I .FIDS COLLEGE HALF WEG
'Ambtelijke traagheid
oorzaak veel
mislukkingen college'
PPR-FRACTIELEIDER BEIJEN:
o O
19-
de PPR^Leiden, mevrouw Cokkie Volmer in de
PPR-krant van deze maand doet vermoeden dat
de PPR volgende week vrijdag inderdaad de
poten onder de linkse stoelen van de zes wethou
ders vandaan gaat zagen. Op die dag beslist de
PPR immers over het al dan niet doorgaan met
het zestal, dat twee jaar geleden aantrad om de
stad Leiden eens op eigen wijze anders te gaan
besturen.
Het ging allemaal niet zo als ze gedacht hadden.
De verhouding met de PvdA verslechterde ziende
rogen, de onvrede bij de Leidse radikalen over
dat „andere beleid" groeide. Totdat de PPR in
december het besluit nam om het college nog een
half jaar te gunnen om ernst te maken met de
democratisering, de inspraak, kortom met de
verkiezingsbeloften. In juni zou er dan opnieuw
geoordeeld worden en „er moet dan sprake zijn
van een actieve en positieve ombuiging van het
beleid. Het eventueel ontbreken van blunders in
de afgelopen maanden is dan niet voldoende", zo
was het oordeel van de voorzitter van de PPR-
Leiden destijds in een interview met de Leidse
Courant, waarin hij het college een onvoldoende
gaf.
Deze week zijn we nog eens bij hem op bezoek
gegaan en spraken we in zijn tuin met hem, met
Laurens Beijen, fractievoorzitter van de PPR in
de gemeenteraad en met Hans Lamens, bestuur
slid van de PPR-Leiden. In het kader van onze
beschouwingen bij de tweede verjaardag van het
Leids programcollege vandaag de ontknoping alt
hans een voorspelling van het antwoord op de
vraag: een links programcollege, hoe lang nog....?
1
DOOR ARJEN BROM HUIZEN
zoals destijds bij het wijkcen
trum in de Meren wijk krijg je
meteen het hele CDA op je
dak".
Voorspelling
Zoals wel blijkt zijn de menin
gen in de PPR over wat er
verder moet gebeuren nogal
verdeeld. Laten we ons deson
danks eens aan een voorspel
ling wagen. In het vierkoppige
bestuur zijn er twee (voorzitter
Van de Kasteelen en secretares
se Cokkie Volmer) die min of
meer voor breken voelen. Voor
al de secretaresse van de PPR
schrijft in het maandblad van
de PPR een open brief aan haar
partijgenoten die er niet om
liegt.
„Ongetwijfeld tracht dit college
een aantal zaken tot stand te
brerjgen die bij een rechts colle
ge niet meteen een hoge priori
teit gekregen zou hebben, bv. de
renovatie en rehabilitatie. Maar
als ik dan naga, waarmee in
veel gevallen de renovatie ge
paard ga^t, dan vraag ik me af
wat dat met links te maken
heeft en waarin we ons dan
onderscheiden van rechts:
Grote onzekerheid bij de be
volking over alles wat met die
renovatie te maken heeft
Het plotseling met doorgaan
van renovatie, maar in plaats
daarvan nieuwbouw, met alle
gevolgen van dien voor de be
woners (de kwestie Sophiastraat
in Leiden-Noord)
De wijze waarop sommige
wethouders de bevolking te
woord staan is ver beneden peil
en vergroot de kloof tussen ge
meentebestuur en bevolking".
Mevrouw Volmer concludeert
even verder dan dat de samen
werking met de PvdA uiterst
teleurstellend is verlopen. „Het
is in het afgelopen half jaar op
geen enkel punt gebleken dat
het college en de PvdA aan onze
bezwaren tegemoet zijn geko
men", zo stelt zij en verklaart
vervolgens dat er erg veel pleit
vóór het beëindigen van de sa
menwerking.
Of het zover pok zal komen is
zeer de vraag. Mevrouw Volmer
is zelf wegens vakantie in het
buitenland, zodat voorzitter Van
de Kasteelen eigenlijk de enige
PPR-voorman is die er toe neigt
resolutie II, die breken voor
stelt, te steunen. Zelf waagt hij
zich niet aan een voorspelling:
„Voor mij ligt de zaak open. Ik
geloof niet dat er iemand in de
PPR te vinden is die nog blij
is met dit collegebeleid. Maar
het is de vraag of je daaraan
de consequentie verbindt dat je
dan ook maar moet breken. Het
ligt er maar aan tot hoever de
grenzen van je tolerantie gaan".
Incasseren
„Ik ben persoonlijk geneigd te
zeggen dat die grens bereikt is.
