Katwijkse langzaam Dorpskerk weer de oude Herman op stap Hallo DEZE WEEK IN DE LEIDSE BIOSCOPEN Genoeglijke nonsens tijdens gouden reis van Sinbad De kop van Dever zit er nadrukkelijk op Gevreesde schouderworp moet Lissese judoka nationale titel bezorgen Jacht op ooievaar Wie daar zin in heeft kan dit weekeinde in Katwijk aan den Rijn gaan kijken hoe het staat met de restauratie van de uit de 13e eeuw daterende Dorps kerk. Een paar bouwdeskundi- gen zullen op die dag belang stellenden van dichtbij laten zien hoe zo'n restauratie nu eigenlijk in zijn werk gaat en wat er voor komt kijken om van een bouwval weer een mo nument te maken. Zo lagen de zaken ook voor deze hoogbejaarde dorpskerk die in al die eeuwen misschien al zo'n vijf keer verbouwd is geworden en die vorig jaar op het punt stond voor een deel in te storten. Maar zover is het gelukkig niet gekomen. Op tijd heeft men de noodzaak van deze restauratie ingezien en wie nu deze kerk bekijkt kan alleen maar beamen dat het de moeite waard is geweest om in en rond Katwijk een grote ac tie op touw te zetten om de benodigde financiële middelen voor een rigoreuze opknap beurt bijeen te schrapen. Sedert de aanvang van de res tauratie in augustus '74 is er al heel wat gesleuteld aan de kerk. Nu is het_ karwei al zo ver dat de drie daken boven de midden-, zij- en noordbeuk, volledig zijn vernieuwd. De oude daken zijn tot de laatste (roestige) spijker gesloopt. De heer Oosting van de bouw commissie vertelde mij: „Pas tijdens die sloop zijn we ons gaan realiseren hoe dringend deze restauratie was. We ston den er versteld van dat geen van de daken ooit is ingestort Ze waren totaal verrot". De drie daken zullen in de komende weken aan de bui tenkant worden afgewerkt. Er komen dakpannen op te lig gen, geen leien. De heer Oos ting: „Heel vroeger lagen er wel leien op maar de architect heeft gekozen voor dakpan nen". Momenteel is men bezig met de restauratie van de toren. Die staat nu in de steigers. Het valt op dat de restaurateurs niet van onderen naar boven maar precies andersom te werk gaan. Men is begonnen met het vernieuwen van de spits en werkt van daaruit ver der. De klokken heeft men op hun plaats laten zitten. Die zijn voor zover bekend nog nimmer verplaatst, zelfs niet tijdens de laatste wereldoorlog toen de Duitsers, om zoveel mogelijk oorlogsmateriaal te kunnen produceren, jacht maakten op kerkklokken. Nog twee daken op de kerk De Katwijkse Dorpskerk in de steigers wachten op verniuwing. Een is al gesloopt en met de ander gaat dat op korte termijn ook gebeuren. Voordat de winter haar intrede doet wil men de Katwijkse dorpskerk wat be treft de bovenbouw in orde hebben. De heer Oosting: „Kost wat kost moet in de winter doorgewerkt kunnen worden. Zoals het er nu uitziet zal dat wel lukken want tot nu toe hebben we het weer mee- gehad. Juli 1976 moet de kerk gereed zijn. Iedereen ver trouwt er op dat dat zal luk ken". De Katwijkse dorpskerk krijgt langzaam maar zeker haar sta tigheid weer terug. Het eeuwe noude monument dat dreigde te moeten verdwijnen begint aan een nieuw leven. Er moet in de kerk nog veel gebeuren maar er zit schot in de restau ratie. Volgend jaar kan Kat wijk weer pronken met dit monument dat binnen haar gewelven prachtig beeldhouw werk van de beroemde Neder landse beeldhouwer Rombout Verhulst herbergt, door hem in 1663 vervaardigd. Tijdens de excursie zaterdag (vorig jaar waren er een 300 belangstellenden, nu rekent men op minstens het dubbele) zal een film worden getoond over de dorpskerk. Het is een filmisch