let echte Mallorca MALTA Eiland-hart geeft zijn rijkdom nog weg voor appel en een ei LIGT EEN KWARTIER LOPEN UN DE TOERISTENGETTO'S goed voor „kleintje vakantie" tussendoor Spaanse kusten raakten vorig jaar opeens in de versukkeling: uit killere oorden aanwaaiende mensenmassa's werden klei- !r en minder in getal. De grootste gemene deler van de Europe- vakantievierders zag het niet meer zo zitten in de dagelijkse ilogie: hotelletje, strandje, kroegje. Gevolg: steeds meer „lege iten" in het vliegverkeer naar het zonnige zuiden, ik minder animo voor de Balearen in het algemeen en Mallor- in het bijzonder. Begrijpelijk, want de op het zuiden gerichte landstranden verschillen weinig of niets van de naar de Mid- ■llandse zee gekeerde kustlijn van het Iberisch schiereiland. meeste „costa's" hebben echter een vrij eentonig achterland, ,t het welhaast in elk opzicht aflegt tegen de landschappelijke isseling van het Mallorcaanse binnenland. 'oor Mallorca geldt, dat het massatoerisme er in de meest let- •lijke zin een randverschijnsel is gebleven. Miljoenen mensen ibben - ook al brachten ze misschien zelfs meerdere vakanties het grootste Balearen-eiland door verzuimd het andere Mal- irca te leren kennen. lp die manier zag dat andere Mallorca, het fraaie binnenland lus, kans zichzelf te blijven. Het is nog steeds wat het was, iordat de continentale chartermaatschappijen het eiland kozen doelwit voor het droppen van menselijke ladingen, die door ïandige reisjongens met folders vol kleur en afbraakprijzen wer- len geronseld. !n juist omdat zoveel van het Mallorcaanse bergland en het in Ike windrichting weer andere laagland nog precies zo is als - lijvoorbeeld - George Sand het in het vorige eeuw beschreef, ilijft Mallorca alleszins de moeite van een (mini)vakantie waard, leker in het voor- en naseizoen. Dp een hoog gelegen pleintje midde- lin een ogenschijnlijk eindeloos sies- a vierend dorp, ligt een stoffig londje te knipogen tegen de middag ion. Zelfs voor een passerende poes tornt het dier niet op de been. Maar Js verdwaalde toeristen het wagen urn met hun huurautootje het dorps centrum binnen te steigeren, gaat iet smoezelige foxje wel als een ra- ende te keer. Totdat de vreemdelin- jen na met hun schorre claxon de aftocht te hebben geblazen haas- lig wegscharrelen door het netwerk van smalle straatjes rond het plein. Het dorpje heet Santa Eugenia en igt nog geen tien kilometers van de ioor legio zonzoekers platgereden zuidkust van Mallorca. Als de paar honderd inwoners van dit in veel - groen verpakte brokje versteende rust veelvuldig hebben gebeden of hun dorpje mag blijven zoals het is, dan zijn die gebeden wel verhoord. Onze Lieve Heer heeft althans de toeristische drinkbeker vol „cuba li- bre, cerveza en cafe cortado" (nog) niet uitgestort over de rode pannen van hun deels tegen een monumenta le kerk leunende behuizingen. Misschien wel op voorspraak van de lige Eugenia zelf, die op haar mo- lor in het hiernamaals vast en ze- vaak met welgevallen beelden in „haar" dorp oproept Al was het maar om haar vrome wens te iderstrepen, dat er nog hoop zou jzijn voor dit paradijselijke oord, hoe dicht het ook ligt bij de versteende wereld van een El Arenal, waar na Franco's dood zelfs de striptease zijn intrede heeft gedaan. Maar het Santa van Eugenia houdt de satan niet helemaal van de heuvel waarop het is gelegen. Want wat geldt voor de vroomste dorpen waar ook ter wereld, gaat ook op voor de- Het is van El Arenal via de weg naar Lluchmayor maar een paar kilometer naar de ook en vooral door autochtonen zeer ge waardeerde „oase" van