Eureka! „Het is afgelopen met dat eeuwige gesnurk" OUD-TANDARTS GENEEST VOOR ZEVENHONDERD HARDE GULDENS IEDERE SNURKER-VAN-HUIS-UIT Insecten bestrijden met andere insecten Biologische bestrijding in tuinbouw neemt toe de regel niet veel langer meer alleen sla pen, want de heer Clous heeft het gevon den: „Het middel dat alle gesnurk radicaal de kop indrukt", zegt hij. Op dat middel, de zogenaamde anti-snurker, heeft hij in middels Nederlands patent aangevraagd en binnenkort gaat hij stappen ondernemen om ook in de Verenigde Staten patent te krijgen. Maar voordat het zover is, zal hij zijn apparaatje in Genève op de internatio nale uitvindersbeurs van eind deze maand demonstreren. De heer Clous heeft begin september een benedenverdieping gehuurd aan de Arn hemse Sweerts de Landasstraat, waar hij drie keer per week patiënten ontvangt. Aan de gevel van het pand nummer 13 prijkt een bordje "the snore rehabiliation company". Een in witte jas gestoken juffrouw opent de deur en begeleidt de bezoekers naar de wachtkamer. Een ruimte zoals elke arts die heeft. Alleen zijn hier geen af fiches, die waarschuwen tegen hart- en vaatziekten of die verstandiger snoepen propageren. Wel een lila bordje dat vertelt dat een snurker alleen slaapt. Verder een boekenkast met onder meer gedichten van Lucebert, een verhalenbundeltje van Simon Carmiggelt, een boekje over apartheid, een roman van Marnix Gijsen, de Nederlandse Prentkunst tot 1800 en een werkje dat de ti tel draagt ,hoe houd ik mijn man in leven'. Dat laatste weet de heer Clous (71) wel: „Onder andere door niet te snurken, want dat leidt niet alleen tot irritatie, maar tot dusdanige spanningen dat een huwelijk er door op de klippen kan lopen. Je hebt ge woon geen lieven als je naast iemand ligt» die snurkt. Dat gezaag gaat door alles heen. Watjes in de oren helpen niet. Niets helpt. De heer Clous, van 1924 ot 1964 tandarts in Oosterbeek, weet waar hij over praat: „Mijn vrouw snurkte behoorlijk. We heb ben van alles geprobeerd, slapen met een band om de mond en vervolgens met een klemmetje op de neus, maar dat snurken bleef. Uiteindelijk zijn we naar een neus-, keel- en oorarts gegaan, maar die lachte ons gewoon het huis uit Hij gaf me de raad maar in een andere kamer te gaan slapen. Nou, dat is geen oplossing, dus toen ben ik me een beetje in dat snurken gaan verdie pen. Veel wijzer word je overigens niet, Het wonder-apparaat, dat de snurker van zijn gewoonte moet alhelpen en de ande ren een rustige slaap moet verzekeren. want er bestaat nauwelijks literatuur over. Maar omdat ik al zo'n veertig jaar als tand arts in monden had gekeken ontdekte ik dat het lawaai van het snurken wordt ver oorzaakt door het trillen van de huig, een volkomen nutteloos stukje vlees bij de keel opening. De oplossing is erg simpel, ik heb een apparaatje gemaakt dat de huig 's nachts op zijn plaats houdt". De anti-snurker heeft veel weg van het plaatje dat kinderen in de mond hebben om te voorkomen dat de tanden scheef groeien. Het verschil is een roestvrijstalen staafje van enkele centimeters met aan het uitein de een plastic knopje dat de huig op zijn plaats houdt Het plaatje wordt voor het slapen aan het gebit vastgezet, verder hoeft er niets te gebeuren om een snurkeloze nacht te verzekeren. Wel moet nog ter ver doving van het slijmvlies in de mond- en keelholte een pilletje worden ingenomen, maar ook dat brengt geen problemen met zich mee. Een volgens de heer Clous simpele uilvin ding. die veel mensen erg welkom zal zijn. Het is duidelijk dat men niet voor een gra tis behandeling in Arnhem terecht kan. Het werk moet worden betaald. De ex-tandarts berekent zijn patiënten