Leiden behandeld" Economie is in stiefmoederlijk Koorleider René Verhoeff begint aan Russisch avontuur LEIDSE WETHOUDER VAN AKEN: STAD/REGIO Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. Meer dan twee jaar gebeurde er ook onder Van Aken niets. De wethouder kijkt wat somber over rijn halve brilletje. Trom melt met zijn vinger op de hou ten stoelleuning. Enkele ogen blikken is het stil als of hij zich afvraagt: wat moet ik daar nou op zeggen. (Later in het gesprek zegt Van Aken over dit soort aarzelingen: „dan denk ik wel eens: joh, breek me de bek niet open"...). Zegt dan: Er is een afdeling ESS geweest (econo mie, sociografie en statistiek- red.). Die heeft zich bezig ge houden met onderzoeken met het oog op de nota binnenstads- beleid van wethouder Kret. Daar is verder niets mee ge beurd". Dat kan wel, maar dat is geen antwoord. Aan de as pecten van ruimtelijke orde ning wordt in Leiden duidelijk meer gewicht toegekend dan aan die van werkgelegenheid en economie. Dat blijkt alleen al uit het aantal ambtenaren. Of niet soms? Weer een stilte. Zegt dan dat hij wel degelijk heeft kunnen „par ticiperen in de keuze van het binnenstadsteam en dat dit team ook cijfers vergaart die van belang zijn voor de econo mische sector". Maar dat is nog geen antwoord op de vraag. Is de wethouder nou echt ook niet van mening dat de verhoudingen onevenre dig scheef liggen? Van Aken: „In de praktijk zal het die indruk kunnen vesti gen.... Ik heb tot 7 oktober van het vorig jaar als wethouder en als ambtenaar gefungeerd. Ik ben blij dat het bedrijfsleven nu ook een gesprekpartner ge kregen heeft. Tot die tijd was dat onmogelijk.... Diep triest? ....Ja, eigenlijk wel, ja. Of de. economische sector jarenlang lang het stiefkind is geweest- Dat is een uitdrukking. Als ik zeg dat dit punt twee en half jaar stiefmoederlijk behandeld is zeg ik dat nadrukkelijk niet in verwijtende zin. Ik ben dol gelukkig met deze ambtelijke ondersteuning. Alleen, je moet in vier maanden geen wonderen verwachten. Er moet een be paalde mentaliteit groeien, dat heeft tijd nodig... Kritiek op mij?, ach ik heb een hele brede rug, hoor". De ambtenaren Floor en Ver schoor zijn erg ijverig. De wet houder spreekt van een voor treffelijk samenwerking. „Ze zijn niet te beroerd werk mee naar huis te nemen". Maar geeft de wethouder daarmee dan niet meteen aan dat die twee mensen veel te weinig zijn. Nieuwe aarzeling, dan: „dat zou wel kunnen. Je moet alleen niet op deze vier maanden projecte ren, wat al jaren zo is geweest". Secretarie-ambtenaar drs. Floor: „Het economisch beleid schudt je niet zomaar uit je LEIDEN Het gemeentelijk beleid, en de wijze waarop dat tot stand komt, dat is het meest schadelijke voor het image van Leiden. Dat was de conclusie uit een rapport van de Kamer van Koophandel over het investerings klimaat van 1970 tot 1975. De geringe besluit vaardigheid, de trage procedures, het onvol doende tegemoet komen aan de minimumwen- sen om belegging en investering rendabel te maken, de als „hautain" ervaren houding van het gemeentebestuur ten opzichte van het be drijfsleven en het ontbreken van een duidelijk middellang-termijn beleid, waarmee het be drijfsleven rekening kan houden, dat waren toen de voornaamste oorzaken waarom het bedrijfsleven zo weinig animo toont om in Leiden te gaan investeren. Vorige week kwam de Kamer van Koophandel opnieuw met een nota. Ditmaal over de econo mische ontwikkeling van de as Leiden—Alp hen. Opnieuw werden daarin knelpunten ge noemd, en weer kwam de Kamer tot de conclu sie dat het slechte image van Leiden nog onverminderd aanwezig is. Wederom werd ge constateerd dat een gemeentelijk beleid nau welijks aanwezig is en dat het vertrouwen van het bedrijfsleven in het gemeentebestuur nog steeds beneden alle peil Is. Bijna drie jaar links bewind in Leiden heeft de economische sector nog niet veel vruchten opgeleverd. Maar ook het daarvóór zittend liberaal-confessionele college heeft in vier jaar op dit terrein vrijwel niets gepresteerd. Men leefde toen bij de gratie van een veel geringere werkloosheid