ANTIEK voltooid verleden tijd Het „normale" posttarief per knots en spuit IVe hebben het allemaal morrend aanvaard: op liet briefkaartje veertig cent postzegel, op een brief vijfenvijftig. We konden ook moeilijk an ders. Te weinig plakken betekent strafport en die is weer het dubbele van het te weinig ge plakte. Wat moet je dan? Minder per post verzen den betekent minder in komsten voor de PTT En dan moeten de tarie ven dus weer omhoog, weer minder per post verzenden, weer tarie ven omhoog, weer min der per post verzenden, weer - tarieven omhoog, weer minder. enzo voorts enzovoorts. Het bekende cirkeltje van de hond die in zijn eigen staart bijt, boos wordt, harder bijt en maar ach ter zichzelf blijft aanhol len. Conclusie: we zullen nooit meer „normale" posttarieven terugkrijgen. Te meer niet, omdat bedrijven, die veel post te verzenden hebben en dat brengt meer winst dan een simpel particulier briefje andere oplossingen gaan zoe ken voor de bezorging. Ban ken gaan het verzenden van rekeningoverzichten beperkten tot eens per week of eens per maand. Het woord „dagaf- schrift" is daarmee een ar- l chaïsme geworden. Een gemeente laat „in over werk" ambtenaren briefjes rondbrengen. Artsen en apo thekers laten schooljongens voor twee dubbeltjes per enve lop de rekeningen bij de pa tiënten in de bus stoppen. Er zijn al verschillende particulie re postdiensten geweest die het goedkoper konden maar die in strijd kwamen met de wet. De Consumentengids kwam laatst dan ook tot de conclusie dat de PTT een „prijzensprin- ter" is. Het overheidsbedrijf zou behoren tot de grootste prijsopdrijvers. In een tabel werden de PTT-prijzen van 1 februari 1971 vergeleken met de lieve somma van 1080 den staat de ronde, met beklede, tot een ruime |al uitklapbare tafel ge- jsd. Deukjes, krasjes en een jtiel patina wekken de in- -<«-4 van eerbiedwaardige ou- 'dom. Hier heeft de tand tijds toegebeten. Een fraai (k antiek, kortom. In wer- üjkheid blijkt het meubel I maand geleden vervaar- d te zijn in een obscuur liaans werkplaatsje. lerenbedrog? Nou nee, want 28 heer J. Lap komt er eerlijk ir uit dat zijn Fronik Im- met een oogstrelende al in Laren, handelt in ,ntiek. En een goede han- het. De totale meubel- NG hkopen in Nederland hommeien rond de 2 miljard iden per jaar en blijven con- it. 175 tot 200 miljoen gul- daarvan wordt besteed namaak-antiek. Dat is al percent en de belangstel- voor het artikel is nog •ds groeiende. Lap: „Het is duidelijke reaktie op de le, zakelijke, strakke stijl twintig jaar geleden uit ndinavië kwam overge- id. U weet wel het buf- het boekenrek van o-teak. Daar komen de nsen op terug. Ze weten dat n meubels niet echt oud maar het kan ze niet elen als ze maar warmte sfeer in huis brengen. De talgie, de hang naar de ge- rgenheid van het verleden, rt hoogtij. Kijk maar naar rage van het open haardje, bestaat een grote vraag _.r wat oud is of lijkt"., jf jaar geleden handelde onik Import nog uitsluitend verlichtingsartikelen en por- •lein (beeldjes uit Duitsland; bekende miniatuurtjes uit jimoges.). Lap: „Daarmee wil- n ien we dolgraag doordringen rstot de meubelbeurs die om de twee jaar in Utrecht wordt gehouden. Daar gebeurt het en _jjaar wilden we onze spulletjes kaag pousseren. De vraag hout en de tussenstukjes zelfs van plastic, maar ze hebben sfeer. De Amerikanen hebben zich laten inspireren door ou de Oosterse meubels". Maar de echte kunst van het neppen hebben vooral de Ita