Eén jaar van de vrouw is
niet genoeg
...en nog steeds discriminatie
Boerenzoon
Pelleboer
stoeit zijn
hele leven al
met het weer
„Geen verkettering
van vrouwen, die
thuis blijven"
„Alle vrouwen
v moeten gaan
werken"
Paterswolde "Als school
jongen al plakte ik 's win
ters op de schuur van een
café bij ons in 's-Heeren-
broek aan, hoeveel graden
het 's nachts gevroren had.
Ik had ook zelf een bakje
gemaakt, waarmee ik de re
genval kon meten. Ik had al
vroeg erg veel belangstelling
voor het weer. Dat zat er
natuurlijk in omdat ik van
de boer kom. Wij hadden een
boerderij tussen Kampen en
Zwolle. Maar ik heb nooit
boer willen worden".
J. H. Pelleboer (50) is nu een
van de twee Nederlanders,
die op particuliere basis een
weerstation drijven. Ze zijn
trouwens, voorzover Pelle
boer weet, de enigen in Eu
ropa. In Amerika komt het
beroep meer voor, daar kun
je je weerberichten kwijt
aan het bedrijfsleven. Pelle-
,boer en zijn collega De Jong
in Gorredijk moeten het van
de publiciteit hebben. Kran
ten, radio. Ze hebben het
werkterrein redelijk ver
deeld en kunnen voor elkaar
invallen, zodat ze ook nog
een keer met vakantie kun
nen gaan.
Correspondentie met De Bilt
leidde er toe, dat wijlen pro
fessor dr. W. Bleeker en an
dere meteorologen in de oor
log hun hongertochten tot 's-
Heerenbroek uitstrekten.
„Dan werd eerst het grootste
gat gedicht met een beker of
vijf melk en daarna kon je
praten. Ik wilde na de oorlog
bij de meteo en ik nam de
kans waar om de heren om
hulp te vragen. Dat is gelukt
Ik heb een korte opleiding in
De Bilt gehad en toen werd
ik op Eelde geplaatst. Er was
gebrek aan mensen, de vlieg
velden moesten zo snel mo
gelijk weer in bedrijf ko
men".
Tien jaar is de heer Pelle
boer in dienst van De Bilt op
Eelde werkzaam geweest Hij
deed het werk graag, want
het was zijn hobby en hij
ging er zo in op, dat hij ook
in zijn vrije tijd met het weer
bezig bleef. Lezingen houden
en artikeltjes schrijven voor
kranten. Daar werd toen in
De Bilt bezwaar tegen ge
maakt. En dan was er nog
die ervaring met het konin
klijk bezoek aan Groningen.
"Ik had dienst op Eelde en
tegen de tijd dat in de stad
de koningin per koets een
korte tocht zou maken, pakte
zich hier een enorme plaatse
lijke bui samen. Ik heb de
politie gebeld en men wist de
tocht iets te vervroegen, zo
dat de koningin net voor het
uitbreken van een wolkbreuk
binnen was. Dat kwam in de
krant, maar toen kreeg ik
van De Bilt op mijn kop. Ik
had dat via via moeten mel
den. Ja, ja, dan was de ko
ningin mooi nat geregend".
Er staan telexen en een facsi
mile-apparaat, dat weer
kaart j es kan ontvangen. Op
de telexen komen allerlei cij
fers binnnen: berichten in
code, waar Pelleboer het
weer in Europa uit afleest.
Iedereen kan ze trouwens via
de radio opvangen. Dan
heeft hij nog de hulp van 200
regenwaarnemers in het
land. Elke maand sturen ze
een kaart met hun bevindin
gen op. Die worden gebruikt
voor de "weerpraatjes ach
teraf", die Pelleboer zijn
kranten-afnemers toezendt.
En dan is er nog de radio.
Elke ochtend (behalve op
zondag) zit hij in de uitzen
ding "uit en thuis" van de
Wereldomroep, na het
nieuws en de oproepen van
het ANWB-alarm. Het is
goed gegaan met het weer-
zaakje van Pelleboer. "Het
was wel riskant, ik heb er
een rijksbetrekking voor op
gegeven. Ik zou het niemand
anders aanraden. Ik geloof
ook niet dat er na De Jong
en mezelf jongeren komen
om dit voort te zetten".
