IEUWE KLAPPEN VOOR
ANDBOUW-VEETEELT
Stroom oorlogswezen
snel tot stilstand
Spreiding
tu of nooit"
«DAG 16 APRIL 1975 LEIDSE COURAN
AG Na de rampzali-
van vorig Jaar lijkt de
jdse landbouw en vee-
nieuw een grote klap te
Een klap die gedeelte
gevolg is van het afge-
ajaar, en die volgens
agrarische kringen
graadje erger sal aan-
gi |an vorig jaar!
J. W. Maris, voorlichter
Landbouwschap, zegt:
itand is bijzonder kri
jt beroerde is, dat er
jn te doen is. En dat
<te|oeren bijna rebels. Er
ifuiF schrijnende gevallen
wijzen. Volgens mij
I schade groter dan vo-
J 3?' Ir. C. W. C. van Bee-
3l Jecteur voor de bedrijfs-
I A./tling Zeeland: „Zover
[yHet willen gaan, maar de
p zeker ongunstig",
jndoenlijk een schatting
èn van de finahciële
e de boeren boven het
jngt Vorig jaar bedroeg
Ie zeker 100 miljo^p gul-
>rvan alleen in Zeeland
piljoen. De ongunstige
jvan dit moment doet
(iter in het hele land
in Friesland en Lim
it alles heeft de land-
i en veetelers dit voor-
i fn gezeten. Het heeft de
h maanden nauwelijks
L Met een week flinke
de vaak kapot gereden
jerkruimeld zijn en de
t ervan weer verbeterd
6 heer Van Beekom:
pij het oogsten in de
;enrfst is de grond gewoon
■r, -jeld. Door rooimachines
l'grond soms 50 centime-
ikt. Dat krijg je met
niet weg. Als op dat
id wordt, zal er op die
grond nauwelijks
Het is niet ondenk-
die plekken nog enkele
zichtbaar blijven."
lulp van veel vrijwilli-
de herfst nog heel
ippelen, bieten, gladio-
Wat in het najaar nog aan aardappelen is achtergebleven in de. grond loopt opt
nieuw uit. De betreffende landerijen zijn nu onbruikbaar.
len enzovoorts gerooid. Maar
nog steeds zijn er heel wat hec
taren ongerooid. Er zit nog een
grotere hoeveelheid aardappels
in de grond dan anders in een
voorjaar uitgepoot wordt. Door
het uitblijven van de vorst zijn
die aardappels niet kapot gevro
ren, maar gaan nu als onkruid
weer uitlopen. Op die grond kan
moeilijk weer iets gezaaid wor-
Hoewel het voorjaar dit jaar erg
vroeg leek te zijn (bomen en
bloemen liepen abnormaal
vroeg uit) is dat door het slechte
weer omgeslagen in een zeer
laat voorjaar. De wintertarwe
had al gezaaid moeten zijn,
maar dat is pas voor 35 procent
gebeurd. Een enkele boer heeft
de gok gewaagd om bieten te
zaaien: hij had het wel vergeten.
Daarvoor waren enkele weken
goed weer nodig. Voor de zo-
mertarwe blijven ook nog maar
weinig maanden over. Immers,
hoe langer de groeiperiode, hoe
beter de kwaliteit en de kwanti
teit van de oogst. Maar die
groeiperiode wordt steeds kor
ter. Ook aardappelen moeten
hoognodig de grond in, in ieder
geval deze maand. Maar er zijn
nog nauwelijks aardappelen ge
poot. De heer Mares: „De boe
ren hebben nog de schrik in de
benen van vorig jaar en zijn
bang voor het risico. Ook is het
pootgoed erg duur."
De veehouderij zit ook in de
problemen. De koeien zijn in de
herfst al eerder op stal gegaan
en staan daar nu nog langer in.
Ze hadden al twee weken buiten
moeten zijn, maar het grasland
is nog te nat en te koud en het
vee zou de grasmat compleet
kapot trappen. Door het slechte
weer is het gras nog niet gaan
groeien. Voor de boer is het
gevolg dat hij zijn koeien steeds
schaarser en duurder wordend
voer moet geven. Hooi kost mo
menteel 4 maal zoveel als nor
maal. Bietenkoppen en mais-
pulp zijn er nauwelijks meer.
Bijna alle bouw- en grasland
ligt er nog bij zoals maanden
geleden. Boer A. Varekamp in
De Lier, met een gemengd be
drijf, zegt: „Ik ben dit voorjaar
nog nergens aan begonnen. Het
gaat gewoon nog niet. We zijn
nu al vier tot zes weken op het
schema achter. En in april ge
beurt er ook niets meer: het
moet toch eerst een week droog
zijn voordat je iets kan uitrich
ten en daar ziet het nog niet
naar uit De pootaardappelen
staan nog in de schuur. Toch
zullen ze eens de grond in moe
ten. Dan leveren ze altijd nog
meer op dan wanneer ik ze aan
de koeien voer. Nee, ik verander
mijn plannen voorlopig nog
niet."
