orlog
issjn regering
ii ambtenaren
Rijksdiensten laten zich
niet botweg spreiden
Ambtenaren zijn verplaatsbaar. Artikel 57 van het
imbtenarenreglement zegt: „Wanneer het belang
ran den dienst zulks vordert, is de ambtenaar
perplicht, al of niet in zijn dienstvak en al of niet
pp dezelfde standplaats, een andere betrekking te
lanvaarden, die hem, zijne omstandigheden en de
foor hem bestaande vooruitzichten, redelijkerwijs
tan worden opgedragen. Eene andere betrekking
Wordt hem tenzij in spoedeischende gevallen, niet
Ipgedragen, dan nadat hij is gehoord". En nu wil
e regering maar liefst 8300 ambtenaren van Den
laag naar het noorden en zuiden overplaatsen,
lussen nu en 1978. Daarna zouden er nog meer
Poeten verhuizen, in totaal 16.000.
Doel van de spreiding is een evenwichtiger verde
ling van de bevolking over de verschillende regio's,
ten vermijding van congestie, in de randstad, en
Versterking van maatschappelijke en economische
Itructuur in Noord- en Zuid-Nederland. Het kabinet,
lat vast besloten is de spreiding door te voeren,
findt echter tegenover zich ambtenaren en hun
bonden die minstens net zo vastbesloten zijn dit niet
|e nemen. De spreiding van de rijksdiensten komt
jn een stadium van een scherp conflict.
De afnbtenaren en de vijf ambtenarencentrales zijn
Verontwaardigd opgesprongen. Dat bewees wel de
jpontane demonstratie van 3000 PTT-ers, vorige
Week donderdag. Blijkbaar heeft het kabinet geen
tekening willen houden met de ernstige bezwaren
p met de suggesties die door de bonden waren
Voorgelegd. De centrales vinden dat hiermee „een
fwr ernstige en betreurenswaardige beleidsfout
wordt gemaakt". En verder: „Normale -in deze tijd
passende- gedragsregels, die bij een goed verkeer
wssen werkgevers en werknemers behoren, worden
het voeten getreden".
pat er een spreiding van arbeidsplaatsen moet
tomen, daar zijn de ambtenaren het ook wel over
lens. Maar de zaak had volgens hen kalmer en
[edegener moeten worden voorbereid en alleen
jrijwilligers als basis moeten hebben. Van een
terantwoorde aanpak, noch van reële inspraak is
fcige sprake geweest. De ambtenarenbezwaren rich-
*n zich vooral tegen de manier waaróp de spreiding
Poet gebeuren en tegen het feit dat zij onevenredig
.Itwaar „gepakt" worden. Het is voor de bonden
^aanvaardbaar, dat de problemen van de regio's
'orden afgewenteld op een door de overheid mak-
plijk te grijpen groep als de rijksambtenaren. De
jonden hebben al eerder geëist dat de last verdeeld
Poet worden tussen overheid en particuliere sector.
|e regering kan het bedrijfsleven echter nauwelijks
vingen: er is alleen een investeringsregeling op
,rnst. maar of die een noemenswaardig effect zal
lebben is nog de vraag. De heer J. M Kwakkenbos,
^ndsbestuurder in PTT-zaken van de Katholieke
id van Overheidspersoneel zegt: „Als de regering
ambtenaren overplaatst om een voorbeeld te
on aan het bedrijfsleven, is dat natuurlijk het
'ard achter de wagen spannen".Toen het kabinet
ElP 1 maart bekend r nokte welke diensten er naar
l*e plaatsen - moeten, juichten de burge
esters van -„en, Leeuwarden en Zwolle,
k in Limburg as men tevreden. Maar de vraag
is, of men in het noorden en zuiden wel beseft wat
men in huis haalt met de zo toegejuichte ambtena
ren. Worden wel voldoende de gevolgen overzien,
vooral op langere termijn? Neem bijvoorbeeld Gro
ningen - daar gaat, als de plannen doorgaan, de
volledige centrale directie van de PTT heen. Op de
PTT-directie zitten mensen die meestal na promo
ties in Den Haag terecht zijn gekomen. Het zijn
specialisten, afkomstig uit het hele land. Dit kader
is niet een-twee-drie door vreemden te vervangen.
