Rendez-vous op hoog niveau
Apollo-
Sojoez-
EXPLOSIE IN
APOLLO-13
OAF
STOOT TOT
Dienstregeling
(Van onze ruimtevaartredacteur)
Officieel begon het allemaal op 24 mei 1972. Toen
bekrachtigden de Amerikaanse president Richard
Nixon en de Russische premier Alexei Kosygin in
Moskou de plannen voor een gezamenlijke Ameri
kaans-Russische ruimtevlucht, het ASTP (Apollo
Sojoez Test Project). Toch waren die handtekenin
gen van Nixon en Kosygin in feite niet meer dan
een formaliteit, want in werkelijkheid was de
gezamenlijke onderneming toen al bijna twee jaar
in voorbereiding. Hoogstens gaven Nixon en Kpsy-
gin er nog een mooi officieel tintje aan, compleet
met wodka en champagne. Voor hen was de onder
tekening van het project in de eerste plaats een
bewijs voor de buitenwacht van de groeiende
ontspanning tussen oost en west.
Nee, in werkelijkheid was het toch vooral de bijna-
fatale maan-expeditie van de Amerikaanse Apollo-
13, die het Amerikaans-Russische gesprek over de
mogelijkheden van wederzijdse hulpverlening aan
in moeilijkheden verkerende ruimtevaarders op
gang bracht. De bemanning van Apollo-13 zou
Amerika's derde landing op de maan realiseren,
maar op 14 april 1970, bijna 56 uur na de lancering,
deed zich aan boord van het dienstcompartiment
van het moederschip een ernstige explosie voor,
door invaller-astronaut Jack Swigert via het under
statement van de eeuw gerapporteerd met de woor
den: „Hé, Houston, we hebben hier een pro
bleem.
Die melding luidde het begin in van een uiterst
dramatische vlucht, tijdens welke zowel de experts
in Houston als de astronauten zelf meer dan eens
sterk twijfelden aan de goede afloop. Desondanks
keerden Jim Lovell, Jack Swigert en Fred Haise
veilig en ongedeerd op de aarde terug, al was het
zonder twijfel een dubbeltje op zijn kant.
Nog diezelfde aprilmaand vond er in New York een
gesprek plaats tussen Thomas O. Paine, de toenma
lige directeur van NASA, het Amerikaanse bureau
voor lucht- en ruimtevaart, en de (begin dit jaar
overleden) Russische ruimtevaartgeleerde prof.
Anatoli Blagonravov. Het was nog een uiterst vrij
blijvende gedachtenwisseling, maar toch werd al bij
die gelegenheid gesproken over de wenselijkheid
van uniforme, gestandaardiseerde koppelingssyste
men op de bemande ruimteschepen van beide lan
den.
Film
Een tweede gesprek over de wenselijkheid van
uniforme koppelingsmechanismen werd in mei 1970
gehouden in Moskou.
Ditmaal tussen Philip Handier, president van de
nationale (Amerikaanse) academie van wetenschap-
B?n, en diens Russische collega Mstislav Keldysj.
et toeval wilde dat Handier kort tevoren in Was
hington een vertoning had bijgewoond van de film
.Marooned", gebaseerd op de in 1964 gepubliceerde
en gelijknamige roman van de schrijver Martin
Caidin, waarin wordt beschreven hoe een Russische
kosmonaut een in de ruimte gestrande en ten dode
opgeschreven Amerikaan te hulp komt. Handier
herinnert zich nog als de dag van vandaag hoe
verrast de Russen waren over het feit dat een
Russische kosmonaut in een Amerikaanse film de
heldenrol toebedeeld had gekregen. „Ze waren er
haast een beetje kapot van. Dat Caidin de
gestrande ruimtevaarder uiteindelijk toch nog door
een Amerikaanse collega liet redden, deed er nau
welijks meer toe.
Bovendien, Handier vond in „Marooned" een juweel
van een aanleiding om het gesprek met Keldysj op
de noodzaak van meer Amerikaans-Russische sa
menwerking in de ruimtevaart te brengen en daar
bij speciaal de aandacht te vestigen op de grote
voordelen van uniforme koppelingsmechanismen,
zodat riskante „ruimtewandelingen" als in „Ma
rooned" bij reddingsoperaties tot het uiterste
zouden kunnen worden beperkt. Ruim twee maan
den later was het weer Tom Paine zelf, die Keldysj
aan de jas trok. Ditmaal met de suggestie een
bijeenkomst te beleggen waarop mogelijk spijkers
met koppen zouden kunnen worden geslagen.
