Jan Brusse tekent voor kostelijk prentenboek van Franse clochard BELGEN KOMEN MET NIEUWE OLLANDER-MOPPEN Spelletjes voor overal en iedereen STUDIES OVER DICHTER REVIUS Knutseltips Tweede deel van Verzameld Werk Arthur van Schendel Johan Fabricius als jeugdige buitenlander In het slaperige Zuidfranse berg dorp Caromb, waar kroniek schrijver en -spreker Jan Brusse sinds twaalf jaar een onder duikadres heeft voor het handje vol dagen, waarin hij Parijs niet aan de praat houdt, woont Mi chel, een eenzelvige, eenzame man van dertig jaar. Geen dorps gek, nee, nee, wel een dromerige clochard, die zich schuil houdt in een ruïne zonder water, zonder electriciteit, zonder dak. Op een goede dag, nu ruim twee jaar geleden hoorde Brusse, dat deze plaatselijke ego-tripper gedich ten schreef en deze ontdekking werd het begin van een wonder lijke relatie tussen de Nederlan der en de Fransman, die hem met tegenzin een kinderlijke tekening liet zien, waarbij een tekst was geschreven. Het hele dorp stond erop: de pastoor onder de toten- klok, de burgemeester in zijn kneuterig gemeentehuisje, de school en de dorpsfontein, het café, de zon achter een plataan, een hond en mannen, die pastis drinken en jeu de boules spelen. „Ik vroeg hem", noteert Brusse later, „of hij het leven van zijn dorp niet in woord en beeld wilde gaan optekenen. Een ge'illustreer- de kroniek van het dorpsbestaan. Hij zei, dat hij dat niet kon. Hij zou niet weten, wat hij moest tekenen, wat hij moest schrijven. Maar als ik hem de onderwerpen wilde opgeven zou hij het probe ren". „In het begin van onze samen werking wantrouwde Michel me hevig. Hij vroeg zich steeds af, waarom ik hem die tekeningen liet maken en dan legde ik hem uit, dat we er samen een boek van gingen maken. Maar dat zei hem weinig. „Ik doe het alleen om jou een plezier te doen", riep hij dan". „Het was vreselijk moeilijk iets uit zijn handen te krijgen. Hij had vaak geen zin en dat zei hij met rustige overtuiging. Tekenen was voor hem werken. Vermoeiend en vervelend. Bleef ik toch aandrin gen dan deed hij de met papier dichtgeplakte deur van zijn ruine op slot en hield hij zich schuil". „En dan onverwacht, bracht hij er vier tegelijk. „Ik heb je ver wend", zei hij. Toen legde ik hem uit, dat ik de uitgever beloofd had, dat alles op een bepaalde dag klaar zou zijn. „Maar wat heeft die uitgever daar nu mee te maken?", vroeg hij. „Die zorgt dat het een boek wordt", legde ik uit. „Moeten wij daarvoor beta len?" wilde hij weten. „Nee". „Waarom doet hij het dan?" „Om dat hij die boeken gaat verkopen en hoopt daar geld mee te verdie nen". „En als hij er geld op ver liest, moeten wij hem dat dan teruggeven?", wilde hij zeer wan trouwig weten". Zo kwam, met horten en stoten, bidden en smeken het prenten boek „De onhandige wereld van Michel, dienaar van de liefde" tot stand. Met speelse teksten van Brusse en tekeningen en gedich ten van Michel de zonderling. De versjes lijken onbeholpen en ge brekkig, maar wanneer je ze in je opneemt pakken ze je toch door hun ongekunstelde gevoelig heid. Ze zitten ook vaak vol taal fouten, waardoor je gedwongen wordt de zinnen hardop te lezen, want anders begrijp je niet, wat er staat. Daarom heeft Brusse een gecorrigeerde tekst afgedrukt met daaronder een letterlijke ver taling: service aan de kopers van dit kostelijke boek, dat één der geheide bestsellers van 1976 kan worden. „Toch raad ik ook de mensen, die niet zo goed Frans spreken aan om eerst het oor spronkelijke manuscript te le zen", zegt Brusse, „want alleen op die manier krijg je een indruk op wat voor