TONEEL TUSSEN C EN [pyl |l_ÜS n 4 f J Het Nederlands toneel m het seizoen fe PAGINA Proloog spoelde ander toneel. Toen de subsidiekraan dicht dreigde te gaan wilde de jeugd in Eindhoven wel de straat op om te demonstreren Nog is het gerommel aan het Nederlandse toneel niet voorbij. Wat een jaar of vijf geleden werd ingezet aan omwentelin gen en verandering, onder an dere door aktie tomaat, woedt door, grijpt nog steeds in op het geheel, op het toneelbestel in zijn totaliteit. De drie grote steden van de randstad, Am sterdam, Rotterdam en Den Haag, laten in hun toneelvoor ziening duidelijk de effekten van dat gerommel zien. Nieuwe gezelschappen proberen zich een plaats te veroveren, gezel schappen die de slag hebben overleefd, proberen naarstg hun publiek te behouden en te ver groten. Met artistieke ©n met commercieel-technische argu menten. Neem de Haagse Comedie. Toen de Nederlandse acteursvakbond, het NVT, in het begin van het nu afgelo pen seizoen zijn algemene ledenverga dering hield, zat op die zondagoch tend in het Amsterdamse Krasna- polsky een groot aantal medewerkers van het traditionele Haagse gezel schap, het enige dat in de drie grote steden het hoofd boven water heeft kunnen houden tijdens de uitputtings slag. Die leden van de Haagse Come die bleken een beetje boos te zijn, toen, omdat zoveel acteurs en be stuurders van dat NVT in hun ogen eenzijdig en onoprecht een bepaald soort toneel (grofweg gezegd, het po litieke, geëngageerde toneel la Pro loog) als uitsluitend heilzaam be schouwden. Het werd een alleraar digste diskussie, die zondag, zonder uitkomst overigens. Want niemand weet het precies. Onverkwikkelijk Een paar gezelschappen of groepe ringen hebben hun positie kunnen versterken of minstens vasthouden. Verder was het afgelopen seizoen vooral een strijd om posities en pu bliek en subsidie. Op 't onverkwikke lijke af. De rondedans om subsidie leidde bij gezelschappen in de provin cie tot rampen: Proloog in Eindho ven, het omstreden vormings-gezel- schap, werd door de plaatselijke overheid van financiële middelen be roofd voor een verdere toekomst. De minister van CRM is op het laatste moment nog over de brug gekomen met een toezegging die dit verdien stelijke groepje kan redden. Het Groot Limburgse Toneel 'it nog vol op in de subsidie-moeilijkheden, met een directeur (Cas Baas) die .ontsla gen" is en toch door het gezelschap nog als leider wordt beschouwd. Maar niet alleen in de provincie. In Amsterdam zelf ontrafeld zich een subsidie-drama bij toneelgroep Po dium van Bob de Lange en Paul Melton. De Raad van de Kunst advi seerde de minister geen subsidie meer toe te kennen aan deze heren, die met hun groep traditioneel en vakbkwaam amuserend, onderhou dend theater wilden maken. De groep zou daarom moeten worden ontbonden. Toen kwam er nieuws over een tekort van enkele tonnen op de bankrekening van Podium. Dat is iets nieuws, althans voor zover finan cieel wanbeleid (mocht daarvan sprake zijn) nieuws is aan het toneel. De gezelschappen die door subsidie moeilijkheden in financiële proble men kwamen, kregen daarvoor steeds artistiek-ideologische redenen genoemd. Bij Podium ligt het opeens anders. Ook winst Er is niet alleen verlies te melden in het voorbije seizoen. Met name plaatselijke cn regionale gezels-r'iap- pen blijken in staat hun positie f a •- cieel in artistiek te behouden en te versterken. Toneelgroep Centrum bij voorbeeld komt steeds vaster te staan in het Noordhollandse en rB 1 •mSÊÏ i r— te gemakkelijk werk uit binnen- en buitenland. Moedig en met visie. Regionaal gezien kun je iets derge lijks konstateren bij groepen als De Noorder Compagnie of Toneelgroep Theater, waar ook met grote zorgvul digheid aan een beleid gewerkt wordt, dat verbonden is met de eigen regio. Bij Theater is een boeiend plan ontwikkeld voor de komende drie jaar, waarin die verbondenheid met een eigen gekweekt en geïnteres seerd gemaakt publiek centraal staat. Minder succesvol lijkt Globe, de aanvankelijke ambitie plaats lijkt te hebben gemaakt voor vermoeid heid en verstarring. Minder dan enig spreidingsgezelschap lijkt het zich te richten op een regio: het kiest zich een repertoire als de grote gezel schappen zich vanouds (tien of twin- tig jaar geleden) veroorloofden: suc cessen uit het buitenland cf reprises van successtukken uit een tamelijk regent verleden. Soms intelligent ge bracht, goed gespeeld vaak, maar zonder visie, zonder beleid, en met de pretentie dat het van groot balang is. Misschien daarom dat ook daar interne spanningen niet ontbreken' Heroveren Dan zijn er de gezelschappen die een publiek moeten terugvinden of het opnieuw moeten veroveren. In Amsterdam zie je de strijd duidelijk. Het Publiekstheater van Hans Crol- set vecht voor een nieuw publiek in de Stadsschouwburg, door vanouds bekende en nimmer falende stukken op het repertoire te zetten technisch en artistiek interessant, maar weinig prikkelend, op het to neel te brengen. Je kunt Je er geen