Verdrag
Die bijeenkomst in Moskou werd tegen het
eind van oktober 1970 een feit en het kwam zelfs
tot een verdrag, waarin werd overeengekomen een
gemeenschappelijke koppelingstechniek voor ruim
teschepen voor te bereiden. Veel buitenstaanders
waren min of meer verrast door die ogenschijnlijk
1153
QeidócQowuvnt
wel bijzonder vlotte gang van zaken, maar insiders
vonden het allemaal alleen maar logisch en voor
de hand liggend. De Russen hadden per slot van
rekening altijd al grote belangstelling getoond voor
ruimtelijke réddingsmogelijkheden, meer nog dan
de Amerikanen, hoewel die er na de toch bijna
fatale vlucht van Apollo-13 naderhand ook
steeds meer het nut van waren gaan inzien. Dergelij
ke reddingsmogelijkheden zouden echter pas werke
lijkheid kunnen worden wanneer zowel de Vererug-
de Staten als de Sovjet-Unie de beschikking zouden
hebben over volkomen op elkaar afgestemde koppe
lingsmechanismen en overstaptechnieken voor in
nood verkerende ruimtevaarders.
Bovendien behoefden de Russen zich in oktober
1970 toen ze voor het eerst samen met Amerika
nen rond de tafel gingen zitten niet (meer)
gefrustreerd te voelen omdat ze de „race naar de
maan" hadden verloren. Hun Loena-16 had heel veel
goed gemaakt en latere successen zoals met
Loena-20 en de eerste Loenochod maanwagentjes
zouden het Russische zelfrespect nog aanzienlijk
verder opvijzelen.
Adempauze
En dan was er nog een derde reden, misschien wel
de belangrijkste. Zowel in Amerika als in Rusland
was men geleidelijk aan tot het inzicht gekomen
dat het op gescheiden voet doorgaan met steeds
groter opgezette ruimtevaartprogramma's investe
ringen zou vergen, die eigenlijk niet meer te verant
woorden waren. Speciaal voor de Amerikanen
kwam daar nog een reden bij. Zij realiseerden zich
maar al te goed dat er een eind was gekomen aan
de zeven vette jaren van de (bemande) ruimtevaart,
hun ruimtevaart wel te verstaan, en dat er na de
beëindiging van het Skylab-programma eind
1973/begin 1974 een langdurige adempauze dreig
de te ontstaan tot aan de ingebruikneming van de
zgn. Space Shuttle (Spaceplane), het voor tientallen
betrekkelijk kortstondige vluchten rond de
aarde te gebruiken „ruimtevliegtuig", dat vooral
bedoeld was om de taak van een aantal krachtige,
rnnvpntinnple draagraketten over te nemen.
De Space Shuttle zou weliswaar een nieuwe, veel
minder geldrovende transportmethode in de ruimte
vaart introduceren er zou immers grotendeels
worden afgerekend met de zgn. „wegwerpraket"
maar het zou toch wel tot 1979/80 duren voordat
dit project op gang zou komen.
En pas dan zouden er weer bemande ruimtevoertui
gen van start gaan (volgens de jongste plannen zal
op 1 april 1979 voor het eerst een bemande Space
Shuttle voor een testvlucht in een baan om de aarde
worden gebracht, de overige vijf testvluchten staan
geprogrammeerd voor 1 juli en 1 november 1979
en voor 1 februari, 1 april en 1 juni 1980, terwijl
op of omstreeks 1 augustus 1980 voor het eerst per
Space Shuttle het Westeuropese Spacelab in de
ruimte zal worden gestationeerd).
Kortom, de ruimtevaartspecialisten van de Verenig
de Staten kwamen al heel snel tot de ontdekking
dat ze hoewel er op zuiver technisch terrein
nauwelijks enige winst van te verwachten viel
wel degelijk gebaat zouden zijn bij een gezamenlijke
koppelingsoperatie met de Russen, al was het alleen
maar omdat het experiment die adempauze aanzien
lijk zou verkorten en wellicht tot gevolg zou hebben
dat Amerika zijn meest ervaren en op elkaar inge
speelde werkgroepen en vluchtleidingsteams volle
dig intact zou kunnen houden. In dat geval zou
NASA voor de indienststelling van de Space Shuttle
niet weer helemaal van de grond af aan behoeven
te beginnen.