lianen in hun vingers. De heer Lap praat er even openhartig als smakelijk over. „Ze slaan ciaar met grote knuppels en knotsen compleet met pie ken, net als in de middel- uwwen op de meubels in. Bang, weer vijftig jaar ouder. En boem, nog een half eeuwtje erbij. Hier, dit deurtje. Hoe ze dat gedaan hebben, weet ik niet, maar het lijkt wel of ze er met een grove schaaf over heen zijn gegaan. Je zou zwe ren dat zo'n kastje uit een oud klooster was weggesleept. Maar dat beuken met knotsen is niet de enige methode. Ze gebruiken ook zachtere tech nieken. Het is vooral de finish die de Italianen maken tot wa re meesters in de imitatie. Hoe ze hun meubels precies die oude warmte en gebruiksplek- ken geven, weet ik ook niet. Het is het geheim van de smid. Ze hebben verschillende was- soorten en schuurprocédé's die al eeuwenlang in zwang zijn. Ze gebruiken om zo te zeggen hun eigen receptuur. Als je in één dorpje drie fabri kanten hebt we halen onze. spullen voornamelijk uit Tos cane, want daar zitten de va klui dan zie je drie keer een andere finish". Niet oud dus, die antiek ogen de commodes, etagères, kus- senkasten, chaise-longues, se cretaires en cylinderbureaus. Maar wel arbeidsintensief vaak zelfs geraffineerd inge legd met bloemmotiefjes. Lap: „We hebben een paar dinge tjes die uit echt oud hout zijn gemaakt. Die zijn ook niet ge schroefd, maar op de oude manier gepend. Een klein fa briekje in Frankrijk doet dat en goede antiquairs hebben er moeite mee ze van echt te onderscheiden. Die kosten dan ook wel wat. Er zijn dagen bij dat ik het niet verdien". Later toont hij ons zo'n kastje. Prijs 3000 gulden. Lap: „Maar het heeft zijn voordelen. Je hebt iets ouds in huis dat toch is afgestemd op de hedendaag se maten. Kijk, je kunt er je televisie in kwijt. Salontafels van 110 centimeter, daar is ook veel vraag naar. Die maakten ze vroeger niet. Om dat de kamers kleiner waren dan nu, denk ik. Hier staat er zo een. Daar hebben ze ook weer met hun knots op ge ramd. Doordat het Italiaanse werk in feite nog steeds puur ambachtelijk is, kunnen ze ei genlijk alles namaken, tot mu seumstukken toe. Ik ben wel met foto's naar ze toe geweest om voor bepaalde cliënten din gen te laten namaken". Fronik Import heeft gepro beerd in Nederland imitatie antiek te laten vervaardigen. Het werd een mislukking. „Wat de fabrikanten hier aan boden, haalde het niet bij wat we in het buitenland kunnen krijgen. Het Nederlandse nep- antiek is te netjes. Het ziet er eigenlijk als nieuw uit. Onze meubelmakers zijn wel in staat de echte antieke finish te leveren, maar het gebeurt niet of nauwelijks en dat heeft een economisch motief. Het afwer ken zoals de Italianen doen, vergt enorm veel manuren en onze produkten zouden van wege de hoge arbeidskosten veel te duur worden. In Italië zijn de lonen nog laag. Ameri ka heeft overigens met hetzelf de probleem gezeten. Daar zijn de hoge arbeidskosten de reden geweest om het imitatie antiek op een heel andere ma nier te bewerken. Ze willen dat het er zo oud mogelijk uit ziet, maar omdat ze evenals wij fabrieksmatig moeten wer ken, hebben ze een andere ma nier ontwikkeld om hun spul len te finishen dan de Italia nen. Terwijl de Italianen „deu ken", waardoor butsen ont- oiaan die ze later donker in kleuren, werken de Amerika nen met' de verfspuit. Op hun meubels zitten zwarte verf spatten die de indruk wekken van ouderdom. Maar het is ook bedriegelijk echt". Verreweg de belangrijkste