„Ik slaag er in mijn eigen kleurtje te blijven bekennen' UITGAAN Drie kunstenaars uit de Leidse regio krijgen toelage van het rijk Rudy Augustinus Frans van Nieuwenborg Zomer tentoonstelling bij Van der Vlist Pieter Geraerdts jr. Kunst op zicht PIANIST ROB AGERBEEK: ZATERDAG 26 JULI 1975 LEIDSE COURANT PAGINA 5 In en rond Leiden Maandag 21 full Museum voor Volkenkunde. Steen- straal 1 Film over India: ..Hawa Mahal het dagelijks leven in India; aanvang 11.15 en 14.30 uur. Dinsdag 22 |ull Museum voor Volkenkunde, Steen- straat 1 Film over de vier zonen van India; aanvang 11.15 en 14.30 Woensdag 23 full Museum voor Volkenkunde. Steen straat 1 Film over Asian Earth, leven en werken van een boerenge zin in de Gangesvatlei; aanvang 11.15 en 14 30 uur. Donderdag 24 full Museum voor Volkenkunde. Steen straat 1 Film ..Radha's Day" Steenstraat 1 Film „Radha's Day," een dag uit het leven van een ongetrouwd Hindoe-meisje; aan vang 11.15 en 14.30 uur Bioscopen LUXOA, Stationsweg 19. tel. 21239 ..The Godfather II" 14 jaar Dagelijks: 14.00 en 20 00 uur. CAMERA: Hoge Woerd 49. tel. 24919 „Gone with the wind" 14 jaar. Dage lijks: 20.00 KINDERMATINEE: „Tarzan s avonturen" Dagelijks 14,30 uur. zon dags 14.00 en 16.15 uur. NACHTVOOR STELLINGEN: „Strawdogs" 18 jaar. vrij dag en zaterdag 24.00 uur. LIDO: Steenstraat 39. tel. 24130. „De vier Musketiers" 14 jaar. Dagelijks: 14 30. 19.00 en 21.15 uur. STUDIO Steenstraat 39. tel. 33210. „The return of the Pink Panther" a.l. Dagelijks: 14.30. 19.00 en 21 15 uur. Zondag s: 14.30. 16.45. 19.00 en 21.15 uur. ÉXTRA VOORSTELLINGEN: Elke dag behalve zondag. Is er om 10.30 uur een kindervoorstelling: „Oom Ferdi nand en de toverdrank a.l. TRIANON: Breestraat 31. tel. 23875 „Mens erger je niet" 18 jaar. Dagelijks 14 30. 19.00 en 21.15 uur. Zondag s: 14 30. 16.30. 19.00 en 21.15 uur. REX: Haarlemmerstraat 52. tel. 25414. „Dracula" 18 jaar. Dagelijks: 1430. 19 00 en 21.00 uur. NACHTVOORSTEL LING: „Naakt op de liefdesmarkt". 18 laar vrijdag en zaterdag;: 23.30 uur KINDERMATINEE: „Pipo en de piraten van toen" a.l. Woensdag: 14.30 uur. Exposities STEDELIJK MUSEUM „DE LAKEN- HAL". Oude Singel 28. tel. 44044. ma t/m za 10-17 uur. zo 10-17 uur. Tot 27/7 de expositie „Het Leidse Woon huis" In het kader van het Monumen tenjaar "75. ATELIER „DE SCHERF". Nassaulaan 41, Oestgoest. tel. 50220. Te bezoeken na telefonische afspraak. Ans v. d. Heide-Kort met eigen werk o.a. glas- bulgen, aardewerk, schilderijen en RESTAURANT OUDT LEYDEN. Steen straat 53. tel. 33144 Fons Franken met etsen en meerkieurenetsen. Even eens georganiseerd door Int. Art Ser- ORANQERIE IN DE HORTUS BOTA NICUS. Rapenburg 73. tel. 22044 tst. 88 ma t/m za 9-17 uur. zo 10-16 uur. Tot 1/9 „Denken en doen". Op deze tentoonstelling wordt het ambachte lijk aspect van het technisch en admi nistratief personeel van de universiteit in relatie tot onderwijs en onderzoek naar voren gebracht. DRUKKERIJ DE BINK. Rooseveltsraat 3. tel. 22841 ma t/m vr 8-17 uur Tot en met augustus een tentoonstelling van Dhr. v.d. Berg met collages, mo derne schilderijen, zeefdrukken en olieverfschilderijen. GALERIE V.D. VLIST. Botermarkt 3. tel. 22806 di t/m za 10-17 uur. do tot 21.00 uur. In de maanden juli en augustus een grote zomertentoonstel- ling van 7 kunstenaars met schilderij en. tekeningen, grafiek en keramiek. FLORA-HALLEN. Rijnsburg 1t/m 8. vanaf 16.30 zijn de praalwagens van het bloemencorso te bezichtigen. Hulpverlening Telefonische Hulpdienst: tel. ,25202. Universitair nieuws Rijswijk/Leiden Het ministerie van Cultuur. Recreatie en Maatschappelijk Werk kent jaarlijks reistoelages en stipendia toe ter financiering van werk en studies van Nederlandse Beeldende