Bekende missionarissen doen een wens „WAS IK MAAR WEER TWINTIG" Veertigjarige MIVA wil met vier miljoen gulden 568 afstanden overbruggen Diocesaan Pastoraal Centrum Rotterdam begint 1 sept. Honderdjarige Leidenaar Willem Post: Mgr. Jansen (70) viert verjaardag in Rotterdam Kerk en Wereld Kans herstel eenheid kopten Egypte Met Herman op stap WOENSDAG 27 AUGUSTUS 1975 LEIDSE COURANT In mijn rubriek laat ik vandaag een aantal mis sionarissen en zusters aan het woord die op duizenden kilometers af stand onder dikwijls zeer moeilijke omstan digheden hun werk ver richten. Ze kijken mei spanning naar dit week einde uit. Want dan wordt er in Nederland weer de MTVA-bliksem- aktie gehouden. Deze Missie Verkeersmidde len Aktie moet dit jaar zoveel geld gaan opbren gen dat 424 van de 850 bij de MIVA binnenge komen aanvragen om hulp op vervoersgebied kunnen worden gehono reerd. En die aanvragen variëren van een scooter tot een ambulance. De missionarissen en de zus ters komen allen uit Leiden en omgeving. Misschien kent U ze wel persoonlijk. Vooral veel ouderen zullen hun namen wel herkennen. Een pater of zuster die vroeger naar de missie ging was vroeger een beziens waardigheid. In elke katholie ke familie voelde iemand zich wel geroepen. Dat is nu voor bij. Er zijn nog maar weinig missionarissen en zusters. En dikwijls zijn die al dik in de veertig of vijftig jaar. Maar ze blijven enthousiast. Ondanks de vele moeilijkheden waar mee ze te kampen hebben. Een daarvan is gebrek aan ver voersmiddelen. Ik kreeg een aantal van hun verzoeken onder ogen. De MI VA liet me er een kijkje in nemen. Ik laat U er een aantal passages uit lezen. Pater Meijer uit Lisse, die op Papua Nieuw Guinea zijn werk doet schrijft: "Acht jaar geleden heb ik van de MTVA een auto gehad. Met alle zorg heb ik die onderhouden, maar nu is het einde van de waeen Voor mensen die graag de honderd halen heb ik vandaag een exclusief recept. Ik kreeg het van Leidenaar Willem Post, die a.s. vrijdag de eeuw hoopt vol te maken. Hij vertelde giste ren in zijn bescheiden kamertje in het bejaardentehuis Rijn en Vliet: „Ik heb er nooit geen werk van gemaakt öm honderd te worden. Ik heb altijd ge daan waar ik zin in had en dan tikken de jaartjes gewoon door. Al die flau wekul over niet roken en drinken heb ik altijd aan mijn laars gelapt. Alles wat een beetje brandbaar was stak ik Willem Post: „Ik heb altijd ge daan waar ik zin in had en dan tikken de jaartjes gewoon door." tussen mijn lippen. En dan natuurlijk op z'n tijd een borreltje. Net effe voor je 's avonds de koffer induikt. Dan zijn ze op z'n lekkerst". Willem Post glimlacht breed. Je maakt hem nog niks. Voor die eeuw heeft 'ie zijn hand niet omgedraaid, lijkt het. Maar toch, achter die bejaarde bravour, gaat ook nog wat leed schuil. Want honderd lange jaren gaan je echt niet in de koude kleren zitten. Willem Post doet daar eerst erg luchtig over maar later in ons gesprek wil hij wel bekennen dat een eeuw lang zat is, vooral als je vrouw al twintig jaar geleden stierf en je de laatste jaren steeds minder van het leven bent gaan genieten. „Ik zal niet snel klagen", zegt hij. „Per slot van rekening heb ik zelf honderd willen worden. Daar moet je ook de consequenties van dragen. Maar je takelt af. Eerst waren het mijn ogen, toen mijn benen en nu heb ik ook nog bronchi- tus". Hij is plotseling stil. Zijn gerimpelde handen rusten op de leuning van zijn rolstoel. Dan glimlacht hij plotseling weer breed. Hij denkt weer aan vroeger. „Als ik een wens mocht