„Inzet belangrijkste wapen van AZC" Peter van ASC toch Heukelom ziet hoog eindigen „Met gemotiveerde spelers opnieuw beginnen" GYZE STROBOER EN TON BUUNK: „DAT IS EEN AARDIG GRASVELDJE..." Eerste plaats voor Nick Verwoerd Badminton- derby - ^^xuxti->n.Vjr if VJiVi'UUÜlit LEIDEN Deze zaterdag geen afdelingshoek (het programma is er echt te klein voor...) maar wel het resultaat van de progno ses van Nick Verwoerd van Alp- hense Boys. Verwoerd scoorde een percentage van 56.66% en passeerde met dat totaal de nummer een tot nu toe, Gidion van der Born van Leidse Boys Stand: 1. Nick Verwoerd (Alp- hense Boys) 56.66%; 2. Gidion van der Born (Leidse Boys) 44.82%; 3. Jan van der Weijden (Unitas Leiden) 37.93%; 4. Gé Perfors (Oegstgeest) 36.66%. LEIDEN Morgen vindt in de Universitaire Sporthal de „enig echte" Leidse badminton-derby plaats. Om twee uur ontmoeten „toppers" BC Leiden en Veglo elkaar. Peter van Heukelom, de 22-ja- rige, graag diepgaande mid denvelder van ASC, die verle den week het einde van het doelpuntloze tijdperk van ds roodzwarten inluidde (hij was het die in de vierde wedstrijd van ASC de eerste treffer liet aantekenen)- weet dat voor veel ploegen de aanloop naar de nieuwe voetbaljaargang een „ongelukkige" is geweest. Maar hij weet ook dat juist ASC, zoals in zoveel jaren, wel weer extra moeizaam aan het jaar is begonnen." „Het feit dat je als trainer van ASC moet zeggen „dat is een aardig grasveldje en er staan nog een paar lantaarns ook" tekent de wijze waarop we ook dit jaar weer zijn gestart En dan kan de trainingsopkomst nog zo goed zijn driemaal in Van onze sportredactie LEIDEN/OEGSTGEEST „Je riet het ieder seizoen weer. Pas halverwege het jaar gaat ASC draaien zoals het kan. Misschien een kwestie van instelling („Als we moeten winnen, winnen we ook"), maar toch ook een gevolg van de gebrekkige trai- ninasaccommodatie." de week een redelijk volle bak, aan echt oefenen kom je niet toe. Je kan er alleen maar voor zorgen dat je conditioneel op peil komt, maar juist in de vierde klasse is de conditie van elke tegenstander ook erg goed." Peter van Heukelom, die de eerste drie duels door een schorsing moest missen („In de laatste wedstrijd van vorig jaar nam ik wraak nadat ik een paar keer wel erg fors was aangepakt, stom natuurlijk") vervolgt:" Eigenlijk beginnen wij in competitiewedstrijden pas echt met trainen. Dan kan je natuurlijk niet zo verschrik kelijk veel resultaten verwach ten in het begin." Toch verwachtte juist Peter van Heukelom dit jaar meer we nu een grotere selectie en ook individueel zijn er een paar aardige spelers bijgeko men. Alleen kom je dan weer op het punt dat ASC zo moei lijk doelpunten maakt. Sinds het vertrek van Hans Dreef (toen werden we wel kam pioen) heeft ASC eigenlijk nie mand meer gehad die de bal er makkelijk intrapt En dan kan je, dat hebben we dit jaar ook weer gezien, vaak onge lukkig voor schut gaan. Want dat is ook wel een punt. Afge zien van alles gaat ASC vaak voor schut door erg schlemieli- Peter van Heukelom: „Schlemielige tegengoals". van die seizoenstart Beschou wend" „We zijn aanzienlijk sterker geworden dan verle den jaar. In de breedte kennen Na het feit te hebben gememo reerd dat er het hele jaar door wel spelers van het eerste op vakantie zijn - „dat kan ook nooit positief werken" - komt Van Heukelom toch met een opvallend optimistische ziens wijze naar voren: „ASC eind igt dit seizoen gewoon hoog. We zijn beslist niet zwakker dan andere ploegen in onze afdeling. vEn twee punten uit vier wedstrijden mag dan erg weinig zijn, er is nog niets beslist." Om die zienswijze tot een juis te te maken dient er bij ASC wel een mentaliteitsverande ring te komen. Van Heukelom, vorig seizoen wegens „trouwe trainingsopkomst" beloond met een (trairiings)shirt daar over: "Tot nu toe was een voorsprong van een punt of vijf op nummer laatst voor ons voldoende om het