Is een kind tot dank baarheid verplicht? KAMERBEKLEDING LINGERIE RHAPSODIE Geestestoestanden van invloed op vruchtbaarheid VOOR DE VROUW Gekke poppetjes en au- tpotjes uit de dertiger jaren op gordijnen met bijpassen- do lampekap. Kussens en palmen, het is allemaal weer terug. Misschien een trend van voorbijgaande aard, maar nu wel sterk aanwezig. 'k'.psrhiktP kn-kassen: nen drukstoffen kunt u kiezen, maar ook half synthetische gor- dijnvelours met verschillende Perzische tapijtendessins (140 cm. breed). Verder nieuws: gor dijnen met specifiek op water geïnspireerde dessins (o.a. de „Niagara") Kortom: plaatjes uit oude pren tenboeken vindt men terug in interieurs van nu. Ook de kan ten vitrages zijn present Je kunt er zo je bruidsjurk van Zoals we onze kleerkast in de lente inspecteren, bekijken we ook ons interieur met kritisch oog. Vloerbedekking en gordij nen blijken dan nog wel eens oudbakken. Een beetje rond neuzen en we hebben wat Idee tjes opgescharreld voor het ge val u de kamer in het nieuw wilt steken. Gordijnen met een knipoog naar de charlestontijd zijn overal verkrijgbaar (inrich tingszaken, warenhuizen). Oma kan zich „thuis" voelen bij de kleindochter. Niet alleen dat ze een tapijt, bedekt met rozen of chrysanten ziet, een stapel ve lours kussens in een gezellig ouderwets dessin en de zijden bedrukte lampekap met franje- rand, ze zit ook nog onder een palm in een rotanstoel zoals ze die vroeger zelf in de serre had staan... Bedrukte fluwelen gordijnen kunnen wer hangen aan de tra ditionele (destijds achteloos in de asbak gegooide) houten gor dijnroeden met houten steunen, -ringen en -eindknoppen. Alleen zijn nu de roeden afgewerkt met celluloselak (Swish-roeden, te koop in plastic zakjes met schroeven, pluggen en gebruiks aanwijzing), waardoor de ringen gemakkelijk schuiven. Behalve van bedrukte velours zijn er ook vermakelijke charleston-gordij nen („Roaring 20's") lekker gek voor nog geen 20 gulden per meter (in combinatie met zwart Vorwerktapijt „Zeta" en bijpas sende bekledingsstof „Angeli ca"). Keus te over uit de Belle Epoque: gordijnen met een zwart fond, waarop paarden en rijtuigen of rustieke tafereeltjes uit een 19e-eeuwse kasteeltuin in zwart/wit voorkomen (50% katoen, 50% rayon). Amazones uit 1800 draven elegant over weer andere stijlgordijnen (120 breed; 20,- p.mtr.). Of ze heb ben een opdruk van water put tende vrouwen. Gebloemde lin- Aecotone") hebben romantische kleurstellingen met stijlkenmer ken uit de jaren 19001930. „Castilian" kunt u zelfs op de grond van uw wijnkelder leggen als u die heeft Drink er rustig uw glaasje „zo uit het vat" gezeten op een paar ve lours zitkussens, de vinyl vloer bedekking houdt de kelder- grond, zelfs al is die een beetje klam, kurkdroog. Geheel nieuw is „Beryl", een zuiver ongekamd vlastapijt, hoogpolig jn gemêleerd bruin/- beige en beige/wit (400 cm. breed). Puur Sisal (ook 400 cm. breed) is zo simpel als de grond waarop het gegroeid is en leent zich beter voor het ongekunstel de moderne interieur met de strakke lijnen. Evenals het zui ver cocos, jong en eerlijk. De woltapijten „Lana" (berbers in verschillende kleurschakerin gen) zijn goedgekeurd door het Internationaal Wolsecretariaat. Onverslijtbaar passen ze zich aan bij elk interieur door hun ongecompliceerde schoonheid. TINY FRANCIS maken! Bij de sortering nostal gisch gedessineerde bekledings- stoffen en -gordijnen zijn bij de