.Parochianen hoeven geen medelijden te Romantiek komt er bii broodvissen niet aan te pas met mij hebben" Noordwijkse Kerstherberg I PATER KNIBBELER WOONT NU EENZAAM IN KLOOSTER Goede humeur houdt Arie Berg I al een eeuw op de been ONDERSCHEIDING VOOR ECHTPAAR UIT LISSE DINSDAG 23 DECEMBER 1975 LEIDSE COURANT PAGINA 5| lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllIllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllIM In het klooster van de Haagsche Schouwparochie in Leiden sprak ik gisteren met pater Knibbeler, die daar nu moederziel alleen woont in een beschei den kamertje dat bovendien nog propvol staat met meubeltjes en boeken. Kortgeleden nog had de pater volop de ruimte en deelde hij het klooster met vier van zijn collega's. Maar die zijn inmiddels naar elders verhuisd omdat het klooster in andere handen is overgegaan en in de toekomst betrokken gaat worden door de zusters Dominicanessen. moet ik er wezen en dan is dit de beste oplossing". Van de zee van ruimte die de pater eerst had, is nu weinig meer over en moet hij het nu doen met een paar kleine ver trekjes, waarin hij ook nog eens parochianen moet ont vangen. Hij had daar eerst een grote ontvangstkamer voor maar die is nu ontruimd en er ligt zelfs geen kleed meer op de vloer. „Men hoeft met mij echt geen medelijden te heb ben", zegt pater Knibbeler", Er staat een flinke verbouwing van het klooster op stapel maar de pater voelde er niet zoveel voor om dan maar voorlopig ergens anders te gaan wonen in de ongeveer zeven maanden dat de verbou wing gaat duren. „Ik weet dat als ik parochianen om'onder dak zou vragen ik overal te recht kan", vertelde hij mij, „maar dat wil ik niet Het is nu eenmaal noodzakelijk dat ik dicht bij de kerk zit want zeker zo'n tien keer per dag het vervelende is alleen dat het wat moeilijker is om mij te concentreren. Kijk, de ge wone zaken kan ik hier nor maal afhandelen maar als ik me echt ergens in moet verdie pen dan ben ik genoodzaak om naar hierachter te gaan. Daar staat een kantoorruimte annex fietsenstalling waar ge lukkig ook nog een tafel en een stoel staat zodat ik ten minste niet helemaal om han den zit". „En laten de parochianen vooral niet denken dat ik hier zit te verpieteren of dat ik het ongezellig vind als de bouw vakkers binnenkort in dit klooster aan de slag gaan. Ik krijg misschien wat bakstenen en cement om mijn oren maar zolang ik in mijn kamertje nog kan blijven wonen zal het wel meevallen. Ik vindt dat je zoiets moet kunnen relative ren. Ik neem maar het voor beeld aan die dokter Herrema. Die heeft per slot van reke ning ook een lange tijd in een gedwongen positie verkeerd en waarom zou ik dat niet kunnen". Pater Knibbeler, die de zorg heeft over zo'n 750 parochia nen verwacht van niemand medelijden. „Ik weet dat som migen dit niet leuk vinden en liever zouden zien dat ik een ruime pastorie tot mijn be schikking zou hebben, maar dit situatie is nu eenmaal zo en daar verander je niets aan". In het klooster is het tot nu toe wat de kou betreft nogal meegevallen. Maar hoe zal dat over een paar weken zijn als de kou eventueel doorzet en het dan toch wel erg kil wordt omdat de verwarming niet ge stookt kan worden voor het hele gebouw? Pater Knibbeler: „Ik heb nog een paar extra straalkacheltjes op de kop ge tikt Ik zal hier echt niet van de kou omkomen". Aan het eind van de verbou wing zal pater Knibbeler, die nu bijna negen jaar aan het hoofd staat van de Haagsche Schouwparochie, ook zijn plaatsje in het klooster moeten afstaan omdat dan ook zijn kamer verbouwd moet worden voor de zuster die er in komt te wonen. De pater gaat dan waarschijnlijk zelf wonen in een nog te bouwen huisje in de kerktuin. „Het