Gijs Groenewegen begon in K'sino met meest besproken film van het seizoen" 55 Molens bepaalden mede 't silhouet van Leiden Veertig jaar bioscoop herinneringen Katwijkse schilders exposeren in kelder Noordwijk alleen nog dit seizoen zonder zwembad ZATERDAG 6 JULI 1974 LEIDSE COURANT PAGINA 5 LEIDEN "Dames en heren, wilt u bij het uitstappen de zakdoeken gereed houden? Hier is de Zoon van niemand....", riep de conduc teur (toen de tram nog reed) van de Blauwe - het kan ook de stads tram, het hobbelpaardje, zijn geweest - bij de halte op de Hoge- woerd vlak vóór het Casino Theater waar eens tien weken achter een De zoon van niemand daaide. Het was een larmoyant Italiaans ding II figlio di nessuno. Tranen met tuiten. De heer Gijsbertus H.M. Groenewegen herinnert het zich en veegt bij wijze van spre ken zich nu nog de ogen droog van het lachen." Ik zie dat nog zó voor me. Trouwens die veertig jaar zijn voorbij gegaan alsof het niks was: ik haal me als de dag van gisteren de opening in 1934 voor de geest". Gijs Groenewegen is het AOW tijdperk ingegaan. Hij heeft bijna veertig jaar vele duizenden voorzien van romatiek, irreële dromen, heroïek, brokken in de keel en adembenemende scènes. Tot oktober '12 runde hij met enthousiasme zijn camera. Daarna kwam de domper op zijn vuur en hield hij ermee op. De heer Groenewegen zit thans thuis in zijn fauteuil zich niet meer te haasten maar als hij vertelt van toen lijkt het alsof hij nog elke dag naar de bioscoop gaat." Dat gaat er niet meer uit", zegt zijn Gijs Groenewegen: „Die veertig jaar zijn voorbij gegaan alsof het In 1948 stond de Hogewoerd vol mensen die de inhuldigingsfilm wilden zien. De „Cityring" had zijn vernietigend werk nog niet gedaan: vrouw vergoelijkend. In zekere zin begon het allemaal rond 1918, toen de vader van Gijs Groenewegen als aannemer een paar panden samenvoegde tot een bioscoop: in de tuin werd de zaal gebouwd. Dat was "de Rembrandt", „die« naam had eigenlijk moeten blijven", vindt Gijs bij nader inzien. Vader Groenewegen had het liefst, dat alle vier zijn zoons in de bouw vakken gingen. Welnu, Gijs maakte eerst de Mulo af en volg de toen vaders wens. Tot zijn 23ste jaar. Toen zag hij zijn kans schoon. Vader Groenewe gen had de bioscoop in opdracht gebouwd, maar de opdrachtge ver kon het niet allemaal op brengen. Daarom werd Groene wegen sr. geforceerd eigenaar, die bij zijn klant regelmatig de huur liet ophalen door zoon Gijs. En Gijs dacht toen: waarom zou ik niet zélf die bioscoop kunnen exploiteren? Waarop vader zei: "Moet je zo nodig in het kermis- bedrijf?" Want een bioscoop ,had destijds iets kermisachtigs- Gijs zette niettemin door. Hij restaureerde, knapte de zaak op. "Alle verbouwingen tekende ik zelf. Dat had ik wel geleerd. Er zaten in de Rembrandt twee deuren in de hal met geslepen ruitjes. Eén van de medaillons daaruit hangt nu hier bij me thuis voor het raam: een ge brandschilderd zelfportret van Rembrandt". De Rembrandt bracht spektakels, grootse dra ma's in alle superlatieven uit de oude filmdoos. Begin 1934 zette het Casino theater de traditie voort. Groenewegen jr. nodigde in stijl uit: Wij hebben de eer U uit te nodigen tot bijwoning van de feestelijke opening van het Casino Theater Leiden op vrij dag 9 februari des avonds 8 uur. Wij vertonen de meest be sproken film van dit seizoen uit de Warner Bros productie "Ik ben een