Kardinaal Willebrands gaat rustig op zoek naar precieze invalshoek De vliegende Hollander" OECUMENE IN NEDERLAND KAN VERDER CcidocSomant "Hij weet veel en wat hij weetweet hij voor altijd MAANDAG 22 DECEMBER 1975 LEIDSE COURANT (Van onze correspondent in Rome, Frans Wijnands) VATICAANSTAD Zonder programma, volledig bereid te luiste ren en met de instelling de eenheid te dienen en te bevorderen komt kardinaal Willebrands in januari naar Nederland om er Alfrink op te volgen en de Nederlandse bisschoppenconferentie te gaan leiden. „Ik kan niet met een programma komen, eenvoudig omdat ik het niet heb en ook niet meteen zou kunnen maken. Ik ben vijftien jaar niet voldoende aktief geweest in Nederland. Ik zal me daarom eerst uitvoerig op de hoogte laten stellen, door het kapittel, door de raad van priesters, de dekens, de leken die verantwoordelijkheid dragen en de staf van mijn bisdom. Ik stel me voor van keer tot keer mijn houding te bepalen en zodoende wellicht gaandeweg een lijn te ontwikkelen". Kardinaal Willebrands beseft, of althans vermoedt, wat hem te wachten staat: een totaal nieu we bestuursfunktie in de Neder landse kerkprovincie waar de eenheid lang nog niet model is en waar nog altijd over polari satie wordt gesproken. Hij wil per se geen vleugelposi tie gaan innemen. „Bisschop zijn is voor alles een funktie van eenheid. Verdeeldheid in stro mingen is er altijd geweest Lees er Paulus maar op na, die zegt dat er verschil van mening kan zijn, verschil van interpretatie en verschil in houding, maar dat we in geloof allen één moeten zijn en dat zie ik als het karak teristieke van een bisschop- staak. „Nee, nee, ik voel me zeker geen „tussenpaus". Een bruggebou- wer? Accoord, maar dan niet bouwend aan een brug tussen twee extremen met daartussen in een leegte. Ook in Nederland bestaat waarachtig toch nog een fundamentele eenheid en daar over heen is het misschien mo gelijk bruggen te slaan naar an dersdenkende groeperingen, omdat ik de woorden „vleugels en extremen" liever niet ge bruik. Ze zijn meteen zo nega tief". Kardinaal Willebrands legt bij voortduring die terughoudend heid aan de dag als hem naar hete kwesties in Nederland wordt gevraagd. „Neem de pas torale concilies. Daar zal ik toch eerst uitvoerig kennis van moe ten nemen. Zo ook van de pries teropleidingen. Nu al daarover uitgebreide oordelen gaan uit spreken zou niet juist zijn", al dus kardinaal Willebrands. De benoeming is voor kardinaal Willebrands niet als een verras sing gekomen, uiteraard niet Hoogstens was ook voor hem de juiste zaterdag waarop de be noeming openbaar zou worden gemaakt, onzeker. Ongetwijfeld is de dertigste ok tober van dit jaar voor kardi naal Willebrands een beslissen de dag geweest. Daags voor zijn reis naar Boekarest, naar de Roemeense orthodoxe kerk, werd hij bij paus Paulus geroe pen, die hem toen nadrukkelijk over Utrecht en de opvolging aldaar heeft gesproken. „Ik heb toen in alle openhartig heid mijn bezwaren naar voren mogen brengen: de bezwaren tegen een benoeming in Neder land waar ik vijftien jaar weg was, bezwaren tegen het achter laten en verlaten van het een heidssecretariaat". Kardinaal Willebrands ontkent ten stelligste dat hij één of zelfs tweemaal geweigerd zou hebben de benoeming te aanvaarden. In de loop van november, begin december, zijn er opnieuw en meer oriënterende gesprekken geweest, en tenslotte vroeg de aangezochte opvolger van kardi naal Alfrink bedenktijd. „Geen weken of maanden, hoor, drie