dagreis door de eeuwigheid „Oessain koet. Verrie koet king" Tweede deel van het verslag van een tocht door Hoesseins immen se zandbak, de woestij van Jor danië. vin. mvun. «mmic JV.MUCIT schrijvers hare kamelen za delde, kostelijkheden, da dels en geitekaas in handge knoopte zakken van kantel* haar opborg en zich opmaak te van Amman te geraken in Akaba en dat binnen acht dagreizen. En op die eerste verrciMOT Kwalat ed liggende aan de karavaan weg naar het zuiden. En zij sloegen hunne tenten op bij een waterbron, want het was nu avond en zij wilden zich laven, spijzigen en reini gen DOOR (OMWUHT 03J) De nagelnieuwe, gifgroene Ply mouth staat die morgen in op dracht van het Jordaanse Minis terie van Toerisme geparkeerd voor het air-conditioned Grand Palace Hotel in Amman, dat tot aan de nok gevuld is met ge- - vluchte Libanezen, corpulente mannen met veel smukwerk aan de worstevingers en broeierig kij kende dames in de laatste Parijse creaties. De Palestijnse chauffeur is een vieve veertiger, die een stralend „good morning" lan ceert, voordat hij zijn wagen vol stouwt met de leeftocht voor on derweg: sloffen taxfree sigaretten van Schiphol, scheerapparaten op batterijen, after shave voor de hete uren,en Alka Seltzer voor kurkdroge monden in de woes tijnochtend. Het doel van de winterdag is Akaba, dat via de Desert High Way zo'n 350 kilometer verderop ligt aan gene zijde van Hoesseins immense zandbak. De vlakke vel den golven eindeloos met je mee als een gestolde binnenzee, waar over een enkele broodmagere geit wankelend waterskiet. De och tendzon is opgebleekt als een hip pe spijkerbroek. Aan boord van de deinende auto blijven de ogen tot nader order verborgen achter zonnebrillen, wat de chauffeur een wijs besluit vindt. Het is hem de avond tevoren ook een weinig uit de hand gelopen en toen hij vanmorgen wakker werd vond hij de arak-fles leeg. Het lijkt hem daarom goed er verder maar het veelzeggend zwijgen toe te doen. Woestijnschip En dan na anderhalf uur schudden in het stalen woestijn schip is er koffie. Drinken voor dé dorstige Plymouth, drin ken voor de uitgedroogde reizi gers. Even voorbij Kwalat ed Da- b'a staat aan de rand van een tot dorp genaturaliseerde puinhoop een stoffig pompstationnetje, ge stoffeerd met wat glimmende benzineblikken en een ongescho ren man, die lijkt te zijn uitgewe ken van de Passiespelen in Tege- len. Achter hem duikt even later een vrouw op, gehuld in een zwart-zijden gewaad, dat door de tijd tot raffia is. uitgeplozen. Ze frommelt haastig een stuk van haar sluier vóór haar mond zon der inwoning en recht haar rug en hoofd om een plastic jerrycan met benzine (of is het toch wa ter?) vol waardigheid naar haar meester te brengen. Zelfs kame len lopen vandaag de dag blijk baar één op tien en de bijbelse stenen kruik is ook niet meer, wat ie geweest is. De profetieën van het oude en nieuwe testament hebben de opmars van plastic nooit zien aankomen. Terzijde staal in wankel even wicht een blauwe schuur, die dienst doet als „koffiestookhuis" en parkeerplaats voor Arabieren met hun meegebrachte ezels en eetwaren. Voor de eeuwige dorst heeft de reiziger de keuze uit Turks drab en ijsgekoelde cola in mottige flessen. Ondanks de verlatenheid, die zich van de schuur naar alle windstre ken uitstrekt blijkt het een druk- beklante zaak te zijn. De houten tafel in het midden is geheel bezet en bij het raam zitten twee Pales- tijnen in dikke wollen pijen, de keffiyeh (hoofddoek) sierlijk naar achteren geslagen en nippend aan een kop van drie vingers hoog. Waarschijnlijk wachten ze op een bus of een passerende karavaan of misschien wachten ze op niets. Ze kijken met wantrouwig sa mengeknepen ogen in de lens, lachen op afbetaling, maar accep teren gretig de aangeboden filter sigaretten. „America, America", mompelen