vluchteling". Vooraf gaat een goed verzorgd bijpro gramma. In 1941 was er weer een verbou wing achter de rug. De vlag mocht even uit van de Duitsers bij de film Het leven is nog niet zo kwaad, met Lou Bandy. Aan het einde der vijftiger ja ren onderging de pijpela van binnen een metamorfose: het werd een vierkante zaal en in 1963 na de laatste uitbreiding, vond de heer Groenewegen het tijd worden om de naam aan te passen aan het genre films dat hij vertoonde aan het betere publiek. Het werd intiemer met "Camera", met het kleine van Obscura. Maar de Leidenaar bleef K'sino zeggen: "Ben je niet van de K'sino dan.juh?", kreeg hij vaak te horen. "Ach ja, in die jaren waren de avondjes gevuld, dat waren avonden echt uit, Luxor was de oudste en in Hollandia aan de Oranjegracht kostte de toegang 5 cent. We hadden twee films in één. programma. Dat begon om 8 uur en duurde tot half 12. Als het een keer 11 uur werd had je de poppen aan het dansen, dan kreeg je lange gezichten. De mensen wilden waar voor hun geld. Je betaalde niet voor niets een entree van een kwartje tot 0 cent. Dat liep op, hoor. Dan moest je gaan zitten om je kas op te maken, dat kon je niet even staande doen. We haddei ton ongeveer 300 plaatsen. Dat is later door de ruimere opzet iets minder geworden. We had den nu eenmaal een winkeltje, de kleinste bioscoop van Leiden. Maar we kregen steengoeie pre mières: Bittere rijst, de eerste Fernandel, Gejaagd door de wind, It's in the air (1939) met George Formby. Ik "diende" toen, tijdens de mobilisatie, in Den Haag. Tegen zessen kwam ik als de weerlicht naar huis, schoot over de pofbroek met lange laarzen mijn grijze bur- gorbroek aan en stond op tijd te buigen naar het publiek: dag meneer, goedenavond me vrouw....Om 10 uur was het weer snel terug naar di-e Haag se school waar we lagen, want je mocht niet wegblijven". Gijs Groenewegen laat foto's zien waar hij op staat met diva's: Silvana Mangano, Giulietta Ma- sina (al Signor Groenewegen con molta simpatia), met Felli- ni ging hij mee naar Volen- dam. En dat alles omdat hij ook medewerker was van het verhuurkantoor N.V. Standaard- films in Amsterdam, dat meest al grote Italiaanse films impor teerde. Ach, zo heb ik van alles gedaan in dat wereldje. In samenwer king met de Leidse Studentenli ga organiseerde ik filmweken: Franse, Poolse, Russische. Ik kreeg de Potemkin in eei^ nachivoorstelling, stampvol. Om half 2 's nachts laste ik een tweede in, weer bomvol. Dat vond ik nou leuk exploiteren, die speciale films of grote repri ses. En dan in 1948, die inhuldi gingsfilm van koningin Juliana van 50 minuten. We hebben nog nooit van die rijen voor de deur gehad. We moesten een extra kassa inrichten en ik maar voor de microfoon (doorlopende voorstelling:) ik verzoek u be leefd de zaal na afloop zo snel mogelijk door de zijingang te verlaten, zodat nieuwe bezoe kers naar binnen kunnen "Rond 1936 had ik al de eerste "Cineac" van Leiden, maar zo mocht ik het niet noemen. Daarom heette het Filmeac. In die oorlog moest ik een keer voor de SS in Den Haag ver schijnen omdat ik geweigerd had Duitsers binnen te laten. Maar die zaal zat al helemaal vol en er kon "zelfs" geen Duit ser meer bij. In de hongerwin ter ging de zaak dicht, geen licht em verwarming meer. De apparatuur werd doop de bezet ter weggehaald en naar een Katwijkse bunker gevracht. Ik erachter aan. Elke week gimg ik op