GEEN ZWARTE
LACHT MEER...
De trieste en harde
waarheid van Mozambique
LUTHERSE SYNODE:
INVESTERINGEN
NIET TERUGTREKKEN
DPR Rotterdam niet
over een nacht ijs bij
H advies investeringen
KERK
EN
WERELD
KORTE METTEN
Kard. Mindszenty:
oostpolitiek van
Vaticaan fiasco
Enkele dagen uit het dagboek van de
missionarissen van de missiepost Inha-
minga in Mozambique. Een dagboek, dat
op kleine velletjes bij elkaar geschreven
was en zorgvuldig op geheime plekjes be
waard bleef. Ondanks fouillering op het
vliegveld konden de missionarissen het
toch meenemen naar Nederland.
5 Januari 1974:
De missie-overste, pater José Martens,
wordt bij de DGS ontboden. Vóór het ver
hoor ziet hij kans te spreken met het ge
vangen genomen stamhoofd van Masand-
za. Deze verklaart verschrikkelijk te lij
den te hebben. Ook hoort J. Martens de
angstkreten van vrouwen, die aan de
achterzijde van het politiebureau gemar-
teld worden. Als het hoofd van de politie.
Gorgulho, zich bewust wordt van de aan
wezigheid van de missionaris, stuurt hij
iemand weg om het martelen te laten on
derbreken.
21 januari 1974:
Verschillende kinderen, o.a. Temo Lole
8y2 jaar oud, worden opgepakt en ver
hoord door DGS-agenten teneinde te we
ten te komen of him ouders voedsel geven
aan de vrijheidsstrijders of dat vrijheids
strijders al eens bij hen thuis geweest
zijn. De methode om via electrische
schokken op oren en hoofd bezwarende
beschuldigingen af te persen, wordt ook
op deze kinderen toegepast.
7 februari 1974
Een patrouille van het leger ziet bij de
winkels van Cundue enkele mannen
vluchten die voor vrijheidsstrijders wor-
den aangezien. Bij de achtervolging zien
de soldaten een man, bewaker van de
houtopslagplaats bij het station, voor zijn
hut zitten, Zeca Thombo, samen met zijn
vrouw Farenca Thombo, zijn schoonzus
Flora Thombo en de kinderen Carlos.
Rita Rufa en Chana.
De man wordt in zijn arm geschoten, zijn
vrouw gedood, de schoonzus ontvlucht
met een beenschot. De soldaten dragen
de gewonde man en de gedode vrouw de
hut binnen en steken deze in brand. Wan
neer de man tracht via een losgerukte
plank te ontsnappen, wordt hij opnieuw
ontdekt door de soldaten die hem een ko
gel door de rechterborst schieten en hem
halfdood slaan. Een genadeslag met de
kolf van het geweer wordt hem bespaard
omdat de soldaten denken, dat hij reeds
dood is. De soldaten trekken weg. maar
enkele mensen uit de omgeving redden de
man en hij wordt overgebracht naar het
ziekenhuis van Inham inga.
9 februari 1974:
De directeur van de cementfabriek van
Nova Maceira, de heer Goys ing., ziet op
de steengroeve van Muanza tijdens een
bezoek aldaar de lijken van 12 Afrikanen
liggen, die gedood zijn door blanke solda
ten en die daar blijven liggen tot af-
schrikwekkend voorbeeld voor de zwar.
ten. De heer Goys verneemt daar ook dat
er een ontstellend groot aantal mensen in
het achterland van deze steengroeve zou
zijn vermoord door het leger en de bur
gerwacht (OPV). Er is sprake van meer
dan 3000 doden. De heer Jacinto, verant
woordelijk Portugees op deze steengroe
ve, wordt door de heer Goys te verstaan
gegeven dat het zo niet kan voortgaan.
18 februari 1974:
Wij vernemen op het gemeentehuis dat de
stamhoofden van Nhaminga, Chiquire.
Nhansole, Muanandimai, Goinha, Nha-
thadza en van de hele verdere hoek van
Goronga verdwenen zijn Men verwacht
dat ze met al hun mensen naar het Freli-
mo gevlucfit zijn. Het betreft hier meer
dan 12.000 mensen, die zich diep in de
rimboe hebben teruggetrokken.