Perspectieven
In feite waren de perspectieven voor de Amerikaan
se ruimtevaart in 1970 (en sindsdien is daar echt
niet zoveel verbetering in gekomen. nogal som
ber en de glans van twee achtereenvolgende ge
slaagde maanlandingen was al aardig verbleekt. Al
kort na de historische maanlanding van Neil Arm
strong en Buzz Aldrin in juli 1969 bleek dat men
in Amerika steeds minder bereid was miljarden in
de ruimtevaart te investeren, waarbij dan als argu
ment meestal de dooddoener werd gebruikt dat het
geld elders wel beter zou kunnen worden besteed,
bijvoorbeeld aan de bestrijding van de werkloos
heid. De voormalige ambassadeur van de V.S. in
Moskou, Foy Kohier, die enkele jaren geleden een
onderzoek instelde naar de invloed van de Ameri
kaanse en Russische ruimtevaartprogramma's op
het maatschappelijk leven van beide landen en op
hun positie in de wereld, vond dat een redenering
van niks. „Dat geld wordt namelijk helemaal niet
in de ruimte besteed, maar op aarde uitgegeven aan
salarissen, aan de vervaardiging van nieuwe mate
rialen en aan de ontwikkeling van nieuwe systemen
De bemanning voor de gecombineerde vlucht tijdens een recente ontmoeting in Houston:
v.l.n.r. Donald Slayton, Thomas Stafford, Vance Brand, Akeksei Leonov en Valeri Koebasov.
De Sojoez startklaar voor de gecombineerde ruimtereis.
Links de Apollo met de luchtsluis, rechts
de Sojoez,
en procedures, die ook voor het dagelijks leven
en dan met name op medisch terrein van het
allergrootste belang zijn. Het ruimtevaartprogram
ma is juist een zeer belangrijke steun voor de
Amerikaanse economie.
Die waarschuwing kon echter niet verhinderen dat
er bij NASA en haar toeleveringsbedrijven tiendui
zenden mensen werden ontslagen. En zo kon het
gebeuren dat onder de rook van het steeds stiller
wordende Cape Canaveral een ontslagen ruimte
vaartingenieur een bescheiden winkeltje in ruimte
vaartsouvenirs begon, in de wetenschap overigens
dat ook die bezigheid maar van betrekkelijk korte
duur zou zijn. Na de lancering van de laatste
Skylab-bemanning was het immers afgelopen. En
één van zijn vroegere collega's opende een paar
honderd meter verderop een kraampje, waar men
frisdranken en hartige hapjes kon kopen
Muziek
Om kort te gaan, de bereidheid van de Russen om
samen met de Amerikanen één of meer koppelings
experimenten in de ruimte te realiseren, moet de
mensen van NASA als muziek in de oren hebben
geklonken. Eindelijk was er op een bijzonder
kritiek moment een project gevonden dat de
oplossing van veel problemen zou kunnen beteke
nen en dat in elk geval de langdurige adempauze
tussen de beëindiging van het Skylab-project en de
eerste vluchten van de Space Shuttle zou onderbre
ken. En dat het Apollo-Sojoez-project ook nog extra
werkgelegenheid voor zo'n 4400 man meebracht,
was toch mooi meegenomen. Die hoefden alvast niet
meer met tranen in de ogen aan te zien hoe kostbare
lanceerstellingen op de Cape met een laag roest
werden overdekt.
Trouwens, zo vreselijk rooskleurig was de situatie
in de Russische ruimtevaart ook niet. De eerste
jaren van het ruimtevaarttijdperk werden welis
waar gekenmerkt door spectaculaire Russische suc
cessen, maar die waren hoofdzakelijk van incidente
le aard en sproten voor een groot deel voort uit
het streven van het Kremlin om uit de ruimtevaart
zoveel mogelijk propagandistische winst te puren.
Van veel logische samenhang en een goed uitgeba
lanceerd programma op langere termijn was
zeker in het begin van de zestiger jaren nauwe
lijks sprake. Dat werd pas anders toen de op
prestigewinst beluste Kroestsjov het veld had moe
ten ruimen. Toen werd in de Sovjet-Unie geleidelijk
aan overgeschakeld op een wat evenwichtigere aan
pak. Toen werd ook al wilde men dat in de V.S.
aanvankelijk nog jarenlang niet toegeven (NASA
vreesde dan minder geld voor de eigen ruimtevaart
te zullen krijgen. het plan geschrapt om zo
mogelijk nog vóór de Amerikanen een bemand
ruimteschip op de maan te laten landen.
Tegenslagen
Tegen het eind van de zestiger jaren begon het
steeds duidelijker te worden dat de Russen werkten
aan de verwezenlijking van een project op langere
termijn: de totstandkoming van een groot ruimtesta
tion in een baan om de aarde, waarvan een zeer
bescheiden interim-versie de huidige Saljoet
slechts als experimentele voorloper zou dienen.