klant van Fronik Import is de meubelhandel. Particulieren kopen er niet veel. Antiquairs die een leuke slag Willen slaan? Lap: „Ach nee, daar trapt het publiek niet in. Je hoeft maar naar de achterkant of de bodem te kijken om te zien dat het nep is. Allemaal triplex. Hier, deze Amerikaan se gewerenkast. Hij lijkt an tiek, maar er zit geen slot op. Dat vinden de Amerikanen te lastig. Het kost te veel tijd. Kunt u zich dat nou echt voor stellen een wapenkast zon der slot? En bij alle Ameri kaanse kasten gaat er binnen een lampje branden als je ze open doet. Daar stinkt toch niemand in". 2000 vierkante meter vol nep, daar in Laren. Na een duize lingwekkende wandeling door namaak-eeuwen waarbij de heer Lap liefkozend een Psy che heeft gestreeld uit de Franse Empire een vrouws- hoge kleedspiegel, beeld schoon, helaas daterend van eergisteren zijn we weer bij de tafel van 1080 gulden aan geland. Toch geen gering be drag voor een stuk namaak, hoe perfekt ook gedaan. Wat zou hij moeten kosten als hij echt antiek was? De heer Lap blijkt het antwoord schuldig te moeten blijven. „Ik weet het niet. Ik heb er geen verstand van. Ik weet alleen dat je er bijna niet meer aan kunt ko men. Toen de terug-naar-vroe- ger-trend begon, hebben han delaren het artikel uit de ver ste hoeken van binnen- en bui tenland aangevoerd. Sindsdien is de spoeling uiterst dun ge worden met als gevolg dat de prijzen de laatste tijd uit de pan zijn gekookt. Waar bij komt dat het nauwelijks meer mogelijk is nog een werkelijk goed stuk ih de wacht te sle pen". „awel maar stel dat hij tuk was op zo'n antieke tafel en dat hij er bij toeval tegenop liep. Wat zou hij bereid zijn te betalen? Na lang aarzelen komt het antwoord. „Nou, mis schien 3000 gulden". Een ver schil van nog geen 2000 gul den. Aanzienlijk, dat wel, maar althans de financiële kloof tussen nep en echt lijkt minder gapend dan men ver wacht zou hebben. Waarbii de kanttekening, dat het kopen van echt antiek een goede in vestering betekent en dat zal men van nep nooit kunnen beweren. PIET SNOEREN was: hoe kom je erop? Ze laten niet zomaar iedereen toe. De selectie is streng. Je moet een meubelfabrikant hebben, anders maak je geen kans. Nou, in Italië waar we veel zaken deden, liepen we op te gen zo'n fabrikant. Hij maakte leuke meubeltjes en wel in twee uitvoeringen: gewoon en met een antiek tintje, zeg maar: old finish. We hebben die twee stijltjes op de meubel beurs naast elkaar gezet en die imitatie, hè, dat bleek het hele maal te zijn. Daar peesden de mensen op. Dat andere zei ze niks. Zo is het begonnen en het is hard gegaan. Ook in België waar we Fronik Inter national hebben. De Belgen zijn ook gek op namaak-an tiek. We zijn de enigen die uit Amerika importeren. We heb ben er zestien agenturen voor1 heel Europa. Let op mijn woorden: de bamboestijl gaat het helemaal worden. Hier, ziet u, die pootjes. Ze lijken van bamboe, maar ze zijn van die van 1 april 1976. „Bij vergelijking bljjkt", zegt de Consumentengids, „dat veel van deze tarieven in ruim vijf jaar tijd zijn verdubbeld of verdrievoudigd. Het prijspeil is in die periode echter met ongeveer vijftig procent geste gen. Ook al houden we er rekening mee dat elke vergelij king mank kan gaan, dan nog moeten we constateren dat de PTT-tarieven de laatste jaren buitensporig zijn omhoogge- gaan. Die stijging heeft de PTT niet nodig gehad voor het verkrijgen van een sluitende exploitatie en het behalen