Reclame wereld is verrukt over Cray ff Reclame rond Cruyff is primitief Een van de allereerste grote projecten, die rond Johan Cruijff. Op stapel werd gezet, was de film over „nummer veertien". Samensteller Maarten de Vos spreekt met hem DRS. FREEK HOLZHAUER: Drs. Hans van Heest als de man aan het woord, die melding maakt van de opkomst van een nieuw vak; reclamemanager in het voetbal HAARLEM Wat Johan Cruyff tot de veel meer geld verdienende opvolger van de legendarische Pele heeft gemaakt is de gedachte een te zijn met anderen in het Nederlands elftal tijdens het toernooi om het wereldkampioenschap voetbal in West-Duitsland. Befaamde reclame-ex perts zien verbijsterend met hoeveel des kundigheid zaken, die nog geen voetballer ter wereld ooit belangrijk vond, worden aangepakt. Net op het juiste moment en het liefst zo onopvallend mogelijk, dat de m van 's werelds goudhaantje nummer één in verband moet worden gebracht met i produkt, staat hij er, in volle glorie, machtig als een vorst, een fenomeen waar- dlf. „The sky is the only limit", roept de inter nationale reclamewereld dan ook verrukt relatie tot Johan Cruyff, een door schoonvader Cor Coster opgericht voetbal standbeeld. Dat is persé geen oppervlakki ge kreet. Een gegronde marketingfilosofie steunt de bijna almachtige voetballer anno 1974 in zijn belerende boodschap aan iede- 1. Het legt hem geen windeieren, zoals bekend. Schattingen over het vermogen, dat Cruyff voor zijn dertigste bij elkaar kan schoppen, zijn tijdens het wereldkampioenschap voetbal ge stegen van vijf tot tien a elf miljoen oer- Hollandse guldens. Mon Dieu, de president i de Verenigde Staten verdient ze in zo'n korte tijd van een voetbalcarrière niet Zelden in de geschiedenis heeft een voet baller zo goed begrepen waarom en waar- r hij wat doet. Deze ervaring maakt overal in de wereld grote indruk. Niet alleen op de voetballers zelf, die zoals Nederland professioneel denken en einig handelen, maar bovenal op de reclamewereld, die merkwaardig lang bui ten schot bleef. Nog niet zo lang geleden immers, werd de promotie-campagne van het Nederlands elftal een grote flop. Reden: Sponsors heus grote waren er genoeg, maar zij schrokken terug voor het niet voor moge lijk gehouden amateurisme van betrokke- ;n. De bond besefte veel te weinig dat met handelsgeld van het bedrijfsleven omsprong en de spelers hielden zich niet m de gegeven aanwijzingen om piiblici- it te maken. Dat leidde tot een conflict het bedrijfsleven hield het voor gezien. Alleen Panorama en de Amrobank en de uit de voorronden overgebleven verplich ting van de SRV houden de schijn op, dat het Nederlands elftal als reclamemedium nog iets heeft opgeleverd. Cruijff inspireert. Zelfs de banketbakkers. De Spanjaard Sadat werkt een levensgrote chocoladevorm met de blote hand af. Maar de deskundigen lachen erom: Er is i kans voor open doel gemist. De slim- sten maken zich sterk voor een nieuwe aanzet. Cor Coster Sport BV was de eer ste, die vooruit liep op een ontwikkeling, die niet valt tegen te houden. Zijn gree;> op de vele betaalde voetballers is nu al herkenbaar en zal nog groter worden. Een andere minder opvallende collega is „promotion en projects Haarlem BV" van drs. Hans van Heest, onder andere advi seur van PSV-doelman Jan van Beveren. Omdat nog meer reclamebedrijven kenne lijk inzien hoe belangrijk sportsponsoring en -promotion is, spreekt „Adformatie" vakblad voor reclame al van de opkomst van een nieuwe bedrijfstak: Een vak zon der opleiding en geschiedenis, een vak van veel proberen en vaak mislukken. Maar ook een vak waaraan behoefte is, gezien de sterke groei van de sportsponsoring en -promotion in Nederland. De pogingen om het Oranje-team te verkopen aan het be drijfsleven moeten daarom als een leerza me mislukking uitgelegd worden. Reclame is echter niet meer weg te den ken uit het voetbal en wat de handige Johan Cruyff nu presteert kan het Neder lands elftal straks ook. Alleen dienen