Boschplaat Terschelling UNIEK EUROPEES NATUURMONUMENT De tocht per huifkar is vaak een bekroning op de vakantie. Het Waddeneiland kent vele kleine, intieme kampeerterreintjes. TERSCHELLING Vier kilome ter breed en dertig kilometer lang ligt voor de Friese kust het Wad deneiland Terschelling. Een eiland waarvan de roem zich tot ver over de nationale grenzen uitstrekt en terecht. Want op dit kleine hoekje Nederland vindt men alles wat natuurliefhebber en recreant zich maar wensen kunnen. Er is bos, heide, duin, strand en verder alle soorten milieus van zoet naar zout van hoog naar laag. Talrijke plan- tesoorten, waaronder zeldzame treft men er aan. Talrijke vogels hebben er hun broed- of rustge bied. Met name de Boschplaat, het 4400 hectare grote natuurgebied is zeer in trek, van de ontelbare zil vermeeuwen tot de zeldzame blau we kiekendieven, lepelaars en vel- duilen toe. Zo uniek is dit gebied, dat het in 1970 in aanmerking kwam voor het predikaat Euro pees natuurmonument, een onder scheiding die in 1975 weer voor vijf jaar is verlengd. Verder is er nog een „trekvogel" die het unieke eiland heeft ontdekt en dat is de mens, de recreant. In drommen steken vakantiegangers 's zomers de Waddenzee over en nestelen zich een aantal weken op het eiland om er te genieten van de rust of van het vertier van de in het vakantieseizoen overbevolkte dorpjes. Dit jaar telde Terschelling in de bouwvakvakantie meer dan dertigduizend gasten. De massale trek begint bij diverse biologen en natuurwetenschappelijke instellin gen vragen op te roepen. Kan de natuur de steeds toenemende druk van de recreatie bolwerken? Som migen zien de waardevolle natuur gebieden het liefst helemaal afge sloten. Om eens een indruk te krij gen hoe groot de recreatieve druk is op de Boschplaat en welke scha de die druk veroorzaakt, trokken we een dag lang door dit unieke natuurgebied. Districtsambtenaar A. J. Snijders, van Staatsbosbeheer werd graag bereid gevonden voor rondleiding te zorgen. We vertrekken vanaf West-Ter schelling, met de dienstauto van „boswachter" Snijders, richting Boschplaat. Een fikse onweersbui zorgt voor een zeer welkome plens- regen, na de lange periode van droogte. Het eerste gedeelte van de rit voert door de toeristische pleis terplaatsen langs de hoofdweg van West- naar Oosterend. De heer Snijders vertelt ondertussen een en ander over werkwijze en samen stelling van Staatsbosbeheer. Deze rijksdienst is onderverdeeld in drie dienstvakken: bosbouw, natuurbe houd en landschapsbouw. Het dis trict Terschelling, waaronder ook Vlieland valt, is echter te klein om te verdelen in drie dienstvakken en is daarom in zijn geheel onderge bracht bij bosbouw. Het district heet daarom ook boswachterij Ter schelling. Staatsbosbeheer bezit op het eiland een gebied van 9440 hectare. De Boschplaat neemt daarvan 4400 ha voor haar reke ning. De bossen beslaan 620 ha. De rest bestaat uit duingebied, zand platen, kwelders, cultuurgronden, erfpachtterreinen, een aantal wo ningen en zomerhuisterreinen bij Midsland aan Zee en West aan Zee. De taak van Staatsbosbeheer is onder andere het beheer van en het toezicht houden op bossen en na tuurgebieden en diverse werkzaam heden op recreatief gebied. Ook is er veelvuldig contact met de ge meente over bestemmingsplannen. De boswachterij Terschelling bezit vijf staatsnatuurmonumenten: de Koegelwieck, de Noord Vaarder met de Kroonpolders, de Landeru- mer heide, de Kooibosjes en de Boschplaat. De Boschplaat was oorspronkelijk los van het eiland Terschelling