kunstenaars. In principe kan elke kunstenaar voor een dergelijke bijdrage in aanmerking komen. Vóór een door het ministerie vastgestelde datum dient een aanvrageformulier te worden ingestuurd, waarop behalve personalia en opleiding, de reden van het verzoek vermeld moet worden. Een speciaal hiertoe geformeerde commissie selecteert de aanvragen en brengt advies uit aan minister Van Doorn. In de Leidse regio hebben dit jaar drie kunstenaars zo'n bijdrage gekregen: Rudy Augustinus, Frans van Nieuwenborg en Pieter Geraerdts. Rudy Augustinus (36) woont in Voorschoten en werkt als Edelsmid. Zijn opleiding kreeg hij in Schoonhoven en aan de Haagse Vrije Acade mie volgde hij nog enige tijd de richting beeldhouwen. Ru dy kreeg een reistoelage om de 16E Fidem te kunnen be zoeken, een internationale tentoonstelling van pennin gen, die dit jaar in Polen wordt gehouden. Op die ten toonstelling, waar 1900 pen ningen te zien zullen zijn, ligt ook werk van hem. Het ontwerpen en uitvoeren van penningen is Rudy's be langrijkste bezigheid. Hij maakte ontwerpen voor het Internationale Jaar van de Vrouw, voor de Wereld Voedsel Organisatie en voor de K.L.M. Eigenlijk net zo als Frans van Nieuwenborg streeft hij naar eenvoud: „Dat vind ik het plezierige van dit werk. Een penning is niet zo groot, maar er moet toch veel overkomen. Je bent dagen bezig om een zo duide lijk mogelijk symbool te vin den, voor hetgeen je wilt overbrengen. Het is jammer dat ik er niet voldoende mee Rudy Augustinus: ma ker van penningen. kan verdienen. Ik maak nu ook miniaturen voor allerlei bedrijven, maar in feite vind ik dat veel minder interes sant. Volgend jaar krijg ik in Schoonhoven een baan, dan kan ik in ieder geval in mijn vrije tijd wel doen wat ik echt plezierig vind". Frans van Nieuwenborg (34) woont en werkt in een voor malige school aan het Plant soen. In Eindhoven doorliep hij de Academie voor Indus triële Vormgeving, waarna hij voor zes jaar naar Dene marken vertrok. Daar werk te hij bij architektenbureau's en designer-teams. Frans maakt sieraden, of, zoals hij het zelf liever noemt: betaal bare objecten, die meer dan alleen de functie van draag baar hebben. „Een armband of ketting alleen zegt me niet zoveel. Ik wil dat je er meer mee kunt doen. Zo'n ding een soort dubbele bodem ge ven. Ik ben een tijdlang aan het experimenteren geweest met armbanden van rubber. Ze zitten soepeler om ie arm, je hebt er minder hinder van in dagelijks gebruik en je kunt ze ook in verschillende vormen buigen. Ze zijn wat speelser en minder compact dan de meeste anderen. Ik zoek naar uiterst simpele ontwerpen. Als je bezig bent en streeft naar een zekere eenvoud, merk ie dat juist de voor de hand liggende din gen vaak heel knap in elkaar zitten. Je moet ze bijna uit vinden en er weken achter- Frans van Nieuwen borg: „Ik zoek naar ui terst simpele vormen". een over nadenken om er achter te komen. Dat boeit me enorm". Frans verkoopt zijn werk aan verschillende galeries in Nederland. Hij brengt ze zelf in grotere oplagen op de markt, om ze betaalbaar te houden. Toch kan hij van de opbrengst niet leven. Van daar de bijdrage van het mi nisterie. LEIDEN In Galerie Van der Vlist is gedurende de maanden juli en augustus een tentoonstelling ingericht van een vijftal kunstenaars, van wie er enkele al jjeen onbekenden in Leiden meer zijn. Een groepstentoonstelling betekent over het algemeen het tonen van gevarieerd werk, zowel qua inhoud als qua stijlen. Zo ook hier. Zo toont Frank Porcelijn uit Amsterdam mooie zwart-wit tekeningen met een overigens geringe surrealisti sche inslag. Het ei is bij hem een veel voorkomend motief. Als een der mooiste prenten naar mijn smaak