de fiets kijken hoe het ermee zat. Direct na de bevrijding stonden de spullen er waarach tig nog. Met paard en wagen van buurman-grenteboer Oos tendorp heb ik ze meteen weer terug gehaald. In juni '45 kon ik weer draaien". In die bioscoop waarvan nu onder andere directie het dak wordt vernieuwd, heeft de heer Groe newegen een leven lang lol ge had. "Ik vond het fijn. Je werk te 7 dagen im de week, maar we hadden onze ontspanning, er was altijd wel iets aan de hand. In 1963 ben ik in zee gegaan met Meerburg-theaterconcern dat een aantal bioscopen exploi teert. Ik ben toen wel*in functie gebleven, maar uiteindelijk kon ik het niet meer opbrengen. Je was per slot altijd zelf baas ge weest. Juist voor die tijd had ik een ongeluk met de auto gehad. Het plezier was er uit, was weg geëbd. Ik heb toen de "winkel" verkocht aan de heer Uges van Luxor binnen het Meerburg-con cern. Ik heb ©r eigenlijk wel spijt van. Had het me anders voorgesteld, samen programme ren en zo met die Meerburg-lui. Ik was uitgeschakeld. Maar ja, het is nu eenmaal zo. Er zijn nu te veel bazen over zo'n klein zaakje als Camera. Ik kom m'n tijd best door, met het bezoeken Gijs Groenewegen -die ook een tijdlang Greenwav in Voorscho ten heeft geëexploiteerd- heeft nu een vak om op terug te zien. Op die concurrentie ter plaatse ("Je zegt elkaar gedag, maar als je elkaar snoepjes kunt af pakken, zul je het niet laten"). Op de circa 450 films die per jaar Nederland overspelen. Op de achteraffe huur van z\'2ai tot 70 procent van de netto recette. Op de maandagse filmbeurs in "Kras", op de filmkeuringen die nu wel begraver kunnen worden. Op de floppen en op de successsen. "Maar er is nog steeds van te bestaan. Ondanks de teevee blijven de jongelui naar de film gaan, de ouderen zijn afgezakt. En het blijft een kwestie van goede films bren gen. Maar wat is een goede film? Dat weet niemand van te voren. Succes kondigt zich niet zo gauw aan. Maar dat is ove ral zo TON PIETERS LEIDEN De stad Leiden kreeg in 1386 voor de derde maal gele genheid haar stadswallen te verleggen. Dat gebeurde met medewerking van de heer Van Raephorst, ambachtsheer van Zoeterwoude, die welwillend het eigendom van een groot stuk grond ten westen en zuiden van het Rapenburg aan de stad overdroeg. Het werd een flinke uitbreiding. Lefden ^erd zo groot, dat zij tot 1610 voldoende levensruimte had. Aldus werden in de jaren na 1386 de „singelen ende singelgraften" gegraven en aangelegd, die we nu kennen onder de namen Witte en Zoe- terwoudse Singel. Vanneer je oude prenten van de stad bekijkt, valt het je op, dat er op de wallen zoveel molens stonden. Dit geldt echter niet al len voor Leiden. Zonder te over drijven kun je stellen dat het silhouet van Holland's steden voor een belangrijk deel be paald werd door molens - naast grote kerken en poorten. Zo had Leiden kort na het beleg in 1574 elf molens; in 1675 acht. In 1724 drongen molenaars er bij het stadsbestuur op aan het aantal van twaalf korenmolgens te verminderen. Leiden had een overcapaciteit voor het malen van koren. >e molens, voor het overgrote deel inderdaad korenmolens, stonden veelal op de in de sin gels uitstekende walhoofden, waardoor ze ongehinderd^ de wind op konden vangen, let spreekt bijna vanzelf, dat deze maalmachines het benoe men van een aantal straten hebben beïnvloed. De Molen- steeg spreekt al voor zich. Ook de