gf
s
wm
J
Zachte winters houden
Juniorhoek zout en geld binnen
De avonturen van Piet Poiipod
Lizet, Lizan en Lizoe
7
A
|U|
e# 7 4
izoe
Paulus de Boskabouter De Kraakvogels
Suske en Wiske Beminde Barabas
Lucky Luke De erfenis van Rataplan
ZATERDAG 15 MAART 1975
I <viul:
Midden op een zonnig dorps-
plein staat een kleine fontein
met een beeld er bovenop en
een wijde waterbak er omheen.
Bij dit liefelijk plein kwam op
een dag het kleurig beschilderde
woonwagentje aan, dat getFok-
ken werd door het vlasblonde
paardje Lizet. Haar baasje, de
slimme clown Lizan, hield de
teugels terwijl de domme clown
Lizoe binnen de wagen aan zijn
fornuisje wafels bakte.
In één oogopslag had Lizan ge
zien, dat zij hiér een voorstelling
moesten geven, want er was
feest! De muziekkapel blies juist
de laatste tonen van het. stuk,
waarmee dit dorp de eerste
prijs had gewonnen. De blazers
verspreidden zich nu onder de
bomen van de herbergtuinen.
Ze legden hun blinkende instru
menten op tafel en hingen hun
hoeden aan de takken; ze riepen
naar de waard om wijn én bier.
Toen zagen ze Lizet met het
i ter, zoals je weet. Maar hoe
ontstaat nou zo'n parel. Dat
komt omdat er kleine din
gen in de schaal van de
oester dringen, bijvoorbeeld
een zandkorrel. De oester
j scheidt dan een stof af
waarin het vreemde voor
werpje wordt ingekapseld
waardoor het een keihard,
kogelvormig ding wordt. De
meeste parels komen voor
bij in de Stille Oceaan le
vende zeepareloesters. De
grootste parel die ooit is
gevonden, weegt zes en
een halve kilo en heet „Al-
lah-parel". Die enorme pa
rel werd op 7 mei 1934
gevonden en is miljoenen
guldens waard.
wagentje aankomen! Juichend
van plezier dromden ze om Li
zan samen. Lizoe kwam gauw
naar buiten met een bord wafels
en binnen de kortste keren was
Lizet uitgespannen en in de stal
van een boer ondergebracht: de
clowns gingen feest vieren met
de muzikanten onder de bomen.
Tegen de avond gaven de slim
me Lizan en de domme Lizoe,
goed in de stemming door de
heerlijke wijn, hun voorstelling
bij de fontein. Lizan met het
witte gezicht en de witte punt
hoed, bewoog zich sierlijk in
zijn wit zijden pak met rode
pompoens en hij deed alles
goed. Maar Lizoe, die veel te
wijde slobberkleren liet rond-
wapperen en op veel te grote
schoenen met krultenen liep,
deed alles fout. Nu stond hij in
de open lucht aan zijn fornuisje
wafels te bakken. Lizan gaf hem
meel voor het beslag en hout
voor het vuur, maar de domoor
stopte het meel in zijn kacheltje
en legde het hout in de pan. Hij
morste as op het witte pak van
zijn kameraad, struikelde met
de melk en viel zelfs in de fon
tein. Lizan liet hem daar liggen
en bakte de wafels in een wip
goudgeel. Maar terwijl hij ijdel
buigend dankte voor het ap
plaus, kroop Lizoe uit het water
en at alles op. Er kwam aan hun
grappen en ongelukken pas een
eind toen het donker werd. Zel
den werd er voor twee clowns
harder geklapt en hoera geroe
pen, dan op dit feest van de
muziekkapel. Daarna schaarden
Lizan en Lizoe zich bij de muzi
kanten om gezellig te praten, te
lachen, te drinken.de zomer
nacht was heerlijk, niemand
scheen moe te worden.
Op diezelfde dag waren in dat
dorp ook een meisje en een
jongen' aangekomen, die in een
van de herbergen wilden loge
ren. Zij hadden veel plezier ge
had bij het muziekfeest en bij
de clowns, maar nu werd het
bedtijd. Terwijl de jongen nog
even in het maanlicht op de
rand van het waterbekken zat,
ging het meisje naar haar ka
mer. Daar hing een mooi koe
koeksklokje aan de wand, maar
het liep niet. Wat jammer! Zou
het stuk zijn, of alleen maar niet
opgewonden? Het meisje trok
de gewichten op en nauwelijks
tikte de slinger of de koekoek
wipte al uit het deurtje en begon
te roepen: één keer, tien keer,
twintig, vijftig, honderd keer en
steeds maar door!Hij was niet
stil te krijgen. Wie zou daarbij
kunnen slapen?
Niemand. De slapers in de ka
mertjes ernaast evenmin! Die
bonsden boos op de muren, het
meisje werd er radeloos van. En
zelfs driftig.Ze rukte het
klokje van de muur en smeet
het woedend uit het open ven
ster. Tot haar schrik zag ze hoe
het met de gewichten door de
lucht vloog en rakelings langs
het hoofd van haar aardige
vriend scheerde om met een
plons in de waterbak te vallen.
