Gras en bomen voor mens van levensbelang Indiase jongen van 15 betovert acht miljoen volgelingen Groen en bomen betekenen niet alleen een fraaier stadsbeeld, maar ook meer zonnestraling, minder uitdroging en vooral gezondere lucht om in te ademen. Een gevangene heeft het recht op tenminste acht vierkante meter celruimte. Voor elke overledene is op een begraafplaats tenminste 3,5 m2 ruimte beschikbaar. Maar het recht van de vrije, levende stadsmens op zuurstofproducerend groen is nergens in normen vastgelegd. Het gebeurt dan ook dat bomen worden omgehakt, en graslanden volgebouwd raken, terwijl een oude boom zoveel zuurstof levert dat er 400 mensen continu van kunnen leven en een grasveld in de zomer de te hoge stadshitte ter plaatse drie graden kan doen afkoelen. De botanicus en natuurfilosoof dr. Aloys Bernatzky, heeft in vele steden een onderzoek gedaan naar de kwaliteit van stadslucht. Een mede werker had over de functie van bomen en gras in onze samenleving een gesprek met dr. Bernatzky. Een mens ademt gemiddeld twaalf kubieke meter lucht in per dag, bij zwaar werk aanzienlijk meer, soms wel het tienvoudige. Het is dus van het grootste belang onze lucht goed te houden. En daar ontbreekt nogal wat aan, vooral in de steden. Onze stadslucht bestaat uit een mengsel (aero sol) van zuurstof, stikstof, kooldloxyde en vaste deeltjes (kernen) met een doorsnee van een miljoenste milimeter. Op die ker nen gaan giftige uitlaatgassen (zoals kool monoxide, koolwaterstof, zwafeldloxyde) vastzetten Hoe nodig het is, dat er iets aan onze stad lucht wordt gedaan, toont dr. Bernatzky met de cijfers van zijn onderzoek aan. Op het platteland bleken gemiddeld 8.000 ker nen per cm3 lucht voor te komen, in een stad zo'n 200.000. Maar in een grote stad als Amsterdam komen er minstens een miljoen per cm3 voor, aldus dr. Bernatzky. Er zijn zelfs steden waar 3 4 miljoen van die vaste deeltjes in een kubieke centime ter lucht werden gemeten. Deze ernstige luchtverontreiniging is niet alleen schade lijk voor de direkte gezondheid van alle stadsbewoners, het heeft ook andere nadeli ge gevolgen die ons evenmin ten goede ko men. Door de luchtverontreiniging ontstaat een dikke laag „stadsnevel", waardoor ten minste 20 procent van de (toch al zo schaarse) zonnestraling wordt tegengehou den. Die laag is er ook oorzaak van dat de in de stad ontstane warmte langer blijft hangen. Ook de temperatuur wordt beïnvloedt. De steen- en betonmassa's van onze gebouwen plegen overdag zonnewarmte od te nemen en die 's avonds en 's nachts weer af te staan. Door onze wijze van bouwen wordt de ontluchting (wind) gehinderd en kan de nodige afkoeling onvoldoende plaats vinden. In de binnenstad is het dan ook 1 k 1.5 gra den celcius warmer dan normaal. Dit wordt helaas niet als prettig ervaren, maar als benauwd en zwoel, wat eerder tot ver moeidheid en lusteloosheid leidt. Vooral de binnenstad en de rand van de stad kan daardoor soms wel 10 graden be dragen. Vooral boomloze, brede straten en pleinen in de binnenstad kunnen zomers zeer sterk verhit worden. Door de hogere temperatuur wordt de lucht in de stad te droog en dat irriteert de ademhalingsorganen. Vooral mensen die daar gevoelig voor zijn, (astma-, bronchi- tispatiënten) zullen dat uit ervaring hebben gemerkt. Betaalbacr Iedereen wijst beschuldigend naar de fabrieken en naar ons aller verkeer. Maar het is ondoenlijk alle fabrieken te sluiten. Ook de auto kan je niet zomaar on schadelijk maken. Zijn er geen andere maatregelen mogelijk, die uitvoerbaar en betaalbaar zijn? Dat is inderdaad mogelijk. Dr. Bernatzky, die lid is van de Duitse academie voor stedenbouw: „Betaalbare en zeer effectieve maatregelen zou men kun nen nemen door alle daarvoor beschikbare open ruimten in de stad te veranderen in plantsoenen, groenstroken, tuinen, en waar mogelijk heesters en bomen te planten. Want meer groen betekent niet alleen een fraaier stadsbeeld, maar ook (en voorall meer zonnestraling, minder uitdroging, een betere temperatuur en bovenal een veel ge zondere lucht om in te ademen." Groen in de grote stad is van het grootste belang, als lmiddel, als stofzuiger en als zuurstoflevr-cier. Daardoor komen er in het stadspark 5 tot 6 maal minder stofdeel tjes in de lucht voor dan in de binnenstad. Een laan met bomen heeft 3 a 4 maal min der luchtverontreiniging dan een „ont groende" straat. Algemeen bekend is, dat al onze broodnodi ge zuurstof afkomstig is van het aardse groen. Zonder dit groen zouden we onherroe pelijk stikken. Maar dan moet er ook in dichtbebouwde wooncentra voldoende groen zijn. Want aldus dr. Bernatzky een gazon van 150 vierkante meter levert in 12 uur tijd al 1,8 kg zuurstof, voldoende voor een heel gezin. En een vrijstaande. 