Hij vindt zelf dat hij nog niet
eens mag mopperen. „De boe
ren in Zeeland, die eenzijdiger
gericht zijn en het van een of
twee produkten moeten hebben,
zijn er slechter aan toe. Voor
hen ziet het er somber uit"
De landbouwmachines die in het natte najaar zijn ingezet bij de massale oogstpo-
gingen, hebben diepe voren in het land achtergelaten.
LNDERSDENKENDE
TER IDS DRAISMA:
r verslaggevers)
SCHENDAM „Er moet een eind komen aan
slopende onzekerheid. Laat de volksvertegen-
een beslissing nemen over het verplaat-
van de Centrale Directie van de PTT. Geen
iw onderzoek. Meent men, dat er nog te weinig
evens zijn, dan behoort men de PTT definitief
te sluiten van de spreidjngsplannen. Zijn de
evens wel voldoende, dat moet men nü beslissen.
1st nog voor het zomerreces van de Kamer. Want
weten de PTTers tenminste waar ze aan toe
Ook al besluit men tot het verplaatsen van de
NOG 7 KINDEREN UIT CAMBODJA
DEN HAAjG „Wij zijn blij dat ze er zijn, die
zevenentwintig Vietnamese weesjes die zaterdag
door hun Nederlandse pleegouders werden afge
haald. Een tijdje geleden sloeg er op niet meer
dan 50 meter van het tehuis waarin zij woonden
een raket in. Je moet er niet aan denken, dat
die het huis had geraakt". Aldus drs. J.C. van
Deth, directeur van de Stichting Interlandelijke
Adoptie.
Terwijl in Nederland, Duitsland, andere Westeuro-
pese landen en Amerika aspirant-pleegouders
staan te trappelen om een weesje onder hun hoede
lemen, zal de plotseling op gang gekomen
evacuatie waarschijnlijk even snel weer tot stil
stand komen. De contacten met de officiële instan
ties worden steeds schaarser en mogelijkheden
nieuwe adoptieprocedures tot stand te brengen,
zijn daarmee tot nul gereduceerd.
Hoewel onze regering bij monde van staatssecreta
ris Glastra van Loon (Justitie) heeft laten weten
dat de Nederlandse regering geen initiatieven zal
nemen ten aanzien van adoptie van Vietnamese
weeskinderen, zijn toch inmiddels zevenentwintig
kinderen in ons land in liefdevolle pleeggezinnen
terechtgekomen en verblijft nog eens een aantal
kleuters in een kliniek in het Noordhollandse
Huizen. Bovendien kwam die zaterdag de pater
saleziaan Johan Donders met negen kinderen ons
land binnen. De heer Van Deth: „Inderdaad, onze
regering neemt geen initiatieven. Maar men wist
bijvoorbeeld wel, dat wij met adoptieprocedures
bezig waren en dat is goedgekeurd. Ook particulie
re initiatieven, mits verantwoord, zullen niet wor
den afgekeurd. Dat de hele operatie wellicht een
wat chaotische indruk heeft gewekt, is te wijten
aan de plotseling verslechterende situatie in het
land. Er moest snel worden gehandeld. Met toe
stemming van het ministerie is de normaal zes tot
acht maanden durende procedure afgebroken en
zijn de kinderen zo snel'mogelijk op een vliegtuig
gezet Ook de „Amerikaanse" kinderen waren al
lang tevoren bestemd voor interlandelijke adop
tie".
De heer Van Deth was op het moment van de
evacuatie niet in Vietnam en weet daardoor niet
precies hoe het in de panieksituatie is gegaan. Van
de geruchten als zouden de Amerikanen de straten
van Saigon afstropen op zoek naar zwervertjes,
lijkt hem nauwelijks iets waar. Het zijn voor het
overgrote deel ex-inwonertjes van kindertehuizen,
waarmee al jarenlang contacten bestaan, en waar
van de leiding heeft beselist welke kinderen voor
adoptie in aanmerking kwamen. Wellicht een enke
le uitzondering daargelaten.
De plotselinge overplaatsing van de ene cultuur
naar de andere is overigens voor de meeste kinde
ren, met name de wat oudere, bijzonder aangrij
pend. Sommigen hebben een kleine voorsprong,
doordat ze in tehuizen verbleven, waar veel Ameri
kanen kwamen en waar ze Engelse les kregen.