Bakkersteeg heette vroeger Molensteeg. Door de connectie van de bakkers met de mole naars wekt de huidige naam geen verwondering. De werk zaamheden van de twee beroe pen waren in de Middeleeuwen zo met elkaar verweven, dat de reglementering van de twee gil den in eenzelfde keur was vast gelegd. ok de Valkensteeg wordt in 1603 Molensteeg genoemd. De huidi ge naam is afgeleid van molen de Witte Valck, die in de 15e eeuw is gebouwd. Op de wallen bij het Galgewater (naar het Galgenveld, waar terechtgestel- de misdadigers werden tentoon Dit detail van een gravure van C. Hagen laat vier molens zien op de wallen van Leiden, v.l.n.r. de Vechter, de Engel, de Bostelkuip en de Koe. Naar de laatste is de poort rechts genoemd, t.w. de Koepoort. gesteld) hebben nog meer mo lens gestaan. Aan de Wedde- steeg (vroeger Vestestraat) stond molen de Romein en later de moutmolen de Rijn (in 1575 opgetrokken). De eigenaar van deze laatste was de vader van onze nationale schilderheld, Rembrandt van Rijn. Naar de laatste is de Rembrandtstraat genoemd, die in 1877 werd aan gelegd op een gedempte b nnen- vestgracht. Naast het beeld aan de Witte Singel herinnert ook een gedenkplaat in het huis Weddesteeg 11 aan de beroemde schilder. In dat huis moet Rem brandt geboren zijn. Bij de Weddesteeg was vroeger een doorwaadbare plaats in de Rijn, waarnaar de steeg in de 18e eeuw werd vernoemd. De Consciëntiestraat (vroeger Ruime Consciëntiesteeg) gaf Toegang tot een van de koren molens op de vestwal aldaar. waarschijnlijk de Koe. Waar de naam Consciëntie vandaan komt is niet met zekerheid te vertel len. Er is ook geen bron die het tot de betekenis „geweten" her leidt. Het Consciëntieplein was eertijds veel groter. Het was omgeven door water en werd daarom Het Eiland genoemd. Door latere demping en bebouwing ontstond er de Kampensteeg. De gebroe ders Dirck en Cornelis Segertsz van Campen bezaten daar veel woningen. Het is mogelijk dat de beleggersfamilie nog meer bezittingen had. Misschien is de naam Zegersteeg van de vader van de broers, Segert, afkom stig. Werd het ene uiteinde van de der de stadsuitleg begrensd door het Galgewater, in het zuidoosten fóioest de - toen nog brede - vjeeregracht de stad bescher men. Van de (nu Zoeterwoudse) singel liep deze gracht geer schuin) naar de Rijn toe. Ook bij deze gracht, die in 1880 werd gedempt, stond op de ves tingwallen een molen. Tot 1734 was dat de houten molen 't Calff. De straat bij de molen nam die naam over en zo had Leiden een tijdlang een Kalver- straat. De houten molen werd echter in het genoemde jaar vervangen door een stenen, die, naar de stadhouderlijke familie, d'Oranjeboom, werd genoemd. Door deze vernoeming kon de oude naam 't Calff nog een tijd je terugkomen, namelijk in de Franse tijd van 1795 tot 1814. Alles wat Oranje heette was in die tijd uit den boze. In 1900 kocht de stad Leiden de molen voor 6050 en liet drie jaar later de Oranjeboom „vel len". Roen v.d. Geest Programma VAK '74 ALKEMADE De jeugd van Alkemade kan de borst reeds nat maken voor de vakantie- spelen 1974. Er wordt begon nen met een wandel-avond vierdaagse van 17 t/m 20 juli. De eerste drie dagen wordt er gestart op het vei lingterrein van Roelofarends- veen en het dorpshuisplein van Rijpwetering; op 18 juli op schoolplein te Oud Ade steeds van 18.30 tot 19.00 uur. Zaterdag 20 juli wordt, in ver mand met 't défilé uitsluitend