werkstuk van de Kat wijkse ambtenaar Van Brakel. Elke morgen tussen ne gen en tien uur zit ik aan de telefoon. Dan kunt u mij vertellen wat u graag in deze rubriek zou willen zien staan. Bel gerust op. Mijn tele foonnummer is 071- 122244. -Vraagt u maar naar toestel 19. Van onze filmredactie LEIDEN Veel prolongaties deze week in de Leidse bioscopen. Camera handhaafde „Don't look now", Trianon .Het jaar van de kreeft", Studio „Frankestein junior" en Lido Bert Haanstra's nieuwste speelfilm „Dokter Pulder zaait papavers". Nieuw in Leiden: „De gouden reis van Sinbad". Hieronder de kritiek van onze recensent Otto Milo. Ook Rex draait een nieuwe rolprent „Vier vuisten slaan weer toe". Vier vuisten slaan weer toe Rex: Vier vuisten slaan weer toe (14) met Paul Smith en Michael Coby. Re gie: Ferdinando Baldi. De titel van de nieuwste western van Gerdinando Baldi is enigs zins misleidend. Er wordt name lijk niet alleen geslagen. Ook de revolver wordt veelvuldig ge bruikt Niet vreemd wanneer het thema „wapensmokkel" is. Het verhaal in „Vier vuisten slaan weer toe" wil namelijk, dat er revolutie is uitgebroken in Mexico en dat er vanuit de VS op ruime schaal wapens worden gesmokkeld naar het roerige land. De Amerikaanse regering zit daar mee in en stuurt Kapitein Howard er op af om een einde te maken aan de smokkel. Hetgeen natuurlijk ge beurt LUXOR: The golden voyage of Sinbad (14) met John Phillip Law en Caroline Munro. Regie: Gordon Hes sier. De zolder van Dever: een brok stevigheid Georges Meliès (1861-1938) was de eerste die het door had. De Franse illusionist z£g in 1896 de onbegrensde mogelijkheden van de filmcamera in een tijdperk dat de massa zich nog vergaapte aan bewegende beelden van rijdende treinen en andere alledaagse dingen. Met primitieve middelen ensceneer de hij al Jules Vernes „reis naar de maan" in 1902 en andere fantastische vertellingen. Sedert Meliès is de truc-opname niet meer weg te denken geweest bij het filmmaken. Ieder volgde daarbij een eigen systeem en producent Charles H. Schneer zweert bij „Dynarama", waar Ray Harryhausen het patent op heeft. Met „Dynarama" dook Sch neer in de sprookjes uit „Duizend en een nacht", drong hij binnen in de wereld van Jonathan Swift's Gulliver en waagde hij zelfs een uitstapje in de mythologie. „The golden voyage of Sinbad" brengt Sch neer na jaren weer terug op zijn uitgangs punt: de wondere wereld van de zeevaarder Sinbad, dit keer gespeeld door de lange blauwogige John Philip Law, die sedert zijn optreden als engel in „Barbarella" voorbe stemd schijnt te zijn om in iedere fantasti sche vertelling de hoofdrol te vervullen. Want fantastisch is het allemaal wel. Om een grootvizier met een gouden masker aan z'n kroon te helpen neemt de nobele Sinbad het niet alleen op tegen de zwarte prins Koura, maar ook tegen alle griezels, die deze schurk middels zwarte kunst tot leven weet te roe pen. En dat is nogal wat. Een homunculus - 'n soort vleermuis met een hondelichaam - een levend boegbeeld en later nog een zesarmig afgodsbeeld. Dan zijn er nog een paar gedrochten waar Koura geen, maar Ray Harryhausen wél schuld aan heeft, zoals 'n eenogige centaur - half man, half paard - en een griffioen, 'n leeuw met vleugels en een adelaarskop. Wie echter denkt dat bij het zien van „The golden voyage of Sinbad" de rillingen over uw rug lopen, heeft het mis. Het is allemaal genoe- gelijke nonsens - „kid's stuff' zouden de Amerikanen zeggen - die je geen moment klamme handen bezorgd. Harryhausen's scheppingen bewegen zich met een bijna aandoenlijke