ze instemmend, waar bij ze in het midden laten of het een vloek is of een compliment. Smal en lang Buiten blijven ondertussen de overbeladen, kreunende vracht wagens en overjarige Mercedes- sen voorbij ploegen. Zij moeten wel gebruik maken van de smalle Highway, een tweebaans navel streng zonder vluchtstrook, die aan je banden blijft plakken als inferieure kauwgum. Soms is er opeens een aftakking, die vol strekt doelloos verdwijnt in de woestijn, die geen enkele familie band heeft met het strand in Scheveningen of Katwijk. Het zand is keihard en de grond lijkt dan ook meer op een verweerde wang van moeder Aarde. Het is gelooide, te vaak geblakerde op pervlakte, die wanneer er opeens net zoveel regen zou val len als destijds manna tot de vruchtbaarste grond van het hele Midden Oosten zou behoren. Tot zolang blijft Jordanië voor vijf zesde bestaan uit woestijn: weinig water dus, geen druppel olie in de bpdem, veel armoede, maar ook een enorme inzet, de wil tot overleven, die gevoed wordt door de steenrijke buurman Saoedi- Arabië, die zijn vloeibaar kapi taal verborgen houdt in zijn on deraardse brandkast. Iedereen in dit gortdroge land vindt de Madurodamkoning Hoessein een groot vorst, een for midabele weldoener en zijn stu dentikoze lach boven de RAF- snor ontloop je dan ook nergens. Zelfs in het kleinste vertrek is er altijd een muur, waarop hij van uit een vierkante lijst van nep- goud zijn sappelende onderdanen in de gaten houdt. Een leerplichtige dreumes, die waarschijnlijk voorgoed spijbelt, haalt de koffiekoppen weg en komt even later terug met een foto van zijn majesteit, die als een postzegel aan alle randen gekar teld is. Ten prooi aan oeverloze onderdanigheid laat hij het por tret van hand tot hand gaan; de trage koffiedrinkers woelen door hun droeve snorren en knikken instemmend: „Oessain, koet, ver rie koet king". Het klinkt als de STER-reclame voor een populair merk pepermunt. Vóór een aanpalende loods zit een schitterende aartsvader de zinderende dag uit naast twee sinaasappelkisten, die zuinig ge vuld zijn met een magere oogst van gekreukelde, melige appels en een handjevol pokdalige zuid vruchten. Met een lui lachje wijst hij met zijn wandelstok drie vlie gen terecht, die zojuist zijn neer gestreken op zijn ongezuurde koeken. Een onbegonnen strijd, want zolang er in de' woestijn meer insecten zijn dan ongezuur de koeken zal hij voorspelbaar aan het kortste eind trekken. Kerstboomlampen Bij het vertrek loodst zijn oudste zoon (of is het zijn jongste broer?) de reizigers naar een uitdragerij, die naast kerstboomlampjes in de vreemdste variëteiten ook enkele heiligenbeelden van vóór het Concilie van Trente bevat. De gipsen Godsmannen zitten dik on der het woestij nstof en fungeren blijkbaar als winkeldochters. Het enige artikel, dat aftrek heeft is de keffiyeh, die de afnemers ter plekke doet lijken op edelfiguran- ten in de dik-voor-mekaar-show van André van Duin. Thuis zullen de doeken straks in de linnenkast hun opstanding verbeiden, die te gemoet kan worden gezien in de dagen vóór Aswoensdag. Dan zul len de bleekgezichten, omge bouwd tot volbloed Arabieren in het vrome zuiden weer hun slag slaan. Slowfox Geheel authentiek daarentegen is de karavaan, die even later in een gele nimbus nadert. Voorop de drijvers die het in hoog tempo aan de stok hebben met de kame len, waarop de kooplieden zich naar winst laten wiegen. Het is een stoffige slowfox, die zich langs de oude karavaanroute naar het zuiden verplaatst. Een vertragingsactie van acht bulte naren, te hoog op de poten en door de schepper verrast met een stomme schapekop, waaraan een» twee maten te grote zoenlip is gemonteerd. Ze komen ogen schijnlijk op eigen initiatief in slordige formatie uit het niets aansjokken, maar dankzij een in