotte ook zijn. Daar moesten we aan wennen. Julien Cools. Vroeger hadden we angst voor Nederland maar dat is voorbij Hij heeft me wat uitgefoeterd. Happel leerde ons te spelen zoals Nederland voetbalt: aanvallend en attractief. Sinds zijn komst hebben we niet meer verdedigend gespeeld. Die tendens is ook te merken bij het Belgische elftal maar er is één verschil: bij Thijs mogen we vrij spelen, je kunt met de bal doen wat je wilt en dat vinden we prettig". Julien Cools realiseert zich meteen dat hij daarmee de indruk kan wekken dat het straffe regime van Happel hem minder zint. Hij corrigeert zichzelf ijlings. „Bij Goethals waren we gedwongen verdedigend te spelen. Thijs wil aanvallend voetbal. De ploeg, die we momenteel hebben, is aanvallend ingesteld, zoals de topclubs in België. Club Brugge, Anderlecht, Molenbeek, ze spelen op de aanval, met opkomende middenvelders. Daarmee zal Nederland ook worden geconfron teerd. Onze topclubs spelen niet Belgisch maar op de Nederlandse of Duitse wijze. We hebben lering getrokken uit het wereldtoernooi waarin Nederland fantastisch speelde. Dat wilde iedereen imiteren, België ook maar je moet er wel het materiaal voor hebben. Daarom zeg ik dat wij nog niet zo ver zijn dat we een ploeg hebben met spelers die elkaar volkomen aavullen. Dan pas heb je een sterk team". Geen schrik „Dat wil met zeggen dat we angst hebben voor het Nederlands elftal. Vroeger wel. Toen gingen we het veld in met de bedoeling 0—0 te spelen en te proberen tegen het eind een doelpuntje te maken. Nu hebben we geen schrik meer. Nederland mag nog zo sterk zijn maar het speelde tegen IJsland slechter dan wij en het verloor aan Noord Ierland een punt Wij niet Het systeem dat België nu speelt geeft ons vertrouwen. Het is hetzelfde als onze topclubs hanteren maar met meer vrijheid van handelen. We zullen ongetwijfeld proberen op dezelfde manier tegen Nederland te spelen als we tegen Noord Ierland deden. Ik zeg niet dat we winnen maar gezien wat reeds is gepasseerd, hebben we geen slechte papieren". België is een nieuwe weg ingeslagen. Bondscoach Guy Thijs heeft zich geconformeerd aan de topclubs die neigen naar het totaalvoet bal van Nederland in de gouden tijd van het wereldtoernooi 1974. „Dat vergt tijd", aldus Julien Cools, „maar we zijn op de goede weg. Vroeger hadden we eigenlijk geen persoonlijkheid in het team, nu wel, meer dan een zelfs. Wij zijn overgeschakeld van het verdedigende spel naar het aanvallende, met ook opkomende vleugelverdedigers, precies zoals Holland dat doet En we hebben voldoende zelfvertrouwen om ons niet bij voorbaat in de hoek te laten drukken. Nogmaals, we hebben geen schrik voor Nederland en we weten wat op het spel staat. Winnen betekent zo goed als zeker Argentinië halen, hoewel ik er waarschijnlijk voor zal bedanken". In elk geval wil Julien Cools, onvermoeibaar zwoeger van het Belgische team, zijn steentje bijdragen om het doel te bereiken.Zeg maar steen want het zal bepaald niet gering zijn wat hij bijdraagt. HERMAN VAN BERGEM ce J|tstadion De Boschuil, ]e volksmond de Hel Jaa' Deurne, kan onge- .e j(f zestigduizend toe- omaPuwers herbergen c. H#rvan vijftienduizend anbe duels tussen beide lan den in dit oude en nogal grauwe stadion ge speeld. De secretaris van de Koninklijke Bel gische Voetbalbond, Al- bert Roossens: "Dat is een traditie die we niet willen verbreken. Sinds de eerste officiële inter land in 1905 is in Ant werpen gespeeld, op drie na, in 1935, 1936 en 22 mei 1976 toen Brussel het strijdtoneel was. De uitslagen waren toen kOp 2 oktober 960 won ^Nederland /oor het aatst in Antwerpen toeschouwers een zit plaats hebben en de rest moet staan. Het Neder lands legioen is twaalf duizend man groot. Bij na altijd werden de resp. 0-2, 1-1 en 1-2. In Antwerpen deden we het beter. Nog vers in het geheugen ligt bij de aanhang van Club Brugge de komst van Ernst Happel die het idool VandenDaele niet waardig bevond voor zijn ploeg en hem de laan uitstuurde. Zoals hij ook geen spier vertrok toen Roger van Gooi voor het kapitale bedrag van een miljoen Duitse Marken naar FC Köln ging. Geen ach noch wee kwam over zijn lippen. „Hij gaat maar", zei Ernst HappeL Even droog roept hij uit: „België gaateen moeilijke wedstrijd spelen, al is het al leen maar omdat Raoul Lambert niet kan worden opgesteld vanwege zijn blessure. Voorts speelt Nederland nog altijd totaal- vanuit de defensie". En ietwat misprij zend volgt daar dan op: „Met twee spit sen en vier man op het middenveld". De mond maakt dan een beweging alsof er iets vies per ongeluk tussen de lippen terecht is gekomen. Ernst Happel, tot 1979 gekluisterd aan Club Brugge, waarmee alle speculaties die in Rotterdam de ronde doen naar het hiernamaals worden verwezen - of Feye- noord zou zijn contract moeten afkopen en dat kost een lieve cent, te lief voor het Feyenoord van nu - volgt het voetbal in Nederland nog steeds op de voet. Zoals hij trouwens het voetbal in de gehele wereld