doen zou ik weer zestig willen zijn. Of twintig. Dan zou ik gaan studeren. Daar had den mijn ouders vroeger geen geld voor. Ik was twaalf toen ik al in de bakkerij werkte. Jam mer. Want ik had een koppie dat klonk als een klok." Van zijn twaalfde tot zijn negentiende werkte Willem Post in de bakkerij. Daarna ging hij wat jaartjes bij de huzaren en trad in 1900 in dienst bij de politie. Als straatagent. „Leiden waè toen een rustige stad", zei hij. Alleen in de weekeinds moesten we regelmatig klappen uitdelen. Ik ben ook een van de oprichters geweest van het Leidse Politie Muziekgezelschap. Daar ben ik nog steeds erg trots op. Die jongens komen waarschijnlijk op mijn verjaardag nog een deuntje voor me spelen. Zou ik verrekt leuk vinden." De glimlach verdwijnt weer van zijn gezicht. „Ja, mijn tijd zit er nu bijna op. Voor mij hoeft het niet erg veel langer zo. Ik zie bijna niets meer, horen gaat ook al slecht, alleen mijn koppie is nog helder. En kijk eens hoeveel haar er nog op zit. Komt omdat ik met altijd heb gewassen met koud water. Ik heb nog net zoveel haar op mijn hoofd als toen ik twintig was", zegt Leidens oudste inwoner niet zonder trots, terwijl hij de vingers van zijn gerimpelde rechterhand als een levende hark door zijn bejaarde haardos laat glijden. Nadat ik een uur met hem gepraat heb is Willem Post bekaf. Het praten gaat hem nu moeilijk af. Hij hapt een beetje naar adem. „Vanmorgen", zegt hij, „heb ik een hard ge kookt ei gegeten. Had ik niet moeten doen. Dat spul stuift nog steeds in mijn keel." Ik stap op. Willem Post nog 4 van de 6 kinderen in leven is weer alleen. Vanuit zijn kamer op de tweede etage kijkt hij uit over een sportvel dencomplex met veel groen en in de wind wuivende bomen. Twaalf jaar geleden, toen hij naar het bejaardentehuis verhuisde, kreeg hij dat plekje toegewezen. Toen genoot hij nog volop. „Dit is het mooiste plekje van Leiden", vertelde hij mij. „Jammer dat ik het niet meer kan zien". Dit was maar een greep uit alle aanvragen. Ik zag ook een brief van zuster P. Huibers uit Leiden (was werkzaam in Indonesië), van de Leidse missionarissen A. v.d. Hulst (Malawi) en L. v. Winden (Brazilië), van missionaris M Cools uit Leidschendam (Brazilië), missionaris A. de Ruyter (Zambia), afkomstig uit Hazerswoude en van missionaris J. v.d. Salm die werkt in Malaysia en die afkomstig is uit Zoe- Pater S. v.d. Zon: motor fiets hard nodig (foto mid den) Pater Meijer met een van zijn pupillen op schoot: "Voor het rondtrekken in dit district is vervoer echt no dig" (foto rechts) Pater J. ter Meer: "Om het achterland te bereiken heb ik een auto hard nodig", (foto links) terwoude. Ik hoop dat de meeste wensen in vervulling gaan. den tussen deze dorpen te voet afgelegd maar dat staat effi ciënt werken wel in de weg. "Ernstige zieken kunnen nu niet worden overgebracht naar het grote ziekenhuis. Met een ambulance zouden we in één slag uit de vervoersproble men zijn", schrijft ze. De uit Hazerswoude afkomsti ge missionaris S. v.d. Zon schrijft: "Ik besteed veel aan dacht aan de buitenposten waarvan ik er élk weekeinde één bezoek. Dat valt niet mee omdat ze echt diep in het bin nenland liggen, waar je alleen met een motorfiets langs smal le paadjes kunt komen. Vier jaar lang heb ik dit met mijn Honda kunnen doen maar die is nu versleten. Zou de MTVA sië terugkeerde, kreeg ik de post Salatiga op Java toegewe zen. Ik trof er een scooter uit 1962 aan, die niet veel zaaks meer was. Met behulp van de mensen van Sassenheim heb ik toen