1 „Louis Bouwmeester" brengt het betere blijspel en kluchtwerk Toonkunstkoor brengt „Orféo" in concertvorm J 1 iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin iiiiiiiiniiiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii En de vrouw die kiest een...heer" JAN KLAASZ NEEMT HUICHELAARS OP DE HAK ZATERDAG 8 FEBRUARI 1975 LEIDSE COURANT PAGINA 7 iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii niiiiiimiiiiiiunniiiiminininiBiiiiiiininiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiniiiiiiniiniiiiiiumiiiiiiiiniiiinniiiiiiinmiin Noordwijk Sinds 1 januari 1975 kunnen de twee nog actie ve Noordwijkse amateurtoneel verenigingen rekenen op een ge meentelijke subsidie. Voor een vereniging van vijftien leden is dat bedrag 300 per jaar, voor elke tien leden meer wordt 100 extra uitgekeerd tot een maximum van 700. De ge meente draagt bovendien 25% in de kosten voor het aantrekken van een regisseur bij en dekt eenmaal per jaar een kwart van de tekorten op de begroting van een openbare uitvoering. De ge meente is voorts bereid om te bemiddelen bij het vinden van repetitieruimte. „Louis Bouwmeester" is een van de twee Noordwijkse ver enigingen. De vereniging legt zich vanaf de oprichting in 1945 met name toe op het spelen van wat zij noemt het „betere blij spel en de betere klucht". De familie Capsers (vader, moeder en dochter Marian) en regisseur Marinus Speer (67) vormen de van de belangrijkste steunpila ren van „Louis Bouwmeester". De vereniging telt momenteel 22 leden, waarvan slechts een deel actief is, en heeft sinds septem ber een eigen repetitielokaal in de voormdlige Hervormde school in Noordwijk-Binnen. In december speelde ze met veel succes de klucht „De cactus- bloem" in het Noordwijkse Li- do. Overeenkomstig de traditie brengt „Louis Bouwmeester" eens per jaar tegen vastenavond een klucht voor de leden van de reddingsbrigade. „Die voorstel lingen staan eigenlijk los van hetgeen we de rest van het jaar doen. De Reddinsbrigade vraagt van ons wat je noemt „gooi- en smijtwerk". Dat moeten gezelli ge avonden zijn. Voor die voor stellingen repeteren-we niet zo lang. Het moet natuurlijk wel goed zijn, maar je legt toch andere maatstaven aan. Als lid kijk je ook veel meer uit naar een eigen voorstelling, dan een stuk voor de Reddingsbrigade. Dat is min of meer een traditio- De steunpila ren van,,Louis Bouwmeester". neel tussen-doortje", aldus Aad Caspers (49). In het leven van Caspers neemt „Louis Bouwmeester" een grote plaats in. Aad was vroeger tim merman, maar mag nu niet meer werken. In de vereniging werkt hij niet alleen als acteur, maar ook als decorbouwer. Sinds een paar jaar is ook zijn dochter Marianne lid van de vereniging. Voor regisseur Mar tin us Speer is Marianne een goed voorbeeld, wanneer je wilt bekijken wat amateur-toneel voor iemand kan doen. „Toen ze een paar jaar geleden begon, was het nog een verlegen meisje. Nu is ze een van de spelers met het meeste lef. Ik kan me voorstellen dat ze daar in het dagelijks leven ook pro fijt van heeft. Je wordt meer flexibel en kan je beter aanpas sen", aldus Speer. Twee maal per week wordt er door de leden een avond gerepe teerd. Voorstellingen zijn altijd uitverkocht, maar ondanks op brengsten uit kaartverkoop kan de vereniging zonder financiële steun van de gemeente niet draaien. Zeker niet als de leden niet zelf de decors, rekwisieten en kostuums zouden maken. De huur van het repetielokaal be draagt 1000 per jaar. Caspers: „Zo'n eigen