„Helft van tafeltennisaccommodaties
voldoet niet aan meest elementaire
eisen van hygiëne en gezelligheid"
nog
1 „Amerikanen
steeds nuttige
inbreng in de
basketbalstrijd"
NTTB-voorzitter Douwe de Vries:
ZATERDAG 7 SEPTEMBER 1974
niet Net als in de veel te rustig verlopen
zestiger jaren mist de bond weer de visie
rekening te houden met Jan Publiek. Van
alle structurele, ingrijpende wijzigingt*
komt haast niets naar buiten, de bedroe-
vende stilte rond de N'IT'B blijft gehand
haafd. Douwe de Vries is reëel genoeg te
erkennen dat het de bond aan een goede
verzorging van public relations schort De
waarde daarvan onderschat hij niet, de tijd
heeft alleen nog onvoldoende in het voor
deel gefunctioneerd.
jammer
Dat is jammer, omdat achter de schermen
van de NTTB erg veel verandert. Tot de
organisatie van de EK in Rotterdam (1972)
liet de nieuwe voorzitter alles op zich
afkomen als zijnde de intro, het begin van
zijn beleid. Douwe de Vries: „De werk
zaamheden waren overweldigender, com
plexer dan ik dacht".
Na zijn entree begon het eigenlijke werk,
het leiden van een bond. Douwe de Vries
kwam beslagen ten ijs. De uit de afdelin
gen voortgekomen reorganisatiecommissie
bracht een rapport uit, waarvan de coclu-
sies weer eens verkeerd overkwamen, ten
fiat werd onthouden. Alle moeite beek toch
niet voor niets te zijn. „Want", had Douwe
de Vries al snel door, „wij maakten diverse
opsommingen uit het rapport los en kregen
toen trapsgewijze alle instemming voor
deze plannen". Het nodige kon daardoor
doorgedrukt worden. De administratie van
het ledenbestand werd gecentraliseerd, het
competitiebeheer kwam in handen van
full-timers en de boekhouding werd vol
gens uniforme maatstaven opgezet.
Doel van deze reorganisatie-maatregelen is.
gemakkelijk uit te leggen. De Vries weer:
„We hebben gestreefd naar een structuur,
waarin het overleg met de 21 in ons land
bestaande afdelingen frequenter kon zijn.
Om het hoofdbestuur een beter inzicht te
geven in wat er overal leeft. Ander voor
deel van deze structuur kan zijn dat een
sterkere en gefundeerdere inbreng vanuit
de vrij autonome afdelingen zijn beslag
krijgt. Dat vind ik ook belangrijk. De
besluitvorming kan zo ree-eler gevorm'd
worden met minder kans op maatregelen,
die papieren letterbeslissingen blijven".
Zorgen
Ernstig zorgen heeft Douwe de Vries zich
gemaakt over de niet vooruit te branden-
ontwikkeling in het ledenbestand. Al ja
ren een doorn in het oog voor allen die
de tafeltennisport een goed hart toedra
gen. Van 1963 tot '70 groeide de NTTB
slechts van 17.000 tot 19.000".Dat benauw
de me ook erg", gaf de voorzitter toe, die
nog steeds een van de jongsten van Neder
land heet te zijn. „Van alle kanten is
gezocht naar een mogelijke oorzaak daar
van. Ik ben er niet helemaal uitgekomen.
Frappant is echter wel, dat van 1970 tot
'73 de groei ongeveer zes procent bleef en
het laatste seizoen ineens een top van
achttien procent bereikt werd".
Misschien is deze belangrijke ontwikkeling
voor een groot deel beïnvloed door de zeer
langzaam verbeterde accommodatie-gele
genheid in de tafeltennissport Tot voor
kort was het niet ongewoon dat een compe
titiespeler zich niet eens behoorlijk kon
wassen na een wedstrijd. „Nog altijd blijft
deze situatie schrikbarend", meende Dou
we de Vries. „Tegenwoordig voldoet vijftig
procent van de accommodaties nog niet
aan de elementaire eisen van hygiëne en
gezelligheid. Ik overdrijf beslist niet".