zevenhonderd gul- den. „Ik heb rn'n hele leven lang voor liet ziekenfonds gewerkt, dat is mooi genoeg geweest Ik doe het nu voor mijn plezier, als hobby, maar het moet wel wat opleve ren. Voor dat geld krijgt men niet alleen dat plaatje, (dat overigens niet in serie kan worden gemaakt omdat elke mond en keel verschillend is) maar ik maak ook nog röntgenfoto's en verder moet de technicus worden betaald. De patiënten moeten vier keer bij me komen. Ik moet namelijk ook controleren of het plaatje goed zit. Boven dien moet de uitvinding worden betaald". Met iemand uit het bedrijfsleven is een cal culatie gemaakt en we kwamen uit op een bedrag van zevenhonderd gulden. Dat hoeft voor niemand een bezwaar te zijn, want men kan ook in termijnen betalen. In de prak tijk blijkt de prijs ook geen onoverkomelij ke factor te zijn. want ik krijg mensen die geen top-salaris hebben. Uit het hele land komt men naar me toe. Over enkele weken reist de heer Clous (..ik ga kaartjes laten drukken met het woord snurkoloog er op") in gezelschap van Jaap- je naar Genève om zijn vinding te demon streren op een uitvinderscongres Jaapje Is een zogenaamde fantoomkop, een metalen hoofd waarin het anti-snurk-apparaat ter demonstratie wordt geplaatst. Het is de eerste keer dat de heer Clous zich onder uitvinders begeeft, maar als het aan hem ligt beslist niet voor het laatst, want hij is inmiddels bezig met nieuwe vindingen. Zo zegt hij de definitieve oplossing voor het parkeerprobleem te hebben gevonden, ver klapt dat het niets me^ parkeergarages (on der- of bovengronds) heeft te maken, maar wil zich er verder nog niet over uitlaten. Ook heeft hij wat gevonden tegen het weg glijden van het bestek van de randen van het bord, maar ook daarover wil hij niets naders vertellen in verband met het aan te vragen patent. Anderen zouden anders zijn ideoë'n kunnen gebruiken. ARNHEM - Ziet u er ook zo tegenop te gaan slapen, omdat vast staat dat u 's nachts geen oog dicht doet, hoezeer li chaam en geest die rust ook nodig hebben? Dat komt overdag wel tot uiting, b.v. tij- dens het lezen van de krant of het kijken ui l naar de televisie, maar eenmaal in bed be- mLI 1 L 1 gint de misère. Slapen er nauwelijks bij, BU I en dag niet normale l| 1 __Jj ononderbroken nachtrust is genoten. De 1 een het be- V A ngv I Êk*JR een milde glimlach als een charmant na gr en er aan ge- I J "V JPS wend nachts I 4 ik. gezaag van de bedgenoot, het blijft onaange- aan snurken is, V degene mensen heb- wBjiEL ^MwBjBl ben er In zieken- geïsoleerd. Ze een de badkamer de tenmin- V' ongestoord van nachtrust kunnen Dat de wereld ^^HBk ^^ffiBHjaSB^^B^ ^BBS snurken een probleem JUH ziet. Pogingen om tot en bevredigende op- lossing te komen zijn echter nauwelijks on- Snurkoloog Clous in aktie met zijn apparatuur om de juistheid van het dernomen, zo meent "snurkoloog" Ph. J. anti-snurkapparaat te meten. Clous: „Iedereen begint te grinniken als je het over snurken hebt, het probleem wordt naar een oplossing te zoeken, en hij beweert spreuk van een of andere Oosterse wijze, niet serieus genomen, en dat terwijl er zo te zijn geslaagd ook. maar de lijfspreuk van de heer Ph. J. veel mensen last van hebben" Deze situatie „Lach, en de wereld lacht met u mee, Clous, die hij zijn patiënten inprent. Dege- is voor de heer Clous reden geweest zelf snurk, en u slaapt alleen". Het is niet de nen die in zijn wachtkamer komen zullen in Een echtpaar "witte vlieg". Vooraan het jftijfje het iets kleinere mannetje i nauwelijks een millimeter groot, daarachter Witte vlieg. Een minuscuul in- sectje, hooguit een millimeter groot,.maar de schrik van iede re tuinder. Bij duizenden en dui zenden