dan sinds enkele jaren het geval is. Sinds 7 oktober van het vorig jaar heeft de man die in Leiden verantwoordelijk is voor het economisch beleid, wethouder M. van Aken (51), een ondersteuning van 2 ambtena ren gekregen. Daarvoor was Van Aken wet houder en ambtenaar tegelijk. Met z'n drieën moeten zij nu in Leiden orde op economische zaken stellen, tegen de verdrukking van de sector stadsontwikkeling en ruimtelijke orde ning in. Niet zo'n eenvoudige taak, zeker niet als hun agenda dag-in dag-uit vol staat met alledaagse klussen; zeker niet omdat wethou der Van Aken ook nog eens loco-burgemeester en wethouder van personeelszaken is. „Elke dag is er wat, zeven dagen per week. Ik heb nooit een weekend vrij." Tussen duizend en een dingen door sprak een verslaggever van de Leidse Courant een uurtje met een van de meest bekritiseerde wethouders van Leiden: Tinus van Aken. mouw. Je moet ook proberen hap-snapwerk te voorkomen". We komen terug op de kritiek van de Kamer van Koophandel. Er is geen centraal meidadres voor het bedrijfsleven. De pa pierwinkel is enorm, het beleid niet aanwezig of ondoorzichtig. Van Aken ijsbeert door zijn werkkamer: „Als een groep bur gers een school wil oprichten, kunnen ze aankloppen bij de afdeling onderwijs. Wijken heb ben voor hun problemen de sec tor welzijn. Het bedrijfsleven heeft helemaal niets. Er ont breekt een wettelijk kader. De nieuwe afdeling van ons 'moet een meidadres zijn voor dat be drijfsleven, waar men met zijn wensen en verlangens kan aan kloppen". Maar wordt daar dan ook reke ning meegehouden. Het bedrijf sleven voelde zich door u in de kwestie afsluiting Breestraat vies in de steek gelaten. Van Aken: „Ik blijf erbij dat het autoverkeer door de Breestraat geen koopkracht aandraagt. Dat is doorgaand verkeer. Wat vond meneer Van Egmond? Nou dat moet hij dan maar vinden..." Parkeergarages, nou het is heus niets nieuws hoor, dat wij geen gemeenschapsgeld daarvoor be schikbaar willen stellen. Wel de grond... Van de grond heeft de Kamer van Koophandel gezegd dat die veel te duur is. „Ik bemoei me niet met de grondprijs. Vraag dat maar aan WaaL Nee, wij mogen niet meepraten over deze zaken. Dat zou eigenlijk anders moeten..." „Ik vind dat de Grote Polder uitgebreid moet worden, maar hoe weet ik ook niet. Een werk groep zal hierover binnen twee weken verslag uitbrengen. De grondprijs in De Waard verla gen? De exploitatie is vastge legd. Daar valt niets meer aan te doen. Nogmaals, daar bemoei ik ne niet mee..." Toch heeft wethouder Van Aken nog iets positiefs te mel den: na jarenlang renteloos te hebben braak gelegen gaat er binnen afzienbare tijd toch iets gebeuren op het Schuttersveld. Drie semi-overheidsinstellingen hebben veel belangstelling voor dit terrein getoond om rich er mede in verband met de Schip- hollijn op te vestigen. De zaak wordt bestudeerd in een inter departementale werkgroep over het spreidingsbeleid. Komen deze instellingen naar Leiden dan zijn daar vermoedelijk 500 arbeidsplaatsen mee gemoeid, waarvan naa schatting drie kwart bij komst al van bezet is. De wethouder wilde de mo gelijkheid echter niet uitslui ten, dat er nog een uitbreiding zou kunnen plaatsvinden. „In elk geval moet het Schutters veld binnen 2 tot 5 jaar vol zijn. Langer mag het nu niet meer duren", vindt de wethouder. ABJEN BROEKHUIZEN Het is fijn, een vak te hebben waar muziek in zit. En als je hobby dan ook nog je werk is gewor den, lijkt me de zevende hemel zowat bereikt. Iets dergelijks zou je bij voor beeld mogen veronder stellen bij 31-jarige Noordwijkse muziekman René Verhoeff, die met inspiratie, transpiratie en klank thuis het brood op de plank brengt. De „broodleveranciers" zijn daarbij talrijk; Verhoeff is onder andere dirigent van het Koninklijk Man nenkoor Die Haghe Sang- hers in Den Haag, van de eveneens Koninklijke Zangvereniging Rotte's Mannenkoor in Rotter dam, van het Groot Ge mengd Koor, Den Haag, van het Toonkunstorkest Leiden, van de orkestaf deling Jeugd en Muziek,. Den Haag, muziekdocent aan het Aloysius College, eveneens in Den Haag. In Den Haag, zo