trend aansluitende tapijtsoor ten. Tapijt „Kirman 140" (80% wol, 20% nylon) is Perzisch in alle opzichten (kleur en dessin). Maar er is ook een prachtige acryl tapijtstof in de handel dat lijkt op het smyrna kleed uit opa's studeerkamer. Harde vloerbedekking „Castilian" (en de Armstrong vinyl „Imperial Zo'n moderne, oude lamp kunt u zelf haken van alle soorten garens. Hier ziet u drie karkassen waarover het haakwerk kan worden be vestigd. Deze karkassen zijn. te koop in handwerk- en hobbyzaken. Inlichtingen en het boekje "Lampen, een prettige handleiding voor iedereen" is te verkrijgen bij Lanarte handwerken, postbus 717 in Leeuwarden. Kussens, gordijnen en hanglamp: een drieling. Nieuwe lente, nieuwe foundation. Als in het hele modescala durven we weer vrouw te zijn. In satijn charmeuze lange (onder)rokken, pettycoats met rimpelde kantstrook. Zelfs jarretelles vallen te inaleren. Super chic is een zwart corrigerend corselet met bijpassende ochtendjas in zebra- streep. Om zo mee uit een zeegroene badkamer te drentelen. De beha's zijn erg laag uitgesneden. Met het oog op rugloze cocktailjurken sluiten ze van achteren haast in de taille. Het Watteau behaatje (Triumph) weegt nog geen 10 gram en heeft midden tussen de cups een bandje. Verder zijn er gedessineerde beha's met een afbeelding van kleurige luchtballonnetjes. Ideale ontbijt- dracht: behaatje, onderjurk en lange bijpassende duster, bijvoorbeeld oranje en groen op wit Som mige dusters met bloemetjesmotief zijn geheel doorgestikt zodat ze breed uitstaan. Omdat we toch terug naar vroeger zijn gegaan, mag je weer van „ondergoed" spreken. Nieuw is de witte „sweety" een onderlijfje van katoen, afgezet met katoenkant. (Schiesser) en voor warme dagen de Ajour-serie van polyester met viscose, die een chemisette en slip omvat elastisch en poreus. Niemand verbaast zich nu over een heel kanten ondersetje van 100% katoen, waarin 5% elastan is verwerkt voor de rekbaarheid. Hier opnieuw een hempje, beha-slip garnituur en een slip (Raschel- serie, Schiesser). Voor een avonddrankje op het balkon van uw flat in Italië: vloerlange doorge stikte jas in patchwork mo tief met bijpassend lang of kort nachthemd met bloe metjeslijfje. Het lange hemd heeft een bloemetjesstrook aan de onderkant (Triumph). lllllllilllflllli Vandaag is mijn tweeling Jarig, pardon, ónze tweeling. Gek is dat, dat "mijn" en dat "onze", geen van beide is namelijk Juist. Kinderen zijn nooit privé eigendom van de moeder, evenmin als van de vader, de broers of de zussen. Ze zijn alleen maar van zichzelf. Herstel dus: de tweeling is Jarig. Nog niet goed, want er lopen wel meer tweelingen op Gods aardbodem rond. Zo dan: vandaag is 't precies dertien Jaar geleden dat er in ons gezin "un" tweeling werd geboren, van het mannelijk geslacht om precies te zijn. Ba, wat een gehannes om een paar woorden! Ze vallen soms zo achteloos uit je mond, maar als je ze daarna eventjes oppikt, ze achteraf wikt en weegt wat je eigenlijk vóór die tijd zou moeten doen maar wat bij iemand met een wat trage denkwijze nog wel eens voorkomt dan kom je tot de ontdekking dat datgene wat je je zo losjesweg eventjes liet ontvallen toch wel iets zegt van je werkelijke manier van denken. Je bent n.l. als moederdier zo gauw geneigd om te spreken van "mijn" kind, met een bezittersair waar je koude rillingen van krijgt als je daar eens goed over nadenkt. Als het een tweeling