Is mevrouw Pelleboer wel
eens nat geregend, terwijl
haar man had gezegd, dat ze
de paraplu best thuis kon
laten? "O ja, een weerprog-
nose is heus niet altijd in de
roos, daarvoor is het weer
veel te onbetrouwbaar. De
familie belt me vaak, meestal
met succes, maar ik ga ook
wel eens af. Je kunt dan
later wel verklaren waar dat
door kwam, maar je hebt er
niets aan voor een volgende
keer. Maar de kans, dat een
voorspelling uitkomt, is toch
zeker tachtig procent. De Bilt
komt ook niet hoger. Overi
gens hoop ik niet, dat ik nu
telefoonklanten krijg. Er bel
len wel eens een paar boeren
op, die vanwege hun werk
zaamheden willen weten hoe
het weer gaat worden. Maar
ik kan niet aan de telefoon
blijven zitten voor mensen
die op visite willen".
Als het op korte termijn al
zo moeilijk is, hoe zit het dan
met de prognoses voor lange-
re perioden? „Je kunt niet
verder gaan dan maximaal
„Ja, ja,
dan was
de koningin
mooi
nat
geregend".
vijf dagen, zeker in Neder
land niet", zegt particuliere
weerboer J. H. Pelleboer. Al
leen langs statistische weg
kun je een waarschijnlijk
heidskans noemen. Neem de
Elfstedentocht, dan weet je
hoe vaak die door kon gaan,
wanneer het in januari be
gon te vriezen. Dat is een
kleine aanwijzing, maar
meer niet. Het is bijvoor
beeld totaal onmogelijk om
in oktober/november iets zin
nigs te zeggen over het ver
loop van de winter".
De heer Pelleboer hecht dan
ook geen waarden aan volks
gezegden en weerrijmpjes.
Behalve dan voor het korte'
termijn. Zoiets als "morgen
rood, water in de sloot", dat
klopt wel. Maar al die "lots-
dagen" en wat ze zouden
voorspellen, dat zijn lacher
tjes.
„Op wetenschappelijke basis
is men wel druk bezig om tot
wat langere termijnprogno
ses te komen. Volgend jaar
wordt daarvoor in Londen
een nieuw computercentrum
gebouwd, dat de gegevens
van het héle noordelijke half-
De natuur is dit jaar
erg voorlijk. Alles is drie
weken eerder dan nor
maal. Maar of die voor
sprong blijft zal april ons
leren.
rond zal verwerken. Daaruit
worden dan "stromingskaar-
ten" gemaakt. Zo komt men
geleidelijk wel iets verder. In
Nederland wordt er over ge
dacht om van drie op vijf
dagen over te stappen, wat
de weersvooruitzichten be
treft In Engeland heeft men
al wat meer geprobeerd,
maar een maand was toch
wel het maximum en zodra
je de verwachtingsperiode
verlengt, worden je uitspra
ken steeds waziger. "Later
regen" bijvoorbeeld, kan net
zo goed op donderdag als op
vrijdag komen. Je moet je
van die lange-termijn-voor
spellingen niet te veel voor
stellen", meent de heer Pelle-
"Zo'n merkwaardige winter
als we nu beleefd hebben,
heeft dan ook niemand kun
nen voorzien. De broodeten
de profeten hebben zelfs hun
mond gehouden. Die waren
vorig jaar te zeer op de kof
fie gekomen. Toen er in no
vember 1973 al veel sneeuw
was gevallen, kwamen de be
richten los. Alle molenaars
en landbouwers die een
strenge winter voorspelden,
inclusief een elfstedentocht,
haalden de t.v. Maar het
werd juist een erg zacht win
tertje en daar zijn die voor
spellers toen wel van ge
schrokken, denk ik. Ze heb
ben ditmaal wijselijk hun
mond gehouden. Kijk, het
klopt wel dat er kou op
komst is, als de wilde ganzen
naar het zuiden trekken,
maar die gaan gewoon met
de kou op en neer en ze zijn
toen de hele winter hier ge
bleven. Flora en fauna geven
geen enkele waarborg. Al die
voorspellingen over een
strenge of zachte winter?