De DGS van Inhaminga wil zich ontdoen
van een deel van de gevangenen, die in
de afgelopen weken zijn bijeengebracht in
de gevangenis van het leger en in die van
de DGS. Naar schatting 35 Afrikaanse
mannen, onder wie gevangenen uit Ma-
tondo en Cherimadzl worden op een
vrachtwagen geladen en weggevoerd naar
een plaats in het oerwoud, langs de weg
die achter het ziekenhuis van Inframlnga
loopt in de richting van Thombo la
Mphale en Masandza, terwijl een bulldo
zer zich via het vliegveld een weg baant
door het oerwoud in dezelfde richting. Ter
olaatse wordt door de bulldozer en grote
kuil gegraven waarin de mannen worden
gefusilleerd en begraven. Het transport,
het verplaatsen van de bulldozer en fusil
leren wordt door soldaten van het leger
uitgevoerd.
20 februari 1974:
Opnieuw worden een dertigtal mannen
met de vrachtwagen richting Massandza
en Thombo la Mphale afgevoerd, om daar
eveneens vermoord te worden. Alles ver
loopt op dezelfde manier als de eerste
keer. Onder hen bevinden zich mannen en
longens, afkomstig uit Inhaminga, Muan
za, Massandza. Mbawa, Codze, Nhamabe-
re, enz.
23 februari 1974:
Weer wordt een vrachtwagen, vol met ze
ker 48 gevangenen naar 'tzelfde bos ach
ter het ziekenhuis tussen de wegen naar
Massandza en Thomo la Mphale afge
voerd. De gmngenen worden gefusil
leerd.
7 maart 1974:
In de vroege ochtend trekt de blanke be
volking op naar de kazerne van de para
chutisten om 5 gesneuvelde vrijheidsstrij
ders, twee gevangenen en hun wapenuit
rusting in feestelijke overwinningsvreug
de te komen bewonderen. Om 11.30 uur
wordt door de buren een maaltijd aan
geboden aan de overwinnaars en hun auto
riteiten. Stamhoofd Pangacha wordt uit
de gevangenis van de DGS gehaald om
de gesneuvelden en levenden te identifice
ren. Hij wil geen van hen bekend maken,
ondanks het feit dat twee van zijn zonen
Dimingos Moises Pangacha en Marcos
Molsés Pangacha daar voor zijn voeten
liggen. Ook zijn reeds gehuwde dochter
Bawtina Mousés Pangacha, die haar va
der tijdens zijn gevangenschap dagelijks
voedsel brengt, wordt thuis opgehaald om
na haar vader de lijken te Identificeren.
Zij herkent haar twee broers en maakt
dit bekend. Daarna wordt ook zij gevan
gen genomen en later samen met haar
vader, de gevangen vrijheidsstrijders cn
enkele andere gevangenen ge/usilleerd.
Stamhoofd Pangacha, gewond maar nog
in leven wordt in het massagraf mee be
graven.
15 maart 1974:
Weer een vrachtwagen vol gevangenen
vertrekt naar de bekende plaats om ze
daar op dezelfde wijze te vermoorden.
BEN KLAASSEN
de houding van het Vaticaan
niet wijzigden, noch de inhoud
van het concordaat tussen het
Vaticaan en Portugal?
Van Kampen: „De eerste getuige
nissen van de Engelse pater
Hastings en de missionarissen
van het Spaanse Burgos waren
eerlijk, maar konden gemakke
lijker terzijde worden geschoven
met de dooddoener van „ze heb
ben het van horen zeggen". Dat
is in ons dagboek niet het geval.
Men zal hier niet omheen kun
nen. Dit wordt bekend. Met dit
dagboek hebben de Portugese
hlsschopen hun gezicht verloren.
Wat ons betreft moet er onder
hen ook nog een coup plaats
vinden. Er is al gedemonstreerd
ln Quelimane door de mensen,
die hun eigen bisschop terug
willen. En daarmee bedoelen ze
mgr. Manuel Vieira Pinto, die
in maart werd uitgewezen nadat
ook hij overtuigd was van het
schandelijke optreden van de
Portugezen".
De meest merkwaardige dingen
kunnen gebeuren in Mozambi
que. Sinds de missionarissen
„verdacht" zijn omdat ze niet
de zijde van de blanken kiezen,
worden ze door de burgemees
ter niet meer erkend als bemid
delaar in loonconfiicten. 'n Brief
met klachten, bedoeld voor
do bisschoppenconferentie, werd
door de betreffende bisschop
nooit op die conferentie inge
bracht, maar bleef ongeopend
in zijn bureaula liggen...
