7%%renÉ
met't nieuw*
Spaar-extra-Premie
boeide.
Victor
Kortsjnoi
Rabobank Q
De ballingschap van
een grootmeester
IN 1977
TEGENOVER
AARTSVIJAND
PETROSJAN?
prettig om pal boven een politiebureau te wonen."
Voordelig
Voor de konstante spaarder, die zijn
spaartegoed niet vaak aanspreekt. Het Spaar-
extra-Premieboekje van de Rabobank is
dan een prachtige manier om extra rente te
maken. Uw spaartegoed blijft onmiddellijk
opeisbaar. U betaalt wel 2% over elk opge
nomen bedrag. Als vuistregel kan gelden
dat het Spaar-extra-Premieboekje voordelig
is, als u het spaartegoed langer dan een jaar
laat staan.
Niet voordelig
Bent u een spaarder, die geregeld wat van
z'n spaartegoed opneemt, dan is het Spaar-
extra -Premieboekje niet voordelig voor u.
U kunt dan beter een andere spaarvorm
kiezen. De Rabobank helpt u daarbij graag.
Over sparen gesproken
Sparen is een zaak van meer dan rente
alléén. Wip daarom even bij ons binnen als u
meer wilt weten over de verschillende mo
gelijkheden. Met 3100 vestigingen is er altijd
een Rabobank in de buurt. En goede raad
kost niets.
geld en goede raad
mij en mijn gezin een leefklimaat dat ik mijn ergste
vijand niet toewens, zelfs Petrosjan niet"
Victor Kortsjnoi (in 1960, 1962, 1965 en 1970 kam
pioen van de Sovjet Unie) koos Nederland als zijn
vrijwillige ballingsoord. Waarom? „Als beroepsscha
ker kwamen er voor mij maar twee landen in
aanmerking: Joegoslavië en Nederland. De reden
daarvoor is dat in die twee landen het schaakleven
het best is georganiseerd en h^t meest bloeit Een
voordeel van Joegoslavië voor mij zou zijn geweest
dat ik de taal: het servo-kroatisch - goed spreek.
Anderzijds zou ik om politieke redenen in Joegosla
vië misschien minder welkom zijn, dat weet ik niet
'In Nederland was dit in elk geval geen probleem
- vandaar mijn keus. U bent een van de meest
geavanceerde schaaklanden ter wereld.Er zijn veel
sterke spelers - zeker als je kijkt naar de geringe
omvang van de bevolking -, er bestaat veel belang
stelling voor schaken, er zijn sponsors, er is een
hoge graad van organisatie en het schaken wordt
op bekwame wijze gestimuleerd. Dit is voor iemand
die van schaken zijn beroep maakt een gunstig
milieu. Bovendien voel ik me thuis in Nederland.
Ik houd van het klimaat van de vrijheid, van de
mensen, van de manier waarop de hele samenleving
me tegemoet treedt. Ik hoop dat dit niet tijdelijk
zal zijn, dat ik straks, als de sensatie van een
gevluchte grootmeester is afgesleten, niet zal terug
vallen naar de status van een gewoon mannetje. In
ieder geval wil ik Nederlander worden. Ik heb hiér
veel goede vrienden." Euwe? „Laat ik zeggen dat
hij me erg geholpen heeft Maar hij is dertig jaar
ouder, hij zou mijn vader kunnen zijn".