Moli ca'n pere. ze eiland-nederzetting: waar God een kerk bouwt, daar sticht de duivel een kapel. Zou Eugenia echter binnenglu ren in het altijd schemerdonkere dorpscafé aan het pleintje met het hondje, dan zou haar devote blik zich nauwelijks ergens aan kunnen stoten. En haar altijd toegenegen oor zou zelfs geen dissonanten horen. Want de bejaarde Alfonso, die er met een aantal soortgenoten de dag prijst voordat het avond is, zingt in lichte lijk aangeschoten toestand niet eens onverdienstelijk. In een nog donkerder vertrekje, dat met de gelagkamer in open verbin ding staat, komt een pronte kastelein se desgevraagd in een mengelmoes van Spaans en gebarentaal duidelijk maken, dat haar zaak eigenlijk alleen maar café is. Geen „cafetaria" dus en zeker geen „restaurantje". Toeris ten komen er dan ook zelden of nooit. Maar dat wil natuurlijk geens zins zeggen, dat er bij haar geen aan geklede boterham genuttigd kan wor den. Het duurt even voordat zij met een paar grote schalen komt aandragen. Op het bruine aardewerk grote hom pen brood, zwemmend in olijfolie. En op die hompen nog grotere plakken magere ham, zoals die behalve op Mallorca alleen maar in de Ardennen wordt gerookt. Daarbij in schijven de mooiste tomaten die men zich kan voorstellen. Tegen de dorst brengt zij naderhand nog een cognacfles vol vers gebottelde „vino de la casa", zoals die in geen van de duizenden toeristenzaken aan de kust te koop is. Onder het genot van dit eerlijke broodmaal op 'n diner in het hotel na het „galgemaal" van vier dagen Mallorca even lukraak nakaarten: gelogeerd aan de kust, dat wel. Maar verder louter en alleen gesnoept van de grote en kleine heerlijkheden, waarmee de „schelp" van dit eiland zo overdadig is gevuld. Tenminste voor wie het zien en beleven wil. Weekmarkt in Villa France. Alle dorpsvrouwen liepen er te hoop rond de lapjes, de snuisterijen, de groente- n,de kannen en kruiken, de kippen, de heiligenbeeldjes en ikonen, de le derwaren en de flesjes reuk, de olijf olie en de houten „glazen". De moois te sinaasappelen waren er te koop voor de helft van de prijs, die aan de kust voor de lelijkste moet worden betaald. Met een mengeling van verbazing en bewondering geluisterd naar de meertonige hoorn van een viskoop- man, die voor zijn „lokroep" geen door auto-accu of -dynamo aangedre ven stuk elektrotechniek nodig had, maar slechts geheel in stijl met zijn handel een kolossale schelp en een paar sterke longen. In de buurt van een nog niet door massatoeristen veroverd vissersdorp je, dat Puerto Petro heet, siesta ge- Mallorca is in de meeste reisgidsen van de touroperators voor 1977 met de Spaanse costa's de onbetwiste koploper. Het is nog steeds een betrekke lijk goedkoopte-ei- land. Er zijn al reizen van acht dagen rond de 300 gulden. Het is raadzaam om zoveel mogelijk aan biedingen met elkaar te vergelijken en de aantrekkelijkste en best geprijsde er uit te vlooien. Het S- paans Verkeers Bu reau, Laan van Meer- dervoort 8 in Den Haag, telefoon 070- 465900 kan u er meer over vertellen. houden op een smetteloos stuk strand, bijna helemaal omsloten door grillig gevormde muren van bazalt. De zee stak er onder een overhan gende rots door af en toe een nat te tong uit, die dan een grillig ge vormde schuimstreep achterliet op het gele zand. Onderweg erheen, via kronkelige bin nenweggetjes met muurtjes van ge stapelde steenbrokken erlangs, tot stoppen gedwongen door een bijbels aandoende schaapherder met twee pasgeboren lammetjes onder één arm. De man regelde het weinige verkeer, terwijl zijn blatende en bel lende kudde