Zwarte jongens, die dienen ln het
Portugese leger, worden ingezet
op die plekken en tegen die
mensen waarvan ze van kinds
been af geleerd hebben ze te
baten omdat ze tot een andere
stam behoren. En de analfabe
ten, ze weten niet beter; ze do
den hun zwarte broeders „en
krijgen waarschijnlijk voor elke
dode nog een fooitje ook" voegt
Willem van Kampen er zuchtend
aan toe.
De Spierdijker Is bedroefd. „Ik
ben een Westfries en meestal
kalm. Maar in de laatste weken
hadden we het niet meer van de
spanning. Slapen deed ik slecht
en 's morgens was ik meestal
zo misselijk dat ik stond te kok
halzen of zelfs stond te braken.
En in de andere vleugel van het
gebouw merkte je dan dat het
daar al niet veel anders was. Wij
worden er ziek van, de zwarten
alleen maar bedroefd. Het is
lang geleden dat ik een zwarte
echt heb zien lachen. Ze huilen
ook niet want ze durven niet
eens hun gevoelens prijs geven,
zo bang zijn ze. Maar als je dan
weer een jonge vrouw zag terug
komen van de gevangenis
met de spullen van haar man.
dan wist je hoe Iaat het was.
Het duurde meestal twee. drie
dagen dat ze eten naar de ge
vangenis behoefden te brengen,
dat de gevangenen dan onder
elkaar deelden. Maar na die
paar dagen kreeg zo'n vrouw
meestal de borden weer mee te
rug. Er werd verder niets ge
zegd, maar ze wist wat er ge
beurd was. Geen man van tus
sen de 19 en 30 Jaar is zeker
van zijn leven".
Naar de mening van de missiona
rissen van Inhaminga is cr
dringend behoefte aan een inter
nationale onderzoekcommissie
om de hele situatie ln Mozambi
que eens van alle kanten te be
kijken en te beoordelen. „Geen
Nederlanders zouden daarin
moeten zitten, maar ik denk
aan Denen, Tsjechen en Cana
dezen bijvoorbeeld", zegt broe
der Van Kampen.
Op de politieke aspecten wil hij
verder niet zo diep Ingaan, al
hoewel: „Zoals Nederland des
tijds Indonesië moest loslaten
mede onder druk van Engeland
en Amerika, zo verdenken wij
nu beide laatste landen ervan
druk op Portugal uit te oefenen
om de huidige situatie te hand
haven. Want Mozambique is een
rijk land".
IAVEL Willem van Kampen is nerveus, Na een inlands
sigaartje „nee, aan 'n Hollandse ben ik nog niet toe''
verijlt de ene sigaret na de andere in de zwoele Bra
bantse lucht rond het klooster in Bavel, terwijl de 50-jari-
ge Spierdijker zijn verhaal doet. Het verhaal van Mo
zambique, de Portugese kolonie, waar Willem van Kam
pen 16 jaar geleden arriveerde als broeder van de Con
gregatie der Heilige Harten. Vorige maand vertrok ook
hij van de missie-post Inhaminga. Eén van het Neder
landse vijftal dat zeker wist zo niet langer te kunnen wer
ken. Een bezield kwintet dat zich niet wilde laten misbrui
ken door de Portugese kolonisatie-politiek.
|espannen doet Willem van Kampen (broeder André) zijn
verhaal. Hij maakt zinnen niet af soms, weigert andere
momenten gemompelde woorden hardop te herhalen en
raakt duidelijk ontroerd als de moord op Bastiana (dag
boek 7 maart 1974) ter sprake komt. Hij voegt eraan toe
dat het dagboek „in feite maar een tipje van de sluier op
licht".