hoeft geen grote pastorie te worden", zegt hij", maar gewoon iets met een woonkamer, een keuken tje en een slaapkamer, dan ben ik al tevreden". Ik vroeg de pater ook of hij soms van plan was om met de Kerst en Nieuwjaar ook in het kille klooster te blijven. Maar dat wuifde hij lachend van de hand. „Dan smeer ik 'm", ver telde hij mij, „dan ben ik op bezoek bij familie". JOHAN HOOGERWERF UIT NIEUWKOOP: Van een onzer verslaggevers Nieuwkoop Johan Hoogerwerf is pachter van 40 hectaren Nieuwkoopse plassen en derhalve gerechtigd op die plassen het beroep van broodvisser uit te oefenen. Een beroep, dat overigens door de herverschijning van de „terug-naar-de-natuur-gedachte" door buitenstaanders wordt geassocieerd met de romantiek. Ten onrechte want broodvisser zijn betekent in de praktijd een keihard werken voor je brood en heeft behalve het nauw met de natuur betrokken zijn, niets met romantiek te maken Broodvisser zijn betekent 's zo mers om 4 uur 's morgens je bed uit, om de fuiken te legen. Hoogerwerf, die daarbij de laat ste tijd geassisteerd wordt door zijn zoon Leo, vaart in de vroe ge ochtenduren zo'n 30 fuiken af. Hij heeft in totaal 60 fuiken uitstaan die om de andere dag geleegd worden. Aangezien hij zelf niet in de hand heeft wat er wel en niet de fuik in zwemt, gebeurt het in het voorjaar no gal eens dat een flinke snoek het verkiest de fuik van binnen te bekijken. Door de scherpe tanden en rugvin beschadigt de snoek deze fuik, hetgeen een directe reparatie vereist omdat anders de paling binnen de kortste keren wegzwemt. Over het algemeen zijn de dertig fui ken in vier uur gelicht, wat in houdt dat Hoogerwerf en zijn zoon om acht uur 's ochtends weer terug zijn op de basis. De gevangen paling wordt vanuit de boot overgeheveld in grote in het water hangende bakken. Al leen de paling die gerookt moet worden gaat in een teil met zout water. Na twee uur is de paling van al het slijm ontdaan en dood door de inwerking van het zout. Vervolgens worden de pa lingen stuk voor stuk met de hand van de ingewanden ont daan. Daarna is het weer tijd voor een pekelbad van ongeveer vier uur. Als ook dat achter de rug is, gaat de paling de rook- kast in en komt een uur later gerookt tevoorschijn, klaar voor consumptie. Tussen de bedrijven door moe ten ook de sportvissers van een boot worden voorzien. De eerste sportvissers druppelen al rond de klok van 4 uur binnen, zodat ook voor mevrouw Hoogerwerf een taak is weggelegd, daar de heren sportvissers over het alge meen niet het water opgaan al vorens een warme bak koffie en een aantal borreltjes te hebben genuttigd. En dat zijn de mo menten waarop het visserslatijn wordt gebezigd. Daar door deze beschrijving van de werkzaamheden van Hoogerwerf de indruk zou kun nen worden gewekt, dat het har de werk van een broodvisser in ieder geval regelmatig verloopt, dient te worden opgemerkt dat de factoren storm, slechte vangst en stropers in dit werk- Pater Knibbeler: Ik zit hier heus niet te verpieteren" Tijdens het kerstfeest van de r.k. bejaardenbond afdeling Lisse zijn dit keer de schijnwerpers gericht op het Lissese echtpaar Bruin-Weyers uit de Princessestraat Hoofdbestuurder Ruize naars kwam een gouden uniebroche overhandigen omdat het echtpaar erg veel heeft gedaan om de afdeling tot grote bloei te brengen. Vooral mevrouw De Bruin moest veel complimentjes in ont vangst nemen. Zij was het die steeds de bezinningsdagen mee hielp organiseren, het vervoer voor de gehandicapten regelde, attenties voor de zieken verzorgde en ga zo maar door. Vanwege al die activiteiten ontving zij de hoge onderscheiding. Zelf bleef ze daar erg nuchter onder. Ze zei: „Deze broche is ook een onderscheiding