Nederlandse deelnemer mag niet meer schrikken van finaleplaats WIEItl Selectiewijze afgestemd op mentaliteit Enith Brigitha kan nog harder clubtrainers maar meedenken" Laat LEIDSE COURANT ZATERDAG 17 AUGUSTUS 1974 SITTARD De verrassende tijden, die Enith Brigitha drie weken geleden in het Ut rechtse recordbad Den Hom mel neerzette wil de zwem coach Bert Sitters niet als dan een vrij normale ontwikke ling zien. „De bijna anderhalve seconde, die zij van haar beste tijd op de 100 meter vrije slag afknab belde, maakt natuurlijk 'erg veel indruk, maar het is voor mij geen verrassing als ik haar basissnelheid in acht neem. Ik ben zelfs geneigd te voorspel len dat zij nog harder kan. Op de rugslagnummers moet nog veel meer vooruitgang geboekt kunnen worden." Grootste tegenstrever van Enith straks in Wenen zal de Oostduitse zwemcoryfee Kor- nelia Ender zijn. Zij bezit het wereldrecord met 57.51. Verge leken met haar komt Bert Sit ters tot een even opzienbaren de als verrassende conclusie: „Ook al weer gezien de bijna alles beheersende basissnel- heid sla ik Enith Brigitha ho ger aan dan Kornelia Ender. Ik heb dat onlangs in Oost- Duitsland nauwkeurig geob serveerd". SJTTARD - Door de rustige politiek van de in Spanje ontdekte zwemcoach Bert Sitters om het Nederland se zwempeil op een hoger plan te brengen loopt een opvallende „rode draad" van vastberadenheid. Toen begin dit jaar schot kwam in de voorbereiding op de morgen in Wenen startende Europese zwemkam- pioenschappen was van hëm het nogal verbijsteren de plan afkomstig om te streven naar het bezit van niet minder dan tien medailles. Goud, zilver of brons liet hij in het midden. „Geen bluf", zegt hij nu bescheiden. „Maar een reële verwachting, die berust op een simpel rekensommetje. Misschien zit ik er een of twee naast, dat kan best, maar meer zeker niet." Bert Sitters, de jonge MO-leraar t het bij Amsterdam gelegen emen, blijft kort voor zijn afscheid van het voor het eerst goed bevallen trainingskamp van de Nederlandse zwemploeg in Sittard bij zijn standvastig heid. Sterker nog: Hij raakt- langzamerhand in de ban van een zeker optimisme. „Want", kon een ieder die het horen wilde, begin deze week op het ClOS-centrum beluisteren, „wij hebben bij ons maandenlang voorbereide streven bewust ge let op het mentaal harder wor den van het individu. De ma nier van selecteren voor inter- 1 Twee zwemcoryfeeën bij elkaar tijdens de verkiezing t sportvrouw van het jaar. Ada Kok die van weleer en Enith Brigitha, de huidige heerseres, op wie alle aandacht is gericht voor „Wenen". lands, de indeling van de Ne derlandse zwemkampioen- schappen. alles was daarop af gestemd. Een Nederlandse deel nemer mag niet meer schrikken van een finaleplaats, zoals maar al te vaak in het verleden gebeurde. Ik ben ervan over tuigd, dat deze voor Wenen in geschreven zwemploeg beter dan ooit is opgewassen tegen de wedstrijdspanningen van het toch vermoeiende evenement". Ook voor het begin van de Spelen in München (1972) en in minde re mate ook voor de start van de wereldkampioenschappen in Belgrado (1973) bleek een blij moedige stemming aanwezig. Zeker het Olympisch bouw werk, met snel omhoog gescho ten zwemsters als Enith Brigit ha, Anke Rijnders en Hansje Bunschoten, stortte als een kaartenhuis in elkaar. Tallozen een illusie armer makend. Om dat na München een gelukkig rustig verlopen afwisseling van de wacht (coördinatoren Van Dam en Schreurs maakten plaats voor de ambitieuze fullti mer Sitters) plaatsvond, werden de negatieve effecten van de „kater" in de kiem gesmoord. Prettig genoeg trof de zwem- bond (KNZB) in de persoon van de nieuwe zwemcoach geen man, die alle schepen achter zich verbrandde. Integendeel, met omzichtige zorg bouwde de beredeneerde Sitters al het goe de van zijn hardwerkende voor gangers verder uit en richtte' tenslotte een indrukwekkend monument op, dat zijn weerga de laatste tien jaar in Neder land niet kent. Zwemsters en schoonspringsters voor het vertrek naar Wenen. Vol verwachting. Bert Sitters rekent op tien mpHaillpc: Hoofdnummer Met meer dan één favoriet: Enith Brigitha, komt een zwe" mafvaardiging na Leipzig 1962 niet meer zo optimistisch ge-i stemd aan de start op de Euro pese kampioenschappen. Niet alleen levert Nederland een tot de vingertoppen geladen kandi daat voor het hoofdnummer van het toernooi: de 100 meter vrije slag, maar tevens figure ren Nederlandse zwemsters op allerlei andere én belangrijke afstanden. Voorop in de rij lo pen - behalve Enith - José Da- men, Yolanda Aggenbach en de nieuwste telg van de zwemfami- lie: Annelies Maas uit Wagenin- gen. Toch mag nog niet gesteld wor den dat de „faam van het verle- f" den" volledig is teruggekeerd. De jaren dat Nederland aan de lopende band zwemsters van wereldreputatie afleverde, lij ken immers definitief voorbij. Met deze keiharde realiteit heeft echter niemand moeite. Wel frustreerde de laatste jaren het ontbreken van de gedachte mee te spelen op het allerhoog ste niveau. Daardoor kregen de alom respect afdwingende club trainers. die hun pupillen dage lijks voor dag en dauw optrom melen om te tr medailles Enith Brigitha, die de interna tionale zwemwereld vanaf de