De Russen hebben gedreigd dk toernooi te zullen
boycotten waaraan Kortsjnoi a eel neemt. Hij blijkt
daar niet zo erg in te geloven. „De Russen zullen
niet bij machte zijn me van het internationale
podium te weren. Als zij ons boycotten, kunnen wij
hetzelfde doen met hen. Ik ben de derde schaker
ter wereld. Hoe willen ze om me heen? Iedereen
in het westen vindt hun gedrag fout vies. Ze hebben
de hele opinie tegen. Hier, Fischer heeft me zelfs
een telegram gestuurd en me gefeliciteerd met de
juiste beslissing. Mocht mijn stap een scheuring in
de internationale schaakwereld tot gevolg hebben,
dan zou ik daar niet wakker van liggen. Ik heb
er geen bezwaar tegen. Dan is het de taak van Euwe
als voorzitter van de Wereld Schaakbond om de
brokken weer te lijmen en dat kan hij, want hij
is een voortreffelijk diplomaat. Ach, vroeg of laat
draaien de Russen bij. Daarover heb ik het laatst
nog met Amalrik gehad, die ik eens in de maand
spreek. En enkele politici hebben me hetzelfde
toegefluisterd. De Russen zijn niet uit op onenig
heid. Dat willen ze niet. Het is juist hun politiek
om via allerlei wereldorganisaties invloed uit te
oefenen en prestige te winnen. Denk aan de Olympi
sche Spelen. Het is waar dat ik niet ben uitgenodigd
voor het Hoogoventoernooi, maar dat komt volgens
de organisatoren alleen omdat de invitaties al maan
den geleden waren verstuurd. Ze hebben me ge
vraagd of ik reserve wil zijn, zodat ik kan invallen
als een van de deelnemers verstek zou laten gaan.
Nou, graag. Verder heb ik begrepen dat ik ook niet
in Hastings zal spelen, omdat daar al een andere
Rus was uitgenodigd. Hetzelfde geldt voor een
toernooi in Ierland. Ik hoop natuurlijk weer grote
toernooien te kunnen spelen, maar als trainer en
simultaan-aangever kan ik heel goed in mijn eigen
onderhoud voorzien. En ik verwacht dat de kandi
datenmatches die in maart 1977 moeten beginnen,
gewoon door zullen gaan".
Hetgeen betekent dat hij tegenover zijn aartsvijand
Petrosjan zou komen te zitten - pikant. Voorlopig
echter heeft hij genoeg besognes onder zijn kalende
kruin. Hij speelt simultaanwedstrijden in een tempo
van zes per maand. Hij is onder contract genomen
door het computerbedrijf VOLMAK, waar hij speelt
voor de club en lessen geeft Hij legt de laatste hand
aan zijn 120 pagina's dikke autobiografie, die begin
volgend jaar gelijktijdig in het Engels en in het
Nederlands zal verschijnen en die als bijvoegsel
twintig van zijn beste partijen zal bevatten, onder
meer die tegen Karpow, Petrosjan en (in de Engelse
editie) Fischer. Op dit moment is hij gewikkeld in
een tweekamp met Jan Timman.
Bovendien is hij trainer van het Nederlandse
schaakteam. „Ik had gedacht de Nederlandse mees
ters en grootmeesters iets te kunnen leren aan
openingsvarianten en dergelijke, maar dat blijkt
niet het geval te zijn. Ze weten erg veel over het
repertoire dat ze gebruiken. Wel geloof ik dat ze
iets hebben opgestoken van mijn aanwijzingen over
strategische richtlijnen en algemene zaken. Om een
voorbeeld te noemen: als je de Franse verdediging
speelt, moet je ook de middenspelen bestuderen, die
daaruit voortvloeien en ook het eindspel met de
vaak kenmerkende Franse pionnenskeletten". Nieu-
wigheidje voor het Nederlandse team dat zich in
Haifa zo voortreffelijk heeft geweerd: tijdens de
twee trainingsweken in Apeldoorn legde Kortsjnoi
veel nadruk op de lichamelijke conditietraining. Er
werd voetbal en basketbal gespeeld. Er werd gerend
en getrimd. Kortsjnoi: „Alleen Jan Hein Donner
hield zich afzijdig. Nou ja, die wordt een dagje
ouder, maar ik vond het jammer. Volgens mij is
het fout dat hij zijn lichamelijke conditie verwaar
loost Zijn schaakprestaties verzwakken van jaar tot
jaar. Ik geloof heilig in lichaamstraining. Zelf heb
ik het er nu te druk voor, maar mijn ideaal is elke
morgen flink ochtendgymnastiek te doen en dan
nog eens minstens twee uur te lopen in de frisse
lucht het schaken van je af te zetten. Te ontspan
nen."