voor de leden, want zonder hun medewerking was het nooit allemaal zo goed gegaan". Hoogerwerf voorspelt kwakkelwinter Nieuwkoop December 1975. Schaatsminnend Ne derland vraagt zich af of nog dit jaar de schaatsen uit het vet gehaald kunnen worden. Dat echter niet al te vast gerekend moet worden op een strenge winter, zegt de 63-jarige Johan Hoogerwerf, één van de vijf broodvissers aan de Nieuwkoopse plassen. Een man, die uit hoofde van zijn beroep zomer en winter zeer nauw met de natuur in aanraking komt „Volgens mij wordt het weer een kwakkelwinter. Je kan na tuurlijk tegenwerpen dat het al gevroren heeft maar je moet niet vergeten dat als het in deze tijd helder weer is, het ook meteen vriest Maar voor goed ijs moet het toch wel een nacht of wat een graad of tien vriezen. En dat zit er na de volle maan bepaald niet in". Wanneer het sportvisseizoen eind februari afloopt moeten de 48 visbootjes geteerd en geverfd worden, een karwei dat ook niet in een paar dagen geklaard is. Tegen de tijd dat ook dat werk er opzit, begint het nieuwe vis- seizoen alweer en zijn de stok ken van de fuiken weer in het water te zien en wordt er weer vis gevangen. „De grootste pa ling, die ik ooit in een fuik heb gevangen woog 6 pond en 3 ons. Een gerookte paling die je bij voorbeeld in de viswinkel koopt weegt ongeveer 2 ons. Ed Jansen Qud-Zoeterwoudenaar Arie Berg gaat a.s. zondag zo goed als zeker de hon derd levensjaren volmaken. Dat ge beurt in Woerden waar hij een aantal jaren geleden zijn heup brak en toen zijn intrek moest nemen in het verzor gingstehuis Hofpoort waar hij nu in het Weddesteijnpaviljoen door de zus ters erg vertroeteld wordt omdat hij de oudste inwoner is. Maar niet alleen daardoor weet hij zich kranig op de been te houden. Zijn hoge leeftijd heeft hij ook te danken aan zijn zonnige humeur dat hem nooit in de steek laat, zo hoorde ik van hoofdverpleegster zuster Zimmerman. Arie Berg had vroeger een boerenbedrijf in de Wepoort, dat later door zijn zoon werd voortge zet. Na de dood van zijn vrouw in 1954 woonde hij eerst nog bij een paar zoons in voordat in hij in Woerden neerstreek. De jubilaris is toch niet helemaal zijn geboorteplaats, waar hij ook nog een halve eeuw lid van het parochiële zangkoor was, vergeten. A.s. zondag komt de familie in Zoeterwoude bijeen om een H.Mis uit dankbaarheid bij te wonen. Wie Arie Berg nog persoonlijk de hand wil drukken kan dat zondag doen tussen twee en vier uur 's middags in het Hofpoortziekenhuis aan de Meeuwenlaan in Woerden. Het vissei- zoen is voor Hoogerwerf en zijn zoon geslo ten. Het is tijd de kapotte fui ken te herstel len. De bijna 100-jarige Arie Berg wordt in de Hofpoort aardig verwend Voor een aantal Noord- wijkers wordt Kerstmis 1975 waarschijnlijk toch niet het feest waar het lange tijd naar heeft uit gekeken. En dan doel ik speciaal op de groep in woners van de bad plaats die de kerstdagen de laatste jaren steevast doorbracht in de Kerst- herberg, een gezellig „thuis" in het dorpshuis De Kuip waar alleen staanden, eenzamen en ieder die zich daartoe geroepen voelde onge dwongen aanwezig kon zijn om ook een graantje van de kerstsfeer mee te pikken. Maar dit jaar kan dat niet doorgaan. Ik vroeg aan me vrouw Boogaards, een van de mensen achter de Kersther berg, waarom. Zij wilde mij dat niet vertellen ook niet toen ik zei dat waarschijnlijk veel Noordwijkers willen weten wat de reden is dat de deuren van de Kerstherberg dit jaar niet uitnodigend open staan. „Er is niets bijzonders aan de hand", zei ze, „het gaat ge woon niet door". Maar van een ander bestuur slid hoorde ik wat de werkelij ke reden is. Die kreeg ik te horen van Wilma Hoogendam. Ze vertelde: „Het