weekpuzzel door dr. Pluizer
dierenportret
sterrenhemel
oplossing worige puzzel
mfé
door
C. J. de Feijter
1 B°J.r Nuys
N
B 10 9
OAH92
OH V 10 3
*5 3
0
♦HV862
C?V876
A B 7
PAGINA 10
De prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn:
Twaalf gulden vijftig: Mevrouw A. v.d. Hulst,
Herenstraat 74,
Voorhout.
Zeven gulden vijftig: J. Th. v. Ruiten,
Pickestraat 54,
Noordwijk.
Vijf gulden W. v.d. Geijn-Van Heek,
Lingestraat 11,
Leiden.
De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd.
Oplossingen voor woensdagmiddag 12 uur onder vermelding van „Puzzel
8" opsturen naar:
Leidse Courant,
Postbus 11,
Leiden.
PUZZEL NR. 8
Van de volgende lettergrepen:
aan - am - boe - cu - cur - di - e
- een - ex - ge - ge - i - kant - ker
- la - Ie - Ie - Ie - leu - li - ma -
man - na - ne - nes - ni - ob - on
- on - op - pa - po - pro - re - ret
- rig - ses - sie - sie - sie - ste -
ta - ta - ter - ter - ti - tie - tor -
va - veer - vi - wa
kunnen 16 woorden van 8 letters van
navolgende betekenis worden verkre
gen. Bij juiste oplossing vormen de
gezamenlijke 16 letters op de vertica
le rij vanaf het cirkeltje met het cijfer
1een beroep.
1. stoeltje zonder leuning;
2. uitstapje;
3. slaapplaats;
4. graansilo;
5. volgens schatting;
6. percentsgewijs loon van bijvoor
beeld een makelaar;
7. algemene kwijtschelding van
straf;
8. Europeaan;
9. eenstemmig;
10. verzorg(st)er van handen en na
gels;
11. dwangvoorstelling;
12. oude Franse gouden munt;
13. geleiachtig eiwitpreparaat;
14. hooivork met lange steel;
15. onbeduidend gepraat;
16. sterrenbeeld aan de noordelijke
hemel.
SA. West kwam uit met klaver 4.
Als oost het aas zou bijspelen,
duikt zuid de tweede klaverslag en
het is duidelijk, dat het westspel
dan dood is. Maar als oost in de
eerste slag de boer bijspeelt, weet
de leider niet wie klaveraas heeft
en zal met de heer moeten nemen.
Hij heeft dan niet meer dan acht
slagen voordat oost weer aan slag
komt. Klaveraas en klaveren levert
dan nog vier klaverslagen voor
west op, voor een down.
tenslotte: in deze variant: 8. a3,
Veel genoegen met het uitpluizen
van deze verdediging!
Met het doorgeven van deze partij
heb ik tegenover Van Reek wel wat
goed te maken. U moet vooral niet
denken, dat hij een slecht schaker
is. Daarnaast is ook hij, met vele
anderen, studiekomponist. En
daarvan laat ik u een van zijn
eerste scheppingen zien. En dat
was direkt al een goede studie, hij
won de derde prijs in het toernooi
van de KNSB 1965. Hij heeft al
verschillende zeer goede studies
op zijn naam staan, waaronder een
eervolle vermelding in Sjachmaty
voor wat ik noem „de zuil van Van
Reek". Hier volgt zijn eerste toer-
nooisukses.
(Zie diagram nr. 2):
Wit: Kal, Lb1; pionnen: a2. h6.
Zwart: Kg8, Pf6; pionnen: a3. f2.
Wit begint en houdt remise.
Een sobere stelling van grote par
tijwaarschijnlijkheid waarin wit met
subtiel spel een remisestelling op
het bord brengt. Dat de oplossing
begint met: 1. Lb1-d3,is duide
lijk. 1..., Pf6-d5. De penning van
Pd5 levert niets op want de zwarte
koning gaat uit de penning. 2.
Ka1-b1, Pd5-b4, 3. d3-c4f, Kg8-h8!