gebouwd dierlijk kompas nemen ze tochsteevast de kortste weg naar de negotie. - Het is een verwarrende ervaring in 1976: terwijl men zich in de moerasdelta druk maakt over ge le of zwarte nummerborden trek ken rondzwervende Bedoeïenen weken lang door een leeg maan landschap om wat schamele koopwaar te kunnen slijten. Het is een volmaakt bijbels tafereel en wie gelooft ziet waarachtig Jozef voorop lopen. De kleine slaaf is zojuist door zijn broers voor twintig zilverlingen verkocht aan Ismaelitische kooplieden, om dat hij zulke mooie dromen had. Chauffeur Amin gooit er als pas send terzijde een Arabisch spreekwoord tegenaan: "Hoe die per je de woestijn in trekt, des te dichter kom je bij God". Nou,.die ontmoeting kan dan niet lang meer op zich laten wachten, denk je na nog eens twee uur rijden over de smalle Highway, waar een automobilist voortdu rend slaloms moet verzinnen om plotseling overstekende Arabie ren te ontwijken, die verdwijnen tussen de superslanke minaretten in gehuchten met onuitsprekelij ke namen. Maar voor het zover is slaat Amin zo'n zestig kilometer vóór Ma'an rechtsaf in de richting van Petra, de stad in de rode rotsen, die na een slaap van vele eeuwen weer bij toeval gewekt is door enkele ontdekkingsreizigers. Na twintig minuten halverwege Shaubak en Petra stopt hij bij een bocht. ...toen nu het volk aldaar dorstte naar water, zoo mur mureerde het volk tegen Mo- zes en het zeide: "waartoe hebt gij ons nu uit Egypte doen optrekken, waardoor wij en onze kinderen en het vee van dorst sterven? Toen zeide de Heere tot Mozes: "Ga heen voor het aangezicht des volks en neem mét u de oudsten van Israël; en neem uwen staf in uwe hand, waarmede gij de rivier sloegt en ga heen. Zie, Ik zal aldaar voor uw aange zicht op den rotssteen in Ho- reb staan, gij zult op den rots steen slaan, zoo zal er water uitgaan, dat het volk drinke... Omzichtig nader je de bron tus sen hoekige rotsstenen, waar twee meisjes in kleurige Bedoeïe nenkleren water staan te putten. Goddank: wij zijn de enige toeris ten. Hier alleen de bewoners met hun bron, die Mozes op aanwij zingen van zijn Heer sloeg. Een snijdende mannenstem scheurt de stilte, die thuis hoort in dit bijbels décortje. De man blijft onzichtbaar, maar zijn stem al leen blijkt genoeg gezag te heb ben. De dochteren slaan haastig een doek vóór hun gezicht, vullen snel de kruiken en verdwijnen zwijgend achter de rotsen, waar ze zich veilig genoeg wanen om de indringers nieuwsgierig te ta xeren. De avond is al gevallen, wanneer Amin de reis vervolgt en langs de slecht afgebakende weg naar Akaba rijdt. Tevoren werd de oude droom van een zonsonder gang in de woestijn ingelost: een grillig, abstract schilderij van zwarte wolkenflarden, die door verschietende stralenbundels ver knipt werden. De vrachtwagens met hun veel kleurige lichtjes op neus en laad bak schieten als snelwandelende kerstbomen voorbij. Vanmorgen, toen een metalen luidsprekerstem vanaf de trans van de Al Hoessein Moskee in Amman de gelovigen opriep tot gebed, vroor het vier graden. Morgen zal Akaba aan de Rode Zee zich koesteren in een zomerse weelde van 28 graden boven nul. Amman-Akaba: een snelle dag reis door de eeuwigheid. Amman-Akaba: een woestijn- tocht van acht dagen op een rap pe kameel. Wie weet wordt het de volgende keer tóch mijn vouwfiets met te rugtraprem. LEO THURING Voor een aanpalende loods zit een schitterende aartsvader de zinderende dag uit naast twee sinaasappelkisten, die zuinig gevuld zijn met een magere oogst. In het wrakke koffiestookhuis zitten twee Palestijnen te nippen aan een kop van drie vingers hoog. Ze kijken met wantrouwig samengeknepen ogen in de lens, lachen op afbetaling, maar accepteren gretig de aangeboden filtersigaretten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 15