„Uittocht van spelers naar het buitenland is tot staan gebracht „Geen spijt van beslissing" „Ik zou er geld voor over hebben gehad om erbij er bij te kunnen zijn" OPZIENBARENDE CONCLUSIE VAN COR COSTER: 6EBBIE BÜHBEN: WILLY VAN DER KUYLEN: I AMSTERDAM Grote gebeur tenissen werpen hun schadu wen vooruit. Terwijl Nederland üch bijkans ademloos vergaapt lari de verrichtingen van Oran- e, vraagt het chauvinistische egioen zich af of de internatio naal al ongewaardeerde presta- ;ies geen boemerangeffect zul- en hebben. Sinds de precedent- icheppende affaire-Neeskens, ;nige weken geleden haar be slag kreeg, lijkt iedere werkne- ner, die zich tijdens deze Welt- meisterschaft 1974 in de kieren speelt, op voorhand vogelvrij. De ironie van het lot wil, dat juist in het Nederlandse kamp een paar spelers dusdanig Van :ich hebben laten spreken, dat ?en abrupte overgang naar een juitenlandse vereniging lang geen utopie lijkt. Schijn bedriegt echter in dit ge val. Volgens Cor Coster, bekend schoonvader en vrije tijds-voet- balmakelaar, is met het vertrek van Cruyff en in tweede instan tie van Neeskens de uittocht van Nederlandse spelers naar het buitenland tot staan gebracht. Het valt volgens hem niet te verwachten, dat de toch al smal le top van het Nederlands voet bal, verder wordt uitgedund, ook in de nabije toekomst niet Ondanks het feit, dat het vonnis van de arbitragecommissie ruimte laat tot ontbinding van een contract, bij verregaande maatschappelijke verbetering, lijkt de vrees van jacht op Oran je-talent ongewettigd. Coster: „spitsspelers in Europa zijn dun' gezaaid. Dat is een gegeven. •Lex Schoenmaker aan een pas sende werkkring te helpen of het Piet Schrijvers naar de zin te maken. Zo beleef je als hob byist ook je kwade dagen, al worden ze minder breed uitge meten". „Als ik er voor Piet Schrijvers twee ton probeer uit te praten, komt meneer Marsman van de FC Twente met een transfersom van 2 miljoen op de proppen. Dat maakt mij weieens moede loos, dat hobbyisme van clubbe stuurderen. Er wordt veel te snel gezegd: wat verbeeldt zo'n jochie zich, maar men gaat ge makshalve voorbij aan het feit. dat de carrière van zo'n knul aan een erg krappe tijd gebon den is. Daar heb ik wel oog voor. Ik wil ook niets hebben van inkomstennivellering, geef loon naar werken, naar presta tie, punt uit! Incompetent Wanneer een vereniging met veel geld haar zinnen op zo'n waardevolle aankoop zet, is het geld wel besteed. Volgens mij is de vraag naar getalenteerde, midden- en achterspelers veel minder. Een clubbestuurder kan bijvoorbeeld gecharmeerd ra ken van het spel van een Wim Suurbier, van een Ruud Krol of van de ontdekking van dit toer nooi, Wim Rijsbergen, feit is dat de vraagprijs zo'n man zal af schrikken omdat het rendement er niet naar zal zijn (zie Netzer). Talent Coster verwijst in dit verband naar dfe vanïjn gabber^.Over C°r Coster betitelt clubbestuurders als amateurs, die het liefst met een pyjama in Cruyff kunnen we kort zijn. En hun clubkleuren in bed liggen. Maar volgens Costers vaste overtuiging kunnen de overige, op het grote geld azende vedet ten, hun marktwaarde ten aan- •an het buitenland nauwe lijks meer opschroeven, eenvou digweg omdat het aanbod de vraag overtreft. Hiermee trekt Coster welbewust een scheidslijn tussen wereld klasse (Cruyff, Neeskens) en een aantal Nederlandse spelers zoals Suurbier, Schrijvers, Krol, Van Hanegem, Rijsbergen, Rep, die tegen dat niveau aanleunen, maar voor wie niet ten koste van alles een blanco cheque zal worden uitgeschreven. „Spitsspelers