Nu was ze diep beschaamd en
repte zich haastig, vol spijt naar
buiten, viel daar de lieve jongen
om de hals en smeekte hem niet
boos te zijn. Welnee, hij was niet
boos. Hij viste het klokje op en
samen droogden ze het zorgvul
dig af. Het meisje had wèl wat
goed te maken en vroeg: „Zul
len we nog een rondje over het
plein wandelen?" Dat was een
goed idee. Toen ze voorbij het
romantische wagentje wandel
den, zuchtte ze: Ik wou dat we
hierin woonden en de wereld
rondreisden".
„Weet je wat!" riep de jongen,
„ik haal het paard uit de stal,
dan gaan we een toertje rijden.
De clowns zitten toch nog met
de muzikanten onder de bomen.
Vóór ze uitgefeest zijn, staat het
wagentje alweer op zijn plaats".
Hij haalde Lizet uit de stal en
spande haar in terwijl het meis
je in de wagen de koekoeksklok
aan een spijker hing. De jongen
sprong op de bok, gaf Lizet een
tikje en daar reed het karretje
in de maanlichte nacht het dorp
uit.
Aan de horizon lag al wat mor
genlicht, toen de laatste feest
gangers opbraken. Ook Lizan
en Lizoe stapten naar hun
woonwagentje toe. Waar was
het gebleven? Zij klampten
de muzikanten aan en allen
raakten in rep en roer. Was er
soms een grap uitgehaald en het
wagentje verstopt? Nee! Ook
het paard was ervandoor. Ge
stolen! Dit was de muzikanten
van zo'n eerzaam dorp te veel.
Zij verspreidden zich over de
buitenwegen om de dieven ach
terna te zitten en te vangen.
Diep bedroefd legden Lezan en
Lizoe zich neer op de houten
banken in de tuin waar zij zulk
een vrolijke avond hadden be
leefd. Gelukkig vielen ze door
het gemurmel van de fontein in
slaap.
De zon stond al te stralen aan
OPLOSSING
VÓRIGE WEEK.
Het dier was samengesteld
uit delen van een beer,
slang, jaguar, slak, vos en
'flamingo.
de hemel toen zij wakker wer
den van een welbekend geluid:
daar kwam hun wagentje aan
gereden, maar het werd niet
getrokken door Lizet! Nee, de
aardige jongen trok het hijgend
voort en zijn lieve meisje zat
met een bedrukt gezichtje op de
bok.
„Waar is Lizet", vroegen de
clowns. „We hebben haar even
in de wei losgelaten", bekende
het tweetal, „en daarna liet ze
zich niet meer vangen".
„Hebben jullie de muzikanten
dan niet meer gezien?" vroegen
Lizan en Lizoe. „Jawel, die lig
gen hier en daar langs de wegen
te slapen", was het antwoord.
Nu zagen de clowns een koe
koeksklok in hun wagentje:
„Wat is dat voor nieuws?" En
tot haar schande moest het
meisje alles opbiechten van het
klokje en het ritje. De twee
kunstenmakers lachenten er
hartelijk om, zij waren immers
clowns!
Toen zei de slimme Lizan: „Een
koekoek kan voorspellen, let op:
Koekoek, over hoeveel jaar zal
dit verliefde paartje trouwen?"
Gespannen luisterden ze alle
vier, maar de koekoek gaf geen
antwoord. Toen vroeg de dom
me Lizoe: „Koekoek, als we van
daag verloving vieren, hoeveel
jaren zullen ze dan samen ge
lukkig zijn?" Toen begon de
koekoek te roepen, niet één
keer, niet tien of twintig of vijf
tig, maar wel honderd keer.
Het verliefde paar viel in elkan
ders armen. De clowns holden
weg om de muzikanten weer bij
elkaar te zoeken en het verlo
vingsfeest dat die dag werd ge
vierd is nooit meer door één
ander feest overtroffen.
Arnhem De zachte
winters van de laatste ja
ren hebben de gladheids
bestrijders (Rijkswater
staat, gemeenten, provin
cies en waterschappen),
aanzienlijke hoeveelhe
den zout en zand be
spaard. De voorraadlood-
sen liggen vol met ton
nen zout en zand, die no
dig zijn voor het berijd
baar houden van 's He
ren wegen. Naar schat
ting 600.000 ton zout ligt
al enkele jaren onge
bruikt opgeslagen. Het
zand wordt niet veel
meer gebruikt. Alleen bij
ijzel wordt het nog door
het strooizout vermengd.
Behalve dat de laatste jaren,
nauwelijks zout behoefde te
worden ingekocht 50 per ton
ofwel een stuiver per kilo), zijn
ook andere besparingen te mel
den. Zo is er minder slijtage van
het materieel, behoeven geen
strooiwagens te worden ge
huurd en blijft het geld voor
overuren van de strooiers in de
overheidskas. In de laatste
strenge winter van 1969-1970
werd de voorraad van 600.000
ton geheel opgebruikt Sinds
dien is het gebruik tot enkele
tientallen tonnen zout beperkt
gebleven.
