Moordproces zonder lijk in Brugge ALS UVANDAAG Voor onbezorgde toekomst: Internationale herverdeling kennis, macht en inkomen Wij hebben het te druk met hier en nu en weinig tijd voor God n i i 0 1 HET verwacht LIDO-theater Advocaat Meinhof mocht niet naar Nederland MINISTER VAN AGT IN JUBILERENDE ZOETERMEERSE KERK IETS DREIGENDS OVERKOMT, DENK ER DAN OVER NA. HET IS MISSCHIEN EEN VOORTEKEN... MAANDAG 1 NOVEMBER 1976 LEIDSE COURANT PAGINA 7 De Zesde Speciale Zittinj van de Alge mene Vergadering van de Verenigde Na ties, gehouden in 1974, kwam tot de conclusie dat de huidige economische- en politieke betrekkingen tussen landen en volken niet goed werkt. Zelfs niet meer in het voordeel van de rijke landen, die de grote lijnen bepalen toor de interna tionale verhoudingen. Ii de bestaande verhoudingen komen te veel onrechtvaar digheden voor. Miljoenen mensen in de geïndustraliseerde- en dï ontwikkelings landen bilijden belijden onmenswaardig bestaan. De Zesde Spedale Zitting van de Verenigde Naties vrceg in een resolu tie dan ook om nieuwe richtlijnen voor internationale verhoudiigen. Richtlijnen waarin de wereldproblenen op een ande re manier worden bemderd dan tot nu toe het geval is. Het Uitvoerend Comité van de Club van Rome in het bijzonder rijn voorzitter, dr. Aurelio Peccei, die het belang inzag van de uitspraak van de \N-resolutie vroeg onze landgenoot Nobeprijswinnar prof. Tinbergen formeerde >en groep van 21 deskundigen uit vele linden, maatschap-, pelijke stelsels en specalisaties. De kernvraag waar dee groep zich mee bezighield luidde: Welle nieuwe interna tionale orde dient aaroevolen te worden aan politici en maatschappelijke groepe ringen om, voorzover dat praktisch en realistisch gesproken mogelijk is, tege moet te komen aan dedringende behoef ten van de wereldbevolking en de ver moedelijke behoeften van toekomstige generaties. Het werk van deze groep werd mogelijk gemaact door financiële steun van het Nedelandse ministerie voor Ontwikkelingssanenwerking. Vorige week kwam hit rapport uit van de groep van 21. Eet lijvig document (RIO- naar een Rechtviardige Internatio nale Orde. Samengestild door prof. Jan Tinbergen. Uitgeverij Elsevier-Amster- dam). In grote lijnen vordt aangegeven op welke wijze econonische- en sociale veranderingen het bei kunnen worden gerealiseerd. Onderwepen als de inter nationale monetaire ode, inkomens ver deling en international ontwikkelingsfi- nanciëring, transnatioiale ondernemin gen, het menselijk le-fmilieu, bewape ningsbeperking en oceanbeheer worden uitvoerig besproken. De essentie van het RD-rapport bestaat uit het yaststellen van gedragslijnen die de huidige internationle gemeenschap zou kunnen kiezen in d< richting van een menselijker en rechtvasrdiger internatio nale orde. De voorstellen in het HO-rapport op de internationale mechanimen die moeten Eea wereldomvattende overeenkomst om de ergste vormen van armoede in de loop van de komende tien jaar over de hele aardbol aan te pakken, zou de hoog ste prioriteit moeten krijgen. Jaarlijks zal een investering van 15 20 miljard dollar vereist zijn om te bereiken, dat tegen het midden van de jaren tachtig de ergste vormen van armoede zijn ver licht Deze aanbeveling en een groot aantal andere aanbevelingen om te komen tot een rechtvaardiger internationale orde doet de zogenaamde RIO-groep in haar rapport dat onlangs werd voltooid. In onderstaande beschouwing wordt nader ingegaan op de aanleiding tot het samen stellen van het rapport en de voornaam ste denkbeelden die in dit fundamenteel stuk vöor nieuwe internationale verhou dingen zijn uitgewerkt bijdragen tot een herverdeling van be staande ongelijkheden. Wil men komen tot een nieuwe internationale orde dan is het volgens het rapport noodzakelijk een beleid te voeren dat is gericht op herverdeling van