WINDSURFEN IN OPMARS
Karton van verpakking tot wegwerpwoning
Met een plank
en een zeil
het water op
t Windsurfen:
een combinatie van
zeilen, waterskiën
en surfen
Eft zijn it de weggooimaatschappij in het kring-
optijdperk gestapt. Desondanks beleeft de weg-
oimaatschappij hoogtijdagen van verspilling,
nt onder de milieubewuste dekmantel van de
ngloopgedachte is het mogelijk veel nieuwe weg-
rpprodukten te produceren. Papierfabriek De
"op, onlangs opgegaan in de gigantische gelederen
n het Britse Reeds concern, experimenteert al een
osje met kartonnen meubilair. Overigens veel
urzamer dan veel andere weggooiartikelen. Ont-
irper Lempens heeft twee jaar een kartonnen
ekenkast in zijn huis gehad: „Ik heb hem toen
[ggedaan, omdat ik iets anders wilde. Maar hij was
»g lang niet aan zijn eind, hij kon nog best een
ar jaar mee. En ik heb hem niet gespaard, er is
ht wel eens een glas bier in omgegaan en hij heeft
en dan een beste opdonder gehad". Een
vredigende ervaring dus met dit kartonnen meubi-
ir.
in speelelement is al eens in de handel geweest,
ït was een kubus met afgeplatte hoeken en een
lo-aehtige ingang. Hij is in het groot gemaakt voor
bruik op kleuterscholen en kleiner voor huis- tuin-
k'eukengebruik. De speelkubus is zelfs bekroond,
ïze kubus komt nu samen met een kartonnen
nderameublementje binnen afzienbare tijd weer op
markt.
de tussentijd heeft de Hoop met een kartonnen
nnenhuis-assortiment het land afgereisd en op ver-
lullende plaatsen tentoongesteld. Daarbij is geble-
sn dat de publieke belangstelling voornamelijk uit-
aat naar de speelelementen en de kindermeubelen,
asten en bergmeubels van karton. Een kartonnen
lbouwkeuken, dito douche en toilet lagen beduidend
de belangstelling. Ongeveer 20.000 mensen
ebben op de reizende expositie met het kartonnen
iraad kennis gemaakt.
Jet kartonnen meubilair is ontwikkeld naar aanlei-
'jng van een suggestief artikel in Proost Prikkels van
oktober 1974. een uitgave van Proost Papier in Am
sterdam. Ook de stichting Architecten Research van
'e TH Eindhoven is bij de ontwikkeling van het
[artonnen meubilair betrokken.
Hoop levert zijn produkt als bouwpakket af,
Voorgestanst en voorzien van alle toebehoren, onder-
weer speciaal voor karton ontwikkelde eenmalige of
demontabele verbindingen. Het enige gereedschap dat
voor het in elkaar zetten van de kartonnen meubelen
nodig is, zijn hamer, lineaal, mes en blokje hout.
jJet is niet de eerste keer dat karton voor andere
dan verpakkingsdoeleinden gebruikt wordt. In Duits-
ns geëxperimenteerd met kartonnen
recreatiehuisjes. Er wordt gedacht aan woonkubussen
volgens een soort schakelsysteem en in de buurt van
Lelystad staat een grote landbouwschuur met een
kartonnen dak. Het dak heeft nu al een klein jaar
weer en wind doorstaan en voldoet prima. Zelfs twee
zware stormen vermochten het dak niet van zijn
muren te lichten. Het dak is uiteraard waterdicht
gemaakt.
De heer Lempens, ontwerper op de verpakkingsad
vies- en ontwikkelingsafdeling van De Hoop, vertelt
dat de kringloopgedachte bij de ontwikkeling van
kartonnen artikelen een belangrijke rol speelt. Het
is ook een van de redenen waarom bijvoorbeeld
kartonnen wandmeubelen ook werkelijk van puur
karton zijn gemaakt. Lempens: „Toevoegingen maken
het karton onbruikbaar voor recycling. Het is vanzelf
sprekend goed mogelijk karton te impregneren, te
lamineren (bedekken met een pf andere folie), te
fineren, maar dat maakt het karton ongeschikt voor
hergebruik. „Volgens De Hoop is karton en in het
bijzonder golfkarton bijzonder sterk en zeer zeker
geschikt voor heel nieuwe toepassingen.
Lempens vertelt dat karton in sommige ontwikke
lingslanden een bijzonder gewild artikel is. Allerlei
produkten wil men daar graag in massief karton
verpakt hebben, want daar kent men nog niet de
reclamekreet: „Het enige dat u weggooit is de verpak
king". Het verpakkingskarton wordt onder meer ge
bruikt om er schoenzolen van te maken.
Dichter bij huis, op de ontwikkelingsafdeling van De
Hoop wordt gedacht aan verplaatsbare scheidings
wanden, wandelelementen en lichte tentoonstelling
spanelen. Vooral in het huidige flexibele museumbe
leid zijn de weliswaar verplaatsbare, maar toch soms
erg zware panelen een extra last. Lichte kartonnen
panelen zouden volgens De Hoop uitkomst kunnen
bieden.