kun je het zien, kom je René Ver hoeff nogal eens tegen. Harde werker en een za kenman tevens, hoewel hij van een grapje houdt en niet opziet tegen de luchtiger genoegens van het leven. Vrijwel geen avond thuis, maar Dory, zijn vrouw, gaat vaak met hem op pad en de hond redt het dan wel alleen. René staat weer te trappelen van ongeduld, want er staat weer het één en ander te gebeuren in de koor-business, met orkestbegeleiding of a ca- pella; het klinkt allemaal prima bij hem. Ik ving daarvan een glimp op tijdens televisie- en radio-opnamen die de NCRV af gelopen vrijdagavond in de Leidse Hartebrugkerk (u weet wel, van dat orgel) maakte. Ver hoeff stond daar iets op te bou wen, onder genadeloos warme lampen, met dat Haagse ge mengde koor, het Leidse Toon kunstorkest en met het Noord- hollands Koperkwartet. Jan Schmitz met wapperende haren achter zijn orgel. Een bont ge zelschap van componisten op het programma, met een orgel concert van Hdndel, koralen van Bach, dubbelkoorwerk van Hassler en nog veel meer. Alle maal op ampex en op de band. Verhoeff: „Ik heb de laatste tijd erg goeie contacten met die NCRV, die de Hartebrugkerk opeens „ontdekt" heeft. Voor Leiden kan dat van belang zijn, dacht ik. Er zijn opnamen ge maakt voor een aantal uitzen dingen, waarvan de eerste op 26 aprü wordt uitgezonden, met Die Haghe Sanghers en de Sie- gerlander Oratorium Verein en het orkest, uit het Westduitse Siegen uiteraard. Daarbij wor den enkele kantates uitgevoerd en meteen is er een „try out" voor één van onze belangrijkste uitvoeringen die we ooit gehad hebben: een toernee door Rus land, die de Haagse zangers gaan maken". Op zaterdag 26 februari gaat René Verhoeff op „voorreis" naar Moskou, Leningrad en Ri ga, om de zaak te verkennen. „Wij zijn het allereerste Westeu- ropese koor dat in de USSR gaat concerteren. Daar zijn we wel een beetje boel trots op. Een en ander is tot stand gekomen in het kader van het culturele verdrag tussen beide landen. We vertrekken op 3 mei met hon derd man voor een negendaagse René Verhoeff, de Noordwijkse muziekman die met inspiratie, transpiratie en klank thuis het brood op de plank brenqt. misschien wel..." „...ja, eigenlijk wel, ja... (Van een onzer verslaggevers) LEIDEN „Erg ingenomen". Dat is de Leidse wethouder van economische zaken met de jongste nota van de Kamer van Koophandel. „Omdat dit stuk een duidelijke samenhang aantoont in het ge bied rond de Oude Rijn. Ik ben er blij om, omdat uit onverdachte hoek nu duidelijk wordt gemaakt, wat wij altijd al hebben voorgestaan. Het probleem is en blijft echter dat de zo noodzakelijke bestuurlij ke aanvulling, het bestuurlijk kader ontbreekt: er is geen gewest die de uitvoering van zo'n stuk ter hand kan nemen. Leiden zelf kan in zo'n situatie ook moeilijk van zich afblazen. Het economische beleid in Leiden is ondenkbaar zonder meteen naar de regio te kijken...." Alles goed en wel. maar Leiden kan en moet toch zelf ook een economisch beleid voeren, naast alles wat er al in de sector van de stadsontwikkeling, de wo ningbouw, de culturele sector wordt gedaan. Van Aken wijst op de nota economisch beleid die hij sinds oktober van het vorig jaar aan het schrijven is, samen met het duo Floor-Ver- schoor dat de wethouder toen kwam ondersteunen. „Dat wordt de eerste nota op dit ge bied in Nederland", zegt de wet houder met enige trots. „Hoe lang het nog duurt voor hij uit komt? Dat durf ik niet te zeg gen. Ik wil die twee nieuwe mensen niet over de kling jagen. Er ligt dagelijks nog een hele serie andere dingen die afge handeld moet worden en die de mogelijkheden om geconcen treerd aan die nota te werken beperken. Toch hebben we al* een aantal bijlagen en zo'n 20 tot 40 pagina's klaar. We willen hem dit jaar wel afhebben..." Als er in de economische sector nog zoveel dagelijkse beslom meringen zijn, is dan die amb telijke ondersteuning niet veel te gering. Als men kijkt naar de sector stadsontwikkeling en verkeer, waar wethouder Waal maar te kust en te keur externe bureaus en deskundigen kan In schakelen, en ter wille van <}e binnenstad