en bestond uit een aantal zandplaten, van elkaar gescheiden door slen ken. Langzamerhand verzandden de slenken zodat de platen één geheel werden met het eiland. In 1929 is de Derk Hoekstra Stuif dijk aangelegd in de lengterichting van de zandvlakte. „Hierdoor verander de het karakter van de Boschplaat volkomen", vertelt de heer Snij ders. Op de hogere gedeelten ont stond een zoetwatermilieu omdat ze niet meer onder water kwamen te staan. In dit uitgestrekte en zeer Een gevolg van het menselijk falen ten opzichte van de natuur? rustige gebied vonden talrijke vo gels hun broed- en fourageerter- rein. We zijn inmiddels aangeland op het grote parkeerterrein aan het begin van de Boschplaat, vlakbij de Tak- kenkooi. De grens van dit natuur gebied wordt gemarkeerd door gro te borden met een serie aanwijzin gen over rechten en plichten van de bezoekers. De verharde weg gaat nu over in een schelpenpad. Voor auto's is het gebied verder afgesloten. Met boswachter Snij ders mogen we het gebied echter wel per auto betreden. Ter hoogte van de Jan Thijssendu- ne wijst de boswachter op een een zame keet midden in het veld. „Dat is de eerste bewakershut", vertelt hij. „We hebben drie van die hut ten. Een gedeelte van de Bosch plaat is tijdens het broedseizoen van 15 maart tot 15 juli gesloten. Staatsbosbeheer heeft zes vaste be wakers in dienst die in deze perio de volgens een rooster de hutten permanent bemannen, ook 's nachts dus". Als compensatie voor deze algehele sluiting kan het pu bliek onder geleide van de bewa kers dagelijks excursies maken door de meeuwenkolonie op de Tweede Duintjes. Na de 15e juli wordt de bewaking langzaam ver minderd. Dit hangt af van het aan tal nesten met eieren of jonge vo gels die na de openstelling nog aanwezig zijn. Dit jaar waren de vogels laat. Ter hoogte van paal 20 houdt plot seling het schelpenpad op. We zijn nu aangeland op de Derk Hoekstra Stuif dijk. Het landschap is ook ver anderd. De duinen zijn overgegaan in uitgestrekte vlakten. In de verte ontwaren we enkele koppels jong vee en enige paarden. „Ja, we zijn hier ook nog grootboer", glimlacht de boswachter. Op de groede wordt 350 hectare gebruikt als weiland voor de pinken en paarden van eilandbewoners. Dit is een soort compensatie voor het vervallen van het „recht van overal" in 1909, toen grote gebieden aan Staatsbosbe heer vervielen. Door het beweiden van de gronden ontstaat er een bepaalde vegetatie. „Puur natuur tref je bijna niet meer aan. Op de meeste plaatsen is de vegetatie te danken aan een eeuwenlang beheer. Het is vaak een erg interessante vegetatie. Wil men die handhaven dan moet men ook het beheer op dezelfde manier voortzetten. Dat is het geval op de groede. Ieder plantje groeit niet zomaar ergens, maar staat onder invloed van de milieu-omstandighe den. De vegetatie op cultuurland is vaak vrij eenvormig. De Bosch plaat is na de aanleg van de Stuif- dijk altijd aan de natuur overgela ten. Er is een grote verscheiden heid aan milieus en daardoor ook een zeer rijke vegetatie. Het gevolg hiervan is weer een toenemend aantal vogelsoorten. Tientallen ja ren geleden toen de Boschplaat voornamelijk uit zandvlakten be stond, overheersten de meeuwen in dit gebied. Nu zijn er talrijke soor ten. Vogels zoeken gebieden waar voedsel is, waar ze kunnen broeden en hun jongen kunnen beschermen. Rust is dan van het grootste be lang", zegt de heer Snijders veelbe tekenend. De Boschplaat is rijk aan deze slenkjes. bliek. Onder de bezoekers in het voor- en naseizoen zitten