betreft is dat helemaal erg, want je beschouwt het zelf toch maar als een formidabele prestatie om twee kinderen tegelijk ter wereld te brengen: als daar geen ziekenhuis of couveuse aan te pas komt, en daar liggen dan twee prachtzonen van zeven pond het stuk te krijsen in hun wiegen, dan meen je minstens dat je daartoe toch wel recht van spreken hebt De trots om de prestatie verhoogt dan nog bezittersair. bezittiersair, waaraan je het recht meent te kunnen ontlenen ze als je privé-eigendom te beschouwen. Nou ja, ze zijn ook nog een beetje van je man, maar daar houdt het verder dan toch wèl mee op. Per slot van rekening ben jij degene die ze uitgedragen en ter wereld hebt gebracht, en dat was een best karwei. De eerste jaren van hun leventje koester je je zoals dat dan heet trots en gelukkig in het bezit van twee prachtzonen, en die eerste tijd blijft de illusie, dat het inderdaad een bezit voor je is, vrij goed intact. Maar gaandeweg begint het hier en daar toch wel slijtplekken te vertonen, en tegen de tijd dat ze zo'n dertien levensjaren achter de rug hebben begint het tot je door te dringen dat dat bezit, zo daar al van gesproken kan worden, dan wel van zeer tijdelijke aard is. Ze zijn andere opgegroeid, dan jij het je had gedacht, en jij het had willen regelen, ze denken andere dan je had verwacht, ze handelen andere, ze hebben een heel eigen kijk op de dingen, ze hebben een totaal andere toekomstverwach ting dan jij, kortom ze zijn bezig om zich op een voor jou griezelige maar toch boeiende manier een plaats in het leven te veroveren. Het laatste dat ze daarbij in overweging zullen nemen is dot Jij ooit de neiging hebt gehad om ze als jouw bezit te beschouwen: ze gedragen zich dan ook bepaald niet als een paar middeleeuwse lijfeigenen. Hiermee bedoel ik niet te zeggen dat ze geen genegen heid voor hun ouders hebben, maar dat ze zich daar waarschijnlijk helemaal niet van bewust zijn. In een normaal lopend gezin, zonder ziekte, dood, echtscheiding of andere zaken die in de geijkte gezinspatronen ingrijpèn, is de aanwezigheid van vader en moeder zo'n vanzelfsprekende zaak, dat daar doodgewoon niet over gepiekerd wordt, wel in de afwij kende situatie, waar de vanzelfsprekendheid op welke manier dan ook verloren gaat. In het argeloze leven van het kind komt dan een deuk en daarmee pas het besef van dat wat er niet meer is. Zelfs als volwassene kun je dat nog ervaren, vooral als de laatste van je beide ouders komt te overlijden. Van tevoren heb je je gewapend met allerlei verstandelijke overwegingen, zo in de stijl van: ach, ze hebben de leeftijd, ieder mens moet toch een keer sterven, we hebben nu ons eigen gezin waar wc mee leven, enzovoort. Maar als het dan toch gebeurt sta je te kijken van de storm van gevoelens die je overvalt. Het is of de achtergrond waartegen je leefde weggevallen is. je voelt je losgesneden van de wortels waaruit jouw leven is ontstaan, letterlijk ontworteld. Vanaf dat moment ga je je meer bewust worden van de plaats die jij op jouw beurt bij je kinderen inneemt Kinderen staan daar nooit bij stil. die consumeren je, alsof je eten en drinken bent, waar ze recht op hebben. Dankbaar zijn ze nooit of bijna nooit, tenzij de vanzelfsprekendheid doorbroken wordt. Mogen wij dat trouwens wel van ze verwachten? Natuurlijk leer je ze de techniek van dank-je-wel zeggen, dat hoort zo bij het hoofdstuk "goede manieren", dat je ze op de