Niet naar het veld h7 want dat kost
de f-pion. 4. Kb1-c1, Pb4xa2f, 5.
Kc1-d2, Pa2-b4, 6. Kd2-e2, Pb4-d3!
Hier ziet men waarom zwart niet
naar h7 mocht. De zet Pd3 was
dan onmogelijk geweest. 7. h6-h7!,
Pd3-b2, 8. Lc4-g8l, met remise.
Met zijn fijne spel heeft wit bereikt,
dat hij zijn laatste pion behield. De
witte koning kan tempozetten ma
ken op e2 en f1.
23x18! 13x20 3x39, maar dat
wachtte Pippel niet af, na 34-30
gaf hij zich gewonnen.
Hoewel er een serie aantrekkelijke
partijen is geproduceerd, toch ook
een handvol snelle beslissingen in
het spannende toernooi dat halve
finale heet (Rigterink—Ivens 0-2 en
Bronstring—Berends 2-0 bijvoor
beeld). In dit rijtje hoort ook de
partij Visser-Passchier thuis. Visser
hoort al jaren thuis in de sub-top,
waaronder de Brabander Passchier
zich nog niet heeft kunnen scha
ren. Ook in deze confrontatie wint
het Friese geweld. (Zie diagram).
Na de 20ste zet 7-11 van Passchier
stevent Visser met een slagzet op
winst af: 32-27 21x23 24-19 13x24
26-21 17x37 38-32 37x28, 33x2
24x33, 39x19 14x23, 34-30 25x34,
40x7, dat was natuurlijk de verras
sing; 9-13, 2x30 11x2. En zwart
bood nog tien zetten weerstand
aleer hij in het onvermijdelijke be
rustte.
LEIDSE COURANT
De zesde bijdrage in de BOLS
Bridge Tip competitie is afkomstig
van de jonge Israëli Schmuel Lev,
die het vorig jaar, op grond van
zijn verrichtingen bij de Europese
kampioenschappen 1975 in Brigh
ton, met het team van Israël mees
peelde in de wedstrijden om de
Bermuda Bowl en daar beslag wist
te leggen op de eervolle derde
plaats, achter de giganten Amerika
en Italië.
Tijdens de Team Olympiad, waarin
Israël de achtste plaats bereikte,
onderscheidden hij en zijn partner
Pinhas Romik zich dermate, dat zij
zijn uitgenodigd voor het aan
staande Sunday Times toernooi.
Lev's Tip houdt verband met het
tegenspel. Een van de dogma's die
uit het Whistspel werden overge
nomen luidde: „derde hand hoog"
en een andere kreet, met precies
dezelfde betekenis, was: „nooit
snijden op de partner."
Zegt Lev: „Sinds de prille beginja
ren van bridge is er natuurlijk veel
ontdekt. Mijn BOLS Tip heeft be
trekking op enkele vrij vaak voor-
9 5
OABV4
OH B
*H V B 6 3
V 7 6 4 2 #A B 3
03 «i n <*H87
09753 w7° OAV642
+8 7 2 L *9 4
H 108
c10 9 6 5 2
o 10 8
+A 10 5
komende situaties, waarin het veel
beter is, wèl op de partner te
snijden, d.w.z. de lagere van twee
niet-aansluitende honneurs bij te
spelen, zelfs al ligt er van de
voorgespeelde kleur weinig of
niets in de dummy.
In een kleurcontract kan zo'n
„snit" een vitale entree opleveren
voor een dodelijke switch.
Het noordspel werd geopend met
een Precisie 1 klaveren (16 punten
of meer) en noord-zuid bereikten
4 harten, nadat zuid drie controles
had aangegeven, te spelen door
zuid. West kwam uit met schoppen
4. Het was voor oost niet moeilijk
te zien, welke controles in het
zuidspel aanwezig waren (schop
penheer en klaveraas) en als hij
normaal het aas zou bijspelen,
wordt het contract zonder enige
moeite gewonnen, omdat de leider
niet meer verliest dan een schop
pen- een harten- en een ruitenslag.