maar even een team van een man of vijf naast rich kreeg, is de heer Waal dan niet wat overbedeeld in vergelijking tot het minimale aantal ambte naren, waarover Van Aken kan beschikken? De wethouder aarzelt wat, zegt vervolgens: .Misschien wel. De ze portefeuille werd pas in 1970 gecreëerd. Ik ben erg blij dat er sinds vorig jaar nu tenminste 2 ambtenaren zijn. Ik had er na tuurlijk ook 10 kunnen vragen. Afgezien nog van de vraag of ik ze had gekregen, zou ik ook niet kunnen aangeven op grond waarvan dat aantal gewenst zou zijn. Het. collegeis in elk geval bereid de ondersteuning positief te waarderen. Misschien kunnen we dit jaar nog tot de aanstel ling van een derde man of vrouw overgaan die eigenlijk pas voor 1978 op de begroting staat. Die zou dan speciaal be last worden met de voorlichting aan en de begeleiding van het bedrijfsleven..." Blijft natuurlijk de vraag of die ambtelijke ondersteuning niet veel te laat gekomen is. Waal kreeg in zijn eerste ambtsjaar al de beschikking over extra men sen voor de binnenstad. De af delingen stadsontwikkeling, ruimtelijke ordening en verkeer zijn toch wel heel wat grotere dan die van economische zaken. Van Aken: die ambtelijke on dersteuning had er onder het vorig college in 1971-1972 al moeten komen". Ja, akkoord, maar de heer Van Aken wachtte toch ook tot okto ber vorig jaar voordat hij een stukje van zijn arbeid aan een ambtenaar kon overdragen. LEIDSE COURANT- DINSDAG 22 FEBRUARI 1977 "PAGINA 5 concertreis: 25 werken in 13 ta len a capella. We krijgen ook een orgelopname in Riga, op het grootste orgel van Europa met 7000 pijpen. Onze platenmaat schappij Mirasound verzorgt dat orgelconcert". René Verhoeff bruist van ent housiasme. Stilzitten is er voor hem niet bij. Hij sleept binnen wat er binnen te slepen valt: vorig jaar nog de Franse onder scheiding „Arts siences lettres" in brons, voor de uitvoering van Franse muziek in Nederland (in brons). „Ik geef zowat 40 con certen per jaar. Daar tussen door slaap ik uitstekend, want problemen kan ik goed van me afzetten. Gespannen werken, dat houdt geen paard vol. En dan praat ik nog niet eens over de geweldige steun die ik van mijn vrouw Dory krijg". Ver hoeff heeft nog veel meer in petto voor de naaste toekomst: platen produceren, waarbij hij de klankregie heeft. „Ik hoef niet met de benen over elkaar te gaan zitten, er is altijd wat te doen met die muziek". En dan loopt René tussen de bedrij ven door graag met z'n hond langs het strand, voor een fijne ontspanning. Die Haghe Sanghers beleven hun 60ste bestaansjaar. Volgens Verhoeff, die de heren tot en met kent, drijft dit koor op een uitgelezen repertoire, dat de ei sen van het „geijkte" ver te boven gaat wat samenstelling betreft. „Dan is er nog de kleur en discipline van het koor. We werken alleen op kwaliteit en niet op de massale kwantiteit van het koor, dat overigens ook erg flexibel is. Alles bijeen treft me steeds weer de grote saam horigheid en de homogeniteit van die zingende mannen". Ver hoeff is zonder meer geestdrif tig: de Russische toernee wordt in zijn ogen grandioos. Een paar jaar geleden beleefden zijn Ha genaars al een groot succes in Bulgarije. Ditmaal gaat perfec tionist Verhoeff het Kremlin aan zijn voeten leggen, min of meer. Na het Russische avontuur, dat volgens Sowjet-gewoonten aan banden is gelegd („er zal steeds wel een toezichthouder achter ons aanlopen"), gaat Verhoeff met zijn Gemengd Koor nog naar Bonn voor een paar con certen en met zijn Rotterdams koor naar een festival in Mar seille. Het verloopt allemaal gladweg, want een man als Ver hoeff kent zijn zingende Pap penheimers, hij heeft een emo tionele binding met zijn koren. Wat dat betreft is geen moeite hem teveel. Desnoods dirigeert hij zijn volgelingen vanuit het ijskoude Noordzeewater. „Het is een kwestie van doorzetten", meent René klappertandend. V „Het is een kwestie van doorzetten. Desnoods dirigeer ik het koor vanuit het ijskoude zeewater." „Veertig concerten per jaar, maar tussen door slaap ik uitstekend".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 5