macht, kennis en inko men. Een dergelijk beleid is echter net zo goed een vereiste op nationaal niveau, lp die zin mogen de twee beleidslijnen niet botsen met elkaar. Ze moeten elkaar aanvullen. Het rapport geeft een aantal knelpunten aan in de huidige internationale verhou dingen. Knelpunten waaruit we onze les sen kunnen trekken en waar we wat aan hebben bij de opbouw van nieuwe inter nationale betrekkingen. Enkele voorbeelden: Wij leven met de idee dat in de wereldpo litiek regeringen alleen met regeringen te maken hebben. Dit idee is feitelijk al verouderd. Nu al zijn beslissingen van multi-nationale ondernemingen vaak van ingrijpender aard voor mensen in de Derde Wereld dan die van de regeringen in die landen. Wij hebben in het westen gezien dat vakbewegingen uit verschillen de landen hun krachten bundelen over de" grenzen heen, en daarbij regeringen onder druk zetten. Het optreden van terreurgroepen overal in de wereld, maar ook van internationale commissies recht vaardigen de stelling dat de internationa le orde niet alleen „beheerst" wordt door regeringen. We hebben altijd gedacht dat- de ontwikkeling van de Derde Wereld zou komen door hen in het wereld-econo misch stelsel op te nemen. Om te kunnen groeien moesten de arme landen produk- ten afleveren die de „wereld" markt vroeg. Waar de landen van de Derde Wereld zelf behoefte aan hadden was niet van belang, omdat alleen koopkracht tel de. Net zo min als de ontwikkelingslanden er zeker van konden zijn dat de rijke landen hun verplichtingen van toegezeg de ontwikkelingshulp zouden nakomen, net zo min konden ze er zeker van zijn dat toezeggingen, opgenomen in resolu ties, actieprogramma's, verklaringen etc. zouden tororden nagekomen. Resolutis van de Verenigde Naties bijvoorbeeld zijn slechts aanbevelingen, geen verplich tingen. Veel eisen van de Derde Wereld zijn dezelfde die herhaaldelijk sederKfiet be gin van de jaren zestig zijn gesteld. De vraag is dan ook waarom al die eisen ondanks een oerwoud van resoluties on vervuld zijn gebleven. Om de denkbeelden vervat in het RIO- rapport toegankelijk te maken voor een breed publiek schreef Dick Leurdijk (een van de medewerkers aan het rapport) in een aparte publikatie van ruim honderd pagina's een toelichting (Een wereld... een toekomst. Door Dick Leurdijk. Uitgeverij Elseviers, Amsterdam). Leusdijk populariseert de ingewikkelde problemen zoals die worden aangetroffen in het rapport. Een gelukkige gedachte. De minder geïnformeerde lezer krijgt een duidelijk inzicht in de problematiek die het RIÓ-rapport aansnijdt. Centraal staat bij Leurdijk de vraag: Waarom een Nieu we Rechtsorde. Zijn antwoord is even keriiachtig als duidelijk: Het gaat om een toekomstige wereld waarin een menswaardig bestaan een mensenrecht is. Het is een kwestie van herverdeling van toekomstige kan sen. In de ontwikkeling naar deze wereld toekomst zal van de een meer gevraagd worden dan van de ander. Aristoteles merkte al vöbr Christus op dat waar ongelijke partijen streven naar een situa tie van gelijkheid, een ongelijke inbreng nodig is. Alleen in die zin kunnen wij spreken van het inleveren van een stuk teveel. Maar de winst is niet gering: een wereld met tenminste één toekomst RIO- naar een rechtvaardige Internatio nale Orde. Een rapport van de Club van Rome. Samengesteld door prof. Jan Tin bergen. Uitgeverij Elsevier, Amsterdam. Prijs 19.90 Een... één toekomst. Door Dick Leur dijk. Uitgeverij Elsevier, Amsterdam. Prijs 9,90. AMSTERDAM (ANP) De Westduitse Justitie heeft de voormalige advocaat van Ulri- ke Meinhof, dr. K. Croissant, verboden om het afgelopen weekeinde aanwezig te zijn bij de eerste werkbijeenkomst van de ^Internationale commissie van onderzoek naar de dood van UI rik e Meinhof." De Westduitse politie is bang dat de advocaat zal vluchten. Croissant, die enige tijd