Duimzuigerij, zeg ik, meer
niet".
Over wat de gevolgen van
deze zachte winter betreft,
wil de heer Pelleboer ook
niet te veel loslaten. Het is
zijn terrein niet. Hij weet al
leen, hoe in het verleden het
temperatuurverloop geweest
is en hij heeft enkele notities
1 over de lenteverschijnselen.
Uitzonderlijk zachte winters
had je in 1834 en 1935, maar
je moet verder teruggaan om
tot een gemiddelde etmaal-
temperatuur te komen als in
de afgelopen maanden. Het
record lag op 5,3 graden in
de jaren 1737 en 1796, maar
dat is ditmaal met 5,5 gebro
ken. De natuur is nu erg
voorlijk en het veel zal wel
vroeg naar buiten kunnen.
Alles is drie weken vroeger
geweest dan normaal, maar
of die voorsprong blijft? Als
een koudegolfje de uitgelo
pen scheuten aan de rozen
doet bevriezen, ben je weer
net zo ver als anders, of zelfs
nog minder. Vorst, zelfs in
april, is normaal en als dat
nu ook gebeurt, is het best
mogelijk dat we eind april
zeggen: we zijn er niets mee
opgeschoten.
Van voor de achttiende eeuw
zijn geen temperaturen be
kend, maar de heer Pelle
boer weet wel, dat in 1421 op
7 april het graan al volledig
in bloei stond. Dat blijkt uit
een oude kroniek, alleen
stond de graansoort er niet
bij vermeld. "Het zal wel rog
ge geweest zijn, die is het
vToegst, maar doorgaans
toch niet voor half mei. Hoe
het dit jaar zal gaan? Ge
woon afwachten. Hij is weer-1
kundige, geen weerprofeet.
ADRIAAN BUTER
J. H. Pelleboer bij zijn "weermachines"
DEN HAAG „Eén jaar van
de vrouw is niet genoeg.
Daarin kun je niet alle onge
lijkheden opheffen. In één
jaar kan men de emancipatie
van de vrouw niet voltooien.
Maar er kan misschien een
mentaliteitsverandering in
gang gezet worden". Dat is in
het kort de gemeenschappelij
ke opvatting van de twee
vrouwelijke Tweede-Kamerle
den, Til Gardeniers-Berend-
sen (KVP) en Nel Barendregt
(P.v.d.A.) met wie wij een ge-
sprek hadden over de discri
minatie van vrouwen, spe
ciaal de werkende gehuwde
vrouwen.
Til Gardeniers-Berendsen (50),
gehuwd, is lid van de Tweede
Kamer voor de KVP sedert
,1971. Ze bezocht de HBS-b.
Voor haar huwelijk had ze de
leiding van de export van een
textielfabriek. Ze is medebe
stuurslid van een stichting
voor montessori-onderwijs,
van een diocesaan charitatief
centrum en van het RK
Vrouwengilde. Ze is ambte
nares van de burgerlijke
stand.
Nel Barendregt (38), onge
huwd, is lid van de Tweede
Kamer voor de Partij van de
Arbeid sinds 1967. Ze bezocht
de HBS-b, de Academie voor
Beeldende Kunsten te Rotter
dam en deed kandidaatsexa
men economie aan de Econo
mische Hogeschool. Ze was
lerares tekenen aan de nijver
heidsschool en medewerkster
aan het bouwcentrum, afde
ling scholenbouw.
TIL GARDENIERS-BERENDSEN:
NEL BARENDREGT:
Al die tijd was het gebruikelijk
dat de man op jacht ging of uit
vissen, terwijl de vrouw op de
kinderen paste.
„Het moet niet zo worden dat vrouwen die liever thuis willen
blijven dan een baan nemen verketterd worden. Een vrouw
hoeft wat mij betreft ook niet altijd een betaalde functie te
hebben. Veel vrouwen doen prachtig werk als vrijwilligsters.