naïviteit en het is van het begin af duidelijk dat wat voor gevaren Sinbad ook voor de boeg heeft, hij altijd ongeschon den als overwinnaar uit de strijd zal komen. Het geheel is overgoten met een Arabisch sausje en quasi-wijze spreuken als „Wie op vuur loopt, brandt zijn voeten" wat niet meer dan een Oosterse variant is op ons bloedeigen „Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten". Maar zo'n opmerking zou ongepast zijn in dit sprookje, dat eigenlijk gemaakt is voor de hele kleintjes, die er echter - o, Neder landse filmkeuring! niet naar mogen kij ken. MILO «John Phillip Law als de nobele Sinbad, bedreigd door groene inboorlingen, op zijn „Golden voyage". heeft gebruik gemaakt van een eenvoudige katrol die de loeizware balken zonder moei te op hun plaats kregen. Op vallend aan de dakconstructie is ook de wijze waarop de houtverbindingen zijn aange bracht Niet zoals zou worden verwacht met enorme stalen verbindingsstukken maar d.m.v. eenvoudige hoüten dwarspennen. Het is nog niet zeker wat er met deze zolderverdieping gaat gebeuren. Een bestem ming is er nog niet voor. Wel is zeker dat er de toiletten op geplaatst worden. Ik keek ook nog even rond in het keldergewelf onder de ruï ne, waar grote stapels oude stenen stonden opgestapeld, klaar om verwerkt te worden. Een deel van die stenen da teert uit 1380. Met de grootste moeite heeft men die partij in Amsterdam op de kop kunnen tikken. Een deel van de ste nen, die nu nog in de kelder staan, zullen worden gebruikt als laatste steenlaag van de buitenmuur. Anderen zijn be stemd om het metselwerk rond de trappen en toegangen in de ruïne op te vullen. Gistermiddag kon ik in de kel der niet recht op staan. Als de restauratie van Dever achter de rug is kan dat wel. Uit die kelder zal nog een laag van zo'n dertig centimeter grond worden verwijderd en dan zal een veldkeien vloer zichtbaar worden, die zo zal worden ge laten. Het ligt in de bedoeling het keldergewelf in te richten als een ontspanningspunt voor mensen die een bezoekje bren gen aan Dever. Er kan een kopje koffie worden gedron ken en men kan er even gaan ritten. Als je de ruïne van Dever momenteel van binnen en bui ten bekijkt zou je niet zéggen lat over ruim een jaar de restauratie een feit moet zijn. Toch is dat het plan. Nog voor het einde van dit jaar zullen de restaurateurs hét werk weer starten om dan in een jaar tijd het resterende karwei te klaren. Uit deze kelder moet nog 30 centimenten rond worden geschept. Dan wordt de veldkeien vloer zicht baar. ting Dever, dat voor het dak een speciaal soort naaldhout is gebruikt dat de naam Oregon Pine draagt. De juiste con structie van de houtpartijen is men aan de weet gekomen dankzij een uit 1857 daterend schilderij van de ruïne waarop duidelijk een deel van het dak, waarschijnlijk als gevolg van een plaatselijke instorting, te zien is. Voor het overige, on zichtbare dakgedeelte, hebben andere, soortgelijke daken, model gestaan. De meterslange en decimeters dikke balken zijn op een ou derwetse wijze naar de top van de ruïne gehesen. Men Met zijn specialiteit de linker schouderworp hoopt Lisse- naar Peter Vrijburg het dit weekeinde in de sporthal Wiel- wijk in Dordrecht ver te schoppen tijdens de Neder landse judo-kampioenschap pen voor de Kuy-graden, de judoka's die in het bezit zijn van de bruine band, de op één na hoogste in deze verdedi- gingsport. Peter Vrijburg, 28 jaar, uit voerder in de bouw en in trai ning bij sportschool Aarts, maakt een goede kans, zo vindt hij zelf. En dat is geen bluf. Vorig weekeinde