noteerde ik b.v. een grote „open" tekening van een ei met een vlucht vogels. Hak uit Haarlem, ook geen onbekende bij V. d. Vlist, toont mooie aquarellen op klein formaat. Mij troffen daarbij in het bijzonder een prentje van een rijtje vazen, maar ook, een geheel anders geaarde groot stilleven met zwarte tafel. De Leidse Betty Scherft laat mooie pentekeningetjes op klein formaat zien, zwart of in kleur. Het zijn over het algemeen wat huiselijke motieven, maar er is ook een mooie serie over insekten bij. Fred Boone uit Den Haag is aanwezig met enkele relief-schil- deringen met hulpmiddelen als een strook jute of andere niet nader thuis te brengen voorwerpen. Men moet daar overigens van houden, maar het artistieke nut ervan is moeilijk in te zien. Tenslotte geeft de Haarlemmer Michel van Overbeeke enkele grote prenten te zien met poppenmotieven. Surrealistische kenmerken, maar fraai geschilderd. Een potloodtekening van Frank Porcelijn. Pieter Geraerdts jr. (zijn va der is bekend als kunstschil der), 34 jaar oud, woont in dezelfde school als Frans en volgde aan de Vrije Acade mie de opleidingen vrij teke nen en keramiek. Pieter kreeg zijn eerste expositie in de inmiddels opgeheven gale rie van Ben Walenkamp aan de Nieuwsteeg. Nu is werk van hem opgenomen in de collecties van het Stedelijk Museum in Amsterdam, het museum Boymans van Beu- ningen in Rotterdam, het Haags Gemeente Museum en de Lakenhal. Pieter kreeg dit jaar voor de derde keer een stipendium ter financiering van nieuwe projecten en stu dies. Over zijn werk „Ik ben erg bezig geweest en nu nog met het vormgeven van abstrakte ruimtes. En dan is met name de reactie van de toeschou wer op de manier waarop ik dat heb gedaan belangrijk. In wezen gaat het mij niet om de manier waarop, maar om de wijze waarop mensen op het werk reageren. In het Gemeentemuseum heb ik in *73 een tentoonstelling gehad rond dat thema. Ik kan me wel voorstellen dat dit ge deelte van mijn werk, het is experimenteren met vormen, niet direct aanspreekt. De toepassingen zijn voor meer Pieter Geraerdts jr.: vormgever abstracte ruimtes. mensen grijpbaar en toch ook voor mijzelf waardevol. Ik ben van het begin af aan betrokken geweest bij de bouw van het nieuwe scho lencomplex „Leedewijk" en natuurlijk zijn mijn eigen er varingen belangrijk voor de adviezen die je daar geeft en het werk dat ik daar zelf in samenwerking met anderen ga uitvoeren". Het stipen dium is voor mij belangrijk om die eerste fase van expe rimenteren te kunnen blijven volhouden". Den Haag - „Ik ben niet zo'n geweldige vertel ler". Op het besnorde gezicht van de 37-jarige Haagse jazzpianist Rob Agerbeek verschijnt een flauwe glimlach, als hii zich bij de voordeur al verontschuldigt voor het feit dat hij „geen vlotte prater" is. Muziek is om te spelen, eventueel om naar te luisteren maar nauwelijks om over te spreken, laat Rob weten. Om die stelling te onder strepen begint hij in zijn huisKamer aan de Van Anrooystraat direct te knutselen aan de im mense bandrecorder, waaruit vervolgens agressieve impulsen oar- sten van onvervalste jazz-rock waarmee Rob zich met zijn kwintet niet alleen in Nederland, maar tot ver in het bui tenland grote faam heeft verworven. Enkele minuten davert het eerste nummer van zijn suc cesvolle langspeelplaat „Home Run" door het vertrek, waarin voor zijn bruine Steinway- vleugel een opvallende plaats is gereserveerd. Dan blijkt opeens, dat Rob Agerbeek al lerminst de introverte en zwijgzame musicus is, waar voor hij zich bij de kennisma king bescheiden uitgaf. Het luisteren naar de muziek van zijn kwintet blijkt zijn tong snel los te maken. „Zes jaar lang een groep op de been houden met dezelfde presta