Karton is volgens de fabriek ook bij uitstek geschikt
om in de bouw als betonbekisting te gebruiken.
Vooral als „inwendige" bekisting, die na het beton-
storten niet meer weggebroken kan worden. De kar
tonnen bekisting kan met water weggespoeld worden.
Bovendien is karton voor dat doel veel goedkoper
dan bekistingshout.
Het spelmateriaal voor scholen voorziet naast het
meubilair en de speelelementen ook in kartonnen
zandbakken voor gebruik binnenshuis. Het kartonnen
interieur is uitvoerig beproefd. Bij belastingproeven
is ondermeer gebleken dat het kartonnen meubilair
honderden kilo's kan dragen.
Voorlopig zal De Hoop een beperkt assortiment op
de markt brengen. „Maar karton heeft onbegrensde
mogelijkheden", aldus de heer Lempens.
GÉ TOL
Een paar honderd keer vallen en opstaan, geteisterde
arm- en kuitspieren, zo'n tien uur wind en water
weerstaan en dan kun je een beetje windsurfen
(plankzeilen). De windsurf is behalve het kleinste
„zeilschip" ook een zeer eigenzinnig vaartuig. Een
gewoon zeilschip wil nog wel eens fouten van de
schipper corrigeren of verdoezelen. Maar elke fout
die een windsurfer maakt wordt genadeloos afge
straft En telkens opnieuw is die straf hetzelfde:
onderdompeling in koud, koel of warm water, eento
nig maar doeltreffend.
Plankzeilen is Nederlands snelstgroeiende hobby.
De eerste windsurf is uitgevonden door de Ameri
kaan Hoyle Schweitzer. Hoyle woonde aanvankelijk
op Hawaii, maar verhuisde later naar het vasteland
van Amerika. Op Hawaii deed hij aan surfing: op
een kale plank van brandingsgolven afrijden. In zijn
nieuwe woonplaats was wel water, maar geen bran
ding. Toen is hij gaan prutsen om een zeiltje op zijn
plank te maken: de windsurf was geboren. Zijn zoon
Matt werd een enthousiast windsurfer en is nu we
reldkampioen windsurfen.
Voor Europa verwierf Ten Cate, Almelo een paar
jaar geleden de licentierechten. Inmiddels is een wijd
verbreid net ontstaan met vestigingen in Oostenrijk,
Engeland, Frankrijk, Noorwegen, Zweden, Zwitser
land en Nederland. In Nederland zijn alleen al 29
dealers. Inmiddels zijn er ook andere zeilplanken
gemaakt, ondermeer „windglider". Ook zijn er twee-
en driemast planken voor respectievelijk twee en drie
zeilers. Het zal niet lang meer duren of er zal een
overkoepeling van de plankzeilende eenhgidsklasseor-
ganisaties komen, met vermoedelijk aansluiting bij
het Koninklijk Nederlands Watersportverbond en de
Nederlandse Sport Federatie. In Nederland zijn nu
tien regionale windsurfclubs. De eerste club ontstond
in het Brabantse Hank aan de rand van de Biesbosch.
Windsurfen is mogelijk bij bijpa alle weersomstandig
heden, waarbij zeilen ook mogelijk is. Er kunnen
behoorlijke snelheden gehaald worden. Bij wind
kracht 7 kan een goede windsurfer rond 45 km per
uur uit zijn plank halen. Net als een speedboot komt
de plank dan met zijn neus helemaal uit het water.
Eigenlijk zit hij dan nog slechts met het midzwaard
(een geweegbare kiel) in het water.
Een zeilplank heeft geen roer. Sturen doe je door
het zeil naar voren of naar achter te bewegen en
verder door met je voeten op bepaalde plaatsen van
de plank druk uit te oefenen. Evenwicht, zeilstand
en de plaats van het lichaamsgewicht bepalen de
koers van de zeilplank.
Windsurfing is volgens kenners de snelste manier om
zeilen te leren. In een zeilboot is er doorgaans een
instrukteur die fouten voorkomt of corrigeert. Wind
surfen moet je helemaal alleen leren. De instructeur
vaart naast zijn leerlingen mee en geeft aanwijzingen,
maar de leerling moet het zelf doen. Letterlijk met
vallen en opstaan. Een harde methode maar wel
effectief.
Een windsurf voert 5,2 vierkante meter zeil, weegt
circa 30 kilo, inclusief tuigage en is door de plankzei-
ler alleen te dragen. Er wordt gevaren volgens de
normale verkeersregels te water (vaarreglement) en
wedstrijden worden op de Olympische Baan gevaren.
De Nederlandse kampioenschappen (31 juli/1 augus
tus) zijn dit jaar op het Veerse Meer. De Europese
kampioenschappen zijn dit jaar van 16 tot 23 augus
tus in de baai van Plymouth (Engeland).