werd hij in de Margriethal in Schie dam op zijn sloffen kampioen van Zuid-Holland. Met zijn zes tegenstanders veegde hij let terlijk en figuurlijk de vloer aan. En natuurlijk hoofdzake lijk met zijn beruchte speciali teit de linker schouderworp. Vier van zijn tegenstanders kwakte hij met die worp op de mat, één dwong hij tot overga ve in een armklem en de zesde ontnam hij de adem met een verwurging. Peter Vrijburg heeft er zin in. „Vorige week ging het gemakkelijk", zei hij mij, „hopelijk lukt het me za terdag ook. Als Peter dit weekeinde hoog eindigt dan is de kans groot dat hij voortaan de hoogste band in het judo, de zwarte, zal mogen dragen. Om dat te mogen moet een judoka als bruine-bander tien officiële wedstrijden op zijn naam brengen. Vorige week won Pe ter er al zes. Hij heeft er dus nog vier nodig. Vier maal een linker schouderworp. Peter Vrijburg (met band) dolt met een sparring-part ner. In Lisse keek ik gistermiddag mijn ogen uit op de zolderver dieping van de ruïne Dever. Op dezelfde plaats waar ik vorig jaar nog in de openlucht op de planken van een bouw- steiger stond te blauwbekken van de kou, met links en rechts van me afgebrokkelde klompen muur, liep ik nu rond op een dikke houten vloer met boven me een beschermende partij enorme balken en span ten. Eén brok stevigheid. De kop van Dever zit er nadruk kelijk op. Ik hoorde van de heer Hulken berg, voorzitter van de Stich- De politie van Sassenheim heeft gistermiddag laat samen met enkele dierenvrienden tevergeefs jacht gemaakt op een gewonde ooievaar. Het mank lopende dier werd ontdekt door Sasser\hei- (pM mer Sjaak van Ruiten die zat te vissen in de Dwarswetering, Bi jfSLft,jj? JaP vlakbij de Zandsloot. Hij waarschuwde de politie van Sassen- Mb jtfffj heim, die op haar beurt weer contact opnam met Noordwijker Johan Zonneveld, wiens hulp door de Sterke Arm al meerdere jK.MMy malen is ingeroepen bij het vangen van allerlei diersoorten. jiplllpil ^^^$§|ra§r Ë$BÊ ^WÊÊÊiÈÈi&. 4 Maar de ooievaar, die inmiddels de polder tegenover de Zand- /ff J 'Ti. WW? -Cj slootkade was ingevlucht, liet zich door zijn met netten gewapen- de achtervolgers niet grijpen. f H a^W/JF fm' ft 'iIWf J® Het is niet bekend hoe de ooievaar gewond is geraakt Waar- n W jp jj» Jpf' schijnlijk is het dier tegen een hoogspanningskabel aangevlogen. ||||g^SaS^w 1' i ■Of 'vr.* Ir {fwm? WÊ fHet is ongebruikelijk dat half oktober de ooievaar zich nog in 1L ffiPfljP. 'Jfef Jf ff Nederland bevindt. Gewoonlijk trekken ze al in augustus sep- s r f U tember naar zuidelijker streken. Deze heeft de overtocht om rfr\ *- >|i§ de een of andere reden niet kunnen maken. tm Noordwijker Johan Zonneveld ziet het dan ook somber in voor I jfiBÊÉk. Kjw ÉÊém! k t 1 v deze ooievaar. „Als het dier niet binnen een paar dagen wordt lllÉlBS^K::S jBSg BB Bj Wp gevangen dan loopt het slecht af. De eerste tijd zal de ooievaar ^ÊÊÊÈÊÊÊk Wnffl 'I H j zich nog wel in leven kunnen houden met wat kikkers uit de j rWB BBÊ Êm BI fWff J if sloten in de polder maar als het binnenkort echt koud wordt BB Bk ^ÈmÈÊÊ^BKBhShBL 1 dan >s het dier ten dode opgeschreven. De ooievaar is er voorlopig vandoor en houdt zich nu gewond BBjÊÊÊÊBfflÊÊBBÈ 'n de polder schuil. In de komende dagen zal er wederom een poging worden ondernomen het dier te vangen. En als dat lukt zal de ooievaar eengeneeskundige behandeling ondergaan en 1 Samenspraak met de politie om de jacht op de gewonde ooievaar te coördineren zal een passend onderkomen worden gezocht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 5