veel vo gelkenners, maar zij die in het hoogseizoen over de Boschplaat trekken weten vaak heel weinig van de natuur. Aan de hand van een enquête in 1974 schat men het aantal bezoekers van de Bosch plaat ongeveer op een 60.000 per jaar. De overgrote meerderheid hiervan gaat per huifkar naar het Amelanderduin en weer terug, of men wandelt of fietst langs de hoofdpaden. „De mensen die hier komen willen wel steeds meer zien. Velen hebben dure foto-apparatuur bij zich om plaatjes te schieten van zeldzame vogels", aldus de heer Hek. „Men probeert de vogels dan zo dicht mogelijk te benaderen en dat verstoort de rust Die mensen moet je er wel op wijzen dat ze hier iedere dag komen fotograferen. Maar moedwillige vernielingen, nee die tref je op de Boschplaat weinig aan. Er gebeurt wel eens iets, maar dan meestal door onnadenkend heid of onwetendheid. Om daarom het gebied af te sluiten gaat te ver. Het huidige systeem bevalt rede lijk", meent de bewaker. Door de vakantiespreiding begint de druk op de Boschplaat in het voor- en naseizoen wel steeds gro ter te worden. Deze ontwikkeling wordt door Staatsbosbeheer met enige verontrusting gade geslagen. Dit betekent een aanslag op de zo noodzakelijke rust tijdens de vogel trek in voorjaar en herfst en tij dens het broedseizoen. Wanneer de vogels steeds opgejaagd worden, kost dat veel energie en dat hebben ze juist zo hard nodig op de trek. Na dit onderhoud aanvaarden we weer de terugweg. „Kijk", zegt de boswachter opeens, en hij wijst naar een groepje mensen dat ver spreid door en langs een slenkje trekt, „dat is nog wel eens iets waar ik een vraagteken bij zet. Of zoiets schadelijk is, is hier moeilijk te meten. In de duinen valt in ieder geval wel schade te constateren, veroorzaakt door bezoekers. De mensen hebben namelijk steeds de neiging om langs dezelfde paadjes over de duinen te klauteren. De begroeiing verdwijnt, het pad wordt steeds breder en het zand gaat verstuiven. Dit heeft een ver snippering van de duinenrij tot ge volg". We rijden nu weer helemaal terug langs de Stuifdijk en het schelpen pad, tot voorbij de Jan Thijssendu- ne. Daar treffen we de huifkarren- verhuurder D. Pootjes aan met twee van zijn drie wagens. De vracht bestaat uit een groepje Ter- schellinger kinderen die in het ka der van een speelweek een ritje mogen maken. „Meestal trekken we langs het strand of de Stuifdijk naar het Amelanderduin. Met die lange rit beginnen we 's morgens om half tien en zijn ongeveer om vijf uur weer terug", vertelt hij. In de huifkarren is plaats voor zestien mensen. „Er gaan veel gezinnen met kinderen mee", zegt de ver huurder. „Men vindt deze rit vaak het klapstuk van de vakantie". Zo We hebben inmiddels het pad bij de Stuifdijk verlaten en komen ten slotte bij de tweede bewakershut. We ontmoeten hier één van de be wakers, de heer H. Hek. De bewa kershut is een sober ingerichte keet met een paar bedden, een aanrecht met kookgelegenheid, een tafel en enkele stoelen. De verbinding met de buitenwereld gaat via een porto foon. Op de vuurtoren de Branda ris is een ontvangststation vanwaar men in noodgevallen contact kan opnemen met de politie, brandweer of ambulance. Het is vandaag juist één dag na de openstelling van de Boschplaat. „De eerste dagen staan de mensen hier te dringen om het gebied bin nen te mogen lopen. Ze denken zeker dat hier goud te vinden is", zegt de bewaker. „In de nacht voor de openstelling stonden hier al om half elf een paar bezoekers. Die heb ik toen maar terug gestuurd, want dat werd me