een nieuwe scooter kunnen kopen. Mijn aanvrage aan de MIVA betreft mijn vo rige standplaats Kudus, waar hard een jeep nodig is. Toen ik er laatst was, bleek de oude jeep niet meer te gebruiken en is nu als oud ijzer verkocht Mijn opvolger heeft niets en loopt dus. Ik weet uit vroegere ondervinding dat dit onmoge lijk is en dat, als dit lang duurt, zowel de priester als de parochie eraan gaan. Daarom vraag ik de MTVA dringend om mijn opvolger in Kudus spoedig te helpen aan een nieuwe jeep." De Sassenheimse missionaris J. ter Meer, werkzaam op de Philippijnen, waar hij dikwijls het achterland intrekt om mensen met visueel onderwijs voorlichting te geven op aller lei gebied: "Mijn zeven jaar oude auto is volkomen versle ten en staat meer in de werk plaats, dan dat hij op de weg rijdt Graag een nieuwe auto, want vervoer is hier harde noodzaak." Zuster v.d. Berg uit Voorhout werkt op het eiland Andonare in Indonesië. Met een aantal collega's heeft ze daar de zorg over zeven poliklinieken, ver spreid over evenveel dorpen. Tot nu toe werden de afstan toch echt in zicht. Op alle fronten zijn de werkzaamhe den groter geworden en is de aandacht intensiever. Voor het rondtrekken in dit district is vervoer echt nodig. Ik ben nu 58 jaar en alleen met goed vervoer houd je dit werk vol in dit klimaat. Daarom hoop ik dit jaar door de MIVA ge holpen te worden." Uit Zambia kómt een nood kreet van de Sassenheimse pa ter P. Verkley. Hij schrijft: "Onze missiepost ligt in het noorden van Zambia, 80 kilo meter van het districtscentrum Mpika. De verbinding met de ze stad wordt onderhouden door een busdienst. Twee keer per week komt de bus langs, maar het gebeurt niet zelden, dat hij het laat afweten. De parochie heeft een middellijn van 100 km en er zijn 15 bui tenposten, waarvan ik er in de regentijd een aantal kan berei ken met mijn motor. In de droge tijd gaat dat onmogelijk. De laatste tijd laat mijn Hon da het vaak afweten en zo heb ik de buitenposten moeten la ten zitten. Ik vind dit bijzon der vervelend, omdat juist de mensen daar onze hulp nodig hebben. Ik zou de MIVA een auto willen vragen. Mag ik op U rekenen?" De in Indonesië gestationeerde pater C. v.d. Vlugt (Sassen heim) heeft een jeep op zijn verlanglijstje gezet. Hij schrijft de MTVA: "Toen ik in 1973 na mijn verlof in Indone De MIVA, afkorting voor Mis- veertig jaar bestaat. Evenals sie Verkeersmiddelen Aktie,. andere hulpverlenende organi- houdt in het weekeinde van 30 en 31 augustus haar jaar lijkse collecte- en giroaktie om Nederlandse missionaris sen en hun inheemse collega's van vervoersmogelijkheden te voorzien. De MIVA hoopt het komende weekeinde een be drag van 3,5 miljoen gulden bijeen te krijgen. Dan komt de organisatie dicht bij de vier miljoen, waarmee zij 568 aanvragen om vervoersmidde len kan honoreren. De MIVA heeft alle hoop dat het bedrag bereikt zal worden, omdat tal van parochiële mis- siecomite's hebben laten we ten, iets extra's te onderne men, daar de MIVA dit jaar saties ten behoeve van de mis sie heeft de MTVA in de loop van de afgelopen veertig jaar een spectaculaire groei door gemaakt. In 1939 kon men met enige trots vermelden, dat men aan missionarissen zeven auto's, vijftig motorfietsen, 77 fietsen, drie buitenboordmotoren en twee kapelwagens had kunnen verschaffen. Een bedrag, dat nog met duizenden geteld kon worden. In 1961 waren die dui zenden reeds honderdduizen den guldens geworden. In 1966 passeerde het budget voor het eerst het miljoen, drie jaar later de twee miljoen