ruimte is een noodzaak. Je moet ergens je spullen kunnen opslaan. En het is wel plezierig als je een vaste plaats hebt om te repeteren". Behalve de subsidie van de ge meente en de opbrengst van de voorstelling leveren jaarlijks 250 donateurs een minimumbijdra- ge van 5,Een probleem voor veel verenigingen is echter het geringe aantal voorstellin gen en het daarmee samenhan gende geringe bedrag van in komsten uit kaartverkoop. Cas pers „Wij geven van een pro- duktie meestal ook maar één voorstelling. Dat is niet veel als je ziet wat een hoeveelheid werk daarvoor verzet moet worden. Het is natuurlijk plezieriger als je die kosten van decors en dergelijke op meerdere avonden kunt afwentelen". —Is er geen mogelijkheid tot uitkopen? „Er zijn niet zoveel aanbiedin gen, want de kosten van vervoer van je spullen liggen vrij hoog". Zoals in elke vereniging is het ook binnen „Louis Bouwmees ter" een kleine groep die zich echt inzet. Voor het verkrijgen van een redelijke subsidie is echter de noodzaak het ledental zo hoog mogelijk te brengen. En niet alleen daarvoor. Door het gebrek aan mannen wordt re gelmatig de moeilijkheid onder vonden, dat een blijspel of klucht waarop de vereniging haar keuze heeft bepaald, niet bezet kan worden. Aanmelding als acteur, medewerker of dona teur is mogelijk bij Aad Cap sers, Jaques Ur lusstraat 29 in Noordwijk. Illusion, een potloodtekening van Wil Sorel Tekeningen van Wil Sorel en foto's van Huib Bürer Leiden Tot het einde van deze maand exposeren in Koord- studio, Oude Rijn, 88 twee Leidse jongemannen -althans in Leiden wonend. Het zijn Huib Bürer, in zijn hoedanigheid van fotograaf, en Wil Sorel met poUoodtekeningen. Huib, uit Indonesië afkomstig, bracht een aantal kleurige naakten in klein formaat mee, fotografieën vervaardigd volgens een niet alledaags procédé. Op een afstand doen ze enigermate denken aan de doe-het-zelf-produkten in toeristische badplaatsen, waar je met verf en een draaiend karton de vreemdste en meest fantastische effecten kun krijgen. Fantastisch zijn ook de vrouwtjes van Huib, boeiend genoeg om er aandacht aan te schenken. Wil Sorel (32) heeft het bewegelijke van de geboren Antwerpe naar. Ook het onrustige. Zijn verantwoording is: „Ik kan niet in een kastje ingedeeld worden. Surrealisme? Nee; ik voel me er niet mee geëngageerd". Wie dit niet wil aannemen, is een betweter. Hij gaat zijn eigen weg, geen werk heeft een titel en prijzen geeft Wil Niet op. „Ik heb iets te vertellen, een psychologietje; ik geef geen maatstaven, geen richtlijnen. Wat hier hangt (12 grote tekeningen, waarvan enkele in een paar weken tijd driftig opgezet) moet automatisch overkomen tot ieders eigen interpretatie:M: „de feeling die erin zit, ga je zelf ook voelen. Ik voel het leedwezen van iemand, laat de pijn naar buiten komen". Sorel plaatst een eind-19e-eeuwse man tegen wolkenvelden en de onbegrensde ruimte van het leven op een schaakveld. Dat schaakveld komt vaker terug. Er is ook een familie aan de maaltijd, ergens tussen hemel en aarde, symbool van de vergankelijkheid van alles. Sorel wijst naar de functie van de mens in een dwangwereld. De wolken van Wil zijn van vlees, het zijn spieren. Hij drijft erop. Geen jongen, die bevrijd kan ademen. De expositie is dagelijks te zien van 16.00 tot 23 00 uur, 's zondags van 17.00 tot 23.00 uur, 's zaterdags gesloten. Ton Pieten Op de voorgrond Natascha Emanuels; vlnr. Wendelg de Vos, Lida Engelsman, Mies de Heer in „En de vrouw die kiest