We hebben wat moeten incasse
ren de afgelopen twee jaar... Het
combineren van je geweten met
het dragen van bestuursverant-
woordelijkheid aan dit beleid is
maar beperkt mogelijk. Ik ge
loof niet dat we in het college
meer invloed hebben dan wan
neer we' daarbuiten opereren".
Met bestuurslid Hans Lamens
zullen de beide fractieleden
vermoedelijk voor resolutie I
stemmen. Deze spreekt van veel
kritiek op twee jaar links be
leid, maar vindt het niet raad
zaam om op dit moment te
breken. De gevolgen daarvan
worden zo ernstig geacht dat
doorgaan dan toch maar beter
zou zijn. Fractievoorzitter Beij
en verduidelijkt dit: i
„Als we er nu mee zouden stop
pen zou de PvdA met wisselen
de meerderheden kunnen gaan
besturen in zijn eentje. Dan
weer met het CDA een meerder
heid krijgend, dan weer met
ons. We zouden onze invloed
dan helemaal kwijt zijn. Boven
dien: je kunt je niet te snel aan
je verantwoordelijkheden ont
trekken. We moeten ons niet zo
gauw laten wegpesten...".
Voor alle drie de heren staat
één ding overigens vast: wan
neer besloten wordtv om verder
te gaan met de PvdA dan zal
dat op een hechtere basis moe
ten gaan dan nu het geval is,
sinds de relatie de afgelopen
maanden is bekoeld. Er zal
meer met elkaar vergaderd en
gediskussierd moeten worden
waarbij de PPR de rol van hor
zel die de PvdA op het linkse
pad houdt en van breekijzer in
het college moet blijven vervul
len. En wat dat inhoudt zal dan
nog wel blijken...
Programcollege:
een blijvertje
Zij die de afgelopen maanden soms wel eens met de
stoute gedachte hebben rondgelopen dat het zestal wet
houders dat Leiden nu al weer twee jaar bestuurt nog
wel tussentijds zou opstappen, kunnen dat wel vergeten.
Zelfs zij die geloofden in een halverwege breken van
de PPR lijken binnenkort een illusie minder en een
ervaring rijker te zijn. Hoe dapper deze partij ook in
december het college op termijn zette door drie keiharde
voorwaarden te stellen waaraan binnen zes maanden
moest worden voldaan, zo laf lijken de Leidse radikalen
straks op hun eisen terug te gaan komen.
Want hoewel de ledenvergadering uiteindelijk de beslis
sing gaat nemen en nog maar moet worden afgewacht
hoe de 200 Leidse radikalen stemmen; het is wel duidelijk
dat de PPR-fractie en de helft van het PPR-bestuur er
bitter weinig voor voelt het been nu ook stijf te houden
en het logisch gevolg van het december besluit te aan
vaarden Immers, ook al mag de PPR dan radikaal,
eerlijk, alternatief of wat dies meer zij zijn, één ding
heeft deze partij wel met andere gemeen: naar autoritei
ten wordt toch met een zeker ontzag gekeken. De fractie
heeft aangekondigd niet met portefeuilles te gaan
zwaaien wanneer de ledenvergadering onverhoopt zijn
standpunt (doorgaan) niet zou delen, maar zoiets zal naar
alle waarschijnlijkheid geenszins nodig zijn.
Van een duidelijke beleidsombuiging, het ernst maken
met de beloften van inspraak en democratisering was
sinds december geen sprake en het ontbreken van blun
ders werd niet voldoende geacht om de steun nog voort
te zetten. Maar mede dank zij de PPR zal het programcol
lege toch tot 1978 kunnen blijven zitten.
Het ziet er naar uit dat met het vertrek uit de Leidse
raad van PPR-fractievoorzitter Du Gardijn (in januari)
ook zijn welhaast spreekwoordelijke en veel geroemde
eerlijkheid en consequente houding bij de Leidse radika
len aan het verdwijnen is. De PPR zal met aan zekerheid
grenzende waarschijnlijkheid wel doorgaan, tegen beter
weten in;
IIDEN In de PPRIK, de PPR-informatie-
ant van juni 1976 lazen wij het volgende stukje
zie:
t stoot ons telkenmale
de PvdA te moeten uithalen
't is toch wel van te banale
de chanteurs der Internationale
't program vertalen
volksinbreng vermalen
veel centen binnenhalen
niet in 't beleid terugbetalen
het alles hier verschralen
worden tot lokalen
de grote kapitalen
op winst mogen behalen,
als PPR verdwalen
deze linkse kwalen
onmiddellijk gaan verhalen
de Van Akens en de Walen,
u aan, o radikalen
de stoelpoten der Walen
J mij van 't nationale
glorie en van dale
het uit in alle talen
zeeg' is aan de Radikalen...
een naamloze radikale dichter een duidelijke
aan zijn Leidse partijgenoten de steun
het programcollege van burgemeester en
op te zeggen. Een gedicht, dat met
schriftelijk pleidooi van de secretaresse van
programcollege van burgemeester en wethouders. Van links naar rechts: Arie Verboom (volkshuisvesting).
