Honger p» in de wereld wordt duur betaald (im£C De laatste vooruitzichten voor de Ame rikaanse graanoogst zijn niet gunstig. In de Sovjet-Unie, waar de opbrengst wordt beschreven als niet meer dan het gemiddelde, worden de landarbeiders auto's, televisie- en radiotoestellen aan geboden als prijs voor het binnenbren gen van de oogst. Na een ongelukkig jaar 1972 zal de oogst van dit jaar van het uiterste belang zijn als een massale hongersnood moet worden afgewend. Het voedselprobleem is overigens, slechts een van de vele die aan de orde komen tijdens de wereldbevolkingscon- ferentie"tlie' van 19 tot 30 augustus in Boekarest wordt gehouden. Het gaat om de formulering van een bevolking spolitiek die het levenspleil op aarde "•2a!verhogen. Het voedselprobleem neemt daarbij echter een centrale plaats in. (Van een onzer redacteuren) Voorspellen is altijd een wat onzeker bedrijf, maar volgens normale schattingen is het vooruitzicht voor de wereldvoedselsituatie in de komende vijf tien jaar beroerd. En degenen die onvermijdelijk het ergst erdoor zullen lijden zijn de miljoenen mensen in de „Derde Wereld" de ongeveer honderd landen waar armoe, ziekte en ondervoe ding tot de normale levensomstandigheden horen. Wanneer de huidige ontwikkeling van bevolking en agrarische produktie zich voortzet, zullen wij het aantal ondervoede mensen in de wereld zien stijgen van 400 tot 750 miljoen. Tegen die tijd zal de rekening die de regeringen van die landen moeten betalen voor voedselinvoer uit de rijke landen de> helft van hun huidige reserves aan goud en deviezen kosten. Met andere woorden, die landen zouden binnen twee jaar bankroet zijn. En. bij deze becijfe ring is nog geen rekening gehouden met de omhoog schietende kosten van olie-import. Dit cijfermateriaal krijgen de delegaties voor de wereldbevolkingsconferentie voor ogen, in de hoop dat hun regeringen een aantal maatregelen zullen nemen om de naderende ramp te ontlopen. Daarbij wordt niet gesproken over wat toch duidelijk op de achtergrond meespeelt: de mogelijk explosieve politieke consequentie als de wereld meer en meer verdeeld raakt in rijken en armen. De crisis is pas vrij recent ontstaan, in 1972. Gedu rende de voorafgaande twintig jaar was de wereld- produktie van basisgranen tarwe en rijst gestaag gegroeid en had gelijke tred gehouden met de groeiende vraag. Maar in 1972 kwam de eerste tegenvaller, en tegelijkertijd een heel ernstige. Het uitzonderlijk slechte weer van dat jaar bracht een verlies van 33 miljoen ton, veel groter dan de toename die nodig was geweest om de zaken gaande te houden. Graan der rijken Granen maken het hoofdbestanddeel uit van het voedselpakket. De wereldvraag luidt ongeveer 400 miljoen ton melk en boter, 280 miljoen ton wortelge wassen (aardappelen e.d.), 225 miljoen ton groenten, 110 miljoen ton vlees, 45 miljoen ton vis, tegenover 1200 miljoen ton aan granen. De terugval -in de graanproduktie gaf dus aanleiding tot een crisistoe stand, die een directe run veroorzaakte op de voorraden. Tegelijkertijd en onvermijdelijk schoten de prijzen omhoog. De Amerikaanse harde wintertarwe be reikte in 1971 een prijs van 62 dollar per ton. Begin 1973 was die prijs omhoog gevlogen tot 108 dollar en begin dit jaar was die prijs nog eens verdubbeld tot 220 dollar per ton. Over diezelfde periode nam de prijs voor Thaise rijst toe van 129 dollar tot 595 dollar per ton, een verhoging van 480 procent in drie jaar. De combinatie van voedselschaarste en hoge prijzen trof de ontwikkelingslanden onmiddellijk en onver biddelijk. Hun gezamenlijke rekening voor graanim- port steeg van 3 miljard dollar in 1971 tot naar schatting 11 miljard dit jaar. Eveneens dit jaar staan zij voor het betalen van nog eens acht miljard dollar aan olie-importen als gevolg van de prijsver hogingen sinds de oktoberoorlog. Het overgrote deel van dit geld ging naar de rijke geïndustrialiseerde landen. Met slechts dertig pro cent van