een curieuze manier Mi chel de taal vervormt". „De vertaling van deze „art brut" was overigens heidens moeilijk. Je hebt steeds de neiging om het wat handiger te doen, wat soepe ler te zeggen dan hij. Maar dan verliezen deze teksten al hun kracht. Zoals ze zijn, zijn ze gaaf. Zoals een boomstronk door geen beeldhouwer verbeterd kan wor den. Ik heb zijn teksten dan ook zo trouw mogelijk gerespecteerd. Met zijn wonderlijk gebruik van hoofdletters en leestekens. Zijn zinnen die zonder afsluiting in elkaar overlopen. Zinnen die vaak nergens beginnen en ner gens eindigen. Die als een heldere beek doorstromen. En die zijn stemmingen verbazingwekkend beeldend weergeven". Zo dartelt Michel tekenend en dichtend door zijn wonderlijke wereld: hij signaleert een duel, de wind, een meisje op straat, een revolutie, de wijnpluk, de gele trui, de eerste liefde en tientallen andere onderwerpen waarvoor het dorpsgemeenschap volop stof leverde. Onder zijn zelfsportret schreef hij: „Ik ben gezellig. Een groot gevoelsmens. Ik houd er niet van om opgejaagd te worden. Ik houd van geraffineerde dingen. Ik heb een kalm karakter. Ik heb be hoefte te voelen, dat men van mij houdt, maar ik verkies de geeste lijke liefde boven de lichamelijke. Ik haat grofheid, ik houd ervan lui te zijn. Ik houd ook van goed eten. En aangezien Venus de overheersende planeet is denk ik, dat in mijn ogen mijn vrouw de belangrijkste factor van mijn ge luk en mijn evenwicht zal zijn". En dan besluit Jan Brusse: „Veel geluk. Serviteur de l'amour. Ik heb veel van je geleerd. Stellig meer dan jij van mij. Merci". LEO THURING Jan Brusse en Michel: de on-han- dige wereld van Michel, dienaar van de liefde. Uitgave: Holkema Warendorf, Bussum. Prijs: 34,50. Het volk der Belgen wenst weer oorlog. Ze ven jaar na de verschij ning van het toppunt van Vlaamse humor, „1 cola met 6 rietjes", is een nieuwe bundel van instant-boertigheid in het strijdperk gegooid: „Minder Cola met nog meer rietjes". Een gees tige titel dus, bedacht door samensteller Wal ter van den Broeck, die voor zijn werk een aan tal waarschijnlijk als minder gunstig bekend staande uitspannerij- en en tapperijen in het Vlaanderenland heeft bezocht Aldaar immers schijnt de eenvoudige landsman er behagen in te scheppen zijn min derwaardigheidsgevoel te camoufleren achter voorgekauwde „Ollan- der-moppen". Het boekje is allereerst een staaltje van pijnlijk onbegrip. Onbegrip voor de zeer hoog ontwikkel de behendigheid van „den Ollander" om van de geneugten der wereld te proeven zonder daar veel voor te betalen. Even pijnlijk is het ge brek aan vindingrijk heid, waardoor de hu morist genoodzaakt was een forse inleiding aan zijn verzameling toe te voegen om zijn kleine boekje vol te krijgen. Toch valt er zowaar te lachen, soms. Niet om de grove kluchtigheid over de Lockheed-zaak, noch om al die andere belegen en niet al te spitse grollen. Maar om de onbevangenheid, waarmee het Belgenvolk zich in de kaarten laat kijken. Neem deze: „Komt een Hollander met een ezeltje bij de doeane. -Zeker van de rommelmarkt vandaan gesleept? vraagt de doeanier. -Ja, zegt het ezeltje". Je moet toch wel erg diep zijn geval len om je er op te beroe men gesprekken met ezels te voeren! De aardigste uit de bun del is de grap, die er waarschijnlijk door vergissing in is geko men: „Een Hollandse le raar probeert zijn leer lingen de betekenis van het woord „pleonasme" bij te brengen. -Als je meer woorden gebruikt dan nodig om een be grip uit te drukken, dan heb je te doen met een pleonasme. Bijvoor beeld: de Vlaamse Pri mitieven". Walter