een of andere manier toch wel probeert bij te brengen, maar die bedoel ik hier niet Wat ik bedoel is dit: "Je moest wel eens een beetje dankbaar zijn', zo'n uitspraak van een teleurgestelde vader of moeder. Als je daar eens serieus over gaat piekeren, vind je dat dan nog zo? Om daar achter te komen zou je je eerst in volle ernst moeten afvragen: waarom ben ik goed voor mijn kind? Is het niet om de doodeenvoudige reden dat je gewoon niet andere kvlnt? Sta maar eens een poosje buitenspel wat dat betreft, let op: na een tijdje misschien van heimelijke opluchting zou je niets liever doen dan die taak weer zo gauw mogelijk op je te nemen. Hoe reageren ouders die uit de ouderlijke macht worden ontzet? Ze ervaren het als een van de zwaarste straffen die je een mens op kunt leggen, ook al is die maatregel alleen bedoeld om het kind te beschermen. Hebt u wel eens in een ziekenhuis ouders van achter glas naar hun kind zien kijken? Natuurlijk is hun verdriet om de pijn en de narigheid van het kind oprecht, maar voor een gedeelte komt het ook door het gevoel van onmacht omdat zij het in deze situatie niet kunnen helpen en verzorgen. "Kon ik het maar eventjes vasthouden", denkt de moeder. Is dat om het kind of om de moeder zelf? Waarom worden kinderen soms opgevoed als ware statussym bolen, overladen met speelgoed, de duurste kleren, de mooiste fiets, etc.? Is dat werkelijk alleen uit goedheid tegenover het kind of komt dat niet een beetje voort uit de behoefte onszelf rijk en goed te demonstreren? Waarom willen wij voor het kind de duurste en de beste opleiding die er maar te realiseren valt? Werkelijk alleen met het oog op zijn belang? Komt daar nog niet wat anders om de hoek kijken? Het is toch wel erg prettig om te kunnen zeggen: "Mijn zoon studeert aan de hogere weet-ik-wat-school"? Het is wel eens goed om bij deze dingen een vraagteken te zetten. Mischien helpt het ons om teleurstellingen te voorkomen, zowel voor onszelf als voor ons nageslacht. Onze liefde voor de kinderen is wel een beetje meer eigenliefde dan je op het eerste gezicht zou denken. Is het daarom niet een beetje dwaas dankbaarheid te verwachten, laat staan te eisen? Zo, en nu haal ik de poffertjespan tevoorschijn, hier gaat gefeest worden. Je kunt nu wel allerlei fraaie theorieën op papier zetten, maar een mens moet per slot van rekening practisch blijven. Wie doe ik daar trouwens het grootste genoegen mee: mijn tweeling of mijzelf? Wat staat daar nou weer, mijn tweeling?! Er zijn van die mensen die het nooit zullen leren EJL MEDISCHE IRUBRIEK De tijd dat de onvruchtbaarheid /an een echtpaar zonder meer toegeschreven werd aan de /rouw behoort reeds lang tot let verleden. We weten nu dat Jok de man de oorzaak kan zijn 'an een kinderloos huwelijk. Terwijl in sommige landen, toals Pakistan en India, de be- 'olkingstoename niet onder con trole te houden is, kennen we m de ontwikkelde landen een 'ersnelde daling van het ge boortecijfer. Ihdien deze neiging aanhoudt tal binnen vijftien jaar de bevol king beginnen te verminderen Ji sommige geïndustrialiseerde landen. Dit zal ondermeer het geval zijn in de Verenigde Sta len en in Frankrijk. Die redenen van deze daling van het geboor tecijfer zijn niet alleen talrijk maar ook ingewikkêld. Meestal zijn het economische en psycho logische faktoren die nog niet zo goed onderzocht zijn. Onlangs kwam professor Netter, dienst hoofd van de dienst endocrino