een...heer." Leiden Het is altijd moeilijk om in een voorbeschouwing aandacht te vragen voor een cabaretvoorstelling. Cabaret moet zichzelf bewijzen en de bekendheid van cabaretgroepen is primair een zaak van mond-tot-mond-reclame. Toch willen wij nu eens extra aandacht vragen voor een heel bijzondere cabaretvoorstelling, getiteld „En de vrouw die kiest een heer". De titel zegt zelf al het nodige, maar uit welke hoek de wind waait wordt helemaal duidelijk als we erbij zeggen dat deze avond verzorgd wordt door het Vrouwencabaret van Natascha Emanuels. Misschien zal het voor sommigen een geruststelling zijn, dat dit geheel uit vrouwen bestaande gezelschap begeleid wordt door een tweetal mannen. Een echte Dolle Mina-bedoe ning zal het dus wel niet worden, al zal de man het een en ander te verduren krijgen. Het vrouwencabaret is in de Nederlandse kleinkunstwereld geen onbekende meer. Na „Vrouwen, Vrouwen, Vrouwen" en „Zeg 't met vrouwen" is „En de vrouw die kiest een heer" al het derde avondvullende programma van dit gezelschap, dat zich met name dank zij Natascha Emanuels al een vrij solide reputatie heeft verworven. Haar medewerksters wisselen van jaar tot jaar (zo zat in het eerste programma o.a. Marjol Flore), maar het thema blijft hetzelfde. Iedereen die geïnteres seerd is in een stukje culturele emancipatie van de vrouw, moet volgende week zaterdag in het Rijnlands Lyceum maar eens gaan kijken, wat het zwakke geslacht zoal te bieden heeft Mannen zonder geleide zijn ook welkom. Leiden Donderdag as. geeft het Toonkunstkoor Leiden een concertuitvoering in de Stads gehoorzaal van de opera „Or féo" van Chr. W. v. Gluck. (1714-1787). Als solisten werken mee: Marianne Dieleman als Orféo (alt); Rina Cornelissens als Euridice (sopraan); Gé Neu- tèl als Araor (sopraan); Stefica Zuzek harp en Jan van der Meer, clavecimbel. De orkestra le begeleiding is in handen van het Residentie-Bachorkest, ter wijl het geheel onder leiding staat van Gerard Akkerhuis. Gluck was een Duitse tijdgenoot van de Weense klassieken Haydn en Mozart. Aanvankelijk schrijft hij in de Italiaanse, zo genaamde „Bel Canto"-stijl. Dat wil zeggen dat de schoonheid van de zang op de eerste plaats komt. Later, en met name in de Orféo, wordt hij een hervormer van de opera. Onder invloed van het in zijn tijd opkoemden Classisisme het nastreven van de schoonheidsidealen van de Griekse en Roemeinse kunst verliest de zang bij hem zijn overheersende plaats en wordt ondergeschikt gemaakt aan tekst en handeling. „Eenvoud, waarheid en natuurlijkheid" is dan zijn lijfspreuk geworden. De uitvoering is in concertvorm, dus zonder Costuums, décors enz., en in de zogenaamde Fran se versie, die Gluck voor opvoe ring in Parijs maakte. Deze wij ze van uitvoering is dus feitelijk een Oratorium, zij het dan dat bij een oorspronkelijk Orato rium van religieuze (Bijbel-) tek sten gebruik wordt gemaakt. Het gegeven van de „Orféo" is vanzelfsprekend (zie boven) ont leend aan de Griekse mytholo gie en de inhoud is als volgt: Orféo treurt bij het graf van zijn geliefde Euridice en is van G©rard Akksrhuis plan haar in de onderwereld verschijnt de god Amor die me- (Llees: de dood) te volgen. Dan delijden met hem heeft en hem daarom toestaat zijn geliefde uit de onderwereld terug te halen. Echter met de door Jupiter be volen bepaling, dat hij haar niet mag aanzien, vóórdat hij weer in de wereld is teruggekeerd. Tijdens zijn afdaling wordt hij door bewakers weerhouden, maar met zijn