Douwe de Vries belandt met deze conclusie
precies waar hij wezen wou. De structuur
van de bond draagt een te onvolwassen
karakter. Het centrale bondsapparaat staat
er goed voor, de continuïteit is verzekerd.
Maar de organisatie in de totale bond is
nog lang niet zo ver.
Tafeltennis als topsport. Na Cor du Buy
(vijftiger jaren) en Bert Onncp (begin zes
tig) brak een periode van eeuwige stilte
aan. Nederland leverde geen speler meer
op het internationale tournooiveld af, die
meetelde. Toen de Joegoslaaf Dusan Tiger-
-nan zich in 1966 als bondscoach in ons
land meldde werd verwacht dat hij weer
een vlaggendrager voor Nederland zou op-
leiden. Dit was een nogal naieve verwach-
ting. Dat bleek snel. Het lukte hem niet.
Toch vindt Douwe de Vries het effect van
Tigermans werk overal in ons land terug.
al Door te constateren dat het peil in
Nederland sterk verbreed is. „De eenling
Jaap van Hummel uit Deventer bestaat
niet meer", bDoor op te merken dat het
absolute spelniveau ontzettend vooruit is
gegaan". „Ik zou met mijn spel van vroe
ger nergens meer zijn" en cl door vast te
stellen dat Nederland de relatieve stijging
met het buitenland toch heeft bijgehouden,
meer niet. „De Joegoslaven sturen nu geen
reserves meer als ze een oefeninterland
tegen ons team moeten spelen".
Lui
VanTigcrman kan dus alles gezegd wor
den behalve dat hij lui is geweest, de
kantjes eraf heeft gelopen. Hij heeft ont
zettend goed werk verricht. Niet voor
niets durfde Douwe de Vries te stellen:
„De kans op ontsnapping van talent is
kleiner dan ooit geworden".
Toch blijft de vraag boeien of na Tigerman
geen karaktervolle „doordrijver" meer suc
ces zou kunnen boeken. Douwe de Vries
ontkende dat niet, maar hij achtte het nog
te vroeg daarovereen uitspraak te doen.
„Die kans acht ik inderdaad niet uitgeslo
ten. Meer kan ik er onmogelijk over zeg
gen. Het contract van Tigerman loopt het
volgend seizoen pas af en het advies van
de sportcommissie is nog niet binnen".
Douwe de Vries vertelde dit alles in zijn
werkkamer, tweehoog in Utrecht. Niets
herinnerde aan tafeltennis en niets herin
nerde aan zijn werk als wetenschappelijk
medewerker aan de universiteit van Ut
recht. Het leek wel of hij in deze ruimte
vaak de rust zoekt die hij ergens niet kan
vinden. Een veldbed in de hoek van de
kamer deed dat althans wel vermoeden...
HANS DE BRUYN
woui- «r zxjn. Kon gezegd kan geconclu
deerd worden dat het hem niet gelukt is.
Van alle wilde prognoses kwam niets te
recht. Teleurgesteld dan? Ook niet. Douwe
de Vries mag zich in de ogen van de „top"
niet als een wonderman ontpopt hebben,
de tafeltenniswereld zelf prikte hem niet
vast op deze enge kwalificatie en onder
scheidde in hem wel degelijk andere kwali
teiten. Hij mocht blijven.