Voor de lancering van de Saljoet zou men gebruik
maken van de zgn. Proton-raket, waarvan al in juli
1965 een eerste exemplaar was gelanceerd. Maar
intussen werd er ook gewerkt aan een nog veel
krachtiger draagraket, een monster dat zelfs de
Amerikaanse Saturnus V-maanraket nog in vermo
gen moest overtreffen en dat in het westen wordt
aangeHnirt als G-l, TT-5 of „Supersaturnski". Triest
genoeg voor de Russen liet die mammoet het hope
loos zitten. In 1969, 1971 en 1972 leverden drie van
dergelijke raketten alleen maar enorme explosies
op en daardoor kwamen de Russische plannen voor
de lancering van een groot, permanent ruimtesta
tion in de ijskast terecht, evenals trouwens de
plannen voor de plaatsing van een aangepaste
Saljoet als verkenningsstation in een baan om de
De „dienstregeling" voor de gezamen
lijke operaties van de Amerikaanse
Apollo-bemanning (Stafford, Brand en
Slayton) en het Russische Sojoez-team
(Leonov en Koebasov) ziet er in grote
lijnen als volgt uit:
Dinsdag 15 juli
13.20 uur: Lancering Sojoez vanaf de
basis Tjoeratam in de Sovjet-republiek
Kazachstan; aanvankelijke omloopbaan
(188-228 km) wordt later cirkelvormig
gemaakt op 225 km.
20.50 uur: Lancering Apollo Vanaf de
basis Cape Canaveral in Florida: baan
in eerste instantie 150-167 kilometer.
22.13 uur: Apollo koppelt zich aan
luchtsluis en trekt deze uit bovenste
trap Saturnus Ib-draagraket; daarna
enkele baancorrecties.
Woensdag 16 juli
Donderdag 17 juli
16.14 uur: Rendez-vous tussen Apollo en
16.48 uur:Begin formatievlucht Apollo
en Sojoez.
17.10 Begin koppelingsoperatie.
17.15 uur: Koppeling Apollo en Sojoez.
19.02 uur: Voorbereiding overstapje
Apollo-astronauten naar Sojoez begint
20.23 uur: Luik tussen luchtsluis op
Apollo en Sojoez-cabine open.
23.26 uur: Einde eerste bezoek.
Vrijdag 18 juli
09.59 uur: Begin tweede uitwisseling.
16.08 uur: Eind tweede uitwisseling en
begin derde overstapperiode.
20.06 uur: Derde periode van overstap
jes eindigt, vierde begint
23.10 uur: Vierde uitwisselingsperiode
wordt beëindigd.
Zaterdag 19 juli
13.02 uur. Ontkoppeling Apollo en So
joez.
13.10 uur: Formatievlucht
13.28 uur: Hernieuwd contact Apollo en
Sojoez.
13.40 uur: Koppeling Apollo en Sojoez.
15.59 uur: Ontkoppeling.
23.54 uur: Scheiding Apollo en Sojoez.
Maandag 21 juli
Donderdag 24 juli
22.19 uur: Landing Apollo-terugkeerca-
bine in Stille Oceaan bij Hawaii; moge
lijkheid dat Apollovlucht wordt ver
lengd, is overigens niet uitgesloten.
maan, waarbij Zond-cabines voor de aan- en afvoer
van bemanningen moesten zorgen.
En zo is de situatie in de Sovjet-Unie in feite nog
steeds. Men heeft zijn plannen voor de landing van
bemande ruimteschepen op de maan niet opgegeven
opmerkingen van Boris Petrov op 12 april jl.
geven eerder van het tegendeel blijk maar ze
moesten wel op de lange baan worden geschoven.
Ervoor in de plaats kwamen vluchten met de be
trekkelijk bescheiden Saljoet/Sojoez-combinatie, ter
wijl men in dit opzicht aanvankelijk had gemikt op
veel grotere, per Supersaturnski te lanceren ruim
testations.
Inmiddels zijn de Russen ook al geruime tijd bezig
met een Space Shuttleachtig ruimtetoestel, de Kos-
moljot, maar het zal nog wel enkele jaren duren
voordat die aan de slag kan gaan. Voorlopig zullen
de Russen gedwongen blijven zich bezig te houden
met projecten, die nog maar een flauwe afschadu
wing zijn van hun vroegere successen, waar bij ze
hoewel een vertekend beeld van de werkelijke
krachtsverhoudingen gevend de éne ruimtelijke
primeur na de andere op hun naam brachten en
de wereld keer op keer versteld lieten staan.