zang en harpspel weet hij hen te vermurwen. Op de terugweg voert hij Euridice met afgewend hoofd met zich mede. Dit bevreemdt haar zo zeer, dat zij weer naar de onder wereld terug wil gaan. Teneinde dit te voorkomen kijkt Orféo haar tóch aan, met als onvermij delijk gevolg dat Euridice ster vend in elkaar zakt. De diepbe droefde Orféo trekt dan zijn dolk om haar nu definiteif in het graf te volgen. Opnieuw ver schijnt Amor om, geroerd door deze grote liefde Euridice ten tweede male uit de dood op te wekken. Over de rolbezetting nog het volgende: Alle solopartijen, óok die van Orféo en Amor, worden door zangeréssen vertolkt. Dit vindt zijn oorzaak in het feit dat in Gluck's tijd, vooral in Italië en Duitsland het gebruik van castraten nog zeer in zwang was. Deze beklagenswaardige wezens behielden levenslang een jongensstem en zongen daardoor op dezelfde toonhoog te als een vrouwenstem. Een normale mannenstem klinkt im mers een octaaf (acht tonen) lager dan de vrouwenstem en is daarom voor dergelijke ca straat-rollen onbruikbaar. Bij een Opera-opvoering worden de vrouwen dan ook als man ver kleed, hetgeen voor de toeschou wer ren allervreemdste gewaar wording is. Een bijzondere gele genheid om met de, naar mijn gevoel bij het grote publiek té weinig bekende grote componist kennis te maken. Huub Buurman. Leiden Nederland is geen theaterland, hoe graag we het ook zouden willen. Natuurlijk gaan we op zijn tijd graag naar een goede of leuke voorstelling, maar het echte theaterbloed stroomt toch niet door de Nederlandse volksaderen. Het rijke culturele leven van de middeleeuwen is na de 80-jarige oorlog langzaam maar zeker omgebogen in ren zucht naar zouteloze en didactisch verantwoorde retoriek waarin voor amuse ment nauwelijks of geen plaats meer was. Het theater bevorderde de lichtzinnigheid en de verdorvenheid en ieder weldenkend burger diende zich daar eigenlijk zo ver mogelijk van te houden. Zelfs kwam het zover, dat het theater door de Amsterdamse predikanten tot buiten de stadswallen verbannen werd. (En vergelij king tussen het theater van toen en de rosse buurten van nu is niet eens zo ongerijmd. Een van de laatste uitlopers van het vrolijke laat-mid- delreuwse kluchtbedrijf was de in Amsterdam woon achtige Thomas Asselijn (1620—1701). Aanvankelijk schreef hij traditiegetrouw de nodige treurspelen maar op den duur kwam zijn on-Hollandsc afkomst (hij was te Dieppe geboren) toch weer naar boven en zo schreef hij een drietal blijspelen rond de figuur van Jan Klaasz. Deze drie stukken, waarvan het eerste verre weg het beste is, spelen onder de Mennisten: een gelukkige keuze van Asselijn, omdat hij nu maar een betrekkelijk klein gedeelte van predikanten en gelovi gen tegen zich in het harnas joeg. Een aantal vrome, maar tevens huichelachtige leden van deze godsdiensti ge groepering wordt door de gewiekste Amsterdammer Jan Klaasz op meesterlijke wijze om de tuin geleid. Hierna treedt hij ook zelf tot dit kerkgenootschap toe om zo onder het mom van vroomheid weer anderen te grazen te kunnen nemen. Van dit gegeven heeft Asselijn een uiterst humoristisch en scherp getekend toneelwerk weten te maken, dat tot in onze eeuw regelmatig op de Nederlandse planken te zien la ge weest. Meestal beperkte men zich echter tot het betere eerste deel en bleven de óverige twee delen in ren stoffig hoekje van de boekenplank staan. Ter gelegen heid van het 700-jarig bestaan van Amsterdam hebben André van den Heuvel en Kitty Jansen