zijn bijzondere mensen", aldus Coster, „eenvou digweg omdat ze dun zijn ge zaaid". Voor Neeskens mag, ge zien zijn renderende werk als aanvallende middenvelder, een uitzondering worden gemaakt, de resterende leden van de Oranjeselectie ziet Coster, hun daverende prestaties ten spijt, keurig in het gelid blijven mar cheren. Voor zich onderschei dende keepers ziet hij zelfs geen extra stuiver weg gelegd. „Mijn bemoeienissen in dit voet balwereldje, in het werknemers kamp dus, leveren ook teleur stellingen op. Iedereen praat er over, dat Coster zijn schoonzoon die andere Johan, zo maar even bij een rijke club binnenpraat, maar niemand weet hoeveel moeite ik momenteel heb om Om die reden ondersteunt Cos- ter het streven van de in zaken vaak incompetente broodvoet ballers in korte spanne tijds er uit te puren wat er uit te puren valt. In het verleden werden pogin gen van de vaak verbaal onbe gaafde werknemers een opslag „te versieren" door een mondige penningmeester in de kiem ge smoord. „Amateurs zijn het, ze liggen het liefst in een pyama in hun clubkleuren in bed". Kraay heeft ook onbewust een brug geslagen tussen Coster en het Ajaxbestuur dat zich eerder op het standpunt heeft gesteld dat de schoonvader van 's we relds meest getalenteerde voet baller het best gemeden kan worden. Uit prestige- overwe gingen? Uit rancune? Coster be weert het niet te weten, maar nu het Oranje in West-Duitsland naar den vleze gaat, durft hij met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid te voorspel len, dat de Spaanse verlosser die in Hiltrup weer goede maat jes met een aantal afgunstige Ajacieden is geworden over twee jaar weer in „De Meer" zal acteren. Dezer dagen is gebleken, dat het Ajax-bestuur er verstandig aan doet de offerte met beide han den te accepteren en het gekis- ;n bedrag, dat vol gens Coster op de rekening van 14 moet worden ge boekt. straks te staken. Truus van Hanegem heeft inmiddels een smeekbede tot Cruyff ge richt om te gelegenertijd voor Feyenoord uit te komen. LOEK DAMES. VOLENDAM Gerrie Mühren blijft akelig nuchter ónder de resultaten van Oranje. Anders dan het gros van het Nederlandse voetbalpubliek was hij lang voor het begin van het wereld kampioenschap overtuigd van een goed resultaat. Gerrie Mühren, één van de grote afwezigen in Duitsland, behoorde tot dat kleine groepje grenzeloze opti misten, dat Nederland zonder noemens waardige problemen München zag be- De middenvelder van Ajax: „Het moest gewoon wel goed gaan. Nederland heeft vijf jaar lang door de resultaten van Ajax en Feyenoord aan de top van Europa gestaan. Dat bewijst gewoon dat de kwaliteit aanwezig is en was. Het probleem was alleen, dat de onderlinge verstandhouding tussen Ajax en Feye noord dusdanig was, dat er geen een heid ontstond. Er is nooit een trainer geweest die dat heeft kunnen oplossen. Totdat Rinus Michels kwam." Woorden uit de mond van een man die normaal gesproken nu zelf in Duitsland had moeten zitten en zelfs een deel had kunnen uitmaken van de super-elf. Maar Gerrie is er niet bij. Hij volgt het spektakel in de Bondsrepubliek vanuit een gemakkelijke stoel, een slordige achthonderd kilometer van München verwijderd. Anders dan bij Jan van Beveren, Aad Mansveld, Epi Drost en- clubgenoot Barry Hulshoff, waren het bij Gerrie Mühren geen krachten van buitenaf die de Volendammer dwongen om thuis de blijven. De strafschoppen- specialist was niet geblesseerd, niet ho peloos uit vorm, maar gewoon moe. Doodmoe. Een vermoeidheid die werd veroorzaakt door de ziekte van zijn zoontje, dat