dagen, en toen heb ik in een gesprek met kardinaal Bag- gio, de president van de congre gatie voor de bisschoppen, mijn bereidheid verklaard", zoals kardinaal Willebrands het zelf uitdrukt. Dat was tien decem ber. Tien dagen later werd de benoeming openbaar. De bezwaren tegen het verlaten van zijn belangrijke oecumeni sche sleutelpositie vielen weg, omdat beslist werd dat kardi naal Willebrands ook als rege rend aartsbisschop die een- heidszoekende funktie zou blij Als oudste zoon uit een gezin van negen kinderen is de nieuwe aartsbisschop van Utrecht - de achtenzestigste sinds de Heilige Willibrord - zesenzestig jaar geleden op 4 septem ber in het Noordhollandse Bovenkarspel geboren. Johannes Gerardus Maria Willebrands studeerde in Hageveld en Warmond en promoveerde in 1937 cum laude in Rome op een studie over Newman. Hij keerde later in Warmond terug, waar hij professor en directeur werd tot 1946 toen hij in het oecumenische werk ging. Als voorzitter van de St.-Willibrordvereniging richtte hij in 1952 de internationale "katholieke conferentie voor oecumenische vragen" op, die levendige betrekkingen onderhield met de Wereldraad van Kerken. Toen paus Joannes in 1960 het secretariaat voor de eenheid der christenen oprichtte, benoemde hij kardinaal Bea tot president en mgr. Willebrands tot secretaris. Bij de dood van kardinaal Bea in 1969 werd hij voorzitter. Hij was toen al tot bisschop gewijd (1964) en tot kardinaal gecreëerd (1969). In Rome verwierf hij zich de bijnaam van "De vliegende Hollander" vanwege zijn vele reizen, met name naar Genève, de zetel van de Wereldraad van Kerken en naar de patriar chen van de orthodoxe kerken. Samen met kardinaal Bea heeft hij grote invloed uitgeoefend op het concilie. Dat met name de verklaring over dè joden erdoor kwam is vooral de verdienste geweest.van Willebrands. Hij bereidde ook de deelname voor van de orthodoxe kerken aan het concilie, alsmede de befaamde ontmoeting van de panorthodoxe patriarch Athenagoras en paus Paulus, alsme de de opheffing van de wederzijdse banvloek van Rome en Constantinopel. Als secretaris voor de eenheid nam hij deel aan de officiële gesprekken met de anglicaanse gemeenschap, de lutherse wereldfederatie, de presbyteriaanse alliantie, de methodisti sche wereldraad en de Wereldraad van Kerken. Naast zijn functie als president van het eenheidssecretariaat is kardinaal Willebrands lid van de congregaties voor de geloofsleer, voor de oosterse kerken, voor de sacramenten en de goddelijke eredienst, voor de evangelisatie en voor de katholieke opvoeding, alsmede van de pauselijke commissie voor de herziening van de codex van het latijns kerkelijk recht en van de commissie voor oos,ters kerkelijk recht. Hij heeft vijf ere-doctoraten. Van onze verslaggevers „De oecumene in Nederland kan onder kardinaal Wille brands weer verder". Dat is de verwachting van de voor zitter van de Nederlandse Raad van Kerken, Prof. dr. H. Berkhof, zoals hij die uitsprak in een eerste reactie op de benoeming van Kardinaal Al- frinks opvolger. Meer in het algemeen om schreef prof. Berkhof zijn ge voelens na het bekend worden van het nieuws als „positief afwachtend". „Het is niet juist", zo waarschuwde hij, „om het optreden van kardi naal Willebrands als hoofd van een kerk vol spanningen, vast te pinnen op onze eigen verwachtingen". Voor dr. A. van den Heuvel, secretaris-generaal van de Ne derlands Hervormde Kerk is het feit dat de nieuwe leider van de Nederlandse