Nog steeds houdt de 33-jarige NTTB-voor
zitter de scepter stevig vast. En constateer
de rustig: „Een aantal mensen had inder
daad andere verwachtingen dan nu is uit
gepakt. Ik voelde dat in het begin heel
duidelijk. Maar ik kan niet zeggen dat ik
tegenstand heb ontmoet. Zover kwam het
niet. Het zou ook niet reëel zijn van een
voorzitter te verwachten dat hij zich eenzij
dig opstelt". Beducht voor dat gevaar liet
Douwe zich expres of niet, het meeste in
met de keerzijde van de mdaille. Hij zocht
naar het waarom de NTTB bij het CRM,
de NSF en andere hoge instanties geen
entree had, legde de contacten om het te
verbeteren en keek wat hem nog meer te
doen stond. Benaderde verder ook het
vraagstuk van de ledenstilstand bij de
NTTB. Sneed het gif eruit en bekeek het
probleem toen opnieuw. Van 19.000 leden
schoot het totaal omhoog tot 26.000, de
balans van ^it ogenblik.
idealistisch
Reden te over om het toekomstbeeld van
de NTTB te schilderen. Maar dat gebeurt
Douwe de Vries drukt bepaalde
reorganisatie-plannen trapsgewijze
door.
Kales coach door tijdgebrek
UTRECHT Vier jaar geleden
werd Douwe de Vries, na een goed
bevallen inwerkperiode van een
half seizoen, aangesteld tot de
jongste voorzitter van een landelij
ke sportbond. De NTTB keek
trots naar anderen. Zij durfde ten
minste iemand, die bijna alle top
pers nog uit persoonlijke ontmoe
tingen kende, de tafeltennisscep-
ter in handen te geven.
Noteer bij de radio
Eredeivisie
Sparta MVV (7/9)
NAC Ajax
0 Wageningen De Graafschap
Telstar AZ'67
0 FC Twente Haarlem
0 FC Amsterdam FC Utrecht
0 Roda JC Go Ahead Eagles
0 PSV Feyenoord
Eerste divisie
0 FC Dordrecht FC Den
Bosch
0 Veen dam Heerenveen
PEC Zwolle Helmond Sport
SC Amersfoort Eindhoven
0 SW Heracles
Volendam FC Vlaardingen
FC VW Fortuna SC
0 SC Cambuur Vitesse
0 NEC FC Groningen.
De wedstrijden, aangeduid met
een 0 komen voor op het toto-
formulier.
Meervoudig tafeltenniskampioen Bert van der Helm reikt ver, maar kan toch niet op tegen het internationale geweld.
Frank Kales maakte bij Levi's Flamingo's vele hoogtepunten in de vorm
van landskampioenschappen mee. Hij zette een streep onder zijn speler
sloopbaan en werd coach bij Deitailoyd.
België of Frankrijk gewonnen". Ondanks
die spelpeilverbetering kan het Nederland
se team in Europa nog geen rol van beteke
nis spelen.
Kales: „Dat komt, omdat er rond het natio
nale team nauwelijks iets gebeurt Je moet
het voor de jongens aantrekkelijk maken.
Er moet een stukje sfeer worden gekweekt.
Bovendien wordt men niet voldoende voor
bereid. Vlak voor een toernooi zegt men
hier: O., even het team samenstellen. Dat
kon vroeger wel. maar de tijd, dat je alleen
voor het vaderland, de vlag en het volk
slied meedeed, is voorbij". Ook voor Frank
Kales, die zelf 93 maal het oranjeshirt
droeg.
gelijke tred
De breedtegroei van het basketbal in Ne
derland houdt geen gelijke tred met de
vooruitgang van de top. Er worden naar
stig pogingen in het werk gesteld om de
sport onder de aandacht te brengen, maar
in het grootste deel van het land wil dat
nog niet erg lukken.
Kales: „Men zegt, dat er genoeg actie
wordt ondernomen, maar ik heb er nog
niet veel van gemerkt. Er worden wel wat
schoolprogramma's afgewerkt met Ameri
kanen, maar dat gaat van de clubs uit. Het
initiatief moet van de bond uitgaan. Men
moot de topspelers er warm voor maken.
Zoals in Spanje. Daar wordt aangekondig-
d: dan en dan komt meneer Rodriguez in
dorp „X". Dat spreekt de jeugd aan. Op
die manier kweek je een brede basis,
waarvan je later de vruchten kunt pluk
ken".