en in de zeventiger jaren de drie mil joen. In de periode van 1961 tot 1970 keerde de MIVA in totaal ruim dertien miljoen gulden uit. In de periode 1970-1980 mag op een verdriedubbeling van dit bedrag gerekend worden. Met de vier miljoen, waarop MTVA dit jaar in totaal rekent, kunnen 568 aanvragen worden gehonoreerd. Dat wil zeggen, ongeveer tweederde van de ruim 806 aanvragen die bin nengekomen zijn. Zou aan al deze aanvragen worden vol daan, dan was daarvoor een bedrag nodig van ruim 6,6 mil joen gulden. Uit de zeer gedetailleerde ver antwoording der bestede gel den blijkt, dat van de 4,8 mil joen gulden over 1974 er ruim twee miljoen uitgegeven wer den voor vervoersmiddelen in Afrika, ruim 1,3 miljoen voor Azië bijna één miljoen voor Latijns-Amerika, ruim 150.000 gulden voor Australië en Oceanië, ruim een ton voor onderhoud van vervoersmid delen in de missie, bijna een ton voor de missieluchtvaart in Irian Barat en 2|aire en tenslotte een bescheiden be drag van 4.600 gulden voor de auto-technische MIVA-cursus in 1974. Er is een duidelijke verschui ving te constateren in de ont vangers van de verstrekte ver voersmiddelen, die variëren van auto's (alle soorten), tot fietsen en buitenboordmoto ren. Gingen de vervoersmidde len voorheen voornamelijk naar Nederlandse missionaris sen, vorig jaar waren van de 671 pastores en religieuzen, die aan vervoersmiddelen gehol pen werden, er 357 Nederlan ders, 34 uit andere Europese landen en 280 eigenlandse krachten. Enige voorwaarde, die de MIVA daarbij stelt, is dat er enige band met Neder land moet bestaan, omdat de aanvragen van alle inheemse krachten de mogelijkheden verre te boven gaan. Behalve via de collecte in de parochiekerken in het week einde van 30 tot 31 augustus is het ook mogelijk bijdragen te storten op giro 27.22.49 t.n.v. MTVA, Breda onder het motto van dit jaar „Overbrug die afstand". De oud-bisschop van Rotterdam, mgr. M. A. Jansen, zal vrijdag 29 augustus zijn zeventigste verjaardag vieren. Bij gelegenheid daarvan zal er zondag 31 augustus des avonds om zeven uur in de kathedraal aan de Mathenesserlaan te Rotterdam een eucharistieviering zijn, waarin mgr. Jansen, samen met zijn vroegere vicaris-ge neraal mgr. A. C. Schaaper en de huidige bis schop mgr. dr. A. J. Simonis zal voorgaan. Oud-vicaris dr. C. Braun zal de predikatie ver zorgen bij deze liturgische viering, die in de eerste plaats is bedoeld voor de priesters en andere werkers in de zielzorg, alsmede voor afgevaardigden van de parochies. Andere be langstellenden zijn evenwel welkom. Aan het eind van de viering zal mgr. Simonis aan mgr. Jansen een portret aanbieden, gemaakt door de bekende Wassenaarse portretschilder Sierk Schroder. Mgr. Jansen is vanaf de oprichting van het bisdom Rotterdam in 1956 tot aan zijn emeritaat in 1971 bisschop geweest. Hij woont thans in zijn geboortestad Amsterdam: Amstelveenseweg 1058. Met als kernopdracht de dienstverlening aan allen die pastoraal werkzaam zijn zal met ingang van 1 september in het bisdom Rotterdam het nieuwe Diocesaan Pastoraal Centrum zijn werkzaamheden beginnen. Tot nu toe berustte de begeleiding van de pasto raal bij diverse werkgroepen. Het p.P.C. komt tegemoet aan de groeiende behoefte aan een doelmatige en gecoördineerde service-verlening aan pries ters en leken. In een brief aan de priesters schrijft de bisschop van Rot terdam, dat het D.P.C. niet kan worden geindentificeerd met het beleid, juist omdat zijn opdracht van dienstverle ning is gericht zowel op dege nen, die