van een redelijke winst. Wèl voor het leveren van een bijdrage aan de schatkist, een oneigen lijk gebruik van PTT-gelden waar wij al bij herhaling tegen hebben'geageerd. Ook het feit dat de PTT van de overheid geen geld mag lenen op de kapitaalmarkt werkt in het na deel van de consument. Vol gens onze berekeningen zou de telefoon zo'n 40 50 gulden per jaar goedkoper kunnen zijn, wanneer de PTT voor de grote investeringen die in de telefoonsector nu eenmaal noodzakelijk zijn, wel op de kapitaalmarkt geld mag le nen". De cijfertjes zo nuchter achter elkaar gezet, geven 't beeld te zien van stijgingen met meer dan honderd procent in vijf jaar tijds. Een briefkaart: in 1971 twintig cent, nu veertig; een brief: in 1971 vijfentwintig cent, nu vijfenvijftig; een tien- woordstelegram: in 1971 3,50, nu twaalf gulden. Dat is dan zomaar een greep, maar voldoende illustratief. De PTT mocht van tevoren commentaar leveren op het ar tikel in de Consumentengids, maar het blad plaatste dit niet, een goed recht, maar weinig objectief natuurlijk. Tant Pos had wel degelijk commentaar: „Het opmerkelijkste in het ar tikel van de Consumentengids is, dat er geheel aan wordt voorbijgegaan dat de PTT-ta- rieven in de afgelopen vijf jaar bij 'de stijging van de kosten van levensonderhoud zijn achtergebleven. Immers, i de periode 1970-'75 zijn de ta rieven van de PTT met 47,2 procent omhooggegaan, ter wijl het leven in Nederland in die tijd ruim de helft (51,2 procent) duurder is geworden. Hieruit blijkt dat de PTT dus bepaald niet de grote prijsop- drijver is". „Dit geldt in het bijzonder voor de telegraaf en de tele foon, waar de tarieven in vijf jaar tijd slechts met respectie velijk 16,5 en 35 procent om hooggingen. Dit laatste is daarom van zoveel belang om dat de particulier veel meer besteedt aan de telefoon dan aan de post. Blijkens recente cijfers wordt per jaar in een gezin met telefoon gemiddeld ongeveer 500,- aan telefoon kosten betaald en circa 50.- aan porti. Zelfs de niet-tele- foonabonnees (thans nog 1 op de 3 gezinnen) zijn jaarlijks nog iets meer kwijt aan de telefoon dan aan de post. Een tariefverhoging bij de te lefoon tikt voor het gezinsbud get dus veel harder aan dan een bij de post. In dit verband kan er nog op worden gewe zen dat de belangrijkste tele foontarieven (te weten het abonnement en de gespreks kosten) al drie jaar lang onge wijzigd zijn gebleven. Sterker nog: -het tarief voor overdag gevoerde gesprekken over gro tere afstand is al sinds 1955 nominaal gelijk gebleven, ter wijl het tarief voor dit verkeer in de vrije tijd zelfs is gehal veerd. In tegenstelling tot de telefoontarieven zijn de postta rieven in de afgelopen jaren sterker gestegen dan het alge mene prijspeil. De voornaam ste reden hiervan is de enorme loonstijging welke in een ar beidsintensief bedrijf als de1 Post zeer sterk aankomt. Daarnaast heeft een rol ge speeld het streven om de ver- liespositie van de Post terue te dringen", aldus de PTT. Allemaal goed en wel, maar waar het ons om gaat is dat we moeten betalen. De tarie ven die de PTT nu hanteert zouden best overkomelijk zijn als we zeker wisten dat die tien jaar zo bleven. Al was het bijvoorbeeld alleen maar om dat de verliezen van de ene .Post" gedekt zouden worden door de winst van de andere. Goed ondernemerschap lijkt ons zoiets. Het ziet er niet naar uit. De Post wordt steeds duurder GEHARD CRONÉ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 21