teder Trouw aan eigen stijl VOOR DE VROUW Dreiging en verweer Kus smakelijk PAGINA DINSDAG 14 OKTOBER 1975 Zwart flanellen avondkleed met vleermuismouwen, te dragen van 5 uur tot in de kleinste uurtjes. In de mode dit seizoen schaduwruiten, in de ma quillage in het diffuse herfstlicht schaduwtinten voor de make-up. Weke kleuren voor de foundation, rozig, (beige rosé), warme perzikkleur, creamy caramel zijn een lieflijke ondergrond voor de Blos op de Kaken, die een „must" gaat wor den. De vrouw moet leren met rouge om te gaan en daarvoor zijn diverse moge lijkheden, stiften, „gel" in klein elegant doosje van 2 cm2 (Dr. Payot) dat des noods in een avondbeursje kan worden gestopt en an dere blosjes in doosjes, die met de vingers kunnen wor den uitgestreken. Als bij een schilderij moet de on dertoon dienen voor wat gepresenteerd moet wor den. Dit zijn in de make-up ogen en mond. Bij de trendkleuren van de winter, grijs, braamrood, petrol, khaki, alle nogal rustig, hoort een bekoorlijke oog make-up, die niet te fel uit valt. Marbert komt bijvoor beeld met mintgroen, ijs- blauw en voor 's avonds het bruin van kaneel uit het kruidenrek. Het oude huis Rimmel (de duurste produk- ten zijn rond de 5,-) ver heugt ons met een scala van oogmaquillage tinten. waarbij goud over teer lin degroen en „frosted silver" om de soms wat donkere modekleuren wat op te fleu ren. Nogal wat variëteiten voor de mond: Arden zegt „go red", maak de lippen vurig, laaiend rood (ook rouge op de wangen natuurlijk en daarbij rode nagels), Ayer gaat terug naar roze (bij het zachte grijs van de „Misty look") Max Factor zoekt het voor de mond in Transpa rant Burgundy, dus diep- donkerrood tegen mahonie aan. Over de wenkbrauwen is iedereen het eens. Geen onnatuurlijk gepluk, maar een in natuurlijke vorm ge borstelde fijne boog boven het oog, waarvoor weer fa ke-wimpers mogen worden gebruikt. Niet vier valse wimpers over elkaar zoals Hildegarde Knef, maar fijn verdeelde plakwimpers, die de ogen groter maken. „Au- tomacil '80" is een verdikte borstel om de ooggordijn tjes langer en sprekender te maken (in marineblauwe- en zilveren roller) (ƒ13,50) als u geen zin heeft in het zenuwslopende geplak van namaakwimpers, die alleen wel erg leuk staan als ze goed zitten. Maar daarom gaat 't nu juist. T.F. Nu gaat het toch wer kelijk menens worden. Het zomergoed kan wel definitief de kast in, droevig maar waar. Op de bedden ligt weer een extra deken, en on ze moeders zouden om streeks deze tijd de wollen borstrokjes wel weer tevoorschijn ge haald hebben. Weet u nog, van die jaegerwol len breisels, vaak kleurloos en kriebelig. „Borstrokken? Wat zijn dat voor dingen?" vraagt het kroost. „Nou, net zoiets als een hemdje, maar dan van gebreide wol", leg ik uit, „dat trok je dan over je hemd aan". De dochter kijkt me ver bijsterd aan: „én een hemd én een bor strok?" Ze griezelt van afgrijzen. „En daar over nog je gewone kleren? Ontzettend!" „Nou", verweer ik me, „maar toen hadden ze ook nog geen centrale verwarming, als het goed koud was wilde je dat best hoor!" Meteen dat ik dat zeg dringt het tot me door dat ik weer in de verdediging ben. Gek is dat toch, dat overkomt me de laatste tijd nogal eens, en bepaald niet alleen als het over borstrok jes en dergelijke gaat. Zou het komen van de harde wind? Daar wordt de kat ook onrustig van, ze zoekt haar bescherming binnenshuis, is waaks en slaat bij het minste of geringste haar klauwen uit Komt het doordat die hele lange zalige zomertijd achter de rug is en we de winter als een soort dreiging aanvoelen? Of zit het dieper? Gaan wij ons automatisch verweren tegen alles wat on ze rust en ons eigen tempo bedreigt? Zijn we moe van het als maar meegaan met onze tijd, van het als maar wikken en wegen: dit wel en dat niet, van heel die wereld om je heen die als maar gro ter en dreigender schijnt te