GE TOL
oor een rasechte surfer begint het pas met windkracht 6
Joop Nederpelt (42) uit Rijswijk is de man die het
windsurfen in Europa introduceerde. Zijn broer had
in een vliegtuig een artikeltje over surfen gelezen
en het hem in handen gespeeld. De plank werd
speciaal in Amerika besteld en na betaling van
allerlei in- en uitvoerrechten kon de heer Nederpelt
zich de trotse en enige bezitter van een windsurf-
plank in Europa noemen. De fabriek was één ding
vergeten: een folder met aanwijzingen bij te sluiten.
Hij moest het dus helemaal zelf uitzoeken. Met de
plank onder de arm naar het strand en daar maar
„droogsurfen" met een menigte Nederlanders erom
heen, die over de wankele eerste pogingen hun
openhartige mening gaven. Uiteindelijk zocht hij een
stil hoekje van het strand op om daar de kunst
verder meester te worden.
Zijn voorbeeld deed goed volgen: inmiddels zijn er
al zo'n 1200 geregistreerde windsurfers in Nederland.
Ruwe schattingen doen vermoeden dat er nog zo'n
3600 Nederlanders rondlopen die niet zijn aangesloten
bij een club, maar wel regelmatig met de plank het
water opgaan. Joop Nederpelt is de voorzitter van
de Wind Surfing Delft, de enige windsurfingclub in
Zuid-Holland. „Onze leden komen uit heel Zuid-Hol-
land en we hebben er zelfs een uit Middelburg. Maar
de meesten komen uit het Westland, Den Haag en
Rijswijk. Het is een sport die goed te betalen is, ook
voor mensen die niet zo gek veel verdienen. De
prijzen van een plank liggen tussen de 990,— en
de 1590,—. Dat is natuurlijk een fikse aanschaf,
maar je koopt zo'n plank bijna voor het leven. Bij
onze club is een speciale regeling. Iemand kan bij
ons voor 95,privé-lessen krijgen, vijf in getal, en
wel op een plank van de club. Wanneer het weer
zo is dat er een pak nodig is, dan is die ook bij de
club te lenen. Het is zelfs zo dat wanneer mensen
de kunst al onder de knie hebben, maar ze nog niet
besloten hebben tot de aanschaf van een surfplank,
zij nog een tijdje gebruik kunnen maken van onze
planken.
Wanneer de beginneling met zijn badpakje onder de
arm bij de WSD aankomt, die zijn „terrein" op de
Delftse Hout heeft, krijgt hij zijn eerste les op
de zogenaamde „simulator", een droogsurf. Het is een
plank met veren eronder, zodat het wankele even
wicht goed nagebootst wordt. Men kan dan nog op
het droge kennis maken met het spel van wind, zed
en evenwicht. De tweede les is al op het water, al
leert de ervaring dat dat meer een kwestie van „in"
het water wordt „Voor de stuurman aan wal een
vermakelijk schouwspel, voor de beoefenaar een
kwestie van één les, want tijdens de derde les zal
hij merken dat hij de evenwichtskunst al leert beheer
sen.
„Nederland is een windsurfland bij uitstek", vindt
Joop Nederpelt. „Hier hebben we de ideale combina
tie van wind en veel water. Vaak een stevige wind,
wat het voor de rasechte surfer alleen maar aantrek
kelijker maakt, die begint pas te leven bij windkracht
6. Windsurfen is een sensationele combinatie van
zeilen, waterskiën en surfen. In ons landje makkelijk
te beoefenen want, hoewel Nederland stikt van ver
bodsbepalingen, het water mag je hier zo op. De
Nederlanders nemen dan ook een zeer vooraanstaan
de plaats in in het surf-wereldje. Derek Thijs is
Europees kampioen." „Wat voor mij het surfen zo
ideaal maakt? De sensatie, het spel met water en
wind. Het is bovendien een individuele sport wat mij
ook wel trekt.
Och, en iedereen gaat uiteindelijk voor de bijl. Ik
bracht regelmatig foto's van mij naar een fotozaak
hier in de buurt. Die man zae die foto's natuurlijk
ook en toen een keer komen kijken. Hij is
inmiddels ook al lid van de club.
Het is bepaald geen typische mannensport. Onze club
kent 68 leden waaronder 11 vrouwen. De plank is
ook niet zo zwaar dat een vrouw hem niet zou kunnen
dragen, de plank zelf weegt 19 kilo. met het zeil en
alles erbij komt het op zo'n 30 kilo. Dat maakt het
ook mogelijk de surf op ieder type auto te vervoeren,
zonder daar speciale voorzieningen voor te moeten
maken.- Een duidelijk voordeel dus. vergeleken met
het zeilen. Een zeilboot zet je niet zo maar op je dak.
MIEKE GOEDEMANS
De landbouwschuur met het kartonnen dak in Lelystad heeft inmiddels al twee stormen met goed gevolg doorstaan.