Voor de anderen is het echter bijzonder zwaar.
Niet uit Cambodja
Kinderen uit het al even chaotische Cambodja
zullen er nauwelijks op kunnen rekenen om, al
was het maar tijdelijk, uit het oorlogsgeweld të
worden weggehaald. De contacten, die adoptie van
Vietnamese kinderen mogelijk maakten, ontbre
ken met Cambodja volledig voor zover dat de
Interlandelijke Adoptie betreft Drs. Van Deth
heeft in januari van dit jaar nog vruchteloos
geprobeerd om deze banden aan te knopen, maar
toen was het al te laat. De wanorde was reeds
compleet. Ook de Amerikanen hebben in de tus
sentijd het land verlaten. Alleen het weghalen van
kleine groepjes zal nog mogelijk zijn. En dat zal
afhangen van mensen als pater Johan Donders,
van organisaties die kunnen bijspringen in reiskos
ten en die de opvang kunnen verzorgen.
En van iemand als Dieudormee ten Berge, Neder
lands journaliste in Cambodja. Gisterochtend arri
veerde zij op Schiphol met bij zich zeven Cambod-
jaantjes, die verlegen lachend dicht in haar buurt
bleven. Vier zusjes en twee broertjes met hun
zusje, in leeftijd variërend van zeven tot dertien
jaar. Terre des Hommes droeg de kosten; Interlan
delijke Adoptie zal proberen een vaste woonplaats
voor ze te vinden, waarbij er naar gestreefd zal
worden de broertjes en zusjes niet te scheiden.
Dieudonnee ten Berge woonde tot voor kort in de
hoofdstad Phnom Penh met haar Amerikaanse
vriend, eveneens journalist, en twee geadopteerde
weeskinderen. Zij kon de ellende niet aanzien, die
heerste Jn een weeshuis waarvan de directeur voor
de Rode Khmer op de vlucht was geslagen. Van
daar dat zij de zeven kinderen heeft meegenomen.
Op dat moment bleek in het verwarde Phnom
Penh alles mogelijk en binnen twee uur waren
zeven paspoorten in gereedheid. Via Bangkok en
de daar gestationeerde Nederlandse ambassadeur
is zij met het zevental naar Nederland gevlogen.
Deze kinderen zijn voorlopig ondergebracht in
Goes bij twee gezinnen.
LONNEKE VAN KOOT
s de mening van PTT'er Ids Draisma, medewer-
op de afdeling Organisatie van de Centrale
e ectie. Hij neemt daarmee een afwijkend standpunt
De gezamenlijke dienstcommissies van de PTT,
vertegenwoordigende organen van het personeel,
leiten een nieuw onderzoek. „Zij hopen op uitstel
daarmee afstel te kunnen bewerkstelligen", meent
38-jarige hoofdambtenaar van de PTT. Hij staat
irigens uiterst kritisch tegenover het werk dat door
gezamenlijke dienstcommissies wordt verricht. „Ze
op de bres om inspraak te krijgen bij de
eidingsplannen, maar zelf zijn die commissies niet
inspraak bereid. Ze zeggen namens alle PTT'ers'
ipreken. Dat is niet waar. Diverse personeelsleden
ben andere opvattingen dan de dienstcommis-
Draisma en zijn 41-jarige vrouw Let noemen de
eidingsplannen van de regering „een goede zaak".
nationaal en objectief denkt, dan is het
rduidelijk dat de voordelen van de verplaatsing
(i een dienst als de Centrale Directie van de PTT
er voordelen biedt aan Groningen dan Den Haag
nadelen van ondervindt. Voor de betrokken ambte-
Ten kan de spreiding vervelend zijn. Ook al is er
basis van vrijwilligheid. Maar eigenlijk kan je
afweging van zakelijke en persoonlijke belangen
de betrokkenen al geen vrijwilligheid meer noe-
Ik ben bijvoorbeeld bereid dit jaar naar Gronin-
te verhuizen. Voor volgend jaar zou mijn beslis-
dubieus zijn en over twee jaar zal ik besluiten
meer mee te gaan. Waarom? De opvoeding van
vijf kinderen. Zij kunnen dan niet meer van school
laid worden.