geleden werd vrijgelaten tegen een borg som van 80.000 gulden, moet nog terecht staan voor steun aan de „Rote Armee Fraktien", beter bekend als de Baader- Meinhof groep. Over de oorzaak van de dood van Ulrike Meinhof bestaat nog. onzekerheid. De Westduitse poli tie spreekt van zelfmoord. Het comité twijfelt aan deze lezing, maar wil eerst de bevindingen van de internationale onder zoekcommissie afwachten alvo rens de Westduitse staat aan te klagen. De Japanse stad Sakata werd in de nacht van vrijdag op zaterdag grotendeels vernield door een felle brand die uitbrak in een bioscooptheater. Ruim duizend woningen werden in de as gelegd. Vierduizend inwoners raakten dakloos. (Van onze correspon dent Jan Schils) BRUGGE - Voor het Hof van Assisen van West-VIaanderen speelt zich een moordproces af zonder lijk. Niet alleen heeft de verdachte, de 55-jarige lichamelijk ge handicapte schrijnwer ker Leopold Maes uit het Belgische Menen, bijna 2 1/2 jaar in voor arrest gezeten, ook voe ren roddelpraat en ver moedens de boventoon en wordt de politie, in casu de Bijzondere Op sporingsbrigade (BOB) van de rijkswacht be schuldigd van onmense lijke ondervragingsme thoden en echte folter praktijken. Inmiddels heeft de politie-officier, die het verhoor van de verdachte heeft geleid, onder ede moeten toege ven, dat de ondervra gers elementen, die gun stig waren voor de ver dachte schrijnwerker, ZOETERMEER „Ons chrs- tenen is vaak terecht verwe ten, dat we ons te Weinig heb ben beziggehouden met de we reld om ons heen. Nu dreigt de zaak zich om te draaien. Onze volle aandacht is tegen woordig gericht op het hier en „De kerk in Nederland Is haar oude luister en aanzien kwijtgeraakt" nu, maar tegelijkertijd heb ben we het daarmee zo druk gekregen, dat we nog maar nauwelijks omhoog kijken naar God." Deze waarschuwende woorden klonken gistermorgen in een stampvolle Nicolaaskerk in de Zoetermeerse Dorpsstraat. Echter nu eens niet uit de mond van een priester, maar uit die van minister mr. A. van Agt. Hij sprak de parochianen toe tijdens een eucharistievie ring ter gelegenheid van het zestigjarig bestaan van deze kerk. Het jubileumfeest, dat een week duurde, werd hier mee afgesloten. Onder de zeer vele aanwezigen bevonden zich ook burgemeester Westa- pel en enkele wethouders en raadsleden van Zoetermeer. De rede van minister Van Agt stond in het teken van Aller heiligen, het feest dat vandaag in de katholieke kerken wordt gevierd. Hij noemde dit feest „een bijzondere dag voor alle gelovigen". „Het besef van de verbondenheid" aldus de heer Van Agt „plus de zekerheid, hoezeer de mensen ook ver eenzamen, dat we allemaal worden opgenomen in de ka ravaan, die ons naar het be loofde land brengt, doet Aller heiligen zo'n bijzondere feest dag worden." Voleens de heer Van Aet raakt de diepere betekenis van het Allerheiligen-feest steeds sterker op de achtergrond: „De gedachte, dat we allemaal op weg zijn naar een nieuw leven na de dood, verdwijnt steeds meer. We hebben het allemaal te druk met de din- 'gen om ons heen gekregen. Daarbij is men zich niet meer bewust, dat we ondanks al on ze inspanningen geen moment langer zullen leven, dan God ons veroorlooft. De aandacht is vanddaag sterk gericht op het hier en nu. Veel te weinig wordt er nog opgezien naar Hem, die onze bezige handen gemaakt heeft." Bezininning en meditatie over waar we vandaan komen, en waar we hier op aarde mee bezig zijn, is volgens de heer Van Agt steeds meer in het slop geraakt: „Het bidden is ook niet gemakkelijk. Het ver eist nederigheid en onderwer ping. Het vraagt ook geduld en stilte. Ook is er volharding voor nodig, want we krijgen niet direct antwoord. Veel mensen bidden niet of weinig meer, omdat ze zich de tijd niet meer gunnen. Of omdat ze de zin ervan zijn kwijtge raakt. Ja, men twijfelt steeds meer aan