Enkele weken al zijn ze in Nederland de missionarissen
José Martens, Antonio Verdaasdonk en Joodo Matéus van
Rijen, de ontwikkelingshelper Joao Tielemans en broeder
André van Kampen. Hun voornamen zijn omgebogen tot
een Portugese versie van het Nederlands origineel, hun
mentaliteit echter blééf er een van de echte christen. Zij
hebben die weken in Nederland benut om zich rustig te
bezinnen op de manier, waarop ze het nieuws, hun nieuws
bekend zouden maken in de wereld. Zij deden het in over
leg met deskundigen zorgvuldig, maar daarom niet min
der hard. En het moment van openbaarmaking stelden
zij vast in samenspraak met enkele in Mozambique ge
bleven Afrikanen, die in die korte spanne tijds gelegen
heid moesten vinden een vluchtweg te zoeken. Want, zo
veel stond en staat nog voor iedereen vast: wie in de laat
ste maanden met de missie-post in Inhaminga in contact
is geweest, wordt door de Portugese overheersers be
schouwd als terrorist. En daarop kan de doodstraf staan.
let mag om al deze redenen niet
verwonderlijk heten dat Willem
van Kampen wat voorzichtig is
in zijn uitlatingen. Maar zelfs
tussen de voorzichtig gekozen
woorden valt een even harde,
als trieste waarheid te herken
nen. De waarheid van de haat,
de terreur en de daaraan inhe
rente willekeur. Portugal knecht
de Afrikaanse bevolking van
Mozambique, moordt deze uit
als er ook maar sympathie met
de bevrijdingsbeweging Frelimo
wordt verondersteld en rekent
nog altijd op daarbij de mis
sionarissen en hun helpers te
mogen gebruiken als medeuit
voerders van een bar en boos
beleid.
andaar het getuigenis van de
mensen van de missiepost Inha
minga. Een getuigenis, dat ook
is verzonden naar het Vaticaan,
de Portugese bisschoppen
dat in de afgelopen dagen in En
geland is gepresenteerd aan de
pers.
fillem van Kampen komt pas
laat in het gesprek een beetje
cp z'n gemak. Aanvankelijk be-
I ptrkt hij zich tot: „Elke neger
's direct verdacht bij de poli
tie". Op zich een harde uit
spraak, maar in de concrete si
tuatie te weinig zeggend. Een
concrete situatie die de missio
narissen verhinderde direct con
tact met de Frelimo te onder
houden. „Ze kwamen zelfs niet
om geneesmiddelen. Bang dat
ze ons in moeilijkheden zouden
brengen".
ihaminga kwam in het najaar
1973 in de frontlijn te liggen van
de oprukkende Frelimo-bewe-
ging en het zich verdedigende
Portugese leger.
)e missionarissen kwamen in een
moeilijke positie te verkeren. Ze
weigerden de Portugezen te steu
nen in hun onderdrukking van
de zwarte bevolking en ze
maakten zich daardoor
prompt verdacht. Er volg
de feitelijk huisarrest en de
blanke bevolking keerde zich af
van de missiepost. Ook de zwar
te bevolking deed dat uit puur
zelfbehoud, „want" zegt broeder
Van Kampen, „iedereen van de
missie werd als een terrorist
beschouwd". Er vond zelf een
huiszoeking op wapens, munitie
en mijnen plaats, „maar daar
voor waren ze op de verkeerde
plaats, want alleen de blanke
bevolking mocht wapens hebben
om zich te verdedigen".
De missiepost functioneerde al
lang niet meer in de traditionele
zin van het woord als „zieltjes-
veroveraar". Van Kampen:
„Wat heb je eraan om maar te
gaan dopen. Dan krijg je volle
doopboeken en lege kerken.
Zonder een bepaald welvaartsni
veau kun je geen goed christen
zijn". Maar zelfs de ziekenhulp
aan de Afrikaanse bevolking
werd door de blanken uitgelegd
als „contact met de Frelimo".
De fragmenten uit het dagboek
geven weer wat er allemaal ge
beurde in Inhaminga, „een plek
waarvan men nooit het bestaan
zal kunnen ontkennen", zoals de
missionarissen hebben aange
toond met een situatieschets en
hun getuigenis. Een enkel
woord van broeder Van Kam
pen kan daaraan nog worden
toegevoegd: „Nadat we wisten
dat er veel zwarten gevangen
waren genomen, vernamen we
kort daarna alweer dat de ge
vangenis leeg was. En dan wis
ten we dat ze allemaal waren
vermoord. Zonder een andere
beschuldiging dan de verden
king van leugenachtigheid,
omdat elk contact met de Freli
mo werd ontkend. Zo'n ontken
ning waar of niet waar
was voldoende voor terechtstel-
dit nieuwe rapport, nadat eerde
re getuigenissen van moordpar
tijen in Wiriyamu en Tété in Broeder André van Kampen met inlanders.
feite niets uithaalden, althans
De Diocesane Pastorale Raad
Rotterdam is bij het bespreken
van de vraag of het bisdom
via zijn aandelenpakket zich in
moest laten met het beleid van
ondernemingen, die in (Zuide
lijk) Afrika werken (zie ons
blad van gisteren) niet over
één nacht ijs gegaan.