weer wat rustiger aan te doen. Wat minder trainen en zo. Maar dat moeten we dit jaar maar eens een keer vergeten. Per slot van rekening bestaat ASC dit seizoen vijfentachtig jaar, reden genoeg om eens hoog te eindigen." Bernard us dient morgen dan het eerste slachtoffer te wor den van het nieuwe" ASC. Zonder al te veel chauvinisme ziet Peter van Heukelom die eerste overwinning wel zitten. „Het moet kunnen. Als die doelpunten maar eens ko men..." En realistisch: „Iets in die geest zal Bernardus waar schijnlijk ook wel denken" Van onze sportredactie ALPHEN A/D RIJN De wa- terpolo-vereniging AZC uit Alphen aan de Rijn heeft rijn selectie de afgelopen maan den weer aanzienlijk weten te versterken. Kon. AZC in het vorige seizoen de nationale teamspelers Gyze Stroboer (ex-De Robben) en Ton Buunk (ex-De Meeuwen) in zijn gele deren begroeten, nu zijn Wim Keeman en Ronald Meijer van VZC De Ritmeester naar de* Alphense vereniging overge stapt Desondanks wenst Montreal- ganger Gyze Stroboer de equi pe van trainer Geurtsen niet onmiddellijk een plaats in de kopgroep toe te bedelen. Wel stelt hij vlak voor de aanvang van de waterpolocompetitie dat zijn team een minder zwa re seizoenstart zal doormaken. „In het vorige seizoen moesten wij de eerste wedstrijden on middellijk tegen De Robben en ZIAN spelen, terwijl op dat moment het team nog niet op elkaar ingespeeld was. Nu is dat anders, omdat Keeman en Meijer al enkele maanden met ons meetrainen. We hebben nu dus een homogener team". Evenals Ton Buunk wil Gyze Stroboer zich toch niet aan al te optimistische toekomstvoor spellingen wagen. „We hebben natuurlijk een redelijk basis team, maar dat wil niet zeg gen, dat je nu onmiddellijk in de kopgroep gaat meedraaien. Dat is van zoveel factoren af hankelijk. Allereerst hebben wij de handicap dat wij moe ten spelen en trainen in een klein bad, zodat wij dus altijd moeite hebben met het spelen van wedstrijden in een groot bad. Daar staat echter wel weer tegenover, dat we bij on ze thuiswedstrijden in „De Dil len" achthonderd man publiek trekken, hetgeen natuurlijk bijzonder stimuleert." Maar wat vooral meespeelt is het gebrek aan internationale ervaring van AZC, hoewel dat nu enigszins gecompenseerd wordt door het feit, dat Kee man en Meijer in de nationale selectie hebben gezeten en Eric Noordergraaf momenteel speelt in de Nederlandse ploeg onder negentien jaar. „Door de komst van Meijer en Keeman hebben we natuurlijk wel een bredere basis gekre gen, zodat er meer combina ties mogelijk zijn. Daar heb ben we in de oefenperiode ook mee geëxperimenteerd. Tegen Zian behaalden wij een 3—3 gelijkspel, maar tegen De Rob ben hadden we het toch veel moeilijker. De Robben is een erg beweeglijke ploeg en dat is AZC van huisuit nu een maal niet. De inzet van AZC is daarentegen wel weer veel groter. Dat is dan ook ons belangrijkste wapen." Evenals Gyze Stroboer is Ton Buunk van mening, dat met AZC de top nog lang niet is bereikt. „Je kan altijd nog be ter, zeker wanneer je maar tweemaal per week anderhalf uur kunt trainen. Dan moet je er nog veel meer uit kunnen halen. Het plafond is dus nog lang niet bereikt. Bovendien zijn er bij AZC nog voldoende jonge spelers, die bijzonder veel kunnen leren. Voorlopig hoop ik dat we kunnen blijven spelen op hetzelfde niveau als in de oefenperiode, toen we in het Sportfondsenbadtoernooi een derde plaats behaalden. Maar vooral hoop ik, dat we het plezier in het spelen blij ven behouden. Dat is voor mij het belangrijkste. Voor mij staat het resultaat op zich niet voorop. Natuurlijk zal ik er elke wedstrijd voor vechten, maar als je van een sterkere tegenstander verliest, dan moet je gewoon Jcunnen zeg gen: „Oké, het is jammer, maar die jongens zijn nu een maal sterker. Dan moet je die nederlaag snel kunnen verge ten. Dat geldt ook voor het natio nale team. Uiteraard speel je dan voor het resultaat, maar aan