het bestaan van God'." Ondanks de moeilijke tijden die de kerk doormaakt, toonde de heer Van Agt zich in zijn rede optimistisch over de toe komst: „Steeds meer mensen vragen zich af, of de kerk bezig is te verdwijnen. En in derdaad gaat het niet goed met de kerk in Nederland. De kerk is haar oude luister en aanzien grotendeels kwijtge raakt. Veel werkers hebben de kerk de rug toegekeerd, en de nog achtergeblevenen hebben grote twist over de weg die ze verder moeten bewanderlen. Maar dit alles is geen reden om de moed te verliezen. Im mers dit geldt voor Nederland, en voor Europa. Maar Europa is de wereld no^ niet. Buiten Europa zien we een sterke op leving van het geestelijk leven. Bovendien heeft de kerk ook in vroeger tijden veel tegen spoed gekend, en is het herstel toch steeds weer ingetreden." Herstel Het herstel hebben de gelovi gen zelf in de hand, zo was te beluisteren in de filosofie van de heer Van Agt. De kerk is niet gebaat bij passieve geloof sinstelling: „In gebed spreken we zo dikwijls uit ,Uw Koning- krijk Kome', maar dan moet de heer wel kunnen zien dat we bereid ziin". uit het proces-verbaal hebben weggelaten. Ook heeft de politie toegege ven de verdachte niet al te zacht te hebben aan gepakt. Als excuus voert het ondervraging steam aan, dat de schrijnwerker steeds weer moeizaam verkre gen bekentenissen in trok en steeds tegen strijdige lezingen gaf van de gebeurtenissen. In dit proces moeten binnen- kort 12 juryleden, 7 vrouwen en 5 mannen, het schuldig of onschuldig gaan uitspreken. De verdachte zelf gaf de eerste procesdag reeds te verstaan, dat hij na de door de politie gebezigde ondervragingstech nieken van alles zou hebben bekend, zelfs dat hij zijn moe der heeft vermoord. Feit is, dat ondanks een strikt verbod van de onderzoeks rechter leden van de BOB de ietwat kreupele Leopold Maes nachten aan een stuk hebben verhoord, de man daarbij urenlang op de steenkoude vloer lieten liggen, en bij de kleren hebben gepakt en door elkaar geschud „om een realis tischer sfeer te scheppen", in een aangrenzend vertrek met tafels en stoelen hebben ges meten om verdachte bang te maken en tot een betekentenis te dwingen. Ook zouden de ondervragers van de politie de verdachte, die doordrustig in de beklaagdenbank zit met een lachje op de lippen, tij dens het verhoor vaak voor moordenaar hebben uitge scholden. De nachtelijke on dervragingen, zo beweert de verdediging van Leopold Maes, waren zo angstaanja gend, dat één van de onder vragers er een zenuwinzinking van kreeg en af te rekenen had met aanvallen van razer nij. De onderzoeksrechter, die op de tweede procesdag trachtte de ernstige beschuldi gingen tegen de politie te ont zenuwen, slaagde daar niet in. Hoe liggen de feiten? Leopold Albert Maes was al meer dan 20 jaar bevriend met Marcel Coopman en diens vrouw Ma- ris Popova. Het stel was ge woon elkaar minstens drie tot vier keer per week op te zoe ken. Ze gingen samen bood schappen doen, samen naar vergaderingen, samen wande len of naar feesten. Op 4 maart telefoneerde Maes met de vrouw van Coopman. Hij vroeg haar of haar echtgenoot de volgende dag reeds om half negen 's morgens aan de voor deur zou kunnen klaar staan in Rumbeke. Maes zou hem dan komen afhalen en samen zouden ze naar de werkplaats van Maes gaan om een water dichte kist te maken, bestemd voor het vervoer van afval. Coopman en Maes werkten de hele volgende morgen aan de kist, gingen samen daarna eten en waren om een uur weer terug in de werkplaats om het karwei af te maken. politie is opgetekend, ging Coopman om half drie naar eigen zeggen een boodschap doen. Hij zei tegen Maes toen, dat hij niet meer terug kwam en dat hij zelf wel voor ver voer naar huis zou zorgen. Me vrouw Coopman meldde de dag later 's middags aan de politie de verdwijning van haar man. Waarom ze niet