de wereldbevolking nemen deze landen 60 procent van de voedselproduktie voor hun rekening. De Verenigde Staten, Canada en West-Europa zijn 's werelds voorraadschuur, waaruit andere landen kunnen putten. De verdiensten van de rijke landen uit de voedselexport namen in 1972 met 15 procent toe, waarvan 9 procent het gevolg was van prijsver hogingen. De prijzen in 1973 waren tweemaal zo hoog als in 1970. Het betekent dat de armen niet alleen armer maar ook hongeriger werden. In bepaalde gebieden van de Derde Wereld begint de plaatselijke voedselproduktie weg te vallen. Dit is een feit in grote delen van Afrika, het Midden- Oosten en het Verre-Oosten. In zuidelijk Azië was de voedselproduktie van vorig jaar nog niet op het peil van dat van 1970, en daarom bestaat er het vooruitzicht van een voortdurende ho,og niveau van import, tegen hoge prijzen. In ieder geval moeten deze landen met de rijke landen gaan concurreren nu de schaarste toeneemt. De vraag naar vlees bij de rijke landen, bijvoor beeld, neemt toe. De Japanse vleesconsumptie nam tussen 1969 en 1971 met 50 procent toe. Het rijke deel van de wereldbevolking consumeert meer dan de helft van de granen, maar op een uiterst verkwis tende manier. In Noord-Amerika bijvoorbeeld ge bruikt men per jaar ongeveer een ton graan per hoofd van de bevolking. Maar niet meer dan 75 kilo daarvan wordt direct opgegeten: de rest is veevoe der, bestemd voor omzetting in vlees. Elk pond vlees op tafel vraagt een verbruik van 41 pond aan graan. Honger en ziekte De bij voorbaat voor 'dë arme landen verloren competitie om de voedselbronnen geeft niet alleen aanleiding tot honger, maar tot een hele reeks andere lichamelijke en geestelijke gebreken. In In dia, de Filippijnen, Brazilië en Vietnam is het gebrek aan vitamine A de voornaamste oorzaak van blindheid die jaarlijksalleen al in het Verre Oosten meer dan 100.000 kinderen treft In Latijns Amerika lijden 15 procent van de mannen en 35 procent van de vrouwen aan bloedarmoede door een gebrek aan ijzer in het voedsel. Op zijn beurt leidt dit weer tot ziekten als mijnworm en bilharzia. Achter deze globale cijfers ligt nog de bijzondere kwetsbaarheid van kinderen en zogende moeders verborgen. Hun voedingsbehoeften zijn groter, maar in de arme landen is er een traditie dat de werkende volwassenen het grootste deel van wat op tafel komt consumeren. De ondervoeding ontneemt de kinde. ren de mogelijkheid tot leren en dit geeft een nieuwe draai aan de neerwaartse spiraal van ontbe ring. De vraatzuchtige honger van de rijke landen mani. festeert zich in importcijfers en in de beschikbaar heid van kunstmeststoffen, die nodig zijn om de grond te verrijken en de produktiviteit te latc-n toenemen. De kunstmest is een essentieel element in de zogenaamde Groene Revolutie, het streven om de opbrengst per hectare te verbeteren. Gedurende de laatste vijf jaar is de produktie van kunstmest, stoffen in de wereld met veertig procent toegeno. men, maar die toename werd overtroffen' door de groeiende vraag van voornamelijk de geïndustriali. seerde landen. De binnenkort verwachte tekorten kunnen gemakkelijk worden vertaald in oogsttekor-1 ten: de verwachting is dat 30 tot 50 miljoen ton graan minder geproduceerd gaat worden dan de behoefte over drie jaar, een catastrofaal tekort dat overeenkomt met de thans aanwezige wereldvoor. Toch voldoende Toch zijn de experts geneigd te voorspellen dat, als men de ontwikkeling in de produktie van de afgelo. pen twintig jaar bekijkt, ook de komende jaren voldoende voedsel voor iedereen beschikbaar is. Het probleem is vooral dat van de verdeling. De wereld moet momenteel vertrouwen op de Noordameri- kaanse graanschuur om de tekorten in de rest van de wereld aan te vullen. Die rekening daarvoor is veel te hoog geworden. Wat nodig schijnt, is een radicaal nieuwe manier voor de ontwikkelingslanden om voor hun voedse- limport te betalen en een veel grotere vrijgevigheid