I Portugezen in Mozambique vrezen zwarte „bijltjesdag" "3atiN VLUCHTROUTES ZIJN AL UITGESTIPPELD Alleen het vliegtuig is nu nog veilig Onze speciale, verslaggever, Hugo Camps, be vindt zich momenteel op reportagereis in Mozambique, de Portugese kolonie, over wier vrijheid, c.q.- onafhankelijkheid thans onder handelingen gaande zijn. De voornaamste vrijheidsbeweging in Mozambique is het Fre limo, dat grote gebieden In Noord-Mozambi- que controleert en nu langzaam opdringt naar het zuiden. In deze eerste reportage beschrijft Hugo Camps de angst en onzeker heid van de in Mozambique gewortelde Por tugezen, l i Samora Machelo, lid van de raad van het.Freiimo spreekt de bevolking toe van een dorp in de provincie Tete, die praktisch geheel onder de controle van het Frelimo staat. Cest la valise ou le cercuell (de koffer of de doodskist). Deze krachtige uitspraak van mijn Portugese taxichauffeur zou spoedig representatief blijken voor de angst en de onzeker heid die even na de militaire coupe in Lissabon, zijn neerge daald over de zwarte oostkust van zuidelijk Afrika. De blanke kolonie in Mozambi que verkeert sedert het demo cratische reveil van generaal De Spinola in een permanente paniekstemming. Het Belgische Kongo uit de jaren zestig her leeft hier tot een acuut trauma, de recente stakingsgolven, de dodelijke aanslag op vier ka toenplukkers in Beira, een reeks brandstichtingen waar door grote boerderijen in de streek van Macossa werden ver woest en de wilde beschietin gen van het trein- en wegver voer in het centrale heuvelland hebben diepe bressen geslagen in het superioriteitsgevoel van de blanke Portugezen; de geu ren van wat Simone de Beau- voir "het uitgestelde lijk", noemde, dampen dagelijks op in de verhitte avondgesprekken op de terrasjes van de binnen stad achter een hele rij flessen vino tinto. De meeste blanken in Mozambi que weten dat er in hun kolonie iets onherstelbaars is gebeurd. Ze leven in angst en niet te overwinnen vertwijfeling tot het point of no return voorgoed aanbreekt Zo verlieten deze maand reeds 11.000 Portugezen het zwarte paradijs en boren de overblijvenden haastig het tot nog toe onbekende en onge bruikte instinkt van zelfbehoud aan. Waar vroeger de dobbelste nen en een dik pak escudos zaten, bevindt zich nu een revol ver, uitgedeeld door het Portu gese leger aan alle blanken die er om vroegen. Lourenco Marques is warm en vochtig. Als er geen palmbo men, negers, achterbuurten en regimenten insecten waren die niet alleen de huid maar ook de zenuwen pijnigen, zou dit een Franse badplaats kunnen zijn. Derhalve wordt er in Polana, een hotel dat volgens Afrikaan se normen duizelt van de ster ren, meer Engels en Duits ge sproken dan Portugees. Er zijn Zuidafrikaanse vakantiegangers die hier aan de azuurblauwe zee hun wintervoeten komen opwar men en in de bars van de bin nenstad een inter-raciaal avon tuurtje meepikken. Alleen voor hen is Lourenco Marques geble ven wat het sinds jaren was: een glanzend kuuroord waar de menselijke problemen zich moeiteloos oplossen onder de tropische zon. aan het zwembad en in de wervelende drukte van het nachtleven. Portugezen daarentegen beseffen dat er op de ruim acht miljoen inwoners van Mozambi que slechts 200.000 een blanke huid hebben, ze voelen zich al leen en wanhopig en de rancune tegen het moederland, de "me tropool", zwelt met de dag aan. Ze weten dat het einde van een tijdperk nu met rasse schreden nadert en wachten tevergeefs op een wenk van Lissabon om een einde te maken aan het verle den, dat „de blije leugentjes", die ze elkaar voorhouden ten spijt reeds begonnen is. Sommigen, de rijke kaste, heb ben niet lang geaarzeld. De ka- pitaalvlucht uit Mozambique, se dert de staatsgreep van De Spi nola, is aanzienlijk. Grote indus triëlen zijn na de eerste rellen en stakingen aan de afbraak van hun imperium begonnen.. Vele bouwwerken liggen stil en de half-afgewerkte bouwsels van Lourenco Marques wachten op betere tijden. Maar het verstoorde (eenzijdig maar de verzetsstrijders hebben hun aktieterrein nu ook uitge breid tot centraal en zuidelijk Mozambique. Weliswaar nog niet op dezelfde schaal als in de omgeving van Tete en Nampula maar toch efficiënt in hun bloe dige afschrikking. De afgelopen dagen was vooral Beira in de belangstelling van de Frelimo- strijders. Nadat enkele weken geleden een autobus door een bazooka werd opgeblazen, waarbij tien doden vielen, is het- in deze centraal gelegen haven stad niet meer stil geworden. Sluipmoorden, brandstichting en vooral de sabotage van het openbaar vervoer zijn de dage lijks terugkerende ingrediënten van de afschrikkingsstrategie. Niemand waagt het nog om met de auto of de trein van Louren co Marques naar Beira te rij den. Alleen het vliegtuig is nog veilig. 