er dan de nodige obstakels opgeruimd te worden. Beter dan wie anders kan drs. Hans van Heest, destijds adjunct-directeur van het reclamebureau Boom-Ruygrok, uitleggen welke dat zijn. Hij was een van de mensen van het eerste uur en via hem liep het netwerk van contacten met de heus wel geïnteresseerde bedrijven waar Oranje zo verlegen om zat. Elke uitgebalanceerde en constructieve be doeling leverde echter geen cent op. omdat de organisatie binnen de Koninklijke Ne derlandse Voetbalbond niet was berekend op een benadering, die andere bedrijfstak ken al jaren kennen. De grootste fout, die werd gemaakt was de veronderstelling dat de verantwoordelijkheid wegviel wanneer het sponsorgeld binnen was. Dat is onzin. Dan begint het eigenlijk pas. Bedrijven immers willen resultaat van hun reclame zien en iedereen, inclusief de speler zelf, vergat daar zijn schouders onder te zetten. Hans van Heest: ..Een uitzondering maak ik echter voor Johan Cruyff. Ik vergeet nooit hoe hij met een Pumablazer aan jaren geleden net zo lang heen en weer draaide tot de tv-camera hem niet meer kon passeren. Dat was vakwerk. Elke se conde in beeld betekent kostbare STER-re- clame en hoe duur die is weet iedereen Structuur De haalbare aanpassing van de KNVB bleef niet alleen vanwege een gebrek aan begrip achterwege. De moeilijke en on overzichtelijke structuur van de bond vormde een ander obstakel. „De belangen tegenstelling tussen de meest uiteenlopen de groeperingen van spelers, bond en an deren was ontzaglijk groot en stagneerde", herinnert zich de inmiddels voor zichzelf begonnen Haarlemmer. „Smeets en Schip pers" uit Amsterdam ondervonden precies dezelfde moeilijkheid. En in zekere zin zat de later als publiciteitsmanager van Oran je benoemde Maarten van Wamelen nog in hetzelfde schuitje. Weliswaar kreeg hij meer bevoegdheden, maar de termijn voor het WK was toen te krap geworden om doelmatig te kunnen opereren". Het aan trekken van een sterke man voor de orga nisatie en de training redde alles. „Michels benutte zijn positie als onmisbare figuur. Hoeveel keer heeft hij de KNVB niet voor het blok gezet en geëist: Nog zolang en als alles dan niet in orde is stap ik op. Nu zwijgt iedereen. Hoewel effectief reclame-maken voor het Nederlands elftal waarschijnlijk nog lang een krachttoer zal blijven, bestaat de ver wachting, dat het reclame-voorbeeld van Cruyff andere, nog niet zulke uitgekookte voetballers zal aanspreken. Voor hen zal het voordeel daarvan nog belangrijker kunnen zijn. De neven-inkomsten vormen immers geen druppel op een gloeiende Van Heest: „Door de impuls van het succes tijdens het wereldkampioenschap ver wacht ik binnen twee drie jaar een grote omwenteling. Dan zal elke speler, die zijn reclame-waarde nu nog niet kent beseffen welk belang met het nieuwe medium is' gemoeid. „Ik twijfel er niet aan of het bedrijfsleven zal dan hevig geïnteresseerd zijn. Deze vorm van reclame-maken is goedkoper en daarom vaak interessanter en appelleert direct aan het publiek, een niet te onderschatten voordeel". Een moeilijkheid is echter de begrijpelijke onverschilligheid van de betaalde voetbal lers. Zomaar, vanuit het niets worden de schijnwerpers op de spelers geplaatst. Zij zijn jong en als het ze dan ook nog voor de wind gaat loop je snel het gevaar te denken( Ik red het zo wel. Het gaat toch goed, in principe wordt dan al geblunderd. Iedereen heeft een ander nodig en omge keerd. Adviezen Jan van Beveren, de doelman van PSV, die zeer lang in de wachtkamer voor München zat, heeft de „hint" van de recla mewereld begrepen en Van Heest geen type k la Cor Coster steeds om adviezen en aanwijzingen gevraagd. Stilzwijgend zijn ze doorgegeven. De Haarlemse advi seur timmerde voor hem een waterdicht contract voor zeven jaar in elkaar, dat onlangs werd getekend. „Al eerder was de zaak in grote lijnen rond. En dat kwam ook als zodanig naar buiten, maar nu pas is een handtekening geplaatst. Er was meer dan een jaar nodig