Er komen wel arbeidsplaatsen voor Groningers,
door de uitbreiding van de directie, maar dat zijn
er geen duizenden. Voorlopig zullen alle PTT-ers
mee moeten om het zenuwcentrum te laten functio
neren. In Groningen komen dus 4300 ambtenaren,
en niet 4300 arbeidsplaatsen. En om die arbeids
plaatsen zou het Groningen toch moeten gaan, als
de problemen daar moeten worden opgelost. En
verder: nagenoeg al die PTT-ers komen in Gronin
gen in een nieuwbouwwijk, een soort PTT-ghettc
De heer Kwakkenbos: „Is dat sociaal verantwoord
Importeren ze daar niet een stuk onleefbaarhei'
mee?"Natuurlijk, tijdelijk zorgt de overplaatsin,
wel voor een opleving: er moeten huizen gebouw
worden, wegen, scholen, er zijn meer winkels nodig
Maar van die activiteit valt na een aantal jaren hei
grootste deel weer weg. Overziet Groningen dat er
daar over 10 tot 20 jaar werkgelegenheid moet zijn
voor de duizenden kinderen die nu meekomen?
Bij overplaatsing van diensten naar andere plaatsen
ligt de zaak 'vaak anders, maar niet altijd even
gunstig. Indertijd is een deel van de girodienst van
Den Haag naar Leeuwarden verhuisd. Toen gingen
slechts 25 kaderleden mee; de dienst telt nu 400
werknemers. Dat was een goede overplaatsing, om
dat er arbeidsplaatsen voor Friezen kwamen. Bij
de verhuizing van het Algemeen Burgerlijk Pen
sioenfonds naar Limburg is nog minder dan 40
procent van het personeel meegegaan. Vooral bij
het vervangen van kaderleden gaf dat flinke proble
men.
Haagse problemen
Al lost overplaatsing dan niet de problemen in het
noorden en zuiden op, betekent het dan wel voor
Den Haag een oplossing? Dat blijkt nog minder het
geval te zijn. Al jaren lucht het Haagse gemeentebe
stuur zijn zorgen over de toekomst van de stad. Den
Haag is ook zonder de ambtenarenverhuizing al een
probleemgebied. Sinds 1964 daalde het inwoneraan
tal met 100.000 tot onder de 500.000. Het aantal
arbeidsplaatsen verminderde sinds 1967 met ruim
10.000. Het percentage bejaarden ligt op 16, het
hoogste van Nederland. De werkloosheid in het
Haagse rayon is gestegen tot bijna 4 procent van
de werkende bevolking. Toch schijnen de Haagse
zorgen nog niet tot het Binnenhof te zijn doorge
drongen. Is. de overplaatsing economisch wel ge
rechtvaardigd? Volgens het gemeentebestuur zijn
gegevens en prognoses al lang verouderd en dienen
kabinet en Kamer van reëlere cijfers uit te gaan.
De Haagse bestuurders voorzien een rampzalige
situatie voor de stad en de agglomeratie, als de
spreidingsplannen inderdaad allemaal doorgaan.
et verlies van één ambtenaar betekent volgens
irgemeester Marijnen ook het verlies van een
beidsplaats in het vrije bedrijfsleven. Als er 8300
nbtenaren vertrekken, betekent dat het verlies van
i.600 arbeidsplaatsen. Als men de gezinnen daarbij
•lt. zullen er bij de spreiding zo'n 50.000 personen
'chtstreeks betrokken zijn. Dat is iedere tiende
Iagenaar.
Alles elkaar voorziet mr. Marijnen een Haagse toe
komst waarin vele wachtgelders en werklozen rond
lopen, en waarin de middenstand in een crisis raakt,
met veel bedrijfssluitingen. De ervaring met rijks
dienstverhuizingen is. dat gemiddeld de helft van de
ambtenaren mee verhuist. De rest blijft achter en
kan soms moeilijk aan werk komen of wordt werk
loos. Meestal zijn het de jongeren die meegaan, zodat
Den Haag nog sneller zal vergrijzen.
De geplande verhuizingen zullen ook nog tot gevolg
hebben, dat Den Haag en enkele buurtgemeentcn
een aantal leegstaande kantoorruimten rijker zul
len worden, terwijl er al 400.000 m2 kantoorruimte
onbenut blijft. Zo zal het massale directiegebouw
van de PTT aan de Kortenaerkade leeg komen te
staan, en ondermeer de gebouwen aan de Beatrix-
laan, de Zeestraat, en aan de Westviietweg en St.
Paulusstraat in Leidschendam.
„Waar wil de regering met Den Haag naar toe?"
is de klemmende vraag van mr. Marijnen. Hij ging
er vorige week met zijn medebestuurders te voet
voor naar het Binnenhof om dat premier Den Uyl
eens goed duidelijk te maken.