We komen te praten over de feestdagen die voor
de deur staan. Met beeldende gebaren schildert hij
hoe die ook bij hem thuis in Leningrad gevierd
plachten te worden. „Met de jaarwisseling is iede
reen drie dagen vrij. Overal zie je de kerstman (hij
noemt hem „Father Frost") overal zijn kerstbomen,
overal lichtjes en kaarsen. Ook in huis hebben we
een boom. We nodigen goede vrienden uit We
praten, drinken, zingen en dansen de hele nacht
De kinderen krijgen cadeaus. Had je niet verwacht
van een proletarisch volk, wat?"
Dat zal hij dus dit jaar moeten missen. „Nou nee.
Ik heb vrienden waar ik ga logeren. Daar zal ook
een boom staan en feest gevierd worden. Maar
Eerste Kerstdag speel ik een simultaanwedstrijd in
een kerk in Amsterdam. Van zoiets had ik nog nooit
gehoord. Ik doe het gratis."
Deze laatste mededeling ontglipt hem zo spontaan
dat het een zeer nieuwe, belangrijke daad voor hem
moet zijn.
PIET SNOEREN
Die adviseerden me: blijf weg." De Russen zouden
je aanwezigheid in Haifa als een provocatie kunnen
beschouwen. Daar heb ik gehoor aan gegeven. Ik
dacht ook: niet naar Israël betekent dat ik lekker
tien dagen vrij heb voor mijn werk".
Hij doet overigens niet dik of druk over die tweede
plaats onder 52 deelnemende landen - maakt een
beetje de indruk alsof het langs zijn grijze slobber-
pak heen gaat. „Ik zelf had gerekend op een derde
plaats".
Op 27 juli van dit jaar vroeg Victor Kortsjnoi, die
in de Amsterdamse Rai had deelgenomen aan het
IBM-schaaktoernooi, politiek asiel aan. Hij kreeg
het niet, omdat hij geen politiek vluchteling was.
Wel werd hem een verblijfsvergunning verstrekt die
hij elk jaar moet laten verlengen. Eerst dook hij
onder op een onbekend adres, dat hij ook nu nog
niet prijs wil geven. Daarna betrok hij twee kamer
tjes aan de Stadionweg in Amsterdam. Breed.hulpe
loos armgebaar: „Bijna niets hier is van mij. Alles
is van Loek (de man, die hem aan dit onderdak
heeft geholepn). Er is geen plaats voor mijn eigen
spullen". Zegt dat hij gemakkelijk een huur van 600
gulden voor een vijfkamerflat kan betalen. „Het
gaat me hier financieel veel t^ter dan in Rusland
waar ik 300 roebel in de maand verdiende" (het
gemiddeld inkomen van de Sovjetburgers is 140
roebel). „Maar ik vind het wel een prettig idee om
pal boven een politiebureau té wonen. In het begin
ben ik bang geweest, ja. Bang voor de KGB. Bang
om lastig gevallen te worden. Nu is dat over. De
enige last die ik heb gehad, is die brief in Sovjetski
Sport geweest waarin Karpow en eenendertig ande
re Russische schakers mijn stap veroordeeld heb
ben. Een smerige brief waarmee ze hun ziel gekrui
sigd hebben - dat meen ik.
Er waren nog wel goede vrienden en kennissen van
me bij. Het heeft me erg gekwetst Enfin, dat is
allemaal geweest, maar ik vind het toch een gerust
stellende gedachte dat ik goede vrienden ben met
de politie hier beneden".
De povere omstandigheden waaronder hij leeft („o
ja, in Rusland had ik het veel comfortabeler) schij
nen hem niet te deren - een indolentie die wellicht
kan worden verklaard uit zijn toeleven naar de dag
waarop zijn vrouw en zijn zoon Igor zich bij hem
kunnen voegen.. „Ik heb nu voor ze de aanvraagpro
cedure in werking gezet voor emigratie naar Israël.