Er bleek veel meer tijd nodig
dan voor dit onderdeel van de
vergadering was uitgetrokken,
deels doordat sommigen von
den, dat er te weinig informa
tie voorhanden was, deels om
dat anderen de gevolgen onder
ogen wilden zien dan wel hun
twijfels hadden over de juist
heid van het benutten van de
aandelen voor dit specifieke
doel.
Op dit laatste aspect van de
zaak werd om zo te zeggen
„beroepshalve" gewezen
van de zijde van het Dioce
saan Financieel Beraad. De
betreffende gelden van het bis
dom, zo redeneerde men, zijn
bedoeld om het bisdom in al
zijn reilen en zeilen te doen
functioneren. De taak van een
goed beheerder is dan het ver
mogen zodanig te beheren, dat
het zo goed mogelijk bij dit
doel aansluit.
Koppelt men het aan het optre
den op aandeelhoudersvergade
ringen dan wordt het gebruikt
voor een ander doel dan waar
voor het is bijeengegaard. Dat
kan mede tot gevolg hebben
dat sommige gelovigen hun
bijdrage zullen intrekken, wan
neer zij zien, dat deze wordt
gebruikt voor economische po
litieke doeleinden, hetgeen
weer gevolg heeft voor het ei
genlijke doel van de beleggin
gen, namelijk het functioneren
van het bisdom.
Daarmee kwam de vraag aan
de orde of Investeren waarde
vrij Is. Het Diocesaan Be
stuurscollege beantwoordde die
vraag bij monde van mgr. Si-
monis ontkennend. Het is een
menselijke daad en die heeft
gevolgen, zo stelde de bis
schop, die wees op de encyclie
ken Pacem in Terris en Popu
lorum Progressio, waarin het
racisme duidelijk wordt ver
oordeeld.
Waar er een duidelijke samen
hang Is tussen investeren en
racisme moet het mogelijk zijn
om vragen te stellen. Dit geldt
overigens voor tal van vormen
van onrecht en we dienen ons
ook op andere zaken te wer
pen aldus mgr. Simonis, die
hierbij met name noemde „het
afschuwelijke kwaad van de
abortus provocatus".
De noodzaak om zich ook te
gen onrecht elders in de we
reld uit te spreken werd later
ook door leden van de D.P.R.
naar voren gebracht. In dit
verband deelde mgr. Simonis
mede dat het bisdom besloten
had een gift van duizend gul
den over te maken aan een or
ganisatie als Amnesty Interna
tional dat onrecht overal ter
wereld aanklacht, ongeacht de
drs. H. van der Ven stelde in
de loop van de discussie nog,
dat het Diocesaan Bestuurscol
lege al een jaar bezig is met
opinievorming over de investe
ringen en het meent dat het
inderdaad moet vragen naar
wat er met de middelen van
het bisdom gebeurt. Hij zag
daarbij echter wel allerlei
complicaties.
Met name kan de vraag naar
desinvestering opkomen en dat
is geen geringe zaak. Zijn er
wel sohone aandelen, zo vroeg
hij zich af en wat moet je
doen als je je op dit pad be
geeft? De oplossing zal zeker
ook moeten worden gezocht in
het gedrag van iedereen als
consument zo meende hij.
11 een voorlopige peiling heeft
de synode van de evangelisch
lutherse kerk zich uitgesproken
tegen de resolutie van de We
reldraad van kerken uit 1972,
dat buitenlandse investeringen
ln Zuidelijk Afrika moeten wor
den teruggetrokken, omdat zij
leiden tot versterking van een
blank minderheidsregiem in
hun onderdrukking van do
meerderheid der bevolking in
dit gebied. De stemverhouding
was twintig tegen dertien.
Met zeventien tegen zestien
stemmen heeft de synode aan
de leden van de kerk ontraden
naar Zuidelijk Afrika te emi
greren. De synodeleden waren
het erover eens dat de kerk
wel politieke uitspraken mag
doen.
Medewerksters van de We
reldraad van Kerken en ande
re internationale interkerkelij
ke organisaties die in gebou
wen van de wereldraad ln
Genève zijn gevestigd, hebben
een eigen actiegroep gevormd.