die wedstrijden en de voorbereiding heb je ontzet tend veel plezier beleefd." Voor Ton Buunk was de derde plaats in de vorige competitie geen verrassing. „Dat lag een beetje in de lijn der verwach tingen. We waren er wel van uit gegaan, dat we bij de bo venste vijf konden komen. Maar ik zou nu niet willen zeggen, dat we weer een derde plaats bereiken of gaan strij den voor het kampioenschap. Daar valt nog niets van te zeggen, dat moet je gewoon afwachten." Gyze Stroboer daarover: „De mogelijkheden om in de top mee te draaien zijn natuurlijk volop aanwezig, maar het zal heus niet gemakkelijker wor den dan in de vorige competi- Zwart-witook wel mooi... Sander van Unen: „Terug naar de hoofdklasse blijft het doel. maar binnen een seizoen is dat niet te verwezenlijken". LEIDEN Korfballer Sander van Unen is al jarenlang één van de steunpilaren van De Danaïden en één van de weinig overgeblevenen van de „oude garde" Sander, die voor de buitenwereld altijd een figuur op de achtergrond geweest is (hoewel hij binnen de vereniging steeds bijzonder aktief was en is in verschillen de bestuursfunkties), maakte de glorieja ren tijdens de „Bos-periode" mee en het feit, dat zijn ploeg een stapje terug heeft moeten doen, was voor hem geen aanlei ding zijn korfbalcarrière af te sluiten, hoewel daar wel sprake van was. „Inderdaad heb ik serieus overwogen om me niet meer beschikbaar te stellen voor het eerste. Gerard Nap had al aangekon digd, dat hij zijn studie wilde laten preva leren boven het korfballen en dat hield in, dat ik van het oude kampioensteam, waarmee wij van de eerste klasse naar de hoofdklasse doorstootten, als laatste over zou blijven. Dat trok me niet zo. Toen Gerard op zijn besluit terugkwam, was dat voor mij de reden om ook nog een jaar „bij te tekenen". Daarbij kwam nog, dat trainer Jan Hensen door het vertrek van diverse spelers (Aad Casper en Irma van Nierop en Wim en Jacqueli ne Brugman), wat toch duidelijk kwali teitsverlies voor de vereniging betekende, al de nodige moeilijkheden ondervond bij het maken van een opstelling. Niet, dat ik mezelf zo'n bijzondere speler vind, maar ik acht me zeker onder de huidige omstandigheden een bruikbare kracht. Nu de naam Jan Hensen gevallen is, wil ik nog kwijt, dat ik het ten onrechte vind, dat er buiten en misschien ook wel bin nen de vereniging gesuggereerd wordt, dat de mindere resultaten van De Danaï den mede te wijten zijn aan een mindere training. Natuurlijk hebben wij in Gerard Bos, die ik als één van de beste trainers in de korfbalwereld beschouw, een uit muntende trainer gehad. De duurloop- trainingen, die Bos voorstond, vind ik echter minder geschikt voor onze sport en persoonlijk ben ik meer een voorstan der van intervaltrainingen, zoals Jan Hensen die geeft. De terugval van De Danaïden hangt dan ook totaal niet sa men met de trainerswisseling. Jan heeft alleen de domme pech gehad, dat er gelijktijdig met het vertrek van Gerard Bos een aantal geroutineerde spelers wegviel. Die plaatsen konden niet direkt opgevuld worden door de jeugd, omdat daar in het verleden te weinig aandacht aan is besteed. De fout van Bos was, dat hij vrijgekomen plaatsen niet liet inne men door talentvolle jeugdspelers. Met name Cees Christiaanse en Pieter Koorn- neef hadden al jaren geleden de kans moeten krijgen hoofdklasse-ervaring op te doen, terwijl misschien ook Fred van Duyn eerder ingezet had kunnen worden. Zelf ben ik ook altijd tegen het meespe len van Gerard Bos geweest. Uiteraard ontken ik niet, dat hij een klassespeler was en is, maar regeren is vooruitzien, ook in de korfbalsport. Door het regelma tig terughalen van oudere spelers rem je de jeugd. De degradatie uit de hoofdklas se kwam voor mij niet onverwacht (ik had die al een jaar eerder verwacht), hoewel ik het er na de beslissingswed strijd tegen Rohda wel moeilijk mee had, omdat ik inzag, dat dat het einde bete kende