Dat is de enige manier om uit de Sovjet-Unie te
kunnen komen. Natuurlijk zullen ze niet daadwerke
lijk naar Israël gaan, als het allemaal lukt. Ze
komen hier bij mij. Dat is het gekke van Rusland.
Wanneer ze je eenmaal een visum voor Israël
gegeven hebben, kun je verder naar de duivel lopen'
(go to hell)."
Als het niet lukt? „Dan zal ik een andere mogelijk
heid proberen. Dan zal ik publiekelijk mijn proble
men uiteen zetten en een beroep doen op het
wereldgeweten. Telefoneren doe ik niet met mijn
vrouw omdat ik fyaar daarmee in moeilijkheden zou
kunnen brengen. Maar we corresponderen via ge
heime kanalen en zo weet ik dat ze niet onder druk
is gezet. Ze wordt politiek onbelangrijk geacht - net
als ik. Door mijn kwaliteiten als schaker ben ik
gevaarlijk voor de Russen, maar politiek heb ik
alles gezegd wat ik te zeggen had en ze weten dat
ze me toch de mond niet kunnen snoeren."
Nog even de reden voor zijn vlucht uit het schaak
dorado dat Rusland is. „Ik ben in 1966 uit prakti
sche overwegingen lid geworden van de communis
tische partij omdat ik moeilijkheden had met de
Russische schaakbond waarin Petrosjan de toon
aangeeft Petrosjan is niet alleen aan het bord, maar
ook anderszins mijn aartsvijand (my bloody enemy).
Hij heeft uit jaloezie een grondige hekel aan me.
Dat is al lang zo en het werd er niet beter op toen
ik na mijn verloren tweekamp tegen Anatoli Kar
pow (eind 1974, op het nippertje) formeel als de
derde beste schaker ter wereld gold. Mijn conflicten
met de Russische schaakbond leidden ertoe dat ze
me in een aantal gevallen verboden aan buitenland
se toernooien deel te nemen. Toen ik eenmaal als
lid tot de communistische partij was toegetreden,
bleken de hindernissen opgeruimd. Daarna zijn er
moeilijkheden gerezen omdat ik na mijn tweekamp
tegen Karpow, die de uitdager van Fischer moest
opleveren, kritiek op hem heb uitgeoefend. Ik raak
te al mijn voorrechten weer kwijt en er ontstond
'door het toedoen van de Russische autoriteiten voor
EeidaeSowuvnt
STERDAM Vier verveloze trappen op. Een
vertrek - hier had de berooide Multatuli zijn
K Havelaar kunnen wrochten. In de asbakken
Jriftig uitgedrukte peuken van een kettingroker,
ral rondslingerende boeken en tijdschriften,
niet afgewassen theekopje. Typisch het hok
een vrijgezel. En vrijgezel is hij, de 45-jarige
tor Kortsjnoi, na Fischer en Karpow derde op
wereldranglijst van de allerbeste schakers jter
eld. Hij constateert dat met onpeilbaar verdriet
ijn donkere stem. Voor de rest zal hij veel en
lachen tijdens het gesprek, maar als het over
in de Sovjet-Unie achtergebleven vrouw gaat,
ij één bonkige hoop ellende. Zomaar een detail
het grijze leven dat de grootmeester momenteel
b „Ik maak zelf mijn eten klaar. Ik behelp me
grotendeels met blik. Daardoor heb ik al last van
een maagzweer gekregen".
Hij is als trainer de man achter de ongedroomde
tweede plaats - slechts een halfpunt verschil met
gigant Amerika - die het Nedelands schaakteam
tijdens de Olympiade van Haifa heeft behaald.
Waarom was hij niet in Israël om mee te nippen
aan het zoet van de zege? „Als trainer of captain
konden de organisatoren me niet uitnodigen. De
reglementen zeggen dat je daarvoor langer dan een
jaar in een land moet wonen. Maar ze hebben me
wel als gast gevraagd. Ik heb alles geprobeerd om
te gaan. Ik heb er allerlei afspraken en andere
verplichtingen voor afgezegd. Toen zijn er een paar
officials bij me gekomen - invloedrijke vrienden.