toch te gek". Na enkele dagen neemt het aantal weer vrij snel af. De 15e juli viel dit jaar precies in de bouwvakva kantie en dat kwam niet zo goed uit omdat veel vogels in verband met het koude voorjaar laat begon nen zijn met broeden. De eerste paar weken werd daarom vaker gesurveilleerd. „We houden ons, als het enigszins mogelijk is, aan de zelfde openingsdatum. Het publiek heeft daar recht op. Als het niet anders kan sluiten we wel eens een klein stukje af', vult de heer Snij ders aan. Als bewaker krijgt de heer Hek te nu en dan stoppen de wagens even maken met zeer uiteenlopend pu- en mogen de gasten wat rondlopen. De bestuurders vertellen onderweg een en ander over alles wat langs de weg leeft en groeit. Bij het Amelanderduin wordt de middag pauze gehouden en koffie gezet op een vuurtje. „Het valt mij op dat de mensen tegenwoordig natuurbewuster wor den dan een aantal jaren geleden", meent de heer Pootjes. „Ze gooien eigenlijk nooit meer iets buiten de wagen en tonen meer interesse voor vogels en bloemen". Het voor deel van een huifkar is dat men veel mensen over de Boschplaat kan vervoeren, zonder dat de rust wordt verstoord. De vogels storen zich namelijk niet aan paard en wagen, maar zodra in een broedko- lonie een mens buiten de kar gaat lopen, dan zie je geen jonge meeuw meer. Alles gaat dan plat, verzekert de heer Pootjes. Moedwillige ver nielingen treft hij zelden aan. De heer Pootjes gaat zich weer met zijn kuddeke bemoeien en wij zoe ken het schelpenpad weer op om enkele bezoekers eens te vragen naar hun ervaringen op de Bosch plaat. De eersten die we tegen ko men is een groepje wandelaars. Het is een familie uit Amersfoort die al voor de twaalfde maal de vakan tie doorbrengt op Terschelling. Voor hen werd het traditie om minstens één keer in de vakantie naar het Amelanderduin te wande len. „Het is er lekker rustig, je komt er bijna niemand tegen", ver telt de oudste van het gezelschap. „We trekken ook wel eens door een broedkolonie op de Boschplaat. Je ziet daar veel mooie dingen in de natuur. Verder zit er nog een klein beetje prestatie en avontuur in de wandeling als je bijvoorbeeld plot seling voor een slenkje komt te staan. Kun je die dan oversteken of niet, kijk dat is leuk". Aan het eind van het schelpenpad treffen we een gezin aan met twee jonge kinderen. Ze rusten even uit om straks een fikse wandeling over de Boschplaat te maken. Het zijn Haarlemmers die kamperend hun vakantie doorbrengen op het ei land. Het is de eerste keer dat ze hier komen. Wel hadden ze iets van dit gebied gehoord. „Het lijkt ons interessant en je moet toch alle mogelijkheden van het eiland leren kennen nu je er toch bent", zegt de heer des huizes. „Je ziet hier veel ongerepte natuur en waar je op de fiets niet verder kan, wordt het schijnbaar interessanter". Op de terugweg vertelt de heer Snijders nog iets over de bevoegd heden van de bewakers van Staats bosbeheer. Ze hebben een zoge naamde AID-KRP uitstelling (Alge mene Inspectie Dienst en Korps Rijkspolitie). Hiermee hebben ze de mogelijkheid om bij wangedrag van gasten proces-verbaal op te maken. „Het komt wel voor, alhoe wel niet zo vaak", zegt de boswach ter. Een enkele keer wordt er wel eens een bromfietser gesnapt die over de fietspaden crosst of een hardnekkige wandelaar die na di verse waarschuwingen toch weer door verboden gebied loopt. DURK KIBMA De Brandaris verheft zich als een waarschuwende vinger voor de schepen op het eiland Terschelling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 16