overstak. Op de bergroute langs de westkust met zijn onvoorstelbaar mooie door kijkjes en vergezichten even gepleis terd in Valldemosa. Niet in de toeris tische fuik van een klooster waar om wille van de smeer de commerciële kat de kandeleer likt, die bij Chopin op de piano moet hebben gestaan. Wel tussen de hoge heesters in de kloostertuin. In een tegen steile rotshellingen ge plakt dorpje wat gewandeld door stil le trapstraatjes naar een kerkje, waarin bijna geen buitenlicht door drong, maar waarin wel veel kaarsen brandden. Het mystieke sfeertje on dergaan, dat dit bedehuisje al gene raties lang binnen zijn natuurstenen muren gevangen houdt. Onder het genot van twee glazen „ca fé con leche" op een mini-terras een uur lang verkeerd tussen regelrechte afstammelingen van Arabieren in Adraitx. De inwoners van dit stadje leven helemaal hun eigen leven, dat er vooral op gericht lijkt te zijn hun bloed van Mallorcaanse en andere smetten vrij te houden. Voor het andere Mallorca dan de eeuwig durende strandkermis aan de kust, voor hei Mallorca dat ondanks een optimale „bevlieging" van het massatoerisme zichzelf bleef, hoeft men eigenlijk niet eens zo ver te gaan. Zelfs zonder huurauto of -fiets is men echt niet aangewezen op de Playa de Palma met zijn duizend-en- een souvenirwinkeltjes, die allemaal op elkaar lijken en nog hetzelfde ver kopen ook. Van toeristengetto El Arenal met de benenwagen hooguit een kwartiertje landinwaarts en men zit al midden tussen de Mallorcaanse watermolens. Vlak achter de Playa ligt ook het kleine dorpje San Francisco dapper zichzelf te zijn met zijn smalle straat jes, z'n tweeklassige schooltje en zijn warenhuis van hooguit drie bij drie meter. In dit stoffige winkeltje huist de rooktabak met de maya-zeep in een-en-dezelfde kartonnen doos en zorgt een krakkemikkig sinaasappel kistje ervoor, dat zowel muizevalle- tjes als vliegenvangers en krulspel den uit voorraad leverbaar zijn. Zelfs in de avonduren kan men de achterhaalde pret van hotels, die el- Zwartbonten onder de palmen. Vooral op het zuid-oostelijke laagland van Mallorca is veel Fries vee in open loopstallen te grazen genomen. kaar in de weg staan en van koek-en- zopies die in alle talen om klandizie schreeuwen, gemakkelijk te voet ont vluchten. Bijvoorbeeld door vanuit El Arenal een paar kilometertjes de sterk stijgende weg naar Lluchmayor op te lopen. Die wandeling leidt des gewenst naar een van de beste, ook en vooral door autochtonen druk be zochte restaurants van het eiland: Moli Ca'n Pere. Het is een oude mo len, waarin men voor weinig geld het fijnste vlees kan kopen en dat dan zelf mag roosteren op een gezellig knetterend houtvuur. Voor weinig geldhet eenvoudige broodmaal in het dorpscafé van San ta Eugenia spant in dat opzicht trou wens de kroon. De prijs, die de kas teleinse noemt, wordt als een voor haar al te dure vergissing misver staan. Als ze daarna het zelfde be drag met zwierige cijfers op een bier viltje noteert, doet ze haar met infla tie vertrouwd geraakte gasten ge woon even blozen. De toerist wordt er dus niet „gesneden". De toerist wordt dus ook niet gedis crimineerd .wel een heel klein bee tje argwanend bejegend. Want pas als de vreemdelingen buiten staan, begint binnen Alfonso weer te zin gen. DRIES SCHEEPSTRA Voor wie voor- of najaar als ideale vakantie-tijd prefereert, al of niet om de grote vakantie-drukte te ver mijden, is een verblijf op Malta best aan te bevelen. Of als men nog een weekje vakantie tegoed heeft en men dan begrijpelijk het nog (of weer) kille Hollandse klimaat wil ruilen voor wat zon en warmte, kan