Waal (ruimtelijke ordening), Tinus van Aken (economische zaken), daarnaast burgemeester Vis en
Lodder, vervolgens Hans van Dam (financiën), Dick Tesselaar (onderwijs, sport en
en Bert Oosterman (sociale-, gezondheidszorg en cultuur),
wethouders gerecruteerd uit en steunend op de 18 raadsleden van PvdA en PPR/D'66. Eigenlijk sinds
al een minderheidscollege. Toen zegde de PSP haar steun aan deze ploeg op. Maar dankzij de
steun van deze partij en van de CPN, en ook dankzij het ontbreken van een krachtige oppositie
met z'n zessen op het wethoudelijk pluche. Vandaag het antwoord op de vraag: Voor hoe lang
V.l.n.r. Laurens Beijen, fractievoorzitter van de PPR/D'66-fractie in de gemeenteraad, Hans Lamens, lid van het
'R-bestuur en Michiel van de Kasteelen, voorzitter van de Leidse radikalen. buigen of barsten
d IIDEN „Het blijven van
„i college, het blijven van een
J logressieve meerderheid in
iden is niet alleen in het
lang van de stad, maar ook
^het belang van de PPR. Ook
1978 zal volgens mij weer
i links programcollege moe-
i worden gevormd, als de ge-
lenteraadsverkiezingen ach-
de rug zijn". Dat is de me
ng van de fractievoorzitter
n de Politieke Partij Radika-
l (PPR) in de Leidse gemeen-
aad, drs. Laurens Beijen (29),
het dagelijks leven leraar
5 leikunde in Den Haag en een
,;i| n de warmste voorstanders
n doorgaan met de linkse
ilitie in Leiden.
e afgelopen zes maanden
bben een duidelijke tendens
verbetering te zien gegeven",
oordeelt de PPR-leider over
t collegebeleid tussen decem-
r én nu. „Ik heb de indruk,
t het beleid van Verboom (de
door de PPR gekritiseer-
lar wethouder, red.) toch wat
ldtranders is. Hij begrijpt wat
aa ter hoe hij met mensen om
ee oet gaan, die zich met klach-
ge of wensen tot hem richten,
an oeger ging hij altijd recht te-
hen in. Alleen zijn beleid
lijkas goed. Nu is hij meer bereid
ar ze te luisteren. Dat blijkt
tstlder meer ten aanzien van de
rvangende nieuwbouw in de
iphiastraat. En hij heeft toch
st€ aar bereikt dat de huren van
de' flats in de Merenwijk niet
"gsjn verhoogd en die in het ge-
dfêd Herengracht/Zijlsingel
ib- lor extra subsidies zijn ver-
'sl- igd. Dat hebben we mede te
riken aan de goede relaties
enin Waal en Verboom met
en aatssecretaris Schaefer", oor-
ap elt Laurens Beijen.
stee bestuursleden Michiel van
fo-5 Kasteelen en Hans Lamens
dsjn dat met hem eens: „Het
lis Jllege is de afgelopen maanden
jn iet doorgegaan met blunderen,
ui et is niet onverdroten voortge-
an aan op de weg van de beleids-
dsiuten. Er zijn duidelijke aan
zetten tot verandering en be
leidsombuiging, al blijft het
voor mij de vraag of dit nou
allemaal voldoende is", zegt
voorzitter Van de Kasteelen.
Zijn medebestuurslid Lamens
klinkt positiever: „We hebben in
december al gezegd dat we in
een half jaar niet veel schok
kends hoefden te verwachten.
De voorwaarden die we gesteld
hebben waren eigenlijk punten
van langer termijn. Maar ook in
de PvdA is men momenteel be
zig met democratisering; er ligt
een voorstel tot het instellen van
wijkraden...".
De bezwaren die de PPR in
december had zijn echter on
danks deze positieve geluiden
niet weggenomen. Laurens Beij
en: „Vooral aan de manier van
presentatie schort nog het nodi
ge. Deze zes kunnen niet tippen
aan de presentatie van het be
leid zoals dat in Leidens grote
voorbeeld Groningen gebeurt.
Sommige wethouders gaan nog
steeds op een minder prettige
manier met mensen om. Bij
voorbeeld een man als Tesse
laar (wethouder van onderwijs
en sport, red.) strijkt de mensen
nog wel eens tegen de haren in.