om alle kleine letters te ontcijferen. Dat geldt voor meer, deze noodzaak tot accura tesse. Soms worden er in een hoekje van de huiskamer beslissingen over tienduizen den guldens genomen. Deze ondoordacht- zaamheid is eigenlijk onverantwoord. Een voetbalprof is een bedrijf. Hij dient net als een directeur deskundigen te raadplegen. Want ondanks het feit dat Jan een goede middelbare schoolopleiding achter de rug heeft kan hij alleen nooit op tegen ge schoolde managers van wereldconcerns. En daar sta je dan in wezen in je blootje". Ronduit triest komt op Hans van Heest, daadwerkelijk bij de sport betrokken als voorzitter van de honkbalclub Haarlem Nicols, een recente opmerking van de 34- jarige doelman Jan Jongbloed over. Na veertien jaar „modderen" liet hij op de WK weten geen adviseurs nodig te hebben. „Dat noem ik nou in-triest. Louter door deze opvatting is hij al die jaren onderge waardeerd". Niet alleen Jongbloed ver baast hem. „Het echec van Johan Nees- kens met zijn bar in Zaandam is ook een kwestie van een gebrekkige begeleiding. Een oplettende manager kan veel onbeha gen voorkomen". Door de activiteiten van Cor Coster en Hans van Heest komt op hoog niveau schot in de zaak. „Al weet zeker de helft van de spelers van het Nederlands elftal nog steeds niet welke reclamewaarde ze eigenlijk vertegenwoor digt". Maar op lager niveau nationaal en regionaal blijft een gat in de markt zitten, zolang niet meer adviseurs zich aandienen. De reclamewereld verwacht ook daarin een verandering, omdat het aantrekkelijk voor het bedrijfsleven is. „Bepaalde spelers kunnen voor de regio-in dustrie van grote betekenis zijn. Dat besef breekt binnenkort ongetwijfeld door". De tijd voor de reclamemanagers in het voetbal is aangebroken HANS DE BRUYN AMSTERDAM Met enkele rituele han delingen, zijn gezicht een en al aandacht, steekt drs. F. F. O. Holzhauer, beter be kend als de reclamepsycholoog Freek Holzhauer („reclamepsycholoog bestaat ei genlijk niet. Ik noem mij liever een econo misch psycholoog, het bestuderen van het gedrag van de mensen in hun kooppa troon") de brand in zijn pijp. Een seconde later gaat hij schuil achter een enorme rookwolk. Als hij na het langzaam optrek ken van de blauwe nevel weer zichtbaar wordt, zegt hij: „Primitief, ja, dat is het juiste woord. Het laten fungeren van Cruyff als blikvanger in een advertentie vind ik een van de primitiefste vormen van reclame. Je speculeert regelreht op het gevoel van de mensen. Cruyff is de held en als hij zegt dat ....etc. Maar laten we eerlijk zijn. Als ik bij een advertentie een grote foto van een mooie meid zet, doe ik in wezen natuurlijk precies hetzelf de. En ik geef Cruyff groot gelijk dat hij zich beschikbaar stelt, dat hij een dief van zijn familie is als hij dat niet zou doen." De kijk van drs. Freek Holzhauer werk zaam bij het marketing en advertising bureau J. Thompson Yhompson in Amster dam, op de wisselwerking reclame-sport is uiterst nuchter. Hij denkt in cijfers en zal dan vrij snel tot de conclusie komen of een bepaalde campagne wel dan niet lo nend is. „Je moet beginnen met een onder scheid te maken tussen reclame voor en reclame door sport. In de eerste, kleine categorie valt de verkoop van het tennis racket, hij rijkostuum en nog wat van die dingen, reclame door sport is wat nu op grote schaal met Duitsland plaatsvindt. Daarnaast heb je nog de reclame voor producten die direct in het verlengde van de sport liggen. Ik hoef alleen maar aan Adidas te denken. Verder moet het begrip reclame duidelijk omschreven worden. Re clame is voor mij de vorm waarbij het publiek via de massacommunicatie van de groffe vorm t.v. tot als uiterste specialisatie het vakblad, op de hoogte wordt gesteld van het feit dat een bekend product nu zoveel goedkoper is. Maar ze heeft sport sponsoring niet in de eerste plaats de bedoeling een boodschap over te brengen als wel het kweken van naambekendheid en het doen aan reputatiebehartiging. Niet te