'De blanken hebben geen grein tje respect meer voor het Portu- van hat Frelimo, waarbij zich gewapende vrouwen bevinden, trekt door het oerwoud van eaan de laatste weken diep ge bukt onder eer. mmderheidssvn- opgebouwde) evenwicht in de kolonie treft vooral de kleine ondernemers, middenstander» en arme Portugezen die geen overzeese bankrekeningen heb ben en al erg gelukkig waren met een bij de hand gehouden spaarboekje. Men heeft het me al vaak gezegd: „De echte kolo nialisten zitten niet in Mozambi que maar in Lissabon, signor". Ik ben geneigd om deze stelling aan te nemen. Bij een eerste bezoek aan de achterbuurten 'zag ik vaak zwart en blank door elkaar leven. In dezelfde grauwe hutten, met als voornaamste troostprijs een klamboe. Na de eerste tekenen van de zwarte revolte hebben de blan ken in Mozambique ijlngs naar de wapens gegrepen. Het jacht geweer werd te licht bevondep voor het garanderen van de vei ligheid en de Portugezen rijden nu door steden en dorpen met een mitrailleur op de voorbank Ivan hun wagen. Des avonds in de hotels en bars dragen ze een revolver. .■Tot vodr enige tijd werd de Jquerrilla-strijd alleen in de noordelijke provincies gevoerd gese leger dat dezer dagen nog twee garnizoenen terugtrok uit de "brandende zones" van het noorden. „Voortaan beschermen we nog alleen de blanken die in levensgevaar verkeren", zo luidt het nieuwe militaire bevel. En voor de blanken is dat net niet 'genoeg, want zeggen ze: „Uit- 'eindelijk zullen we nog meer kunnen rekenen op de keurtroe pen van Rhodesië (die dagelijks in Mozambique infiltreren, om het Frelimo te bevechten) en de Zuidafrikaanse politiemannen ■die in het geniep aan de oorlog meedoen, dan op het vermoeide, 'slaperige en totaal gedesinteres seerde Portugese leger". .Ook met het politiekorps, dat 'voornamelijk uit negers bestaat voelen de blanken zich onvol- 'doende gediend. [In Lourenco Marques is een [burgerwacht opgericht die elke nacht de achterbuurten van de negers doorkruist. Ik heb zo'n tocht meegemaakt. Om acht uur kroop ik met twee blanke en drie zwarte "gorilla's" 'n volledig uitgeruste politiejeep !in. Schijnwerpers, sirene, mi trailleurs en granaten. Leovegil do Cruz. de zoon van een indus trieel, met wie ik enkele uren voordien kennis had gemaakt,, had de leiding van de patrouille. „Dit is vooral bedoeld als machtsvertoon. De negers moe ten nu meer dan ooit weten dat we hen niet vrezen en nog in staat zijn om ze in hun eigen nest op te zoeken. De voorbije dagen hebben we enkele ver dachten gelokaliseerd en daar doen we een inval". We rijden zowat 15 kilometer buiten het centrum van de stad, hotsend en botsend over de don kere zandwegen, vol greppels. Soms moeten we uitwijken voor een hond. We laten de jeep ach ter op een open pleintje en dui ken het spinneweb van steegjes binnen. De meeste krotbewo ners slapen want in dit winter seizoen valt de duisternis al om vijf uur 's avonds over Mozam bique. Hier en daar zitten nog wat zwarte mannen te keuvelen voor hun open hutje, de transis torradio op fluistertoon. Hun ge- sprek verstomt als we voorbij gaan. Ik voel dat ze ons nog lang nakijken. Cruz loopt een hutje binnen. Wij moeten buiten blijven wachten. Een vrouw en 'vier jonge kinderen kruipen ver- jschrikt onder hun musk ie tennet- Ije vandaan. Dan volgt een wa terval van klanken; het klinkt als gregoriaans. Cruz komt bui ten: „De man is niet thuis. Dat zal gesignaleerd worden. We verdenken hem van diefstal in de fabriek". .Om elf uur rijden we terug naar het hotel. De zwarte leden van de patrouille hebben al die tijd nog geen woord gezegd. Ze krij gen van Cruz een pakje sigaret ten mee. De jonge barkeeper van mijn hotel vertelt me in geuren en kleuren zijn koloniaal bestaan. Hij is hier geboren diende in het .leger en trouwde twee jaar gele den. Zijn dochtertje is 18 maan- >den. Voor hem bestaat er geen twijfel meer: over een jaar is Mozambique volledig in zwarte handen. „Maar tegen die tijd wachten ons nog dramatische Kongolese tonelen". Hij zelf heeft zijn vluchtroute al [uitgestippeld, In minder dan 'n uur kan ik de grens over". •HUGO CAMPS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 13