"Veilig over de overweg" Perikelen in Alkmaar Gespannen aandacht tijdens de lessen van Jan Florijn. AMSTERDAM Steeds wanneer er, waar dan ook in Nederland, een nieuwe Ahob-installatie (automatische halve overweg bomen) wordt geplaatst, komt Jan Florijn in sneltreinvaart aangereden om de kinderen uit de omgeving op de gevaren, maar ook op de voordelen te wijzen van een dergelijke overwegbevei liging. Vanaf de derde klas van de lagere school tot en met de tweede van de HAVO, MAVO, LTS enhuishoudschool kunnen de leerlingen rekenen op een twee uur durend programma onder regie van de Amsterdamse spoorman Jan Flo rijn. Want in plaats van een droge uitleg en wat cijfermateriaal krijgen de kinde ren een hele show voorgeschoteld in hun eigen klas. Er komen bandrecorders bij, er worden platen gedraaid en dia's ge toond. Jan's oren doen dienst als rinke lende overwegbellen, zijn ogen zijn de knipperlichten, zijn armen de slagbo- A1 drie jaar geeft Jan die lessen officieel, maar nog veel langer is hij voor zijn plezier stad en land afgereisd om kinde ren met de spoorwegen vertrouwd te maken. Elke week komen er gemiddeld twee Ahob's bij, in totaal zijn het er al zo'n 2300. Men kan zich dan ook voorstel len, dat er heel wat treinuren inzitten om van noord naar zuid, van west naar oost te reizen. Maar hij doet het graag. Als spoorwegman in hart en nieren heeft hij alles over voor de NS. Nu is hij 62 (maar ik kan toch nog best voor 61 doorgaan?") en hij piekert er niet over ermee te stoppen. Voordat hij zijn „veilig-over-de-overweg- lessen" begint, stalt hij eerst alle benodig de attributen uit op een lange tafel. Om te beginnen is dat (hoe kan het anders) een bord van de Nederlandse Spoorwe gen. Daarnaast komen dan een aantal bandrecorders met de nodige luidspre kers en tenslotte een bord met daarop het woord „studio". Dan gaat het doek op en de show begint. KINDEREN RAKEN SPELENDERWIJS MET DE AHOB VERTROUWD „Met grappige woordspelingen ga ik ze dan enthousiast maken", vertelt Jan Flo rijn. „Dan zal ik eerst even vertellen waar het niét over zal gaan. Met overwe gen kan iedereen te maken krijgen. Ook Willem de kruidenier, want zijn weeg schaal was kapot. En hij moest suiker wegen. En omdat die weegschaal nou kapot was, moest hij overwegen. Toen zei z'n \touw nog: Willem je moet toch eens overwegen of je in verband met het overwegen geen nieuwe weegschaal moet kopen. Jij blijft aan het overwegen met je overwegen". „Nou, dat vinden ze al prachtig hé. En dan zeg ik: Wie wil er in de studio komen om d^t na te zeggen? Als je het goed doet krijg je een cadeautje cadeau. Nou, ze melden zich haast allemaal. En dan krijgen ze een pen, een portemonnee of andere leuke dingetjes". Jan Florijn kan het niet laten om gelijk tijdig zijn tweede hobby er bij te halen: geluidjagen. Alles wat maar mogelijk is Ahob's kunnen, vooral voor kinderen, levensgevaarlijk zijn. wordt door hem op de band vastgelegd. Bij hem thuis zakken de kastplanken door onder het gewicht van duizenden cassettes en volle bandrecorderspoelcn. „Binnenkort zullen we ze aan het plafond moeten hangen, want er is hier geen plekje meer over" zegt zijn vrouw. Van daar dus die studio tijdens zijn lessen. Het joch dat het verhaaltje van Willem de kruidenier zo keurig kon navertellen, wordt geïnterviewd voor de microfoon. „Zo, Peter, weet jij eigenlijk wel wal een overweg is? Wat rijdt er over een spoor baan? „Een trein meneer". „Prachtig. En zo'n spoorbaan wordt gekruisd door een weg op gelijke hoogte. Daar rijdt verkeer over. Kun jij wat verkeer opnoemen?" „Fietsen, auto's, bromfietsen". Prima joh, jij mag een meisje uit de klas kiezen en dan draaien we voor haar een plaatje. Heet ze Elsje? Uitstekend, ik moet ergens een plaatje hebben over een meisje met die naam". Wat verlegen en met wat blozende gezich ten staan de kinderen voor de klas terwijl uit de luidsprekers het „ik houd van jou" en „ik blijf je trouw" schalt. Zo gaat het de hele les door, langzaam maar zeker, met muziek en grappen, met dia's en overwcggeluiden, worden de kin deren vertrouwd gemaakt met de voor hun zo gevaarlijke overweg. Het twee uur durend programma wordt besloten met een kwis. De jongens tegen de meisje bijvoorbeeld. Wie wint krijgt een excursie naar het station Groningen. Liefst 1300 punten zijn er te verdienen.' Een