Wat is „voorlopig?"
De huidige spreidingsplannen zijn volgens het kabi
net nog maar voorlopig (maar wel het meest wense
lijk). Een definitieve beslissing zal pas worden
genomen na overleg met de verschillende belang
hebbende groeperingen: de ambtenaren en hun
•bonden, enkele adviescolleges en vertegenwoordi
gers van de betrokken regio's. Daar hoort ook
overleg met Den Haag en de gemeenten in de
agglomeratie bij.
Er komt dus overleg. Maar in de nota aan de
Tweede Kamer zegt de regering duidelijk, dat zij
„het beleidsvoornemen om 6500 arbeidsplaatsen te
spreiden uitdrukkelijk als een gegeven doelstelling
heeft aanvaard en in deze nota niet opnieuw ter
discussie stelt". De bonden vragen zich af wat dat
overleg dan inhoudt. Kwakkenbos: „Echt overleg,
dat is met een stuk blanco papier aan tafel gaan
zitten. Maar dit is niet reëel. Het enige waar nog
over te praten lijkt, is: wanneer en in welke volgor
de. In feite zijn de plannen wel definitief. Er is geen
weg terug".
Politieke zaak
De spreiding van rijksdiensten is een sterk politieke
zaak geworden. De centrales: „De effecten van
politieke beslissingen en standpunten wegen kenne-
lijk zwaarder dan de eis. dat de taakvervulling van
belangrijke diensten, zoals de PTT, niet in gevaar
mag worden gebracht". Vooral in verkiezingstijd
zijn aan de regio's grote beloften gedaan. De KVP
„verkocht" het CBS in Limburg, de socialisten
beloofden rijksdiensten aan het noorden. Die belof
ten moeten nu worden waargemaakt, al \yas het
alleen maar om kiezers te houden. Het kabinet kan
onmogelijk meer in noord en zuid aankomen met:
sorry, het gaat niet door. De burgemeester van
Emmen was al teleurgesteld dat zijn gemeente
„maar" 515 arbeidsplaatsen kreeg in plaats van de
eerder toegezegde 800. In Twente is men ook in de
wiek geschoten omdat deze streek helemaal is over
geslagen. Dat het spreidingsbeleid grote politieke
consequenties zal hebben, desnoods de val van het
kabinet, ligt niet voor de hand, omdat de meerder
heid van de Tweede Kamer vóór de spreiding is.
Maar de regering heeft zich wel danig met de rug
tegen de muur gemanouvreerd.
Wat nu? De heer Kwakkenbos: „We moeten nu zo
gericht mogelijk overleg plegen met de leden over
wat zij willen. Want ons „het kan niet" moet hard
gemaakt worden. We moeten regering en parlement
er van overtuigen dat het ondoenlijk, onmenselijk,
onwaardig is. We moeten ook de Kamerleden meer
informatie geven, want blijkbaar beseffen ze te
weinig de gevolgen van deze plannen". Voor de
vakcentrales zelf scheppen de spreidingsplannen
ook problemen: in de randstad zijn de leden tegen,
maar in het noorden staan leden van dezelfde
bonden te juichen.
Regering en ambtenaren staan hard tegenover el
kaar Tot welke conflicten kan dat leiden. De heer
Kwakkenbos: „De spontane PTT-demonstratie
sprak al duidelijke taal. Ambtenaren hebben (nog)
geen stakingsrecht en kunnen nu eenmaal niet om
hun dienende taak heen. Maar wel zijn stiptheidsac
ties mogelijk, een soort lijdelijk verzet waarmee de
dienstuitvoering wordt ontregeld".
Gewetensconflict
„Nu al zijn mensen in ernstige gewetensconflicten
gekomen: zij hebben opdracht gekregen mee te
werken aan de voorbereiding van een overplaatsing
waar zij het niet mee eens zijn". En als het een
bepaalde dienst zou lukken om van de spreidings-
1 ijst geschrapt te worden, dan hebben ze zichzelf
vart de „verdrinkingsdood" gered, maar daarmee
evenzoveel collega's van een andere dienst in het
water geduwd. Want er moeten nu eenmaal zóveel
arbeidsplaatsen weg.
Wat is wijs? vragen de ambtenarenbonden zich af.
En datzelfde zullen ook premier Den Uyl en zijn
kabinetsbroeders zich afvragen. Wat is wijs?
WILLIBRORD RUIGROK'
Bondsbestuurder J. M. Kwakkenbos;
er is geen weg terug.