worden? Gisteren belde er een vrien din. „Meid, ga je mee van avond? Er is een heel goed toneelstuk, eigenlijk geen echt toneel, meer een rollen spel, met als thema de positie van de vrouw, haar mogelijk heden en onmogelijkheden, gevolgd door een discussie. Ik dacht dat het voor jou nog wel eens interessant zou zijn omdat je nogal eens schrijft en zo Erg lief bedacht, ik had ook echt wel weer eens zin om uit te gaan. Maar wat antwoordde dit conservatie ve vrouwmens? Ze zei glas hard nee. Ze had er eigenlijk helemaal niet bij nagedacht, het was haar gewoon ont glipt, en weer was daar die malle verwondering: Waar óm zeg je dat? Waarom die afweer? „Het spijt me heel erg, maar ik ben razend druk, ik moet morgen voor twaalf uur nog een artikel de deur uit hebben, (dat klonk tenminste nog een beetje werkende-vrouwachtig), ik kan me de luxe beslist niet veroorloven. Maar bedankt voor je belletje, de volgende keer ga ik graag mee". Zo, dat was weer netjes geregeld. Maar nu, wat deed ik gister avond? Óm te beginnen trok ik de gordijnen dicht. Stijf dicht. Vervolgens pootte ik niet de schrijfmachine maar de naaimachine op tafel en daarna haalde ik het Karwei van de Week tevoorschijn: de winterjassen van de twee groten, die door het hier ten huize veel beproefde op- schuifsysteem aan de twee ling waren vermaakt, en waar nog wel enkele kunst grepen mijnerzijds aan te pas zouden komen. Drük dat ik was! Mouwen eruit, schou ders smaller, mouwen er weer in, zomen er uit, zijna den los, zomen en zijnaden breder ingestikt en wat dies meer zij. Ik foeterde, sputter de, dronk sloten koffie met veel te veel koek, had een rood hoofd van inspanning en voelde me £zalig! Om waalf uur precies was het karwei geklaard. Ik ruimde de troep op, de echtgenoot zorgde voor een glas wijn en de vioolromances van Bee thoven als het ideale tegen wicht voor een avond lang machinekabaai en tegelijk als sfeervol achtergrondmu ziekje, en samen zaten we een uur lang heel zalig, hele maal gelukkig uit te zakken terwijl de wind om het huis loeide. „Zie je wel", dacht ik, (al weer die verdediging), „het was toch wel echt nodig dat ik die jassen voor elkaar maakte, want het weer slaat nu toch wel .definitief om". Dat gevoel was er vanmor gen nog, toen de tweeling apetrots in hun „nieuwe" jas sen door de wind en de regen naar school vertrok. Mis schien is het erg primitief, maar ik voel me altijd erg lekker als dat nageslacht van ons goed gevoed en gekleed de deur uitgaat. Een" soort beroepstrots is dat geloof ik. Of is er soms iemand die wil beweren dat huisvrouw zijn geen beroep is? (ik verval vandaag wel in herhalingen; al weer die verdediging!). Is gezinsverzorgster zijn een be roep? Nou, dan huisvrouw zijn zeker, want daar komt nog wel even iets meer voor kijken. Dat is nou letterlijk wat je noemt: een full-time job! Em Op de eerste herfstparties, een feest met nog open terrasdeuren omdat de wind nog niet om de Noord is gedraaid en de temperatuur zwoel kan er soms nog buiten op het gras worden gedanst£ Op zo'n anti-galapartij steken we ons nog niet in het Aziatisch rood glimmend satijnen avondpak, we willen nog niet aan de fladderende lage grijze zijden mousseline met de camelia tegen de hals. We gaan in puur natuur: poplin, linnen of katoen. Het soort jurken dat u dan graag over het hoofd aanschiet zijn informeel. En u kunt uitstekend terecht bij Marimekko, de collectie uit Finland, waarvan onder de 23 Euro pese afnemers Nederland na USA en Zweden de grootste klant is. „Marimekko" werd in 1951 opgericht door latere Dolle Mina in de mode: mevrouw Armi Ratia, geboren in een petieterige dropswinkel in Carelia, (Oost-Finland). Ze stond op haar 3e jaar op ski's, trouwde een ex-offcier en opende in haar geboortestad met hem een textielweverij. Maar Carelia werd tweede werel doorlogstoneel. Het wereldgeweld kostte Armi 2 broers, haar bedrijf en haar beschermd leventje. In Helsinki probeerde zij te vergeten op een reclamebureau waar ze werkte. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan. kan. Ze bleef piekeren over textiel. Een guru uit India voorspelde haar dat ze eens een fortuin zou verdienen in een bedrijf met kleur en vorm. Het zag er nog niet naar uit Ze bleef in het reclamevak en haar man zette een zeildoekenfabriekje op. Twee ontheem de mensen, die probeerden een nieuw leven te verorveren. Toen keerde het lot. In de fabriek stond een handdrukpersje, dat Armi fascineerde. Ze wilde er iets mee doen. Tenslotte hakte ze met haar man de knoop door, hij stopte met het vervaardigen van zeildoek en begon gewoon katoen te bedrukken. Een vriendin-schilderes maakte de eerste ontwerpen voor de druks. En Armi ontwikkelde zich tot een protestvrouw in de mode. Als ze ergens de smoor aan had was het bloemetjesmotieven en conventionele dessins. Ze wist dan ook wel aan wie ze de opdracht gegeven had en haar vriendin maakte 60 non-fi guratieve, gewaagde motieven, met vreemde stre pen en ongekende meetkundige vormen in op zienbarende kleuren. Armi had 't meteen aan de stok met andere textieldrukkers, maar ze zette door. In 1953 volgde een tentoonstelling in een Stockholmse kunstgalerij en er kwamen buiten landse orders binnen. Ook de USA toonde be langstelling. Tijdens een expositie van Finse ontwerpen in het „Resign Research Store" in Cambridge werden Marimekko jurken en stoffen in de States gëlntroduceerd. Gevreesde moderedactrice Eugenia Sheppard van de New York Herald Tribune was laaiend enthousiast en dat gaf de doorstoot Armi's jurken hebben een eigen signatuur. Je herkent ze onmiddellijk aan de kleuren en adembenemende dessins, die ma ling hebben aan bestaande modekleuren en ont werpen. Soms zijn ze sober als een nonnekleed, soms uitdagend in een agressief dessin. Maar ze zijn nooit „bedacht". Mevrouw Ratia heeft een hekel aan nieuwe dingen die speciaal gemaakt worden om „iets nieuws" te brengen. Het bedrijf heeft nu 400 man personeel en de omzet in 1974 bedroeg 40 miljoen Finse marken. De artikelen range: dames-, heren- en kindermode, tricot geplastificeerde- en gewatteerde stoffen (waar van schitterende vloerlange doorgestikte rokken), katoenen avondkleding. Soms bijna een preten tieloze vierkante lap, wijd als een tent met een boothals om het hoofd door te steken. Kleren die man en vrouw behalve in jurkjes en pakken voor overdag, in het bijzonder dienen bij onder ons parties tijdens wisselende seizoenen. Ver krijgbaar overal in het land. Speciale Marimek- koshop: Leidsestraat 24, A'dam. Tiny Francis. i Rol over het rood en de mond blijven glanzen. „Lippotion" is een nieuw product dat in Engeland al een paar miljoen maal over de toonbank is gegaan. Het „rolde" het Kanaal over en komt mis schien straks in uw tas terecht. Oké, nu wilt u meer weten! Op de markt komt in de eerste week van oktober een roller van bovengenoemde naam met een petieterig plastiek kogeltje aan het uiteinde van een flesje, waarin een vloeistof zit. Wanneer u met dit kogeltje over de lipstick op uw lippen strijkt dan wordt de kleur gefixeerd. Er komt een glans over de mond in de kleur van de lippenstift die u toevallig op hebt, maar die u er nu niet meer af-kust of opeet. De „lippotion" beschertm vooral in de winter meteen tegen uitdrogen. Wie het helemaal te gek wil maken maakt er een sandwich van: lipstick, „lippotion" en weer lipstick. Anti-lipstickers kunnen de glans zonder ondergrond gebruiken. Verkrijgbaar in twee smaken: naturel en pepermunt. (Max Factor). Doorgestikte (en gewatteerde) katoenen avondjurken met vage vlekken, een tuniek broekpak en een kaftan (geheel rechts) met hier en daar blokdessin. Voor hem: fluwelen broek met streephemd. Prijzen tussen 100 en 200

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 6