van de zeven vette jaren. Als ik nu de wedstrijdverslagen lees valt het mij op, dat men herhaaldelijk spreekt van „de Leidse ex-hoofdklasser", maar er wordt vergeten dat er bitter weinig over is van het team, dat eens Leidens' kleu ren verdedigde in de hoogste klasse. In feite spelen wij nu met een bijzonder ued onervaren team, veel minder ervaren dan1 een Fides Pacta. Met de degradatie daal de de animo om tweemaal per week te trainen, maar ik sta achter Jan Hensen en het bestuur, die het standpunt hebben ingenomen, dat die trainingen beslist noodzakelijk zijn om sport op niveau te bedrijven. Een vereniging is op de verkeerde weg als zij het besluit neemt minder te gaan trainen. Zonder die verplichting zou De Danaïden wellicht in staat zijn een iets sterker team in het veld te brengen, maar je kunt beter met gemotiveerde spelers opnieuw beginnen, ook al zijn die kwali tatief wat minder. Mijn voorspelling is, dat De Danaïden deze kompetitie afsluit met een plaats in de middenmoot. „Terug naar de hoofd- en iriacco" Hliïft natuiirliik het doel. maar klasse" blijft natuurlijk het doel, maar dat is voorlopig niet te verwezenlijken, zeker niet in een seizoen'' an h ZOETERWOUDE - Ze waren er toch wel een beetje blij mee... Al hadden de damesvoet balsters van SJZ één liever een oranje Leidse Courant Bal van Sporthuis Wout Bergers gezien, de „traditionele" zwart-witte kon er uiteindelijk toch wel mee door... Een bal die de dames overigens hadden verdiend met de zo overtuigende 22-2 overwinning op het arme Iduna 2. Hetzelfde Iduna dat met meer dan ge mengde gevoelens zal terugden ken aan speelsters als Yvonne Laken (goed voor dertien doel punten), Wil Duprie (zes tref fes) en Anneke Zaal (tweemaal „slechts") die SJZ richting „bal" schoten... Trainer Jan van der Geest: „Het gaat trouwens toch erg goed SANDER VAN UNEN (DANAÏDEN): Gyze Stroboer (links) en in de vorige competitie". Ton Buunk: „Het zal niet gemakkelijker worden tie. Ook in de clubcompetitie is het spelpeil duidelijk geste gen en dat merk je vooral aan het feit dat de top breder is geworden. De onderlinge ver schillen zijn kleiner geworden, ook al is in de onderlaag wei nig verandering gekomen. Dat het spelpeil is gestegen is na tuurlijk ook een verdienste van de bond, die de zaken veel beter is gaan aanpakken. De jeugd wordt veel beter opge vangen en begeleid, terwijl er bovendien voor de coaches trainingskampen worden ge houden. De trainers kunnen daardoor bijzonder veel van elkaar en de bondstrainer le ren. Dat is erg belangrijk." Zowel Stroboer als Buunk ver lieten na interne moeilijkhe den hun oude vereniging en kozen voor het Alphense AZC. Die overstap veroorzaakte no gal wat beroering in het Ne derlandse waterpolo-wereldje. Onmiddellijk deden geruch ten over betaling de ronde. Stroboer, glimlachend: „Als goede spelers weggaan bij hun vereniging, krijg je on middellijk de gekste geruch ten. Nu is het heel gewoon dat spelers van topclubs verhuizing of om andere nen van vereniging ren. Wij waren op dat echter de eerste topspel die naar een andere ver ging gingen." Ton Buunk: „Ik had interal® F moeilijkheden met De MeeuSDe wen, die later wel zijn uitg< praat, maar toch het spelpli zier niet ten goede komen, heb toen gekozen voor AZ omdat daar goed gespeel werd en de sfeer gewoon ei§:| goed is." PIET VAN DA] met het team. We staan nu op de tweede plaats en zeker om dat Weteringse Girls er niet bij is, kunnen we dit seizoen erg dichtbij het kampioenschap ko men". Op de foto de toekomstige kam pioenen bijeen. Voorste rij, v.l.n.r.: Thea van Leeuwen', An neke Zaal en Anita Versteeg Middelste rij, zittend: Wil prie, Wil van der Zalm en Le Pieterse. Achterste rij: trai Jan van der Geest, Yvonne ken, Lenie Huisman, Jonn Brijs, Marga Opdam, Co Koek, Wil van der Zon en lei Frans Zandbergen. LEIDSE COURANT BAL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 4