gestart vanaf het veilingter rein Roelofarendsveen van 13.30 tot 14.00 uur. Op 29 juli worden diverse kinderspelen gehouden op het veilingter rein van R. A. Veen en het dorpshuisplein van Rijpwete ring. 30 juli is er zeepkisten race te Roelofarendsveen en een sport-vijfkamp op het terrein van VVOA voor Rijp wetering en Oud Ade. Voorts straattekenen op het trottoir bij de Meerkreuk, op 31 juli zwemfeest in het Alkebad, op 1 aug. sportvijfkamp in Roelofarendsveen en de zeepkistenrace voor Rijpwe tering en Oud Ade. Roei- wedstrijden worden gehouden op 2 aug. op het Braasse- mermeer aan de Westmeer- laan voor schoolploegen. Op 3 aug. viswedstrijden en dan van 5 t/m 8 aug. de grote „knaller" n.l. de avondwie lerronde, welke ditmaal ver reden wordt op de Europa- wg. Hieraan wordt door ne gen schoolploegen deelge nomen. Op het ijsclubter rein is er van 5 t/m 9 aug. huttenbouw. Op deze zelfde dagen in de Alkeburcht en dorpshuis te Rijpwetering een Open huis-creatief cen trum. Op 10 aug. is de slot middag met een gecostu- meerde voetbalwedstrijd op het DOSR-terrein. Daarna is er van 12 t/m 16 aug. nog de sport-vijfkamp voor de schooljeugd van het voortge zet onderwijs. De bouw van "het Noordwijkse zwembad op het daartoe bestemde terrein aan de Nieuwe Zee weg, maakt goede voortgang. Verschillende onderdelen van het complex zijn reeds duidelijk te herkennen, waaronder ook het overdekte ge deelte. Hier komt een diep bassin (1.80—3 meter) van 25 x 14 meter alsmede een instructiebad. groot 20 x 8 meter met een diepte van 0.60—1.20 Het buitenbad krijgt drie bassins, namelijk een ter grootte van 50 x 21 meter diepte 1.80— 3.50 meter), een ondiep bassin ter grootte van 1000 m2, diep 0.601.40 meter en een kleuter- badje ter grootte van 200 m2. Het complex dat een oppervlakte beslaat van ongeveer 4,5 hectare omvat ook een flinke lig weide. Men hoopt het overdekte gedeelte in decembec- januari a.s. in gebruik te kunnen nemen en de open baden in april van het volgend jaar. iiiiiiiiisiiaiiiiBiiiEaisiisMiiiiiiiifiiis» viii-H.iiiu Katwijk In de periode van 19 juli tot en met 3 augustus zal er in de kelderexpositieruimte van het Katwijkse schildersbedrijf Schonenberg aan de Burgersdijk straat een tentoonstelling wor den gehouden. Getoond zullen worden werkstukken van de uit 16 leden bestaande amateur- schilderclub „Pictura", die schilderen alleen als hobby beoefenen. schooltje aan de Rijnstraat. Vaak wordt er tijdens de win termaanden een beroepskunst schilder aangetrokken, die de hobbyisten de fijne kneepjes van de schilderkunst bijbrengt. Het laatst heeft de Amsterdam se kunstschilder Bessel Kok, de Katwijkse amateurs met raad en daad bijgestaan. De schildersclub „Pictura" werd precies 6 jaar' geleden opgericht door de heren J. C. v.d. Putte en P. 't Mannetjes. Thans be staat het bestuur uit de heren d. Plas (voorzitter) en P. 't Mannetje en de dames T. v.d. Pias-van Duivenbode en J. v.d. Pias-De Jong. Het oudste lid is de 76 jarige J. van Schie,- bij vele Katwijkers geen onbe kende wat de schilderkunst be treft. De vereniging heeft de laatste drie jaar exposities ge houden, die steeds druk bezocht werden. Veelal zijn er taferelen van oud-Katwijk te zien. natuur lijk niet zonder reden. Men hoopt hiermee het culturele le ven van Katwijk te behouden. inia niffliwtn ba bui 1 Aas wi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 5