Oost kan ook zien, dat het noodza
kelijk is, dat partner ruiten inspeelt
en daarom moest hij in de eerste
slag schoppenboer leggen, om de
heer van zuid er uit te jagen. Nadat
hij vervolgens met hartenheer aan
slag was gekomen, kon hij zijn
partner met schoppenvrouw aan
slag brengen, waarna de nage
speelde ruiten het contract deed
sneuvelen.
Ook in SA contracten kan deze
methode zijn vruchten afwerpen, al
is daarbij succes niet altijd verze
kerd:
Nadat zuid met 1 SA (15/17) had
geopend, werd het eindcontract 3
diagram 2
hetwelk door de loperzet ongedekt
is gelaten, aan te vallen. En wit
„vliegt er in". 3. Pc3, e6, 4. cd5:,
ed5: 5. Db3,(zie diagram 1).
Dat ziet er goed uit voor wit. er
staan twee pionnen aangevallen en
daarvan moet er een verloren
gaan. Maar zwart speelt doodrus
tig: 5..., Pc6! en hierop had wit
alleen met 6. e4, nog spel be
houden. Hij kon echter niet van
pion d5 afblijven en na: 6. Pd5:,
Le4!, 7. Pc3, Pd4: 8. Da4f, b5, 9.
Lg5, fS moest hij de vlag strijken
wegens mat of dameverlfes.
Het is amusant om eens na te
gaan hoe het spel kan verlopen
na: 6. e4, Wit kan dan niet op
d4 slaan wegens Da4f. Maar: 6.
de4: levert al vast een pion op.
7. Db7:. Pb4, 8. Lb5t. Ke7. 9. La4,
verhindert kwaliteitsverlies. 9
Tb8, 10. Da7: Pd3t belooft een
vuurwerkpartij met kansen aan bei
de zijden.
Zo ook: 7. d5, Pb4, 8. Lb5f. c6,
9. dc6:> bc6: 10. Lc4, Pd3| en
VISSER
.28-23 en op 25x34 28-23 47x18
1x45), 1-23 (dreigt 34-30 25x34
23-5 46x23 5x28) 24-30. (op 25-30
blijft 23-5 winnend). 35x24 46-37,
33-29 37-26; zwart moet op jacht:
23-19 26-37, 29-23 37-31,19-8 31-9,
8-3 9-13, lijkt zo aardig maar ver
liest direct door 34-301: 25x34
Egel: Cactus op vier pootjes?
ZATERDAG 26 FEBRUARI lin
ir'
In de Hoofdklassecompetitie van
de KNSB spant de grootmeester-
ploeg Volmac uit Rotterdam de
kroon. Met de volle tien punten uit
vijf wedstrijden en een bordgemid
delde van 8—2 in elke ontmoeting
staan zij onaantastbaar op kop.
Daar verwondert zich niemand
over. want aan kop spelen daar
drie grootmeesters: Kortsjnoj, Tim
man en Euwe! Philidor uit Leeu
warden heeft weliswaar ook tien
matchpunten, maar hun bordge
middelde is krap 7—3. Als derde
grote komt dan Desisco/WGM met
9 matchpunten. En daarna volgt
op afstand de rest.
Dat onder deze sterke spelers ook
korte partijen voorkomen tonen u
de twee korte partijtjes die hieron
der volgen. Achttien zetten in een
partij tussen een grootmeester en
een meester is niet veel. maar uit
de lagere regionen is er eentje bij
van NEGEN zetten!
Sosonko veegde in een Grünfeld
verdediging de vloer aan met
Bouwmeester en dat is niet de
eerste de beste! Ik behoef zijn
nederlaag niet goed te praten, zijn
kwaliteiten zijn bekend genoeg uit
de vele resultaten in wedstrijden
en uit de reeksen schaakboeken
die hij heeft geschreven.
Grünfeld—Indisch.
Wit: Sosonko. Zwart: Bouwmees
ter.