het beleid bepalen als op degenen die het ten uitvoer brengen. Het D.P.C. zal de be leidslijnen van het bisdom res pecteren en in open contact met de verschillende beleid- voerende instanties zijn activi teiten ontplooien. Mgr. Simonis ziet als voor naam werkterrein de nood zaak van en het verlangen naar pastorale zorg van zoveel mogelijk kerkleden voor el kaar. „Ik hoop, dat de toerus ting voor een actief gemeen schappelijk priesterschap gro te aandacht krijgt. Met name spreek ik deze wens uit voor de jongeren kerkleden, opdat vóór hen en dóór hen geloof tot leven komt". In het jaarprogramma 1975/1976 van het D.P.C. wijst de directeur P. J. W. Noorder- meer erop, dat het begin be scheiden zal moeten zijn. Ge probeerd is een aantal activi teiten van de bestaande dioce sane diensten en werkgroepen in één werkverband samen te brengen. Deze activiteiten moeten nu beter op elkaar worden afgestemd. Bovendien wil men in het opzetten van cursussen en bij de plaatselij ke begeleiding zo integraal mogelijk te werk gaan. Het D.P.C. kent een tiental vertakkingen: 1. Liturgie (W.H. Happel o.f.m.), 2. Katechese (mr. Jan Weitjens s.j. en L.J.A. Claassen o.c.d.), 3. Jeugd en Jongereh (R.G.A. Kurvers), 4. Missie, ontwikkelingssamen werking en vredeswerk (J. Rijk m.s.c.), 5. Landelijk Pas toraal Overleg, 6 Kerk en sa menleving (ir. J. A. M. v.d. Borg s.j.), 7 Religieuzen (drs. B.L.G.A. Kroese o.c.d.), 8. Voortgezette pastorale vor ming (P. J. W. Noordermeer en drs. F. H. Gossens), 9. Finan ciën D.P C. en 10. Publikatie, coördinatie en documentatie. Secretaris van het D.P.C. is C. L. M. van Ruyven, Mathenes serlaan 305 te Rotterdam. Voor het D.P.C. zal een be stuur worden benoemd, waar voor de bisschop van Rotter dam zal aanwijzen een vicaris, een deken, een financieel des kundige en een deskundige op htt gebied van het vormings werk. Kardinaal Koenig, aartsbisschop van Wenen zal dit najaar een bezoek brengen aan het hoofd van de koptische kerk in Caïro, Shenouda. De bedoeling van dit bezoek is het theologisch gesprek tussen theologen van de rooms-katholieke kerk en de koptische kerk verder voortgang te laten vinden. Het theologisch gesprek tussen katholieken en kopten is reeds zes jaar gaande. Een nieuw gesprek is gepland voor 29 augustus tot 5 september 1976 in Wenen. De voorbereidingen hiervoor zijn praktisch afgesloten. Het is de bedoeling van paus Shenouda en kardinaal Koenig tijdens hun ontmoeting in het komende najaar de puntjes op de i te zetten. Ofschoon geen officiële mededelingen over de bereikte overeen stemmingen zijn gedaan, wordt aangenomen, dat met name over het grootste twistpunt, dat van de één of twee naturen van Christus, eensgezindheid is gegroeid. Het geschil leidde in de vijfde eeuw onder het concilie van Chalcedon tot afscheiding. Binnen de katholieke gemeenschap van Egypte, zowel van de latijnse ritus als van de geünieerde koptische ritus, wordt serieus rekening gehouden met herstel der eenheid. De koptisch geünieerde patriarch, kardinaal Stephanos, verklaarde vorig jaar reeds graag zijn zetel ter beschikking te stellen, wanneer de eenheid met de kopten zou worden hersteld. De andere bisschoppen van de geünieerde kopten verklaarden graag onder Shenouda verder te willen werken. De koptische kerk in Egypte telt ongeveer drie miljoen leden, de geünieerde kopten vormen een kleine minderheid met tachtigdui zend zielen. Daarnaast zijn er nog enkele duizenden katholieken van de latijnse ritus.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 5