eer der ongerust werd en de poli tie waarschuwde is een raad sel. Marcel Coopman bleef weg zonder iets te zeggen. Een maand lang gebeurt er dan niets. Coopman wordt als ver mist opgegeven. Er wordt in kanalen naar zijn lijk gedregd, hij blijft en is nog steeds spoorloos, lijkt volkomen op geslokt door de aardbodem. Intussen voelt de BOB Leo pold Maes aan de tand. Op 6 april, een maand na de ver dwijning van zijn vriend, wordt Maes gearresteerd, op beschuldiging van moord op Coopman. En dan begint de eindeloze weg van ondervra gingen bij dag en nacht. Er komen klachten over mishan deling van de verdachte door de politie, over totale geestelij ke en lichamelijke uitputting. Praatjes en vermoedens wor den in de pers zonneklare fei ten. Coopman zou in een smokkel-affaire gewikkeld zijn en ergens in het land zijn on dergedoken. Coopman zou het niet langer bij zijn vrouw heb ben kunnen uithouden, met wie hij in onmin leefde. Een vriendin zou zich over hem hebben ontfermd en hem nu als een kostbaar huisdiertje beletten om ook maar een stap op straat te zetten De jury in Brugge is niet te benijden. Wat te denken van deze verdachte, die niet kan verklaren, waar de waterdich te, luchtdichte kist, die op 5 maart 1974 in zijn werkplaats stond, is gebleven, de kist, die hij samen met Coopman had gemaakt. Evenmin wenst hij uitsluitsel te geven over de identiteit van de besteller van de 25 kisten. Waarom weigert Maes één van zijn beste vrien den, die hem steeds kwam hel pen, op 5 maart 's morgens de toegang tot zijn werkplaats? Waarvan was de stinkende, zwarte rook afkomstig, die volgens getuigen in de nacht van 5 op 6 maart uit de schoorsteen van de werkplaats kwam? Waarom heeft Maes getracht voor de politie ver borgen te houden dat hij in het bezit was van een groot metalen vat, waarin zich na onderzoek sporen bleken te bevinden die gelijkenis verto nen met menselijke vetstof fen? Maes bedacht een smok- kelaffaire, waarbij Coopman betrokken was. Later bleek het verhaal verzonnen. Maes betaalde na de verdwijning van Coopman een schuld af van ongeveer 15.000 francs. Coopman zou met een even groot bedrag van huis zijn ge gaan Maes verklaarde tegen over de politie dat hij Coop man in de kist had gelokt die ze samen hadden gemaakt. Hij zou de kist toen hebben geslo ten, zodat Coopman stikte. Daarna zou hij de kist met het lijk in reepjes hebben gezaagd en hebben verbrand in het me talen vat. Nauwelijks had Maes de politie dit verteld of hij trok het verhaal weer in. Tot zover de voor Maes belas tende vragen en feiten, voor zover ze door de politie zijn opgetekend en aan de recht bank voorgelegd. De jury wordt echter ook ge confronteerd met een serie ontlastende feiten: terwijl de justitie spreekt van de vondst van een kunsttand van Coop man in de werkplaats van Maes, zeggen deskundigen, dat het evengoed kunsthars zou kunnen zijn die Maes mogelijk gebruikte in zijn schrijnwerke rij. Deskundigen spreken ook tegen, dat in het genoemde metalen vat sporen van men selijke vetstoffen zouden zijn gevonden. Het kunnen volgens de deskundigen evengoed dier- lijke vetten zijn geweest. Maar het belangrijkste is nog het antwoord op de vraag: waar zijn de bewijzen voor moord ais er geen lijk is? En dan zijn er de getuigen. In de eerste plaats blijkt een aan tal van hen Maes al jarenlang niet goed gezind te zijn ge weest. Hebben zij nu de kans schoon gezien hem een poets te bakken? In ieder geval heb ben wetenschappelijke proe ven aangetoond, dat er geen zwarte stinkende rook, afkom stig van een verbrand lijk in een houten kist, door de schoorsteen van de werkplaats van Maes is gegaan. Was die rook er alleen maar in de ver beelding van de getuigen die Maes niet mochten? EEN ANGSTAANJAGENDE FILM Uitgebracht Hoor CFM filmverhuur

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 7