tie? Ik zou wel eens willen 'weten welke formatie ons dat kan nazeggen". De bandrecorder blijft toch nog even aanstaan en wordt doorgespoeld naar een opna me van het radioprogramma Sesjun waarin de groep kort geleden „live" te horen was. De omroeper kondigt aan, dat de luisteraars geconfronteerd gaan worden met de beste jazzgroep van Nederland. „Hij zegt het, het zal dus wel waar zijn", grijnst Agerbeek en draait de knop resoluut om. „Ik heb altijd even de tijd nodig om mezelf te ontspan nen. Tijdens een optreden, ook als me wordt gevraagd iets te vertellen over mijn muzikale activiteiten". Het is deze plankenkoorts die hem niet tot een introverte *maar wel tot een enigszins on zekere man bestempelt, die zijn eigen prestaties doorlo pend schuchter relativeert. Maar Rob Agerbeek heeft geen enkele reden tot een overdosis aan bescheidenheid. De concerten die zijn kwintet Rob Agerbeek in het afgelopen seizoen ten beste gaf, trokken stampvolle zalen. Zijn bassist Rob Lange- reis werd door het Haagse pu bliek bij een verkiezing zelfs uitverkoren tot beste musicus van het jaar en winnaar van de Ferdinand Povelprijs van de Stichting Jaz2 in Den Haag. En de langspeelplaat „Home Run" haalde voor jazz onge kend hoge verkoopcijfers. „Ik heb me altijd afgevraagd waarmee ik bezig was. Pas de laatste jaren heb ik geleerd mijn onzekerheid te overwin nen", aldus Rob Agerbeek. Tien jaar geleden besloot hij zijn activiteiten als beroep spianist te staken en de mu ziek te combineren met een kantoorbetrekking die hij nog steeds uitoefent. Zijn be staanszekerheid was daarmee in elk geval veilig gesteld. „Maar dat besluit nam ik niet alleen uit gebrek aan zelfver trouwen. Ik houd te veel van jazz om concessies te doen in het commerciële vlak. Ik speel mijn eigen muziek, aan sch nabbels om den brode bij een dansorkestje zou ik finaal ka pot gaan". Wat nog niet wil zeggen dat de muzikale ambities van Rob Agerbeek eenzijdig zijn. Be halve zijn activiteiten in de moderne jazz heeft de Hage naar altijd een voorliefde ge houden voor blues en boogie- woogie. Twee van de vier lang- spelers die hij op zijn naam bracht, worden dan ook ge vuld met authentiek boogie-ge- weld. „Ik wil geen collega's tegen de schenen trappen, maar ik durf wel te beweren dat de benadering van dat idioom in Nederland is afge zakt tot ramwerk en school- pleinmuziek", zegt hij fel. „La ten die jongens toch eens luis teren naar muziek uit de jaren dertig van Albert Ammons en Meade Lux Lewis". Rob Agerbeek werd geboren in Djakarta op 28 september 1937 en verhuisde samen met zijn ouders in de zomer van 1954 naar ons land. Hoewel zijn moeder concertpianiste was, slaagde zij er niet in Rob langer dan anderhalve les voor vingeroefeningen te inte resseren. Hij begon naar pla ten te luisteren en zichzelf op de toetsen uit te leven. Eerst met boogie-woogie, later in de richting van moderne jazz na een ontmoeting in 1958 met de toen nog minder bekende pia nist Frans Eisen. Zijn huidige kwintet met saxofonist Dick Vennik, trompettist Klaas Wit, bassist Rob Langereis en drummer Erik Ineke werd zes jaar terug gevormd en maakte een lange reeks uitstapjes in geheel Europa. „Ik heb in de loop der jaren met de grootste jazzmusici kunnen werken. Dexter Gor don, Slide Hampton, Art Tay lor, Ben Webster en ga maar door. Hoogtepunt vond ik een serie concerten met tenorsaxo fonist Don Byas in Frankrijk. Binnenkort ga ik in Duitsland met Johnny Griffin aan de gang. Natuurlijk word je door die mensen beïnvloed, maar ik slaag er in mijn eigen kleurtje te blijven bekennen. Gelukkig maar, want jazz is een ziekte waar je nooit van geneest".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 5