Olympische Spelen in München fascineerde, is dat isolement van Nederland verleden tijd. Uit alle delen van de wereld komen uitnodigingen voor deel name aan wedstrijden binnen. Deze meevaller heeft het werk klimaat voor Bert Sitters verbe terd. De door de bond goed begeleide ontwikkeling stelde hem in staat „carte blanche" te vragen en te krijgen voor za ken, die bij zijn voorgangers moeilijker lagen. met de verenigingsoefenmees- ters. Net zoals hij twee jaar geleden beloofde, toen zijn ver rassende benoeming in deze functie bekend werd gemaakt, mag de „club van veertig" (alle trainers van een tot een verte genwoordigende ploeg behoren de deelnemer) meeluisteren, meedenken en meebeslissen. „Wij hebben enkele bijeenkom sten per jaar met elkaar en daarop worden de grote lijnen voor een seizoen uitgezet. Iede reen komt dan aan het woord en heeft het recht alles wat hij Openhartig Dit openhartig praten over „oud zeer" dat lang de ontwikkeling van het Nederlandse zwempeil remde, kost momenteel geen moeite meer. Zeker niet voor Bert Sitters, die de oplossing van deze problematiek als een heet hangijzer van zijn missie beschouwde. Terecht kan na twee jaar van hard werken ge concludeerd worden, dat de on derlinge sfeer binnen het wed- strijdminnende deel van de zwembond geen hindernis meer keurd werd voor deelname aan een kampioenschap. Je schrok je dood. Toen bij nadere infor matie de vanzelfsprekende vraag werd gesteld: „Wat is er nou eigenlijk aan de hand met hem'1 beriepen de toenmalige zwemleiders zich op medisch geheim of daaromtrent". Belangrijk In het kader van het belangrijk maken van de oefenmeesters, die een topzwemster naar een Bert Sitters bouwde een indruk wekkend monument op vanuit het kringetje van Neder landse oefenmeesters het be lang van een gezonder en pro fessioneler klimaat ingezien. Onder de meest vooraanstaan den onder hen is het denkbeeld ontstaan om in de toekomst een bepaalde opleiding verplicht te stellen door dit voorzichtig te introduceren en met nog een betere bestudering kan het Ne derlandse clubkader vakbekwa mer geschoold worden. Een al jaren bestaande wens. „Maar", waarschuwt Bert Sitters vast, terwijl zijn vinger weer richting Bert Sitters weet dat. Hij wees begin deze week in het trai ningskamp in Sittard op Ger van Dijk, de jonge trainer van José Damen. „Nog niet lang geleden was het ondenkbaar dat een amper een half jaar in de zwemsport meelopende trai ner nu al kennis kon maken met de laatste ontwikkelingen. Daar kan geen applicatiecur sus. waar ook ter wereld gege ven. tegen op", enthou- Met dit toevallige voorbeeld bij siast te maken voor de top sport, weinig, of nagenoeg geen kans zich internationaal te oriënteren. Door de uit de West afkomstige de hand sluit de nationale zwemcoach zijn ogen niet. Doorbordurend op het lang zaam ontwikkelde begrip bin nen de KNZB wijst hij op de sterk verbeterde samenwerking op het hart heeft te spuien". In het verleden werd met deze- openhartige aanpak gevreesd voor problemen. Sitters ont moet ze zelden. „De moeilijkhe den komen vaak op hetzelfde neer. Wanneer ik als zwem coach tien veranderingen bij do training van een zwemster wil doorvoeren, en Wout Gerritse, om maar een trainer te noe men, wordt gevraagd wat hij ook wil, komen zeker zes veran deringen ongeveer Over de vier andere moet je beslissen. Daarvoor is de in spraak. Bijna altijd wordt een compromis bereikt met conces sies doen van beide partijen". vormt. Hoe groot het vertrou wen in de clubtrainers al is, benadrukt Bert Sitters door op te merken: „Ik hoop in de toe komst op nog veel meer mede zeggenschap van de vereniging strainers in Nederland. Laat ze maar meedenken, dat is altijd goed. Ik ben er niet bang voor. Zij. de trainers, die dagelijks langs de kant van het bad staan, verdienen het om belang rijker in de ogen van het grote publiek in Nederland te wor den" En in één adem sluit hij rustig daarop aan: „Bepaalde toestanden uit het verleden nio gen nooit meer terugkomen. Wil Storm en ik hebben eens mee- gemaakt dat een pupil afge- groot toernooi begeleiden, krijgt de ruime denker uit Die- men („Mij moet je ordinair ge zegd zien als de baas") alle mogelijke medewerking van de bond. Zijn ideeën worden haast alle overgenomen, mits de fi nanciën het toelaten. „Ik ben de KNZB bijvoorbeeld bijzonder dankbaar voor het aan de trai ners gratis beschikbaar stellen van de open gebleven plaatsen in het chartervliegtuig naar We nen Dat doet ontzettend veel goed Behalve dat krijgen de ambitieuze mensen onder hen de kans zich te onenteren, erva ringen en indrukken op te doen". Aan de andere kant is nu ook Ger van Dijk gaat, „de mensen van de zwemclubs moeten een trainer zijn gang laten gaan. Een geschoolde kerel van 25 jaar zal dan over dingen moe ten kunnen beslissen, die an ders een privilege .waren voor het bestuur". Dat uitbouwen van het professio neler wordend klimaat binnen de zwembond, laat Sitters niet los. Hij ziet het als het oprich ten van een onontbeerlijk fun dament voor een gezondere toe komst. „Ik hoop er langer dan ik me aanvankelijk had voorge steld. aan te kunnen meewer ken". HANS DE BRUYN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 11