JAN VAN DER NAT
De verwachtingen waren uiteraard hoog
gespannen. Zou hij, in zijn eentje, de mo
notone beleidslijn van deze introverte bond
kunnen ombuigen? Het leek te mooi om
AMSTERDAM Een basketbal-competi
tie zonder Frank Kales. Het zal wel even
wennen zijn. Voor het publiek, de scheids
rechters, maar ook voor de spelers. Frank
Kales (32) nu, zette een punt achter zijn
actieve loopbaan en daarmee verdwijnt
een figuur, die bijna niet van de Neder
landse velden was weg te denken. Frank
Kales blijft echter nauw betrokken bij
zijn „sport". Vanaf dit seizoen heeft hij
de technische leiding bij het Amsterdamse
Deitailoyd.
Kales: „Ik kon het basketballen niet langer
combineren met een aantal andere dingen.
Als topspeler moet je je aandacht verdelen
oyer drie zaken: basketbal, werk en gezin.
Om twee daarvan goed te kunnen volbren
gen is aleen hele toer. Bij Levi's trainen
we vier of vijf keer in de week. Daarnaast
had je soms twee wedstrijden in een week.
En daarnaast nog een keer je werk en je
gezin en dan, je komt ergens tijd te kort".
Zijn functie van trainer-coach bij Deitai
loyd zal Kales meer vrije tijd opleveren.
De ploeg traint slechts drie maal per week
en Frank Kales zal er daarvan twee voor
zijn rekening nemen. Deitailoyd traint be
duidend minder in vergelijking met een
aantal andere eredivisieclubs. Is het Am
sterdamse team daardoor niet in het na
deel?
Kales: „Voor het doel wat wij ons hebben
gesteld is drie maal per week trainen
voldoende. Wij gokken op een vijfde tot
zevende plaats. Aan de absolute top zijn
wij nog niet toe".
spectaculair
Het nieuwe basketbalseizoen, dat dit
weekeinde van start gaat, belooft nog
spectaculairder te worden dan het vorige.
Reden om dat aan te nemen is de totale
veramerikanisering".
Vorig seizoen waren er nog twee clubs
zonder Amerikanen (DED en Haarlem
Cardinals). Beide ploegen degradeerden en
elke club in de eredivisie beschikt nu over
twee Yankees. Amerikanen hebben de af
gelopen jaren een belangrijke rol vervuld
in de Nederlandse competitie. Het peil is
enorm gestegen, maar er zijn stemmen
opgegaan, die in de toekomst liever een
buitenlandse speler per ploeg bepleiten.
Dit in navolging van België, dat een paar
jaar terug ook de kraan voor buitenlanders
voor de helft dichtdraaide.
Frank Kales: „Ik dacht niet, dat we dat
moesten doen. Nederlandse spelers kunnen
nog steeds erg veel leren van de Amerika
nen. In het verleden is dat duidelijk geble
ken. Die jongens zijn op alle onderdelen
van het spel beter. Je leert een stuk hard
heid en techniek. Echt. ik zie Amerikanen
gewoon Is een constante faktor. Trouwens
bij het voetbal lopen ook in veel ploegen
twee buitenlanders
licht opsteken
Dat Nederlandse spelers veel hebben op
gestoken van hun Amerikaanse ploeggeno
ten blijkt wel uit de resultaten van het
nationale team, dat op het pre-Olympisch
toernooi in 1972 een verdienstelijke vierde
plaats in de wacht sleepte.
Kales: „We wonnen toen ondermeer van
België. Frankrijk en Zweden. Weliswaar
speelde we voor eigen publiek, maar daar
voor hadden we ook thuis nog nooit van
Eén van de Amerikanen .in de Nederlandse basketbalcompetitie in beeld:
Jackie Dinkins van landskampioen Transol. „We leren er nog veel van",
zegt Frank Kales over de Yankees.