Hij maakt een botte indruk, bij
voorbeeld bij de manier waarop
hij de herverdeling van de gel
den voor het club- en buurthuis
werk in Leiden heeft aangepakt.
Het ontbreekt hem aan een sa-
menwerkingsgezinde opstel
ling...".
Geschrokken
Van de Kasteelen: „Voor" mij
blijft het grote vraagpunt in
hoeverre er in Leiden nu alleen
maar van achter een bureau
wordt geregeerd en in hoeverre
de bevolking er werkelijk aan te
pas komt, of er wel voldoende
overleg met de betrokkenen is.
Ik ben erg geschrokken toen we
met de PPR-wijktoernee de
Kooi ingingen. Je kwam daar
mensen tegen die eigenlijk door
het bestuur aan hun lot waren
overgelaten. Bewoners van hui
zen die op de nominatie staan
weldra te worden gerenoveerd
en die niet wisten wanneer, hoe,
waar ze intussen naar toe zou
den moeten gaan en hoe hoog
de nieuwe huur zou worden.
Een symptoom van een nog al
tijd duidelijk falend democrati-
serings- en inspraakbeleid".
Zijn kritiek wordt echter me
teen „rechtgetrokken" door een
opmerking van Beijen: „Dat is
heus geen kwestie van onwil. Er
zijn sociale raadslieden, er wor
den renovatiekranten verspreid,
er waren inspraakavonden. Het
komt alleen nog niet over".
Wantrouwen
„Een manier om de inspraak in
goede wegen te leiden is moei
lijk te vinden. Op onze wijktoer-
nee werden we geconfronteerd
met een aversie tegen alles wat
met het stadsbestuur te maken
heeft. Vooral 'in de Kooi was dit
erg. Maar men heeft daar na
tuurlijk ook de nodige slechte
ervaringen uit het verleden. On
der vorige colleges is hier al een
groot wantrouwen opgebouwd.
In Pancras-Oost (tussen Heren
gracht en Hooigracht) waar we
ook geweest zijn hoorde je heel
andere geluiden Hier wordt de
bevolking wel van begin af inge
schakeld bij de rehabilitatie van
hun wijk. Onder het vorig colle
ge nog gedoemd om te verdwij
nen. Nu worden er bomen ge
plant".
Zo blijven de plussen en minnen
elkaar in evenwicht houden. De
wijktournee, bedoeld om de be
volking een stem te geven bij
het oordeel dat de PPR volgen
de week moet vellen, zou bij die
oordeelsvorming het nodige ge
wicht in de schaal moeten leg
gen. Het ziet er echter naar uit
dat voor- en tegenstanders vein
breken met de PvdA er voldoen
de argumenten uit kunnen put
ten. Of zoals Laurens Beijen
zegt: „Een groot aantal negatie
ve reacties hoeft nog niet te
betekenen dat we er maar beter
mee kunnen stoppen. Misschien
willen de mensen in de Kooi wel
dat we doorgaan om te zorgen
dat het beter wordt".
Vervreemding
De wijktournee mag dan niet
duidelijk het falen van het colle
ge hebben aangetoond (gezien
de bewering dat op zo'n tocht
door de wijken maar weer eens
blijkt hoe slecht de Leidenaar
het politieke gebeuren volgt,
ook niet zo verwonderlijk),
PPR-voorzitter Van de Kasteel
en vindt dat wel is gebleken dat
het stadsbestuur van zijn bevol
king vervreemdt.
„Een PvdA-bestuurslid heeft
eens opgemerkt dat we de wet
houders te weimg in de stad
zien en dat is volgens mij waar.
Aan presentatie naar buiten ge
beurt te weinig. We zouden een
stuk verder zijn als de wethou
ders zich eens wat meer meng
den onder de bevolking. Het is
ze tot nog toe niet gelukt de
bevolking te laten proeven dat
er een andere wind op het stad
huis waait".
Blijft de vraag of er wel een
andere wind waait en of er
eigenlijk wel zoveel aan ander
en beter beleid te presenteren
valt.
Michiel van de Kasteelen: „Ik
geef toe dat ook hier nog wel
wat aan te sleutelen valt".
„Maar", corrigeert Laurens
Beijen, „met de zes andere wet
houders zijn in 1974 nog niet
meteen de ambtenaren veran
derd. Aan de mislukkingen van
dit college ligt een hoop ambte
lijke traagheid ten grondslag".
En bestuurslid Hans Lamens:
„De doorkruisingen van het ge
meentelijk beleid door de Rijks
overheid werkt ook frustrerend.
De subsidie voor de Sumatra-
brug maakte het onmogelijk
eerst met de omwonenden tot
overeenstemming te komen. En
wat moet je dan doen. Als je
bewust een subsidie laat lopen