kerk-pro- vincie zijn presidentschap van het Vaticaanse secretariaat voor de eenheid blijft vervul len een reden om „extra ver heugd te zijn" met de benoe ming. Volgens dr. Van den Heuvel is kardinaal Wille brands zijn vak, „ook al behoorde hij de laatste jaren niet tot de radicaalste oecumenici". Deken J. Th. Joosten uit Echt reageert op de benoeming: „Het zal best goed zijn. Ik ken kardinaal Willebrands niet persoonlijk, maar heel de kerk ziet hem als een groot man. Als de H. Vader zo'n man naar Nederland stuurt, lijkt het mij een duidelijke zaak dat dit ook gebeurt uit bezorgdheid over de situatie van de kerk hier". Mgr. Simonis toonde zich met de benoeming „erg gelukkig". Hij vindt het een bewijs van de grote liefde van de paus voor de kerk in Nederland dat de H. Vader „zijn rechter hand" afstaat. Dat de keuze van de paus op mgr. Willebrands is gevallen, is ook in Romeinse kringen en in de Italiaanse pers onver deeld positief ontvangen. De assistent-generaal van de Au gustijnen, pater A. van der Weijden en de Kruisheer dr. P. Rutten spraken van „een prachtkans om door middel van de persoon van kardinaal Willebrands de eenheid in Ne derland te bevorderen". ven uitoefenen. Zijn ervaring en vele contacten zouden immers onverantwoord plotseling opzij worden geschoven. Een bezwaar tegen zijn benoe ming in Utrecht zou kunnen zijn geweest, dat de kardinaal niet uit het aartsbisdom, maar uit een ander bisdom, uit Haarlem stamt „Ik ken nog te weinig geestelijken, te weinig leken die een rol spelen in Utrecht Ik meen de algemene problemen die de kerk beroeren wel te kennen, maar ik mis de precieze invalshoek voor het aartsbis dom nog. Ook voor wat betreft het concilie en de documenten geldt dat tekort. Wat er over de oecumene gezegd en geschreven is, ken ik goed, de teksten op het terrein van de pastoraal van een bisdom minder, omdat het ook nooit praktisch op mij van toepassing was". Man van vertrouwen De uiteindelijke beslissing van paus Paulus inzake de opvolging van kardinaal Alfrink is geen verrassing geworden. Primaat van de Nederlandse kerkprovincie wordt dan misschien niet de man die in het Utrechtse aartsdiocees de meesten het liefst benoemd zouden hebben gezien, maar wel de kanshebber, die qua ervaring en veelzijdigheid de beste aanbevelingen voor een functie als kerkelijk leider bezat. In velelerlei functies is kardinaal Willebrands trouwens als zodanig reeds opgetreden, eerst in de Nederlandse kerkprovincie, later in de internationale kerk en wel op bijzonder belangrijke posten. Kardinaal Alfrinks opvolger kent de problemen van de gespleten christenheid als weinig anderen. Hij heeft zich bij de behandeling van deze problemen een bekwaam vertrouwensman van de paus getoond. Met de problemen van de verdeeldheid der Nederlandse katholie ken heeft hij minder te maken gehad. Toen die een dieptepunt bereikten lag zijn taak op internationaal terrein. Maar iedereen zal moeten onderschrijven dat kardinaal Willebrands de kunst verstaat van het luisteren, alsmede dat hij tegen moeilijke opdrach ten opgewassen is gebleken. Wat het luisteren naar anderen betreft: hij zelf zei zaterdag bereidheid daartoe nu belangrijker te vinden dan een eigen 'program'. Bij de profielbeschrijving welke vele Nederlandse katholieken voor zichzelf van de opvolger van kardinaal Alfrink gemaakt hebben, is opvallend vaak naar voren gekomen, dat de Nederlandse primaat een bruggenbouwer zou moeten zijn. Aan dit patroon beantwoordt de man die paus