Zij vinden, dat in het oecume
nisch centrum in Genève de
structuren en mogelijkheden
ontbreken om de speciale wen
sen van de vrouwen aan de
orde te stellen. Gewezen wordt
op de ondergeschikte positie
van het merendeel van het
vrouwelijk personeel in het in
terkerkelijke centrum.
De gemeenteraad van
Rome heeft zijn goedkeuring
gegeven aan de bouw van een
moskee en een daarbij beho
rend cultureel centrum. De
moskee, de eerste in Rome,
komt in het noordelijk deel
van de stad. Het ontwerp voor
moskee en centrum, waarvan
de bouw ruim vijftig miljoen
gulden zal kosten, is van de
Tunesische architect Abdelma-
jid Bouzid. De ambassadeurs
van alle islamitische landen in
Rome, zijn officieel van de
plannen en van het ontwerp op
de hoogte gesteld.
De Tsjechische schaak
grootmeester Ludek Pach-
mann, die sinds hij naar de
Bondsrepubliek is uitgeweken
onder druk van het Oostblok
niet aan internationale tour-
nooien mag deelnemen, heeft
de gedwongen rust benut om
een boek te schrijven. Het be
schrijft de weg, die Pachmann
heeft afgelegd van overtuigd
marxist tot overtuigd christen.
Het verschijnt als pocket in de
herfst bi] Herder onder de titel
„God Iaat zich niet verban
nen".
In het afgelopen jaar is
voor ruim veertien procent
meer aan bijbels, nieuwe testa
menten, bijbelboeken en an
dere tekstgedeelten verspreid
dan in de voorgaande pcr'ode
van twaalf maanden, zo meldt
het nu in Stuttgart gevestigde
hoofdbureau van de samenwer
kende bijbelgenootschappen.
Het totale aantal steeg van
218.429.595 tot 249.152.091 exem
plaren,
„Een grote stap vooruit ln
ons groeiproces", zo noemde
prof. dr. H. Berkhof het besluit
van de Raad van Kerken om
de aangesloten geloofsgemeen
schappen ter discussie een zo
genaamde handreiking bi] het
6tatuut van de raad aan te bic
den. Het document telt driedui
zend woorden cn draagt als ti
tel „Eenheid in Christus en
maatschappelijk engagement".
Het document Is een bezinning
op de eenheid cn de gemeen
schappelijke verantwoordelijk
heid van de kerken.
Prof. dr. J. P. Boendermaker
wees erop dat ook zw'Jgen een
politieke beslissing zou rijn.
Prof. dr. Ch. Llndijer, die ra
cisme een vloek noemde, vond
dat neen zeggen tegen de reso
lutie van de Wereldraad van
Kerken verraad Is.
Daartegen werd door andere
synodeleden opgemerkt dat
men door de investeringen te
rug te treken te grote risico's
neemt en de consequenties van
het besluit niei kan overzien
en dat 't dus niet gaat om loya
liteit teegnover de Wereld
raad van Kerken. Prc,f. dr. J.
Kooiman meende dat do reso
lutie van de Wereldraad een
goed signaal ls. Steun daaraan
te verlenen ls een effectief
pressiemiddel.
De vroegere primaat van de katholieke kerk ln Hongarije kardi
naal Mindszenty heeft de Oosteuropese politiek van het Vaticaan
een fiasco genoemd. Hl) zei dit ln New York bij rijn verblijf ln
de Verenigde Staten, dat tot eind Juni duurt.
De kardinaal meende, dat de politiek van het Vaticaan de kerk
achter het ijzeren gordijn geen verlichting had gebracht cn geen
verbetering betekent voor do culturele ontwikkeling van de bevol
king. Ook in zover de politiek niet de vrije rechten van de bevol
king had bewerkstelligd was zij een mislukking.
Wat zijn memoires betreft zei kardinaal Mindszenty, dat zij eerst
in het Engels zouden verschijnen en wel in november. In de me
moires, die voornamelijk in de Amerikaanse ambassade In Boe
dapest zijn geschreven, zal de kardinaal uitvoerig ingaan op zijn
correspondentie met het Vaticaan. Weliswaar heeft dit tegen cn.
kele gedeelten van het boek bezwaren ingebracht, omdat ze wel
licht kunnen leiden tot aanvallen op hem en de kerk. maar de'
kardinaal had intussen deze bezwaren beantwoord.