Hele schoolbesturen en wijkorganen zouden niet kunnen be
staan, als de vrijwilligsters, die dat allemaal runnen plotseling
aan het arbeidsproces zouden gaan deelnemen.
Voor getrouwde vrouwen die wel willen werken moeten echter
alle wettelijke discriminaties opgeheven worden. Als ik nou eens
naar mezelf kijk, dan is het toch krankzinnig dat ik de kosten,
die ik als kamerlid maak niet eens van de belasting kan
aftrekken. Ook het dubbel betalen van diverse sociale premies
vind ik onjuist.
Belangrijk is trouwens dat er meer en betere mogelijkheden
komen voor her- en bijscholing van getrouwde vrouwen. Zestig
procent van alle getrouwde vrouwen hebben alleen maar lagere
school gehad. Ook al gaan die vrouwen na zo'n cursus niet
werken, het is toch belangrijk dat ze hem hebben gevolgd. Het
geeft een gevoel van meer eigenwaarde. Bovendien zal er een
mentaliteitsverandering op de gezinnen van uitgaan, die in het
belang is van een verdere emancipatie van de vrouw.
Ik vind wel dat mannen en vrouwen gelijkwaardig zijn, maar
ik geloof dat veel vrouwen veel minder behoefte hebben om
uit hun rol te breken dan men denkt. Het feminisme kan
verhelderend werken, omdat het zo sterk accenten legt. Maar
ik geloof er niet in. Het feminisme discrimineert de mannen
en de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ook de man in
zit, die hij niet altijd even prettig vindt".
„Alle vrouwen moeten gaan werken. Dat is de enige manier
om als vrouw een beetje zelfstandig te worden. Let wel ik
bedoel niet werken en het huishouden doen. Dus we zijn
niet met te constateren dat alle vrouwen moeten werken. Het
moet ook mogelijk gemaakt worden. Daarom is het van het
allergrootste belang dat er gestreefd wordt naar een behoorlij
ke kinderopvang.
Maar ja, als je zo iets zegt, zit je meteen midden in
problemen. Want het is natuurlijk wel zo dat werken
methode is om zelfstandig te worden. Alleen het werk is
dit moment nog zo georganiseerd, dat vrouwen de rotste klussen
krijgen, zodat ik me best kan voorstellen dat sommige vrouwen
nu nog zeggen: aan mijn lijf geen polonaise.
Of de vrouw zelf zou moeten kunnen kiezen tussen werken
thuisblijven? Ja, dat zou natuurlijk wel moeten, maar op dit
moment is er geen sprake van die vrije keuze. Over 100 jaar,
kun je daar misschien weer eens over praten. Begrijp me goed.
Ik wil niet zeggen dat een verzelfstandiging i
betekent, dat man en vrouw niet meer van elkaar afhankelijk
mogen zijn. Die afhankelijkheid is prima, maar ik vind wel dat
die nu te eenzijdig en armoedig functioneert. Afhankelijk
elkaar zijn is bovendien iets anders dan dat de vrouw alleen
maar afhankelijk is van de man.
Op korte termijn moet er iets gebeuren aan de ongelijkheid
in sociaal en fiscadl opzicht tussen vrouv*
rolverdeling waar de wetgeving op is gebaseerd moet worden
doorbroken. We moeten er maar eens van af net te doen alsof
het werken van vrouwen bijzaak is. Daarom is het ook
het allergrootste belang dat er een behoorlijke her- en bijscho
ling komt voor getrouwde vrouwen. Het bedrijfsleven moet
trouwens zo worden bewerkt, dat er rekening gehouden wordt
met werkende v
Wéerhuisjes, waar het vrouwtje
moet binnenblijven als het rr
netje buiten staat, zijn in 1975
uit dep boze.
DEN HAAG Vrouwen mo
gen dan in theorie gelijk zijn
aan mannen. In de praktijk
ziet dat er allemaal wel even
anders uit. Tal van sociale
wetten kennen aan de vrouw,
meestal de werkende vrouw,,
minder rechten toe dan man
nen. Nagenoeg de hele Neder
landse sociale en fiscale wet
geving is gebaseerd op het
omstreden principe dat de
man het geld verdient en dat
de vrouw het huis, meneer en
de kinderen verzorgt.