De gladheidsbestrijding van de
rijkswegen wordt gecoördineerd
door de commissie gladheidsbe
strijding van de Rijkswater
staat. Het secretariaat is in Arn
hem gevestigd. Volgens secreta
ris H. Hoekstra zal het traditio
nele strooien met zout in ons
land en de meeste andere Euro
pese landen nog lange tijd het
middel blijven om de gladheid
te bestrijden. Alternatieven zijn
in ons land niet mogelijk of ze
zijn te kostbaar. De proef in
West-Duitsland om het wegdek
te voorzien van een laag cal-
ciumchloride zal in ons land
niet kunnen worden toegepast
vanwege het verbod om met
spijkerbanden te rijden. Derge
lijke banden slijten een dun
laagje van de calciumchloride
weg, die zorgt voor het smelten
van opkomende ijslaagjes. Dit
systeem werkt bevredigend bij
het wegwerken van een lichte
„ochtendgladheid". Het systeem"
werkt echter alleen bij het ge
bruik van spijkerbanden. Die
mogen in ons land niet worden
gebruikt, omdat dergelijke ban
den een grote slijtage van het
wegdek en spoorvorming ver
oorzaken.
Het toepassen van verwarming
onder het wegdek bijvoorbeeld
bij op- en afritten is financieel
niet haalbaar. Dergelijke voor
zieningen zijn zeer kostbaar in'
aanschaf. Erger nog is het enor
me energieverbruik. „Wil men
de gevaarlijke weggedeelten op
die manier verwarmen, dan mo
gen er nog wel enkele elektrici
teitscentrales bij komen", aldus
de heer Hoekstra. Bovendien is
het moeilijk te bepalen wanneer
de verwarming moet worden
aangezet. Er zijn vier uur nodig
om het juiste effect te bereiken.
Treedt er dan toch geen glad
heid op, dan is voor tienduizen
den guldens elektrische energie
verspild.
De heer Hoekstra houdt het
daarom op het zout. Schadelijk
heid voor het milieu is volgens
hem en internationale deskundi
gen nauwelijks te vrezen. Metin
gen hebben uitgewezen dat het
grootste gedeelte van de pekel
via sloten, kanalen en rivieren
in zee terecht komt. Een zeer
gering deel blijft achter in het
bovenste deel van het grondwa
ter. In het diepe grondwater is
nooit iets aangetroffen. Ook
blijkens een rapport over glad
heidsbestrijding dat op het in
ternationale wegencongres in de
herfst van dit jaar in Mexico zal
worden behandeld, geeft het ge
bruik van zout geen reden tot
fpezorgdheid voor het milieu.
2
\V®/
5 A
5
u
12
De vijf mannen hebben alle drie voorwerpen tot hun
.jbsschikking maar ze zullen er wel naar op zoek moeten,
tekenaar heeft die voorwerpen helemaal door elkaar
Help eens een handje door uit te zoeken wat
PU wie hoort?
een beeld, dat lang geleden nog wel eens in de straten te zien was.
Een hippe vogel op leeftijd kun je zelf maken en aan
de muur op je kamertje hangen. Als je niet zo goed kunt
tekenen, moet je een stuk carbonpapier nemen en de
tekening overtrekken. Anders kun je hem net zo groot
maken als je wilt. De aangegeven lijntjes knip je met een
schaar door en de stukjes die je dan overhoudt, rol je
op een naald of een ander dun rond voorwerp op. Je
krijgt dan een hippe krullekop en dat is mode, zo'n
„Papoeahoofdje".
„Weet je wat wij doen?" zei Pau
lus, die heel goed zag dat de brave
Gregorius door Mol's berichten
nogal in de war was gebracht.
"We praten nergens meer over en
we gaan een lekker kopje thee
drinken. Het theewater hangt al
een hele poos te stomen". "Uitster- tot hij Salomo ontmoette. "Heee
relewekend", zuchtte Gregorius en wat is er met jou?" tetterde de
toen hij de eerste slokken op had, raaf hem toe. "Je trekt een gezicht
steunde hij tevreden: "Daar krijg als een sneeuwwolk. En dat nog
je een warm buikertje van". Intus- wel terwijl er dooi op komst is",
sen vloog Oehoeboeroe zeer uit "Hm", deed Oehoeboeroe.
zijn humeur boven het grote bos,
(ail ii sotp
(WMrittdnltiiginlijk?
1/ \Jj
BNHiDKLS IN Uil UUNT00U VUH
[IN BOUmlUF, IKINS IN 01 STUD
Uiu.ijlDot ir midr Mit m smk bij o/ik
orfniimr hitr cito-pristo nnsld)
kinQ! lllbmliïïlltlunl(ldrbl]ln^n,
mtlkkm1'
OT.ALLtGL.KLAAK 1