logie van het Necker-hospitaal te Parijs, met een originele zienswijze naar voren. Sinds er in het Necker-hospitaal een con sultatie bestaat voor de mense lijke voortplanting, neemt het aantal mannen die onvrucht baar zijn toe. Dit intrigeerde Netter ten zeerste en hij vroeg zich af of dit een toevallige vondst was ofwel een aandui ding dat de mannelijke vrucht baarheid in zijn geheel aan het dalen was. Helemaal geen dom me vraag omdat nog andere ba sisfenomenen in verband met de voortplanting de laatste decen nia veranderingen hebben on dergaan. Zo weten we reeds ge ruime tijd dat de menopauze opschuift naar een latere leef tijd terwijl de puberteit zich vroegtijdiger voordoet De aanmaak van mannelijke ge slachtscellen zou erop achteruit gaan. De Amerikanen Bunge en Nelson onderzochten in dit ver band 349 mannen, vaders van tenminste twee kinderen, die zich lieten steriliseren. Deze mannen hadden gemiddeld 48 miljoen mannelijke geslachtscel len per milliliter, 71 pet hadden een gemiddelde van minder dan 60 miljoen. In 1951 deden Mac. Lead en Gold analoge tellingen bij dui zend familievaders van dezelfde leeftijdscategorie. Ze vonden toen 29 pet. mannen met een gemiddelde van minder dan 60 miljoen. Het totaal gemiddelde was 107 miljoen geslachtscellen per milliliter. Het verschil tus sen beide groepen is merkwaar dig en zou kunnen wijzen op een verminderde vruchtbaar heid van de Amerikaanse man. Recente studies van Jondet en Millet in het centrum voor men selijke bevruchting in het Nec ker-hospitaal gaven gelijksoorti ge aanduidingen. Het gemiddel de aantal spermatozoa (manne lijke geslachtscellen) bedroeg 42 miljoen per milliliter en bij 43 pet van de mannen vond men er minder dan 60 miljoen. De Franse bevindingen bevestigen de Amerikaanse vaststellingen. Aan de hand van deze gegevens mag men grosso modo schatten dat 1.750.000 Franse mannen van de 25 miljoen steriel zijn of het althans zullen zijn op het ogenblik van hun huwelijk. De aanmaak van mannelijke zaadcellen in de testikels wordt geregeld door de gonadotrofi- nes. m.a.w. door de hormonen afgescheiden door de hypofyse. De hypofyse, gelegen aan de hersenbasis is om zo te zeggen de orkestmeester van onze klie ren met inwendige afscheiding (hormonen). Deze hypofyse staat in zeer nauwe verbinding met de hersencentra waarin zich ons gevoelsleven afspeelt. Via de hypofyse kunnen angst toestanden, stress, overwerk, kalmerende pillen en depressie toestanden een invloed uitoefe nen op de vorming van de ge slachtscellen. Dit komt bijna steeds neer op een verminderde aanmaak van spermatozoa. On ze moueme maatschappij bor relt over van allerlei negatieve invloeden. /ermelden we in dit verband het verhoogd tabakgebruik, het zittend leven, de emotionele shocks, echtscheiding, de Jacht in het moderne verkeer en in vele werksituaties. Al deze omstandigheden kun nen een invloed uitoefenen op de voortplantingsfunktic. Dit stelt men ook vast bij dierstu- dies. De natuur schijnt de voort planting eerder als een luxe- funktie te beschouwen. Telkens als het leven van het individu in gevaar is of onderhevig is aan bepaalde spanningen die veel energie vergen wordt de voortplantingsfunktie op een la ger pitje gezet. Of dit als een aanpassingsverschijnsel of als een nieuwe bedreiging voor de menselijke soort moet worden beschouwd zal de toekomst uit wijzen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 11