dwarrelen ze door zijn warenhuis met tomaten, kom kommers of andere produkten, en doen er hun irriterend en schadelijk werk. Het ene jaar vormen ze letterlijk een plaag, het andere jaar zie je ze nauwe lijks. Er bestaan effectieve chemische bestrijdingsmiddelen die van de witte vlieg geen draad nëel la ten. Maar tegenwoordig worden de diertjes ook op een heel an dere manier te lijf gegaan: bio logische bestrijding. Het princi pe is eigenlijk simpel: als je last hebt van een bepaald dier. zoek je zijn natuurlijke vijand en laat die op hem los. In de glastuinbouw wordt de laatste paar jaar, en in toene mende mate, witte vlieg bestre den door inschakeling van diens vijand, de sluipwesp. Een ande re boosdoener, spint, wordt on derdrukt door er de roofmijt op af te sturen. Het is gewoon ge bruik maken van de mogelijkhe den die de natuur biedt. In de vrije natuur dient vrijwel ieder dier als voedsel voor een ander dier. Zo houden de soor ten elkaar binnen de perken. Daarnaast zijn er nog veel ande re vijanden, zoals het weer. In de kas van een tuinder bestaat een bijna ideaal klimaat, waar door die vijanden worden uitge schakeld. Als er dan ook een r' dier in aanwezig is, kan dat zich onbeperkt voortplanten, tenzij er (tot nu toe doorgaans met che mische middelen) ingegrepen wordt. Het inbrengen van de na tuurlijke vijand zal daarom het grootste deel van de schadelijke dieren uit de weg ruimen. Deskundige op het gebied van biologische bestrijding is ir. Jaap Woets (33), werkzaam bij het Proefstation voor tuinbouw onder glas in Naaldwijk. „In 1971 kwam witte vlieg plotseling in grote hoeveelheden voor. Op een achttal bedrijven werd daar tegen de sluipwesp ingezet. Het jaar daarna werd de sluipwesp op ruimere schaal gebruikt, maar de resultaten vielen tegen, vooral in komkommers. Dit jaar is op 150 tomatenteeltbedrijven (120 ha. ofwel 4 procent van het tomatenareaal) de sluipwesp in gezet. In komkommers werd op 150 ha. spint bestreden met de roofmijt, evenals op tien papri- kabedrijven. Voor volgend jaar verwacht ik, dat er op zeker vijfhonderd bedrijven biologi sche bestrijding wordt toege- Het onderzoek naar biologische bestrijdingsmogelijkheden (een eerste poging dateert al van voor de oorlog) is enerzijds op gezet omdat men vreesde dat in secten uiteindelijk immuun wor den voor chemische middelen, en anderzijds omdat er nu een maal resten van die chemische middelen op de vruchten achter blijven. Ir. Woets: ,,De tuinder is heus wel gevoelig voor de pu blieke opinie omtrent onbespoten tuinbouwprod tikten. Maar bij hem gaat de boterham voor. Hij wil best aan een alternatieve be- strijdingsmethode, maar dan moet die wel effectief zijn. De witte vlieg (Trialeurodes va- porariorum) is verwant aan de bladluizen en is afkomstig uit de subtropische streken van Mid den- en Zuid-Amerika. Mogelijk is hij naar Europa gekomen met planten voor oranjerieën an onze buitenplaatsen. Ee ol- wassen wijfje legt eieren de onderkant van een blad. lit komen na 7 A 10 dagen n, die voedsel zuigen uit vrui en blad. De plant lijdt daar r„ zo erg onder, maar kwalijker is, dat de larven een soort suiker afscheiden, honingdauw, die de vruchten vet maken. Door de vettigheid en het stof dat daarop komt worden de vruchten voor consumptie ongeschikt, terwijl ze moeilijk zijn srheon te krij gen. Na een „vrectstauium" van 7 dagen verandert de 'arve in een pop en na r. °—.j 7 tot 10 dagen komt daaruit l.et volwas- De sluipwesp. 