1. d4, Pf6, 2. c4, g6, 3. Pc3, d5,
4. PI3, Lg7, 5. Db3, dc4, 6. Dc4:
00, 7. e4, Lg4; Wit bereidt de
lange rochade voor en maalt niet
om een dubbelpion op f3. Deze zal
eventueel zijn reeds sterke cen-
diagram 1
trum versterken. 8. Le3, Pfd7, 9.
0-0-0, Pc6, 10. h3, Pb6, 11. Dc5,
Lf3: 12. gf3:, e6, 13. 14, 15? Ditis
niet goed. Om nog een enigszins
verdedigbaar spel te krijgen was:
13..., Pe7 geboden. Nu breekt wit
door: 14. d5, cd5:, 15. Pd5:, Pd7,
16. Dc4, Pa5? De laatste fout.
Maar ook: 16... Kh8 laat zwart een
verloren spel. Bouwmeester kiest
voor een Ende mit Schrecken in
plaats van een Schrecken ohne
Ende. Hij verliest een stuk: 17.
Pe7f, Kh8, 18. De6, en zwart
geeft op.
De tweede partij is eigenlijk al op
de zesde zet uit! Deze komt uit de
ontmoeting Philidor Leiden tegen
Charlois/Europoort:
Damegambiet
Wit: Van Reek. Zwart: Staal.
1. d4, d5, 2. c4, LI5. Een on
gebruikelijke wijze om een da
megambiet te weigeren. Maar op
gepast, er zitten valstrikken in. En
hieraan gaat wit ten gronde. Het
is verleidelijk om snel het punt b7,
De Limburger John van der Borst
uit Hoensbroek mag gerust de
openbaring van de halve fin.sJes
om de Nederlandse damtitel wor
den genoemd. Met als basis de
ovenwinning op Evert Bronstring in
de eerste ronde de Leidse wis
kundige trapte in het zetje van
Weiss, en zal zich dat zijn teven
lang herinneren werkte hij zich
keurig tussen de favorieten, om
•ten slotte al in de voorlaatste ron
de zeker te zijn van een plaatsje
bij de laatste twaalf. De debutant
verloor in die acht ronden alleen
van Jannes van der Wal.
Behalve van Bronstring wen hij
ook van Van de Meerendonk en
van Cees Pippel, de speler van
IJmuiden, jaren terug al 'deel uit
makend van het Nederlands tiental
en nu na een periode van wat
magere jaren weer terug in de
sub-top.
Het eerste diagram toont de stand
in de partij v.d. Borst-Pippel na de
De wonderen der natuur zijn talrijk
en weten ons steeds weer opnieuw
te boeien. Neem bijvoorbeeld de
egel, een kleine, dappere viervoe
ter, met die rare stekels op zijn
rug die hem beschermen tegen
allerlei roofzuchtige vijanden. Na
tuurlijk zijn er meer zoogdieren
met stekels, maar die van de egel
zijn uniek door hun stevigheid en
scherpte.
De egel is afkomstig van de groep
stekelachtigen, die bijna over de
gehele wereld voorkomt. De harige
egels vinden we in Azië en de
stekelige in Azië, Afrika en Europa.
In Nederland komt hij het talrijkst
voor op de zandgronden in de vrije
natuur, ofschoon hij de bewoonde
wereld beslist niet schuwt.