bestuur van De Kuip zag de Kerstherberg dit jaar niet zo zitten omdat er zich vorig jaar dingen zou den hebben afgespeeld die de Kerstherberg in een kwaad daglicht hebben gesteld. Zo zou de kas van De Kuip zijn opengebroken. En dat is een zaak die nog steeds niet is opgelost. Bovendien geloof ik dat we ook de hand in eigen boezem moeten steken wat be treft de voorbereiding dit jaar van de Kerstherberg. Daar zijn we gewoon te laat mee van start gegaan. Alles bij el kaar heeft dat er toe geleid dat we het op een bepaald mo ment niet meer zagen zitten. Want waar moesten we nog anders naar toe, nu we in de Kuip niet meer terecht kon den?" Over de Kerstherberg sprak ik ook nog met de heer Pletten- berg, beheerder van De Kuip, die mij bevestigde dat de orga nisatoren van de Kerstherberg pas een paar weken geleden bij het bestuur van De Kuip hebben aangeklopt en dat er zelfs toen nog geen duidelijk programma voor de kerst op tafel kon worden gelegd. „Bo vendien zat het het bestuur niet lekker dat er nog steeds een rekening open stond van vorig jaar. Ook zouden vorig jaar tijden de kerstviering on bevoegden zich toegang heb ben verschaft tot het maga zijn. Dat alles heeft het be stuur er van weerhouden om zonder meer de Kerstherberg te prolongeren." Ik vind het toch wel een beetje bedenkelijke zaak dat sommi ge organisatoren van de Kerst herberg zich verschuilen ach ter het argument dat ze geen geschikte ruimte hebben kun nen vinden terwijl de werkelij ke oorzaak is dat men gewoon te laat aan de organisatie is begonnen. Daardoor loopt een aantal Noordwijkers een gezel lige kerst mis omdat de her berg op slot is. schema niet zijn ingecalculeerd. Vooral stropers maken het noodzakelijk van tijd tot tijd ook 's nachts een ronde langs de uitstaande fuiken te maken. Hoogerwerf: „We hebben het wel eens meegemaakt dat een aantal van onze fuiken bij zo'n controle-tocht al leeggestolen was. Daar dit een tijd achtereen aanhield, besloten we in samen werking met de politie de wacht te houden bij één van de fuiken. Op een gegeven nacht zagen we inderdaad een man in een kano een van de fuiken legen. Op dat moment sommeerde één van de agenten de man aan de kant te komen. Maar de man schrok blijkbaar zo van het feit dat hij gesnapt was, dat hij het water indook en wegzwom. Toen hij elders aan land trachtte te ko men sommeerde de politie hem nogmaals te blijven staan, en loste een aantal waarschuwings schoten. Hij liep echter gewoon door en wist te ontkomen". De laatste jaren ondervindt Hoogerwerf meer en meer con currentie van de watertoeristen, die allemèèl een fuik lijken te hebben aangeschaft „Als we nu eens uitgaan van een honderdtal door watersporters uitgezette fuiken en we nemen aan dat ze gemiddeld een pondje paling per nacht vangen, dan wil dat zeggen dat er 100 pond paling minder door de in totaal 5 Nieuwkoopse broodvissers ge vangen wordt En dat terwijl stiekem een pondje paling van gen bepaald geen misdaad lijkt Maar je moet niet vergeten dat 100 pnd paling voor mij de op brengst van twee dagen werk betekent", aldus Hoogerwerf. De vangst van paling loopt on geveer half oktober ten einde en dat houdt in dat tegen de winter moet worden overgeschakeld op andere bezigheden zo als bij voorbeeld het repareren en ver nieuwen van fuiken. Zowel het herstellen als het vervaardigen van nieuwe fuiken wordt door Hoogerwerf eigenhandig ge daan. Ook rust op Hoogerwerf de verplichting om het riet op de door hem gepachte grond te snijden. „Een werk, waar ik wel tot april mee bezig ben. Vroeger trokken we er voor het rietsnij- den op uit met een zeis, maar tegenwoordig gebeurt dat ma chinaal".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 5