nu ren nieuwe bewerking tot stand laten komen, waarin de beste elementen uit Asselijn's trilogie samen zijn gebracht. Het is deze versie die op vrijdag 14 februari in het Rijnlands Lyceum te zien zal zijn. Dat ren bezoek hieraan ruimschoots de moeite waard is. spreekt bijna vanzelf. Paul Korenhof Waar naar toe? Zaterdag 8 februari Leiden-Imperium: 20.30 -pre mière van het toneelspel „Sleutels" Oegstgrest-Rijnlands Lyceum: 20.15 uur-Louis van Dijk bege leidt Miel Cools. Zondag 9 februari Leldcn-Foyer Stadsgehoor zaal: 11.30 uur-koffie-conccrt. Alphen-De Bron: 12.30 uur- Koffie-concert Dinsdag 11 februari Leidrn-Stadsgehooraal: 20.15 uur-André van Duin. Woensdag 12 februari Leiden-lak Theater 20.15 uur- Vierde uit de reeks Poëzie Hardop avonden, rond Pabla Neruda. Vrijdag 14 februari Leiden-Imperium: 20.30-Impe rium in „Sleutels", naar werk van Jan Wolkers. „Imperium" speelt „Sleutelen" LEIDEN Toneelgroep „Im perium" heeft een nieuw stuk: „Sleutelen". Het is ren eollage naar het werk van Jan Wol kers. De spelers zijn Simone Boon, Tineke van Veen, Ineke de Vos, Bert Jonk, Gerard Jonk, Kees Klrer en Wim Pe- ra. Kees Visser zorgt voor de kleding en het decor. Het ge heel staat onder regie van Clara Smit Het stuk wordt tot 15 maart elke vrijdag- en zaterdagavond om half negen in het Micro- theater aan de Vcstcstraat 40 opgevoerd. De toegangsprijs is vijf gulden voor (scholieren en c.j.p.-houders: drie gulden). Telefonisch bespreken is mo gelijk op donderdagavond van acht tot tien uur. Tele foon 41035. Van Duin's Pretmachine LEIDEN Wie nog mocht denken dat dc Schouwburg- voorstellingen elitair zijn en dat de Leidse Schouwburg geen voorstellingen organi seert voor die mensen, die „ge woon maar ren gezellig avond je uit willen", moet dinsdag a.s. maar eens in dc Stadsge hoorzaal gaan kijken. De voor stelling, die daar dan gegeven wordt, draagt de veelzeggende titel .André van Duin's Pret machine". Voor de meeste lezers zal het wel duidelijk zijn, dat de hoof drol hierin vertolkt wordt door niemand minder dan de grote tv.-komiek André van Duin. Daarnaast verlenen uan deze revue hun mdewerking: Frans van Dusschotcn, Corrie van Gorp, Donald Jones, The Ro bert Kacsen Dancers en ren revue-orkest oJ.v. Coen van Orsouw jr. Wie de wens koes tert om eens een avondje uit bundig te lachen, kan dinsdag zijn of haar gang gaan. Poëzie Hardop rond Chileense dichter LEIDEN De serie „Poëzie Hardop", georganiseerd door de Leidse Schouwburg in sa menwerking met K O, is onderhand ren niet meer weg te denken onderdeel van het lopende seizoen geworden. Woensdag 12 februari vindt in het LAK-theater al de vierde voorstelling in deze serie plaats. Deze poëzie-uvond on der het thema „Chili, metaal en hemel" is geheel opge bouwd rond gedichten van de Chileense dichter Pablo de Nis ruda. Trijntje Cornelisz. voor één gulden LEIDEN - Wellicht ten oi vloede wijzen wij hier nog even op de voorstellingen „Trijntje Cornelisz." van Con st Fuygens door ren ad hoc- ensemole van Projékt 75. K 8t O heeft deze voorstelling on langs tegen een gulden toe gangsprijs per persoon aange boden aan de middelbare scholen in Leiden en omge ving. Iedere school die daar voor interesse heeft, kan deze voorstelling echter voor pre cies vijfentwintig gulden „thuisbezorgd" krijgen. Wie van deze unieke mogelijkheid (en ren fantastische voorstel ling) wil profiteren, kan voor inlichtingen terecht op tele foonnummer 46907.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 7