Door zijn opvallende uiterlijk kun
nen we hem meestal gemakkelijk
herkennen. Het diertje is 23 tot 27
centimeter groot en weegt van 700
tot 1200 gram. Hij heft een korte
staart, die vaak niet eens zichtbaar
is, kleine, brede oorschelpen en
ogen die ver naar voren op de kop
geplaatst zijn. Iedere stekel is een
soort haar van 2-3 centimeter en
met een doorsnede van 1 millime
ter. De stekel bestaat inwendig uit
met lucht gevulde kamers met tal
loze tussenwanden. De punt is
scherp. De stekel eindigt in een
smalle nek, die in een hoek van
§0 graden vastzit op een grote
ronde spierknobbel. Het aantal ste
kels is afhankelijk van de leeftijd
en de grootte van het dier en
bedraagt gemiddeld 16.000. Ze val
len een voor een uit in een onre
gelmatige volgorde en worden me
teen weer opgevolgd door nieuwe,
zodat we bij de egels niet van en
ruitijd kunnen spreken. Het spie
renstelsel is zonder meer uniek. De
gehele rug wordt bedekt door een
grote kringspier, die het dier in
staat stelt zich op te rollen, zodat
hij geheel door zijn stekels be
schermd wordt. Andere huidspie
ren regelen het „opzetten" van de
stekels.
Egels zijn nachtdieren met scherp
ontwikkelde reuk- en gehoororga
nen en niet al te beste ogen. Ze
zijn opmerkelijk snel, kunnen klim
men, hardlopen en zwemmen. Het
grootste deel van de tijd besteden
ze aan het afzoeken van de grond
De egel is in zijn maaltijd
niet erg kieskeurig.
naar voedsel. Ofschoon de egel
een insekteneter is zijn er toch
vele andere hapjes die voor hem
niet te versmaden zijn, zoals: jon
ge weerloze muizen, eieren (met
dunne schalen) en zelfs kuikens,
maar de hoofdmaaltijd bestaat
doorgaans uit kevers, wormen,
slakken en allerlei ongewervelde
dieren. Als ze echter honger heb
ben eten ze alles wat maar enigs
zins eetbaar is.
Ze zijn opvallend goed bestand
tegen vele soorten vergiften. Zo
eet hij bijvoorbeeld ook Spaanse
vliegen, die zwaar vergiftig zijn.
1/10 gram van dit vergift is vol
doende om 25 mensen te doden,
maar slechts één egel. En zonder
zich te bekommeren om de steken
eet hij bijen, hommels en wespen.
Er werd eens een egel gestoken
door 52 wespen en het diertje
merkte er nauwelijks iets van. Al
leen het gif van de adder is ge
vaarlijk voor de egel en hij gaat
hem dan ook angstvallig uit de
weg. Geluiden maakt de egel nor
maal niet, afgezien van wat snui
vende, sissende en fluitende ge
luidjes. Als er echter onraad is
laten ze een harde schreeuw ho
ren, zoals we die van varkens
kennen.
De jongen worden meestal gebo
ren in juni of juli na een dracht
van 6 tot 7 weken. Soms komt het
wel voor dat ze al in april of mei
jongen en dan een tweede worp
in oktober. Een worp bestaat
meestal uit 7 egeltjes, die blind
zijn, roze met een grij'ze rug en
zonder stekels. De eerste stekels,
wit en zacht, komen direct na de
geboorte door de huid heen en
worden later opgevolgd door twee
stel normale bruine pennen. Als de
kleintjes 1 maand oud zijn, leert
de moeder hen voedsel zoeken.
Deze lessen duren slechts twee
weken, waarna het gezin uiteen
valt en elke egel een zelfstandig
bestaan gaat leiden.
Van de zon kunnen egels
genieten door een
nemen, van de koude in de
moeten ze niets hebben. Ze
den dan een winterslaap van
veer vijf maanden in een
nest van bladeren, dat
boomstam ligt of in de
begroeiing. De winterslaap is
echte diepe slaap, wel
grote veranderingen op in de
logie van het dier. Het aantal
slagen zakt van 180 naar 20,
ademhaling ligt vrijwel stil en
lichaamstemperatuur daalt bela
rijk.
Veel vijanden heeft de
zijn uitstekende bescherming,
Vossen, zwijnen en roofvogels
beren vaak een egel te grij[
maar het lukt hen maar zelden,
schijnt dat alleen dassen, bunzi
en marters een opgerolde egel
baas kunnen en dan nog met I
veel moeite. De grootste vijam
echter de menselijke beschav
Want, jammer genoeg, worl
steeds meer egels het slachtot
van het snelverkeer.