van den Broeck: Minder Cola met nog meer rietjes. Uitgave: Manteau, Brussel. Prijs: ƒ4,95. De tijd van cadeautjes breekt weer aan. Met een beetje uitgebreide familie kan Sinterklaas of Kerstmis aardig in de papieren lopen. Tenzij de cadeautjes zelf worden gemaakt. Niet alleen is men dan voordeliger uit, maar bovendien maakt een zelfgemaakt geschenk een zeer persoonlijke indruk. Om te helpen bij het maken van kleurige kaarsen, originele vazen, collages, sieraden, zelfs een tafelbiljart en nog veel andere leuke geschen ken, heeft Pamela Rodway haar ideeën op papier gezet, vergezeld van zeer duidelijke tekeningen. Pamela Rodway: Kadootjes maken. Uitgave: Uit geverij Helmond. Prijs: 16,90. GEZELLIG HUIS Wie vindt het niet enig om mooie dingen in huis te hebben. Maar wie kan het zich veroorloven om al die leuke spullen aan te schaffen die in de winkels tegen pittige prijzen worden aangeboden? Toch kan iedereen zijn huis net zo gezellig maken als vaak in geïllustreerde tijdschriften staat afge- beeld. Hoe dat kan, vertelt Isabel Hunt in het boekje „Maak uw huis gezellig". Pagina's vol tekeningetjes met verduidelijkende teksten geven ideeën om vrijwel elk vertrek in huis zelf te verfraaien. Isabel Hunt: Maak uw huis gezellig. Uitgave: Uitgeverij Helmond. Prijs: 16,90. KLEURIG NAALDWERK Een vrijwel vergeten, maar eenvoudig en kleurig naaldwerk is bargello. Alles wat nodig is om prachtige werkstukken te maken zijn een naald, garen en gaas. De techniek is simpel: geen kruis steken, geen kettingsteken, maar eenvoudige platte steken, die vlak naast elkaar, variërend in lengte en kleur, kunnen uitgroeien tot een prachtig pa troon. Bargellowerk is geschikt voor kussens, handtasjes, ceintuurs, vloerkleden maar eveneens voor het garneren van effen kledingstukken of voor het opfleuren van saaie potjes en doosjes. In het boekje „Bargello" wordt stap-voor-stap uitgelegd hoe het moet en welke klassieke patro nen er te maken zijn. Geraldine Cosentino: Bargello. Uitgave: Uitgeve rij Helmond. Prijs: 14,50. LAPJESWERK Lapjes, overgehouden na het maken van kleren en gordijnen, kunnen uitstekend worden gebruikt voor patchwork. Een handleiding voor dit lapjes- werk vindt men in het boekje van Barbara Danne- man „Lapjeswerk", zoals de technieken voor het maken van ontwerpen, het schetsen van patronen, het hand- en machinestikken, aanwijzingen voor mooie kleurencombinaties en verschillende metho den voor het vullen en maken van doorgestikte dekens. Ook kleinere werkstukken zijn er mee te maken, zoals tassen, tafelkleden, kussens en wand kleden. Patchwork: een leuke bezigheid voor lege uurtjes op donkere winterdagen. Barbara Danneman: Lapjeswerk. Uitgave: Uitge verij Helmond. Prijs: 14,50. JUTEN POPPEN Een zeer aantrekkelijk boekje is „Poppen maken van jute" door Margaret Hutchings. De grote hoeveelheid foto's geeft een uitvoerig beeld van wat er allemaal met jute en ijzerdraadjes te maken is. Het boekje wil, aldus de schrijfster, slechts een kleine aanzet zijn om zelf met deze materialen en eigen fantasie van alles te gaan maken. Wat zij aan voorbeelden voor dit boekwerkje bijeen heeft gebracht varieert van een sprokkelend oud vrouw tje tot dartelende en spelende kinderen, van schild padden tot schaapjes. Poppen zonder gezichtjes, maar levensechter dan welke mamma-zeggende plastic piaspop ook. Prachtig is de kerstgroep die aan de hand van dit boekje zelf gemaakt kan worden. Margaret Hutchings: Poppen maken van jute. Uitgave: Cantecleer, De Bilt. Prijs: 14,50. GOEDKOPE SIERADEN Dat sieraden niet noodzakelijk van kostbare edel stenen en -metalen hoeven te zijn, maakt Ramona Solberg duidelijk in „Modern sieraden maken". Met eenvoudige materialen als ijzerdraad, stukjes metaal, glas, plastic, boetseerklei, hout, weefsel, leer, bont, been of afvalmateriaal en met eenvoudi ge technieken als zagen, binden, rijgen, lijmen zijn sieraden te maken die niet duur zijn, maar toch 'kostbaar door het plezier dat men aan het knutse len heeft. Bovendien ontstaan zo unieke, geheel eigen sieraden, als men tenminste een flinke dosis fantasie heeft. Ramona Solberg: Modern sieraden maken. Uitga ve: Cantecleer, De Bilt. Prijs: 14,50. GEMAKKELIJK BREIEN „Motieven breien" is een werkstuk van Kirsten Hofstatter. Deze Deense feministe wil ons duide lijk maken dat „de breipatronen moeilijk zijn en niet de mensen die er mee werken". Waarmee zij wil zeggen, dat breipatronen nodeloos gecompli ceerd zijn, zodat veel mensen er niet aan durven beginnen. Zij heeft uitgevonden, dat je zelf je patronen kunt maken: „Je hoeft dan de dure patronen en de dure wol die daarbij zogenaamd nodig is, niet meer te kopen. Kortom, ik verklaar de oorlog aan de consumptiemaatschappij". Zij heeft haar breiboek ontworpen om de creativiteit en de zuinigheid te bevorderen en om te bewijzen, dat zelfgemaakte truien niet minder mooi zijn dan fabriekskledingstukken. Zij gaat er van uit, dat iedereen zijn eigen patronen kan samenstellen, maar om de twijfelaars op gang te helpen zijn in haar boekje toch vele patronen met steekverde- ling opgenomen. Kirsten Hofstatter: Motieven breien. Uitgave: Cantecleer, De Bilt Prijs: 12,50. H0UTDRAAIEN Voor een liefhebberij als houtdraaien heeft men meer en duurdere materialen nodig, dan voor de andere hier besproken vrije-tijdsmogelijkheden. Vereist is, ten eerste een draaitafel en verder beitels en gutsen. Wanneer men dat eenmaal heeft en enige vaardigheid heeft gekregen, dan ligt er i een wereld open. Om slechts een paar mogelijkhe- 1 den te noemen: schalen, een voet voor een sche merlamp, onderdelen voor een spinnewiel en va zen in allerlei vormen. Herman Verheul: Zelf houtdraaien. Uitgave: Can tecleer, De Bilt. Prijs: 14,90. MEER HAKEN Haken is meer dan het maken van pannelappen en babymutsjes. Er zijn zoveel verschillende moge lijkheden en haaks teken, en evenzovele plekjes in huis, die kunnen worden opgevrolijkt met haak werk, dat het jammer zou zijn om het bij de pannelappen te laten. Om dit te stimuleren, heeft Rite van der Klip een boekje samengesteld onder de eenvoudige tital .Haken" O111 achterin te be ginnen: hier is een uitgebreid stekenlexicon opge nomen met duidelijke tekeningen. En verder staat het boek vol met ideeën over vitrages, raamversie- ringen, tafelkleedjes, randjes om gordijnen te ver fraaien, vloerkleden, kussens, dekens en lampe-s kappen. Met enige fantasie is bovendien een heel arsenaal kinderspeelgoed samen te stellen. Heel nuttig is het hoofdstuk dat is gewijd aan de kleurencombinaties. Rite van der Klip: Haken. Uitgave: Ideeboek, Amsterdam. Prijs; 22,50. LONNEKE VAN KOOT De lange winteravonden zijn ideaal om het moede hoofd eens over een spelletje te buigen. Een goede hulp hierbij kan het boek „1001 spelletjes" zijn. Voor jong en oud, voor iedere plaats en elk tijdstip is er wel iets in te vinden: kaartspelen, patiencespelen, gezelschapsspelen, trucs en foefjes, dobbelspelen, strategiespelen, denkspe len, spelen buitenshuis en spelen voor op reis. Naast de alom bekende spelletjes als liegen, pesten, pandverbeuren en dammen staan er ook minder bekende in als: tarot met pantomime, gekruist poker, omgekeerd woordenboek en allerlei