buil aan vallen. Een knappe ..Koning Lear" werd meegenomen uit een rige produktieorganisatie, verder blijspelen in het klassieke genre. Volgend jaar zowaar de Gijsbrecht terug. De kritiek van ex-tomaten- gooiers, die nu in bepaalde bladen to neelkritiek bedrijven: ,,De Neder- landse Comedie lijkt wel terugge- Toneel met een ,.C". Voorstelling door de Haagse Comedie van Pirandello's keerd in het publiekstheater". Dat Toneel met een „K De Nieuwe Komed e speelt „ICsten Hendr.k IV met Paul Steenbergen in een grandioze hoofdrol. klinkt negatief voor wie de Neder landse Comedie van indertijd als het U rcclitsc speelgebied waar het zich versterken. Veel probeersels van Ne- meest verfoeilijke bolwerk van bour- kerende Stadsschouwburgpub!iek, dat die uitspraak ook een kompliment cht en weet bovendien in zijn derlandse schrijvers, die vaak goed- geois-theater beschouwde, maar als na de Tomaat-rellen en wat volgde zijn. c':e opbouw van repertoire en begeleid worden, interessant en voor je de pogingen van Croiset en ande- besloot om niet meer te komen, te- In Amsterdam verder Baal cn The voorstellingen een eigen gezicht te een groot publiek doorgaans niet al ren om het grote, regelmatig terug- rug te winnen, wilt waarderen, mag Family als vaste theaterbe.spelers. 4ï- - i Baal onder Leonard Frank minder gelukkig na een eerste Brecht-pro- duktie (je houdt je hart vast voor een nieuw seizoen) en The Family dat krampachtig probeerde verder ta gaan op het grote feuilleton-succes van vorig seizoen. Een herhaling of een uitbreiding van dat succes zat er niet in, zodat je Je hart evengoed vast moet houden voor het komend seizoen, het derde. Rotterdam was vreselijk. Niet dat het daarvóór erg goed was. Maar toen was er een apparaat, dat zich inzette voor een regelmatige produk- tic. Nu waren er voornamelijk beun hazen, van her en der aangevoerdo zogenaamde toneelvernleuwcrs, die misschien best wat in hun mars heb ben. maar het In Rotterdam danig af lieten weten. Een grandioze reeks van mislukkingen: het Dario Fo-stuk, de "Penthesileia", om maar wat te noemen. Ondeskundigheid en mis schien ook wel puur partikuller hob- hv-isme of puur partlkuliere geldver- dienerij is in Rotterdam erg frustre rend geweest. Het zal jaren kosten om daaroverheen te komen, wil het ooit nog goed worden. En dan Den Haag. De boze medewer kers van de Haagse Comedie, tussen hun collega's in het Amsterdamse Kras. Boos omdat hun geconsolideer de en nogal konstant? vorm van re pertoire en voorstellingen brengen' door hun eigen vakbond op de tocht gezet werd. Want zoiets mocht toch niet meer. Vanuit traditie Natuurlijk kun je veel kritiek hebben op de Haagse Comedie en op da voorstellingen van dat gezelschap. Op beleid en repertoire en wat al niet. Maur het is dit gezelschap dat als laatste in Nederland de mogelijk heid heeft vanuit een traditie te wer ken. die veelgenoemde traditie, dia het Nederlands Theater zo hevig ont beert. Ook dat Is In discussie, maar het Is volstrekt zinvol dat zo'n gezel schap bestaat, wanneer het zich kwijt van zijn plicht (de traditie vasthouden) en zich in dat knder be weegt. Voorstellingen uls "Hendrik IV" van Pirandello, "De zottin van Chaillot" van Giraudoux tonen aan waar de kracht van dit gezelschap ligt in zijn repertoirekeuze - een ver keerde straat, wordt soms ook inge slagen. getuige de Gorki-voirstelling: een :,:uk dat tot Jtellingname verplicht bij de uitvoerenden, waar toe echter niet' besloten schijnt. De Appel en De Nieuwe Komedie hebben, ook door een verschil van uitgangspunt een heel uiteenlopende bijdrage gegeven aan het Haagse theaterleven. De Appel met wel heel eigenzinnige en persoonlijke voorstel lingen, waarin Ioneco's "Mncbett" en hoogtepunt was, als je C llawo een hoogtepunt wns, als Je Caroll Linssen heel privé bezochte Melk- woudje bulten beschouwing laat. Persoonlijk en toch minder een pri mair gevecht met de materie dan Da Nieuwe Komedie momenteel voert. Want de materie is niet het stuk, is niet de tekst of de akteursprestatio, maar is het publiek en dat wat je be reikt met en vooral 'bij Je toescho reikt met en vooral bij je toeschou wer. Leo Beijers en Ben Bos van De Nieuwe Komedie schijnen, meer dan anderen, daarnaar op zoek. Een frus trerende bezigheid, zo lijkt het al thans. Met magere en artistiek te kortschietende voorstellingen. Maar met doelstellingen die er zijn mogen, die men met man en macht wil rea liseren. Tussen De Nieuwe Komedia en de Haagse Comedie is niet alleen een verschil in opvatting over de Ne derlandse spelling van woorden met r of k. Het is het verschil van de twee uiierste polen aan het theater: de traditie zorgzaam vasthouden en voortzetten op eigen wijze of de maatschappelijke verandering voor staan. waarbij je afziet van |e artis ticiteit, je kunstenaarschap. Dat zijn de polen waar het Nederlandse to neel zich het afgelopen seizoen tus sen heeft bewogen. Tussen c en k. JAN VERSTAPPEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 13