Hieronder volgt een kleine
bloemlezing van de belangrijk
ste sociale wetten, waarin de
vrouw gediscrimineerd wordt
en die naar het oordeel van de
kampioenen der vrouwene
mancipatie zo spoedig moge
lijk moeten worden veranderd.
Als man of vrouw werkloos
worden, onvrijwillig wel te
verstaan, hebben ze recht op
een WW-uitkering. Gedurende
ongeveer een half jaar krijgen
ze 80 procent van het laatst
genoten loon uit de werkloos
heidspot. Zit de man dan nog
zonder werk dan kan hij een
beroep doen op de Wet Werk
loosheidsvoorziening (WWV).
De vrouw kan dat alleen als
ze kostwinner is. Ze moet de
helft van het minimumloon
verdienen en dat bedrag moet
tenminste driekwart van het
inkomen van de man zijn.
Alle Nederlanders krijgen op
hun 65-ste AOW, behalve de
gehuwde vrouw die 65 is ge
worden, terwijl haar echtge
noot de pensioengerechtigde
leeftijd nog niet heeft bereikt
Zij krijgt pas recht op haar
deel van het gehuwdenpen
sioen als ook de man voor
AOW in aanmerking komt. Dit
gaat ook op als de vrouw haar
.hele leven in dienstbetrekking
heeft gewerkt en zelf AOW-
premie heeft betaald. Het cri
terium zit dus niet in de vraag
of AOW-premie is betaald,
maar of de man als hoofd van
het gezin en kostwinner pen
sioengerechtigd is geworden.
Nog een stukje discriminatie
bij de AOW: als man en vrouw
samen werken betalen ze alle
bei AOW-premie. Betalen ze
echter allebei zoveel premie
dat het maximum is betaald,
dan krijgt de man het teveel
betaalde terug. De vrouw moet
maar zien of ze haar aandeel
in het teveel betaalde van haar
man terugkrijgt. Dat zal in de
meeste gevallen wel onbegon
nen werk zijn, omdat zo'n te
ruggave meestal met de knol
len de pot in verdwijnt.
Een man in loondienst, die een
inkomen heeft beneden de
loongrens voor de zieken
fondsverzekering, kan zijn
niet-werkende vrouw en de
eventuele kinderen gratis mee
verzekeren. Is de vrouw kost
winner dan geldt het omge
keerde. Maar een gehuwde in
loondienst werkende vrouw is
ook verplicht verzekerd en
moet dus ook ziekenfondspre
mie betalen. Ook al was ze
voordat ze ging werken door
de man meeverzekerd. Dit is
een stukje discriminatie, om
dat de gehuwde werkende
vrouw aan het feit dat ze even
eens premie moet betalen niet
meer rechten kan ontlenen.
Sinds 1 januari 1973 worden
gehuwde werkende vrouwen
apart door de fiscus belast. Zo'
te zien een prima systeem, dat
voorkomt dat de man aan het
eind van een belastingjaar nog
duizenden guldens belasting
moet bijbetalen, omdat de in
komsten van zijn vrouw bij
hem werden opgeteld. Nu bei
den dus apart worden belast
lijkt het ook logisch dat beiden
verwervingskosten en buiten-
igewone lasten mogen aftrek
ken. Maar dat zit dan wel even
anders. Aftrek van de belas
ting kan alleen geschieden op
het inkomen van de man. Wel
kunnen man en vrouw ruilen
van tariefgroep, maar dat al
leen als het inkomen van de
man minder is dan de voor
hem berekende belastingvrije
Voet van 7786 gulden. Maar.
'dan nog zijn de rollen niet
volledig verwisseld, want de
vrouw mag van haar inkomen
geen kosten en buitengewone
lasten aftrekken, behalve als
de man, die dus niet meer c"
kostwinner is, een negatief i:
komen overhoudt. Dat kan bij
voorbeeld gebeuren door af
trek van hypotheekrente, die
meer is dan het bedrag van
belastingvrije voet voor
huwde mannen.
JAN DOST'