ontkennen valt natuurlijk dat met een grotere naambekendheid de kans op een omzetverhoging zeer wel aanwezig is." MET HAPPIG „Ik kan me natuurlijk laten ontvallen sportsponsoring belachelijk te vinden, maar een dergelijke uitspraak is te onge nuanceerd om er serieus op in te gaan. Ik moet wel zeggen er in het algemeen niet zo happig op te zijn. En daarvoor zijn mijn redenen: de doelstel ling is in het algemeen onduidelijk, de boodschap kan maar zeer beperkt zijn. je bent niet zeker van je doelgroepen en het maken van een nauwkeurige mediaselectie is niet mogelijk. Het grootste nadeel vind ik echtér dat het effect, in zoverre dat sowieso mogelijk is, op geen enkele wijze te voorspellen valt. Je bent als reclamebu reau teveel afhankelijk van de mensen die reclame voor een product maken. Waar liggen je normgrenzen? Als iemand met een firmanaam op zijn buik een nachtclub binnengaat moet men dan hoera of schan de roepen. Persoonlijk ben ik ook van mening dat je als firma voor joker staat als een speler die met jouw merknaam oploopt van een scheidsrechter een gele kaart ("zo noemen ze dat toch?") te zien krijgt. Bovendien ben ik bang voor koppen in de krant als firma x niet opgewassen tegen zaak y of iets dergelijks. En daarbij ben ik zo vrij te betwijfelen of sportspon soring inderdaad nu wel zo rendabel is als algemeen gesteld wordt. Van mijn kant zeg ik dan „Zet een advertentie in die en die krant en je weet precies welke mensen je bereikt hebt. Als ik met het gegeven Cruyff te werk zou moeten gaan zou mijn eerste vraag toch onmiddellijk zijn: welke groep mensen wil ik bereiken en hoe kan ik dat het beste doen. De reclameman zal af en toe zijn ethiek even opzij moeten zetten. Hij kan een verschrikkelijke hekel aan een bepaald blad hebben, maar als van de groep die hij wil bereiken tachtig procent dat blad leest, dan is hij gek als hij om emotionele redenen het plaatsen van een advertentie achterwege laat. Zake lijkheid voorop. Dat is terzijde ook een van mijn bezwaren tegen sportsponsoring. Di kwijls geven persoonlijke motieven de doorslag bij het besluit tot steun aan een PUBLICITEIT Toch onderkent Freek Holzhauer niet dat de sport voor de reclameman toch gewel dige mogelijkheden heeft, alleen al door bijvoorbeeld de manier waarop momen teel het wereldkampioenschap in de publi citeit staat. „Het WK gebeuren was een typisch voor beeld van hoe nieuws gemaakt wordt. Het heeft iets weg van een geweldige kermis Ik heb verschrikkelijk moeten lachen toen ik het verhaal hoorde van de man die voor de ingang van het stadion T-shirtjes ver kocht voor vijftien gulden per stuk. Je koopt ze voor de helft in Nederland, maai de mensen kijken niet meer op een dubbel tje. Men kan een dag ondergaan in de massa, iets van zijn kinderlijkheid terug krijgen, zichzelf onderdompelen in anoni miteit. Waarbij men de gevaren natuurlijk ook weer niet uit het oog mag verliezen." Waarna in Freek Holzhauer weer de recla meman bovenkomt en hij nog zijn twijfels uitspreekt over het nut van extra borden in de diverse stadions. „Het is natuurlijk sluikreclame, daar versta ik dan onder reclame die zich niet als reclame aandient Het is het profiteren van een medium dat je niet gekocht hebt. En ook hier ben ik niet zeker van het effect, voor mij staat het nog helemaal niet vast dat de bedoelde boodschap inderdaad door de kijkers wordt waargenomen. Waarmee ik overi gens de reclamemakers niet veroordeel. Zij hebben de mogelijkheden gezien en er een dankbaar gebruik van gemaakt." En dan:, „De mensen krijgen immers voorgescho teld wat ze willen hebben. Als morgen vrijwel iedereen zijn voorkeur uitspreekt voor pijpen met een kromme steel kan ik wel op het dak gaan zitten." Bij deze woorden haalt hij een plukje tabak uit zijn tabakszak en stop met behoedzame geba ren zijn pijp weer. Langzaam vult de ka- PAUL HOVIUS „ZEKER HELFT ORANJESPELERS KENT HUN RECLAME-WAARDEN NIET"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 11