variaties op het dominospel. De spelregels zijn in de meeste gevallen duidelijk uitge legd. Vaak wordt een spel met een anecdote of een verhaaltje over de oorsprong van het spel ingeleid. Het boek is opgefleurd met grappige tekeningen. Claude-Marcel Laurent: 1001 spelletjes. Uitgave: Deltos Elsevier, Amsterdam. Prijs: 17,50. Het tweede deel van het Verzameld Werk van Arthur van Schendel is uit. In het nieuwe dun- druk-deel van deze belangwekkende uitgave, die in totaal acht boeken zal gaan omvatten, zijn negen werken afgedrukt, die Van Schendel schreef tussen 1909 en 1924. Blidmonde, Het vertrouwen, Pandorra (een toneelstuk) Tristan en Isolde, Der liefde bloesems, Rose-Angélique, An- giolino en de lente, Blanke gestalten en Oude Italiaanse steden. Deze werken kwamen tot stand, toen Van Schendel nog in zijn „Italiaanse periode" was, die Anton van Duinkerken karak teriseerde met: „De zorgeloze eenzaamheid van het vrije individu". Arthur van Schendel: Verzameld Werk, deel 2. Uitgave: Meulenhoff, Amsterdam. Prijs: 45,-. Met Johan Fabricius als „gringo" terug naar het Paraguay van 1922: dat betekent een boeiend verslag van een reis, die eindigt met een ont moeting met een indianenstam, hartje Paraguay. Fabricius schreef er al eerder over, maar niet zo volledig als in zijn nieuwste boek. Wat hij beschrijft, komt luid en duidelijk over. Zijn belevenissen zijn met lichte ironie op papier gezet, als uit de pen van een twintigjarige, die neuriënd door Zuid-Amerika wandelt en met lichte verbazing kennisneemt van de plaatselijke gebruiken. De kogels fluiten de lezer om de oren, gesnauw en gescheld worden onverkort weergegeven. Niets raakte Fabricius, op één moment na waar op hij duidelijk te ver ging in zijn benadering van de vrouw van zijn gastheer, die hem dan ook krachtig de deur wees. De schrijver beging zijn wandaad uit onwetendheid en geeft dat nu ook toe. Daarom heet dit boek geen „Zo is Paraguay", maar „Gringo"; de onwetende buiten lander. Daarnaar gedroeg Fabricius zich destijds en zo werd zijn schrijftrant, die niet alleen boeiend is om de ervaringen van de schrijver, maar ook om de gesprekken die hij met de meest uiteenlopende reisgenoten voerde. Fabricius als 20-jarige; een halve eeuw later blijkt hij nog even jeugdig. Johan Fabricius: Gringo. Uitgave: Leopold, Den Haag. Prijs: 19,90. De calvinistische dichter Jacobus Revius (1586-1658) is enke le eeuwen „vergeten" geweest, totdat professor W. A. P. Smit zijn werk rond 1930 weer terug in de belangstelling bracht. Sindsdien is aan deze predikant uit Deventer, die de laatste jaren van zijn leven in Leiden regent was van het Collegium Theologicum, een groot aantal studies gewijd. Tot de belangrijkste „Revianen" behoort VU-lector Strcng- holt, wiens eerder in diverse tijdschriften gepubliceerde artikelen over deze renaissancistische dichter nu gebundeld zijn in het boek „Bloemen in Gethsemane". Strengholt behandelt in deze bundel, die ook enkele nieuwe essays bevat, op zeer gedegen wijze een aantal facetten van Revius' werk „Over-ysselsche Sangen en Dichten", waarin de strijdlustige calvinist (die ook meewerkte aan de Statenbij bel) zich een veelzijdig dichter toont. Doordat in de studie ook uitgebreid wordt ingegaan op de bronnen van Revius (onder meer de klassieken en de kerkvaders), biedt het boek tevens een boeiende doorkijk door vele eeuwen literaire bezigheid. Drs. L. Strengholt: Bloemen in Gethsemané, verzamelde studies over de dichter Revius. Uitgave: Buijten Schipper- heijn, Amsterdam. Prijs: 18,90.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 19