Draisma, politiek actief voor de PPR in de
^iidhollandse Provinciale Staten, is Fries van ge
storte. „Maar dat speelt voor mij geen enkele rol",
pjn vrouw Let is in Leidschendam secretaris van
plaatselijke afdeling van de PPR en verder actief
—'Creatieve organisaties en ouderraden van scholen.
is geboren en getogen in Den Haag. „Het lijkt
lo* erg plezierig om op m'n veertigste nog eens
HÉtfeuw te kunnen beginnen. Ergens anders, bijvoor
beeld Groningen. Tegen de spreiding naar Groningen
ik dan ook geen enkel bezwaar. Was het Leeu-
geweest, dat had ik er anders over gedacht,
ji-it ik wil mijn kinderen in een échte stad, in een
Jtdsmilieu opvoeden.
zijn Ids en Let Draisma als zij het beleid van
gezamenlijke dienstcommissies van de PTT, de
'genwoordigers van het personeel, bekritiseren,
eerste zeggen de dienstcommissies
Ids en Let Draisma voor hun woning in Leidschendam; „We wonen hier plezierig, daarom
hoeven we niet weg."
voltallige personeel te spreken. Zij verkopen de soli-
dariteitsgedachte en doen dat niet terecht. Er zijn
ambtenaren die geen enkel bezwaar hebben tegen de
spreiding. De andersdenkenden worden echter mond
dood gemaakt. Er is nog nooit onderzocht of iedereen
tegen de spreidingsplannen was. Ik heb al enkele
brieven naar de commissies geschreven en er is nog
nooit op gereageerd. Er zijn trouwens massa's perso
neelsleden die anders denken. Velen zijn in de vakan
tie naar Groningen gegaan. Makelaars in Groningen
worden overstelpt met vragen. De VW-kantoren
hebben het druk door de voorgenomen spreiding."
Het echtpaar Draisma vindt het nog erger, dat de
gezamenlijke dienstcommissies informatie aan de per
soneelsleden onthouden. „Ze schrijven bijvoorbeeld
aan het personeel dat er een spreidingstoelage van
9000 gulden kan worden verstrekt. Dat bedrag noe
men ze te gering. Toen zij dat bedrag aan het
personeel bekend maakten, wisten ze al van de
verbeterde regelingen. We hebben becijferd, dat de
te spreiden PTT'ers bij aankoop van een woning in
Groningen in aanmerking kunnen komen voor een
bedrag van 30.000 gulden. Dat wordt niet genoemd.
Men brengt systematisch bepaalde zaken niet over
aan het personeel."
„Natuurlijk is het momenteel zo, dat slechts een klein
percentage van de PTT'ers tot spreiden bereid is. Zou
er echter beter geinformeerd worden, dan wordt dit
percentage waarschijnlijk groter. En op het moment
dat tot spreiding besloten zou worden en iedereen
zich uitvoerig heeft kunnen laten voorlichten, dan
zullen er wel nog meer voorstanders zijn."
De brief van de 132 topfunctionarissen waarin zij zich
zonder meer tegen de spreidingsplannen verklaarden,
wordt door de heer Draisma op de nodige vraagte
kens onthaald. „Toen ze zelf niet bedreigd werden,
hoorde je ze niet. Nu plotseling wel. Datzelfde geldt
overigens ook voor de andere ministeries in Den
Haag, die in de toekomst ook voor spreiding in
aanmerking kunnen komen. Ook vanuit die ministe
ries komen geen geluiden. Het zal wel een typisch
menselijk trekje zijn, dat „pas gaan morren als het
om je eigen hachje gaat", maar vreemd is het wel."
„Wat overigens te denken van de vakorganisaties.
Kundig wordt steeds onder de tafel gemoffeld, dat
de landelijke vakbewegingen als het NVV voor de
spreidingsplannen zijn, terwijl de plaatselijke afdelin
gen zich tegen de plannen afzetten."
„Het belangrijkste op dit moment is echter, dat er
een beslissing genomen gaat worden. Zo'n 20.000
mensen zijn betrokken bij de spreiding van de PTT.
Het zijn dan wel 5300 personeelsleden, maar elk heeft
z'n gezin terwijl ook de overige familieleden er belang
bij hebben. Al die mensen verkeren al sinds maart
van het vorige jaar in onzekerheid. Daar moet een
eind aan komen. En snel."
Hiernaast komt een hoofdambtenaar van de P.T.T.
aan het woord, die de spreiding van de rijksdiensten
ziet als een noodzakelijk gegeven. Zelf is hij er niet
op tegen, wanneer hij naar Noord-Nederland overge
plaatst zou worden. Maar één ding staat bij hem
voorop, de spreiding moet er nu komen, of nooit
meer. „Over een poosje wil ik misschien ook niet
meer..." aldus Ids Draisma, die bovendien vaststelt,
dat het met de inspraak via de Dienstcommissie ook
niet zo geweldig goed loopt.
Dg Nederlandse journaliste Dieudonnee ten Berghe bij haar aankomst op Schiphol
met zeven Cambodjaanse weeskinderen.