van de geïndustrialiseerde wereld. Tegelijkertijd moet de Derde Wereld zijn binnenlandse produktie veel sneller zien te vergroten dan tot dusverre werd gepland. Duidelijk is dat grote gebiedenonontgonnen land beschikbaar komen voor landbouw. Maar in het tropische regengebied van Afrika is er het grote probleem van de tsetse-vlieg. Een programma over twintig jaar, dat jaarlijks 100 miljoen dollar kost, zou de savanna openleggen voor 120 miljoen stuks 'vee. In de droogtegebieden is er behoefte aan een uitgebreid irrigatieprogramma. De doelen die India, Cevlon, Maleisië en Thailand zich op dit gebied hebben gesteld, zijn niet bereikt, maar de mogelijk heid voor expansie binnen de bestaande program ma's is reëel. Het volledige programma zou 4 mil jard dollar kosten d.w.z. ongeveer ééntiende procent van wat de voornaamste handelvoerende naties per jaar aan rijkdom verwerven. Ook verbeteringen in de veestapel, bij de oogsten en in het gebruik van kunstmest vragen om geld. De oplossing die hoogstwaarschijnlijk weinig populair zal zijn is dat de rijke landen moeten leren minder te verspillen en meer goedkope oplos singen te zoeken om zo voorraden vrij te maken voor armere landen. De verspilling is niet altijd even duidelijk als het doordraaien van oogsten bij overproduktie en als de hoogopgetaste schotels in dure restaurants. Een team Amerikaanse wetenschappelijke onder zoekers heeft onlangs de kosten en opbrengst bestu deerd van een hectare mais in de Verenigde Staten. Zij kwamen tot de bevinding dat tussen 1950 en 1970 het elektriciteitsverbruik zesvoudig was toege nomen, het gebruik van kunstmest veertienvoudig, terwijl de mankracht met de helft was verminderd. Vergeleek men de ingebrachte energie met de op brengst, dan resulteerde dat in een verlies van elf procent. De stikstofkunstmest vraagt zware investe ringen in de petrochemische industrie. Toch zou pet acre (4000 m2) de mest van één koe voldoende zijn voor hetzelfde resultaat, en tegen veel minder kos- Nauwkeurige schattingen over de oogsten in het rijke westen zijn nog niet gemaakt. De experts die hun berekeningen maken op basis van een te voorziene trend, geven toe dat al hun becijferingen fout kunnen blijken te zijn. Belangrijke gebieden van de voornaamste graanproducenten zijn koeler geworden en daardoor vatbaar voor extremere tem peraturen, voor droogte of neerslag. Er valt niet te zeggen of er een verandering van klimaat i koele streken op komst is, maar een verandering van één graad in de gemiddelde temperatuur kan het normale patroon van planteleven volkomen verstoren en bijvoorbeeld leiden tot een vertraging in de rijping van wel vier weken. Optimisten verklaren dat als al het landbouwgebied ter wereld zou worden gebruikt zoals het in so ge ontwikkelde landen gebeurt, onze voedselproduk tie voldoende is om 60 miljard mensen in leven te houden, vijftien maal meer dan het huidige aantal. Als we de tijdsfactor weglaten is dit een element van belang. Maar we kampen met een onmiddellijk probleem, waarvoor oplossingen op lange termijn ontoereikend zijn. Er is geen enkel middel beschik baar om een boer uit Bangladesj binnen tien jaar op het technische niveau te brengen van zijn Neder landse of Deense collega's. De bevolkingsconferentie moet naast de oplossing van problemen als. huisvesting, gezondheidszorg, transport, werkgelegenheid en onderwijs, een weg zien te vinden door het woud van problemen die het gevolg zijn van honger en ondervoeding. In een wereld die al een alarmerende toename van geweld laat zien, zouden de voorspellingen nog grimmiger worden als de kloof tusen de haves en de have-nots nog breder mag worden. Bij de foto's: Schrijnende armoe en honger, gebrek aan mogelijkheden voor een voldoende oogst in een groot deel van de wereld, in contrast met de rijk dom van slechts weinig landen. De kloof dreigt zich voortdurend te verbreden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 14