Paulus zijn vertrouwen gaf. Wij hopen dat hij aller vertrouwen zó krijgen zal van jong en oud dat de heropleving van de kerk in Nederland in de diepte en breedte merkbaar worden zal. (Van een onzer verslaggevers) RIJSWIJK Kardinaal Willebrands is een zeer evenwichtig rustig en wijs man. Er zijn er, die op het eerste gezicht menen, dat hij saaiig is, maar dat is hij in de verste verte niet. Het is een bijzonder opgewekt en harte lijk mens, met veel gevoel voor humor. Iede- reenl, die hem leert kennen, gaat graag met hem om." Aldus schetst oud-hoofdlegeraalmoezenier P. Schoonebeek uit Rijswijk de nieuwe aartsbis schop van Utrecht, met wie hij al tientallen jaren zeer goed bevriend is, sinds het moment, dat priesterstudent Willebrands van de redemp toristen naar het klein-seminarie Hageveld kwam om daar zijn studie voort te zetten. Pastor Schoonebeek schetst hem verder als een zeer erudiet en zeer intelligent man: "Hij weet veel en wat hij weet, weet hij voor altijd. Hij heeft de namen en omstandigheden van duizen den mensen in zijn hoofd staan. Dat hangt ook samen met zijn zeer grote pastorale inslag. Hij heeft een bijzondere zorg voor mensen. Als we met vakantie gaan moeten we voortdurend omweggetjes maken om iemand even te bezoe ken. Hij heeft over de hele wereld een patroon gespannen van mensen, die zijn vrienden zijn geworden." Pastor Schoonebeek kan zich niet voorstellén, dat kardinaal Willebrands vijanden heeft. "Dat is des te opmerkelijker, omdat hij een echte bestuurder is, die weet wat hij wil en niet wil. Als hij beslissingen neemt hoef je niet te vragen hoe het zit. Het zal natuurlijk wel wat van hem vergen om in de gecompliceerde situatie hier thuis te raken, maar ook in Rome zijn er donflictsituaties en daarmee heeft hij echt wel leren leven. Hij zal een controversionele situatie best aankunnen. Het is geen zachtgekookt ei tje." Paus Johannes was erg op mgr. Willebrands gesteld. Als deze is hij altijd even fris en opgewekt, een aangenaam mens, die zich niet als een asceet presenteert en het leven weet te waarderen. Hij rookt graag een goede sigaar, leest graag een goede roman en ziet graag een goede film. Hij staat heel erg open voor het cultuurgebeuren. Hij spreekt gemakkelijk en helder; in het Frans, Duits, Engels en Italiaans even vlot als in zijn moedertaal. Daarbij geniet hij een uitstekende gezondheid. Pastor Schoonebeek ziet mede daarin de oor zaak, dat hij zo veel werk weet te verzetten. Maar ook in de gave om zijn werk goed te organiseren en de juiste medewerkers te kiezen. Kardinaal Bea, zijn vroegere chef bij het secre tariaat voor de eenheid zei al van hem: "Ik heb de allervolmaakste secretaris, die ik me denken kan". Pastor Schoonebeek heeft nog een getuige bij de hand en wel de befaamde Franse Theoloog Congar, die "een erg hoge pet" van Willebrands op heeft. In een van zijn boeken omschrijft Congar de nieuwe aartsbisschop van Utrecht als een bijzonder wijze man, die in heel zijn bestuursloopbaan geen onhandigheid heeft be gaan en als een bijzonder fijn en delicaat mens. "Het is mijn kandidaat voor het pausschap," zegt Congar, "maar hij zal wel geen kans hebben." Onder zijn vele vooraanstaande vrienden in de wereld telt kardinaal Willebrands ook dr. Michael Ramsey, de vroegere aartsbisschop van Canterbury, die hem hier hartelijk welkom heet. Kardinaal J. G. M. Willebrands Wijding tot titulair bisschop van Mauriana eind juni 1964

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 7