paar honderd tegelijk. Want Jan is niet gierig. „Op hoeveel meter ligt het kontaktpunt waardoor de overweg in werking treedt?" „Duizend meter". Zo, honderd punten verdiend. De laatste vraag is maar liefst 1000 punten waard. „Wat staat er op het blauwe bord met de witte letters. Het begint met het woordje „wacht"? Doodse stilte in de klas, want wie voorzegt heeft onverbidde lijk verloren. En als het antwoord goed is, dan wordt er gejuicht, gesprongen; de- spanning is gebroken. Veel ongelukken op overwegen doen zich overigens niet voor, maar de spoorwegen is er alles aan gelegen om het aantal tot nul te reduceren. Nadat een Ahob in gebruik is genomen wordt er nog gerui me tijd toezicht gehouden door -een spoorman of een politieagent. .Wanneer een en hetzelfde knalapje een paai' keer moet worden aangehouden, omdat hij te vroeg de overweg wil oversteken, gaat .de spoorwegpolitie naar zijn ouders om ze'* van dit „wangedrag" op de hoogte te brengen en ze te verzoeken eens een hartig woordje met hun zoon te spreken. Er zijn tot nog toe geen ongelukken op overwegen voorgekomen onder kinderen van 6 tot 13 jaar. En dat is mede te danken aan de voorlichtingsmiddagen, de one-man-shows, van Jan Florijn. LONNEKE VAN KOOT JAARLIJKS WORDEN TIENDUIZENDEN GULDENS TOEGELEGD OP KAASMARKT Het is allemaal show, de koop is allang gesloten, maar de dragers blijven lopen terwille van de traditie Ook al regent het pijpestelen, de mensen blijven naar Alkmaar komen. De kaasmarkt mag niet dood. Leve de kaasmarkt. Dat is zo ongeveer de strijd kreet van de Alkmaarso kaaskoper Ger- rit Kaper. Het traditie-rijke gebeuren is de laatste tijd onderhevig aan discussie. Boze tongen spreken zelfs over een op heffing. Zover komt het niet. De kaas markt kan in de aardrijkskundeboekjes blijven staan. Dat bewees ook die rijen dikke menigte, die vorige week vrijdag het Waagplein vulde. Of de sfeer van vroeger is blijven hangen, is een andere zaak loude Waagtoren waren de geruchten. Zelfs het onaantastbare fenomeen van de kaasmarkt heeft in deze moeilijke, maar toch zo koele dagen een wat zweterige klank. Het begon een paar weken geleden. Een onzorgvuldig krantebericht maakte ge wag van het verscheiden der markt. We liswaar counterde kaasmarkt-animator Gerrit Kaper „meneertje kaas" in de wandeling hard terug, de eerste kie men bleken al gezaaid. Enige onrust ont stond. Ook in de kaasdragers-rijen zelf werd in het vrijdagse gesprek de toe komst ter hand genomen. Een einde aan de markt? Dat niet. Wel een balorige afgunst. Waarom kan Alkmaui de iet •ondstr ?n, Ho, en Medei ov Hoe de naar traditie en historie hunke rende toerist langer vast te houden dan die paar uurtjes in de morgen? Bedrij vigheid geeft immers nering, zo is het antwoord gevende parool van Gerrit Ka per en de zijnen. Met noest geweld werden dan ook allerlei plannen gelanceerd om de heilige koe toerist en zijn knip vast te binden aan de Alkmaarse binnenstad. Of, zoals Ka per dat weet te zeggen: „Ons doel is Alkmaar-promotion. Reclame voor Alk maar". De groothandelaar wilde een serie evenementen rond de kaasmarkten bou wen, die de bezoekers een dag lang in Alkmaar zou houden: gebruik van paard- en-wagens, inzetten van folkloristische dansgroepen, markten met oude ambach ten. Het mislukte. Gerrit cum suis had den dan ook met een tegenpartij te ma ken. die zich niet bijster interesseerde voor het uitbouwen van de markt op het Waagplein. In die kringen (middenstand) bezigt men ook de beschuldiging: „Die Kaper maakt dan altijd zo'n ophef over de kaasmarkt, hij steekt er zelf geen cent in". Dat nu, schiet de handelaar in het verkeerde keelgat. „Die waanzinnig verdeelde mid denstand. wil het belang van de markt niet zien; die is er de oorzaak van, dat de markten van Hoorn en Medemblik die van Alkmaar de grond in drukken". En wat die beschuldigingen betreft: „Steek ik er dan niet genoeg uren in? Mijn vrouw en ik zijn de halve vrijdag in touw. Bovendien, ik heb genoeg plannen ont worpen. Daar wilde ik financieel in mee doen". Blijven wM de kosten, die de gemeente jaarlijks op de kaasmarkt toe moet leg gen. Een tekort, dat in de tienduizenden gul dens loopt, ondanks de forse subsidie van het Nationaal Zuivelbureau. Het bedrag steekt schril af tegen dat wat drs. Roe de Wit de burgemeester ooit een- ventileerde: de toeristen