aan zijn kritisch oog voorbij laat trekken. „Kijk eens, er is voor België maar één kans, zaterdag winnen. Gebeurt dat niet en ik voorzie dat het niet zal gebeuren, dan kan België Argentinië ver geten. Ik heb Nederland tegen Noord- Ierland zien spelen, ik zag België ook tegen die ploeg. Nou zijn ze er trots op dat Nederland gelijkspeelde en België won. Kijk eens hier, het Ierland tegen Nederland was veel beter. Het zat Neder land toen ook nog tegen. Ik heb jullie tegen Engeland zien voetballen. Dat was toch een geweldige wedstrijd. Wat een talent". Geen moeite Ernst Happel, in Oostenrijk nog steeds betiteld als „Weltmeister", en grootmees ter in het ontdekken van talent en het omvormen van spelers tot vedetten die op een andere plaats meer tot hun recht komen, blijft nuchter. Hij verheft zijn stem niet, er komt geen dweperige onder toon in maar zijn lof voor Oranje is er niet minder om. „Kijk eens hier, Zwartkruis heeft geen enkele moeite met zijn elftal. Nederland beschikt over voldoende doelmannen van formaat. De achterhoede is geen pro bleem Krol verkeert in fantastische vorm, Rijsbergen is niet alleen de sterk ste speler van Feyenoord maar ook de beste voorstopper, Suurbier is altijd nog waardevol en die nieuwe, Hovenkamp, is ronduit geweldig. Ik heb hem tegen Enge land gezien en bewonderd. Ik zag hem inFeyenoord-AZ en kan zeggen dat Ho venkamp een moderne linksback is, snel, veel opkomend en vooral intelligent spe lend. Er is talent voldoende in Neder land". Ernst Happel blijkt er zo van overtuigd dat Nederland zaterdag winst, dat hij al praat over Argentinië 1978. „Dan zijn enige spelers wel wat ouder geworden maar dat is geen bezwaar. Je moet so wie so met een geroutineerde ploeg gaan. Er is genoeg jong talent om te zijner tijd als opvolgers te fungeren en er kan voor 1978 best wat ingepast worden. Niet meer dan twee, maximaal drie jongeren, an ders gaat de routine eruit. Je kunt na tuurlijk niet zo maar zeven jonge kerels opstellen zonder voldoende internationale ervaring". .Jammer dat Jan Peters niet kan spelen maar dat is ook al geen probleem Mid denvelders genoeg voor het Nederlands elftal. Met een terugvallende Cruijff en met Neeskens is het al, bij wijze van spreken, sterk genoeg. Nou, en de aanval zie ik ook moeiteloos. Rensenbrink in vorm is alleen al de grote schrik van de Belgea En hij is in vorm, dat kan ik verzekeren". Ernst Happel breekt zijn woordenstroom af. Hij bemerkt eensklaps dat hij een enorme loftrompet steekt over Oranje en dat hij ongemerkt toch tot een beschei den enthousiasme is gekomen Het gezicht neemt weer het „onpersoon lijke" aan. Uit de mond vloeien bijna achteloos de woorden: „Ik kom zaterdag kijken hoe Nederland wint...." HERMAN VAN BERGEM ÏMP uitwerpen De elftallen ton Nederland en België ^iullen elkaar voor de 108e Viaal in de voetbalhistorie treffen. Nederland heeft tot nu toe 48 wedstrijden in winst omgezet, verloor 36 maal en speelde 23 keer gelijk. In totaal 252 keer verdween de bal in het Belgische doel. De Belgen staan op Een totaal van 199. Van de 17 na de tweede wereldoor log gespeelde ontmoetingen heeft Nederland er 17 ge ronnen en 18 verloren, j: twaalf wedstrijden eindig- j len gelijk. e Het is bijna zeventien jaar eleden dat Nederland in uitwerpen een overwin ning op de Belgen heeft j behaald. Het werd op 2 ok tober 1960 een ruime zege: - -1. België heeft Nederland t n totaal 51 maal ontvangen n Antwerpen. Van die wedstrijden eindigden er 24 n een overwinning voor lelgië en 17 in winst voor Nederland. Tien keer wer- len de punten gedeeld. BRUGGE Of Ernst Happel de wereld beker verovert met Feyenoord - in lang vervlogen tijden - of met Club Brugge wordt uitgeschakeld - zeer recent - voor het toernooi om Europa Cup I maakt ogenschijnlijk niets uit. Hij heeft altijd hetzelfde stoïcijnse gezicht, hij kijkt im mer alsof hij wil zeggen „nou, en" en hij lijkt van elke emotie gespeend. Met dezelfde vlakke stem, waarmee hij een speler die hem niet bevalt naar een andere'club „verbant", zegt hij aan de vooravond van België-Nederland, het duel dat beslissend kan zijn voor het bereiken van de eindronde voor het we reldkampioenschap voetbal 1978: „Ik re ken op niets anders dan winst voor Nederland". Ernst Happel, die zo met voetbal is ver weven dat hij, 's nachts wakker gemaakt, meteen een diepgaand gesprek over het „vak" kan voeren, neemt nooit een blad voor Je mond en gaat altijd zijn eigen weg. Onlangs nog, toen FC Brugge - Borussia Mönchengladbach op het pro gramma stond - het duel dat Brugge de weg afsneed naar meer Europees succes - had het bestuur van de Brugse club de verzamelde Belgische pers opgeroepen om de laatste gegevens te verstrekken. Daarbij hoorde trainer Ernst Happel aan wezig te zijn. Hij verscheen niet want hij bevond zich, min of meer vermomd met een pet diep over de ogen getrokken, bij de training van de Borussen, wat hijbe- lahgrijker vond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 11