bijna vier maanden lang vierentwintig uur per dag huilde. En dat maakte van Gerrie een menselijk wrak. „Ik ben gewoon vroeg naar bed te gaan. Ik heb die tijd bijna geen oog In januari werd zoon Johan Mühren geboren. Het kind huilde enige maanden lang als gevolg waarvan vader Gerrie besloot niet naar Duitsland te gaan. dicht gedaan. Ik was zo oververmoeid dat ik het niet kon opbrengen nog eens zes weken te voetballen. Ik heb mijn besluit genomen en Michels gebeld. Ik heb er lang over nagedacht, maar mijn gezondheid gaat boven alles uit. Spijt van mijn beslissing heb ik niet. Ik hacf geld toe willen geven om te gaan, maar ik kon echt niet." JAN VAN DER NAT HELMOND Willy van der Kuylen zit er ontspannen bij. Met een koel glas bier voor zich zakt hij onderuit op het terras van een Hel- monds café, dicht in de buurt van zijn kleine maar sfeervolle sportzaak aan de drukke Heistraat. Talrijke mensen kennen hem en de blijmoedige Van der Kuylen steekt herhaaldelijk zijn hand op om te groeten. Willy van der Kuylen lijdt er niet onder, dat hij in deze dagen niet in München ver keert. Hij blikt zonder emotie' terug. „Eerlijk ik zou er geld voor over hebben gehad om toch erbij te zijn", verklaart PSV's schutter van formaat „Als de omstandigheden maar beter waren geweest". Daarmee doelt hij op twee - weinig in de publiciteit geko men-factoren. Zijn vrouw had een miskraam gekregen en leed daardoor aan zware depressies, die een rustperio de voor haar dringend nood zakelijk maakten. Niet min der belangrijk bij zijn over wegingen was de situatie rond het Nederlands elftal die toch nauwelijks floris sant genoemd kon worden. „Ik had van een paar spelers van PSV die bij de selectie zaten gehoord dat het maar een rotzooitje was. Er waren er toen een paar bij, die overwogen ook voor de eer te bedanken. Maar die heb-- ben kennelijk niet de moed kunnen opbrengen." Willy van der Kuylen, 27 jaar, die nog kort geleden- Blessurevrij had Willy van der Kuylen waarschijnlijk meegegaan met het Nederlands elftal naar West-Duitsland. Maar daar lijkt het op deze archieffoto niet op. Ondersteund door verzorger Pierre van den Acker en elftalarts Frits Kessel verlaat hij het veld na de laatste interland, waarin hij meespeelde. een vorstelijk aanbod kreeg van Real Madrid, waarop PSV direct reageerde met het aanbieden van een beter contract, realiseert zich ter dege dat hij op het toernooi om het wereldkampioen schap hoogstwaarschijnlijk als bankspeler zou hebben gefungeerd. In tegenstelling tot enkele van zijn ploegge noten - René van der Kerk hof en Pleun Strik - zou hij daar geen enkele moeite mee hebben gehad. „Ik vind het slap van sommige reserves om na een week, zoals ge beurde, te gaan klagen over het feit dat ze niet worden opgesteld. Dat hoort er nu eenmaal bij. Dat moet je dan volledig accepteren. Je kunt nu eenmaal niet verwachten dat Michels een zo goed draaiend elftal verandert. Ik zou er volkomen vrede mee kunnen hebben als ik in zo'n geval op de bank of op de tribune zou zitten." Zonder spijt volgt Van der Kuylen de wedstrijden van Oranje op de televisie. De gezondheid van zijn vrouw ging hem bovenal. Dit neemt niet weg dat hij nog niet verloren is voor Oranje. „Ik hoop dat Knobel (de nieuwe bondscoach, red.) even veel mogelijkheden krijgt. Dan wil ik ook graag weer voor het Nederlands elftal spelen. Er zit voor mij nog toekomst muziek genoeg in. Topspe- lers hebben meestal hun be ste periode zo rond hun ze- Ven- of achtentwintigste FRANK WERKMAN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 13