0.6 millimeter lang. wordt ingezet om witte vlieg te bestrijden. sen dier. Al na twee dagen be gint het bevruchte wijfje eieren te leggen. In de 20 dagen die ze nog heeft te leven produceert ze circa 150 eieren. Dat eieren leg gen gebeurt meestal op dezelfde» plant als waarop het wijfje zelf als pop aanwezig was, totdat de concentratie te groot wordt en de witte vliegen elkaar verdrin gen. De sluipwesp (Encarsia formo- sa) is even klein als de witte vlieg. De wesp wordt voor de biologische bestrijding gekweekt. De enige kweker in Nederland en tevens de grootste ter wereld is de jonge Peter Koppert in Berkcl ZH. De sluipwesp doet zijn dodelijke werk door eieren te leggen in de larven van de witte vlieg. Na vier dagen komt uit ieder ei een larfie. dat zich ontwikkelt door de larve van de witte vlieg als voedsel te gebrui ken. Twintig dagen na het eileg- gen komt de volwassen wesp uit de pop van de tegenstander te voorschijn. Daarna leeft de wesp nog twee weken, waarin circa 50 eieren gelegd worden. 'Maar ook op een andere manier pakt de wesp de witte vlieg aan. De wesP eel de honingdauw die En opeens signaleert de tuinder op zijn planten de eerste witte de wittc vliegJaiTC afschoirit. vlieg. Dat is het moment om (snel) te beslissen welke bestrijdings- maar 0Ok die larve zelf. Daartoe methode wordt toegepast, biologisch of chemisch. wordt een gat in de lcrve ge zaagd met de legböor, waarna de larve wordt leeggezogen. Een tuinder die witte vlieg sig naleert en deze biologisch wil bestrijden, belt naar Koppert. In overleg tussen de tuinder, Kop pert en ir. Woets wordt dan een bestrijdings schema opgesteld. Meestal worden in de eerste maand na constatering van de witte vlieg twee maal sluipwes pen ingebracht en in de tweede maand nog eens twee maal. Koppert levert de sluipwespen en de bijbehorende begeleiding. De kosten van de hele „behan deling" zijn 16 cent per vierkan te meter, wat niet duurder is dan bestrijding met chemische middelen. Jaap Woets: „Het kost de tuin der wel iets meer tijd en het gaat ook om z'n instelling. Als hij die instelling niet hoeft, wil ik hem niet verleiden deze be-, strijdingswijze te kiezen". Peter Koppert gaat op zijn be drijf uit van planten waarop wit te vlieglarven aanwezig zijn als voedsel voor de sluipwesp. Bla deren van een plant met witte vlieg en sluipwesp brengt hij in het bewuste warenhuis van de tuinder, waar de wespen verder aan het werk gaan. Het inzetten van de wesp is een ingewikkelde zaak. Er dient een nauwkeurig schema aangehouden te worden: bij die temperatuur moeten op dat moment de wespen worden' ingebracht omdat op een be paald moment de witte vlieg eieren heeft gelegd. Dc levens cycli moeten precies op elkaar afgestemd zijn. Een lekenvraag: kan 't uit de hand lopen, zodat je met een wespenplaag komt te zitten? Woots: „In de glastuinbouw is de omgeving (het warenhuis) zo afgesloten on het klimaat er zo stabiel dat je de zaak volledig in de hand kunt houden". De biologische bestrijding is een zaak die nog veel onderzoek vraagt. Jaap Woets: „Ik raad de bestrijding van witte vlieg met sluipwespen in komkom- .mers nog af. De resultaten zijn daar nog te slecht, we weten er gewoon nog te weinig van. On derzoek kost veel tijd en geld en als dat er niet is, komen we niet verder". Er treden nu eenmaal veel bijproblemen op. Op de ene plantensoort gaat deze bestrij ding veel beter dan bij de ande re. Waarom1 Heeft een andere soort wesp meer effect, is er misschien een combinatie te ma ken van roofWesp met bepaalde bestrijdingsmiddelen1 Als de wesp een plaag aanpakt, kunnen daardoor andere plagen onbe lemmerd opkomen. Spuiten met chemisch spul kan dan vaak weer niet omdat dan de wespen weer doodgaan. Enzovoorts. Jaap Woets is nog ~:~i uitgepuz- zeld en getuurd door zijn mi croscoop. WILLIBROxlD RUTCROK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 17