Malta naast Mallorca, Spaanse kust, Madei ra, een zeer aantrekkelijk alternatief genoemd worden. Malta, hoe klein ook ongeveer 14 bij 27 kilometer met 320.000 inwo ners zeer dicht bevolkt, biedt „elck wat wils". Wie van zon en strand houdt, zich interesseert voor geschie denis en oudheidkunde, door interes sante oude steden wil slenteren, leu ke pittoreske dorpen wil bezoeken, en een vriendelijke bevolking wil ont moeten, kan op Malta aan zijn trek ken komen. Met natuurschoon mag Malta dan niet zó rijk gezegend zijn, ondanks of dankzij zijn ligging, na melijk 92 kilometer ten zuiden van Sicilië en daarmee zuidelijker dan Tunis, de warmte met vaak een ver koelende zeewind, en een normale portie regen maken een verblijf zeer aangenaam. De bevolking is zoals ge zegd hartelijk, eenvoudig, niet rijk, Malta, een ruige, gele rots, achteloos in het hart van de Middel landse Zee gegooid. Een kleine zonne-oase zonder bergen en ri vieren, maar wel met dolromantische zand stranden, overblijfse len uit lang vervlogen gouden tijden, schil derachtige havens en zeer goede hotels. Weinig geschikt voor een doe-vakantie, pri ma stek voor een handwarme luier-pe- riode. Relax in Rot terdam is één van de Nederlandse reisbu reaus, die deze minia tuur-stek in zijn pro gramma heeft Acht dagen vanaf 612 gul den, oplopend tot 2279 gulden voor 22 dagen in het hoogsei zoen. Vliegtijd vijf uur. klein van stuk, een mengeling van Zuid-Europese, Arabische en Afri kaanse afkomst. Malta heeft door de eeuwen heen geschiedenis gemaakt: de Phoeniciërs zaten al op het eiland zo'n 2000 jaar voor Christus, uit wel ke periode de tempel Hagar Qim stamt; de Apostel Paulus heeft 7 jaar op het eiland, min of meer gedwon gen door een schipbreuk, doorge bracht; de Turken bezaten het eiland eeuwen lang en de Engelsen be schouwden Malta als een belangrijk steunpunt in de Middellandse Zee (1802—1964). Dat hebben de Maltezers dan ook ge durende de tweede wereldoorlog ge weten. Hoewel hard gewerkt is aan het herstel, de sporen van Duitse en Italiaanse luchtbombardementen zijn nog op vele plaatsen te zien. En om de sfeer op het eiland speciaal in de hoofdstad Valletta in die barre oorlogsjaren te kunnen proeven, zou men het boek van Monsarrat „De pastoor van Malta" moeten lezen. Sinds 1974 is Malta een republiek: zoals gebruikelijk bij verkrijging van zelfstandigheid, moest ook Malta zijn eigen luchtvaartmaatschappij hebben. Die is er dan ook, Air Malta, even klein als het eiland is, maar ze func tioneert goed, vooral dankzij het toe risme. Wekelijks brengt ze honderden toeristen uit verschillende steden in Europa (o.a. uit Amsterdam, 3 uur vliegen) en Noord-Afrika naar haar eiland. Een vakantie op Malta hoeft niet duur te zijn. De hotelprijzen lig gen zeker een 40 procent lager dan Valetta, de hoofdstad van de mini-staat Malta draagt nog alle versteende sporen van een oor logszuchtig verleden, waarin vol keren met landhonger elkaar de nietige stip in de Middellandse Zee betwistten. in Nederland, en er zijn er vele en goede, zelfs één met Casino. Eten en drinken zijn ongeveer 50 procent goedkoper dan in Nederland. Hier en daar kanmen nog echt „Engels" dine ren d.w.z. dasje om en in 't lang. Hoewel Malta een dicht bussennet heeft een spoorlijn ontbreekt huurt men graag een auto(tje) voor een zeer schappelijke prijs. Men krijgt er dan een rechts stuur en lin- kerpook bij cadeau, want het verkeer houdt (Engels) links. De munteenhei- d is het Maltese Pond, en heeft een waarde van zes-en-een-halve Neder landse gulden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 21