zijn in Alkmaa i goed voor 10,2 miljoen gulden per jaar Een aardige slok op de borrel als daarbij de jaarlijkse midderistandsomzet van 80 miljoen gelegd wordt. Mogelijk ook daardoor wil Alkmaar's penningen-bewaker, wethouder G. G. van Manen, aan het einde van het seizoen de kaasmarkt-situatie met alle betrokkenen doorspreken. Niet om te praten over een mogelijke opheffing van de markt, maar om, zoals hij zegt „een zodanige regeling te treffen, dat het gebeuren voor eens en voor altijd wordt veilig gesteld". Binnen dat raam ook legt het socialisti sche raadslid Piet IJssels uit, waarom de helft van zijn partij bij de vorige begro ting tegen steun voor de kaasmarkt was: „Wij vinden het onredelijk, dat uitslui tend de gemeente voor de kosten moet opdraaien, terwijl de middenstand er profijl van heeft Regen Het is acht uur en pas tien minuten later rijdt de eerste vrachtwagen met kaas de stilte in. Even later. Ronde en platte kazen worden op de stenen gekeild, Ze jaan niet stuk. Mannen in blauwe kielen zetters maken er ordelijke rijen van. n de donkere ruimten van de Waag onder de toren) is ook niet veel te bc- •peuren. Een dikke blozende man kijkt laar buiten. Hij vult voor een kwart zijn Kleine kantoortje. De marktmeester. Hij - Jan van Staten („deZe markt meneer, dat is een stuk van mijn leven. De zater dag, zondag en maandag praten we over de afgelopen markt, de andere dagen over de komende") zal die hele verdere morgen bonnen invullen. De registratie van werk, dat eigenlijk al lang uit de tijd Zoals ook die 28 kaasdragers, die tas mannen, die vemen, die kaasvader, het handje-klap van kaaskoper Gerrit Kaper en het wegen van de kaas met ouder wetse gewichten, pure show zijn. Achter de schermen zijn de kansaanko pen allang geregeld. De zaak wordt in stand gehouden omdat de loeristenportc- monnte te belangrijk •- en omdat je een dikke 350 jaar traditie nu eenmaal niet even over boord kunt u n Dat wa> anders toon in hot jaar 155? d«- k wc, c de Houtlil. daad en de Houttil. Deze straten liggen en lagen rond de Waagtoren. De 18MCUWte geschiedschrijver Gijsbert Boomkamp schreef daarover: „Het volgende Jaer, alzoo in 1558, pagtcn de buren van de Voordam de waag en meenden op de hoek van de Voordam eene waag op te rechten en zodoende de nering naar zich toe te trekken. Doch hiertegen stelde zig de buren van de Mient en het Fnidsen tegen, totdat het gcschik werd weggeno men met het leggen van een brug vanaf de Voordam tot het straat naar de Hout- til, welke brug daarom Kijfbrug wordt genoemd". Gekrakeel liet gekrakeel gaat nu om andere zaken. Kaasdrager Joop Verver: „Dit moet toch blijven. Alle traditie is al kapot. Als wij het niet aanhouden, dan is Alkmaar een dode stad". Kaasdrager Jaap Moras de leeuw ge heten wegens zijn enorme brullen en zijn razendsnelle dragen zegt later spottend „De AJkmaarders zeggen, je bent pas Alkmaarder als je nog nooit op de markt geweest bent". Toch later: „We werken hier voor zo'n 4 tientjes de markt. Het kan slechter. Ik heb het Kii n. al c daar zoals die oudere heer uit Limburg het zei: „Dit is jc reinste kitsch. Toch ga je er heen. Toch wil je het zien. Waarom? Meneer, het staat overal in de boekjes. Wereldberoemd zus en wereldberoemd zo. Het is een soort sneeuwbal-effect, Die wilde Afrikaanse dansen, waar de blanke toeristen zich zo aan vergapen, worden ook gedaan door can stelletje werklozen, die de tour-operator verzamelde". Een tochtje door de binnenstad levert de gebruikelijke aanblik op: op elkaar ge plakte mensenmassa's. De lucht van tran spiratie, worst en uiteraard patat ligt zwaar in de natte lucht. Hier en daar een standwerker, een orgel, een zanger. Vlak bij de markt kreten per megafoon: „Mei- ne Damen und Herren, nehmen Sic jetzt Platz fur eine Rundfahrt (lurch Ver derop in de grachtengordel is het veel rustiger, Mooie geveltjes en de opvullen de afwezigheid van „markters". Alleen jammer dat een modern bankge bouw het Waagplein zo verstoort. Teke nen van nu, Het mi, dat ook al in de pittoreske rij cafégevels ter linkerzijde van de Waagtoren heeft toegeslagen. 13.30 uur. Een toch nog onverwachte hui I jaagt alle mensen van het plein. De genieters van een eenvoudige kaasmaal- tijd iu de openlucht zoeken een heenko- dc Voordan ANDRE NABER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 17