Hemelverschijnselen in de maand maar
De Tweeling is een van de ster
renbeelden van de Dierenriem,
waarvan Ptolemaeus reeds ge
wag maakte. De Tweeling (Gemi
ni) heeft zijn naam te danken aan
Castor en Pollux, de tweelingzo
nen van de Spartaanse koning
Tyndareus en koningin Leda. Pol
lux was onsterfelijk, maar Castor
niet. Toen Castor gedood werd
was Pollux daarover zo ontdaan,
dat hij smeekte zijn onsterfelijk
heid met zijn broer te mogen
delen. En zo plaatste oppergod
Zeus de beide broers aan de
hemel.
Tweeling is een zeer mooi sterren
beeld, niet in het minst omdat de
Melkweg er, schijnbaar, doorheen
loopt. De twee voornaamste ster
ren van Orion, Rigel (wit) en Betel-
geuze (oranje-rood) kunnen dienen
als wegwijzers naar de Tweeling.
Pollux is een stuk helderder dan
Castor. Het tweetal verschijnt in
het noordoosten van de hemel,
waarbij Castor voorop gaat en Pol
lux op een afstand varï30 minuten
volgt. Ze lijken dus vlak bij elkaar
te staan, maar dat is slechts schijn,
want de een staat toch nog tien
lichtjaren dichter bij de aarde dan
de ander. Bovendien is Pollux een
aanmerkelijk ouder. Pollux is een
geel-oranje ster, die ongeveer in
hetzelfde ontwikkelingsstadium
verkeert als onze zon. Castor is,
VAN DE BORST
55ste zet 39-33 van de Limburger.
Wits voordeel is onmiskenbaar en
als volgt weet hij dat winnend
gestalte te geven na het gedwon
gen 16-21, 27x16 26-31, 16-11 31-
37, 11-7 37-41, 7-1 41-46 (gedwon
gen, op 47 volgt immers 34-30 met
op 47x29 1x45 25x34 45x20 15x24
interessante variabele (verandi
ke) sterren namelijk f, die in
periode van tien dagen verand
van magnitude 3.7 naar magnitu
4.3 en g, die in 231 dagen v
magn. 3.3 naar magn. 4.2 loc
Een rode ster is g en deze I me
dicht bij Tejat, een ster van
derde magnitude, die evenee jj
rood is. Vlak bij Tejat ligt fivai
mooie open sterrenhoop, nameltoe
M 35, die bij goed weer met eni
blote oog te zien is. Men moet dfals
wel „perifeer" kijken; dat wil z
gen: niet recht naar het obje
maar vlak ernaast, zodat het lifdei
op een gevoeliger deel van af)
netvlies valt. De ecliptica De
schijnbare weg, die de zon aan
hemel aflegt en die ook, min
meer, door de planeten gevol
wordt) loopt dwars door de Twe^
ling. Castor en Pollux krijgen
van ons uit gezien, op gezel
tijden „bezoek" van een of me
planeten. Het is altijd de moe;
waard om dit gade te slaan. OvP
gens zijn Uranus en Pluto ontde
toen zij in de Tweeling stonde
Abs. Magn. Afstand (licht
leu
MAAN
EK
VM
LK
NM
Hoofdsterren:
b. Pollux
a. Castor
c. Alhena
m. Tejat
e. Mebsuta
26-2 2.50
5-3 17.13
12-3 11.35
19-3 18.33
Vis. Magn.
1.16
1.62
1.93
2.92
3.00
als jongste, een witte ster. Dit
kleurverschil is met een verrekijker
al goed te zien. De rest van het
sterrenbeeld breidt zich van Castor
en Pollux uit in de richting van
Orion.
Castor is een prachtige dubbelster,
maar dat is pas te zien bij het
gebruik van een behoorlijke tele
scoop. De twee sterren samen.
Castor dus, draaien om hun ge
meenschappelijke zwaartepunt in
een periode van 350 jaar.
Voorts zijn er in de Tweeling twee