100 jaar oude beuk met een kruindoorsnee van 15 meter produceert niet minder dan 1.7 kg zuurstof per uur en neemt dan 2,35 kg kool zuur op. De koolstof die in de stam van zo'n boo- s vastgelegd, is afkor st g van 40 miljor b eke meter lucht (inhoud van 80.000 n). De zuurstof die zo'n boomkc rt, is voldoende om er 400 mensen ,e laten leven. Afkoeling Groen in de stad is dus niet alleen maar een zaak van stedeschoon. Het is een zaak van levensbelang geworden. Een stad zon der groen is ten dode opgeschreven. Er is wel vastgelegd, dat een gevangene minstens 8 m2 celruimte moet hebben en ook dat er voor elke overledene een ruimte van 3,5 m2 op het kerkhof beschikbaar moet zijn om hem te begraven. Maar voor het noodzakelijke stadsgroen, dat de mens in leven moet houden, is niets in normen vastgelegd. We zijn al zo wijs geworden, dat we niet meer onnodig bomen gaan rooien, maar de kleur groen komt in de steden veel te weinig voor. Terwijl er toch plaatsen genoeg zijn waar bomen kunnen staan. Terwijl er toch heel wat hoekjes en hoeken braak liggen, die grasveldjes zou den kunnen worden. Reeds een groenopper- vlak van 50 x 100 meter kan op een warme, windstille zomerdag de temperatuur ter plaatse 3 h 3,5 graad doen afkoelen. ,,Uw kabouters hadden gelijk", zegt dr. Bernatzky, „groen is van levensbelang voor de mens, vooral voor de grote stads mens, en zeker voor degenen die geen kans hebben om die stad regelmatig te verlaten en eens wat gezonde lucht in te ademen." Onze steden mogen niet langer ontgroend worden. Vele gemeenten doen hun best te behouden wat ze hebben. Maar aan de aan leg van nieuw groen wordt nog te weinig gedaan. „Omdat", zegt dr. Bernatzky, „de stadsbestuurders, zoals overal, hier nog te weinig oog voor hebben. Het zal inderdaad hun tijd wel duren. Maar we hebben ook nog een nageslacht." MEER GROEN KAN ONZE STADSLUCHT ZUIVEREN Shri (heilige) Guru Ji: „Ik ben geen god". „ZOMERFEEST VAN LIEFDE EN LICHT" IN ALEXANDRA PALACE Deze kleine dikkerd, die met goedkope en holle woorden „vrede en liefde" probeert te brengen onder de mensen, stelt zich op ge lijke voet met Jezus, Krisjna en Boeddha, „drie perfecte meesters uit het verleden". De leer van Guru Maharaj Ji steunt op het hindoegeloof van reïncarnatie en het steeds opnieuw gebeuren van wat vroeger al gebeurd is. Volgens zijn leer blijft „de perfecte meester" steeds aanwezig op aar de maar hij verandert er wel regelmatig van lichaam. In onze tijd heeft hij daar voor toevallig een corpulent kereltje uit In dia uitgekozen, wiens vader een gewezen politicus was, die zich terugtrok uit de boze wereld en als Brahmaan ging mediteren ln de heuvels aan de voet van het Himalaja- gebergte. •HEILIGE FAMILIE'. De Hindoes beschouwden hem weldra als „het licht van de wereld". Hij kreeg disci pelen, waaraan hij de „waarheid" en „de echte kennis van god" onthulde. Zij noem den hem Param Sant Satgurudev Shri Hans Ji Maharaj. Om de gedachtengang van deze hindoes te kunnen volgen moet men weten dat „Guru" Sanskriet is, waar mee een persoon bedoeld wordt, die op een of andere manier door God gemachtigd werd de „duisternis van de onwetendheid" te verdrijven door middel van buitenge woon schitterend „echt goddelijk licht" en metafórisch „licht van begrip." Gu wijst op duisternis en ru op licht. (Het klinkt allemaal erg vaag, maar zo zijn de Indiërs nu eenmaal). haalde om zich voor te wenden als een mo-: derne „verlosser" van de wereld, wordt niet nader toegelicht. Je moet het maar ge loven bewijzen zijn er niet. De Guru spreekt Engels met een Amerikaans ac cent, vermoedelijk een gevolg van het feit, dat hij nogal veel tijd doorbrengt onder! zijn volgelingen in Denver, Colorado. De moeder van Guru Maharaj Ji, Shri Mata Ji, is volgens deze Brahmanen en; hun westerse volgelingen „een heilige vrouw". „Mijn jongste en vierde zoon was vanaf zijn geboorte een superkind", zegt ze. Guru Maharaj Ji nam op 19 juli 1966 toen zijn vader „zijn sterfelijk lichaam ver laten had", de godsdienstbusiness over. Hij wordt bijgestaand door ziin drie ge. drongen oudere broers en bollige moeder Shri (heilige) Mata Ji. In juni 1971 kwam de jonge Guru voor het eerst naar Londen. „Ze beschouwen hem als een God", schre ven de kranten van Fleetstreet verbaasd. „Ik ben geen God", zei Guru Maharaj Ji afgelopen maand in een interview dat uit gezonden werd door de Britse commerciële televisie. „Ik ben gewoon een dienaar van God. die probeert de genade te gebruiken die hij mij gegeven heeft." ZOMERFEEST De sluwe Guru Maharaj Ji heeft zijn volge. lingen opgedragen ieder jaar een „Guru Puja" te organiseren, wat letterlijk bete-} kent Guruverering. Volgens de Londens« persdienst van zijn missie is het „een tra ditioneel festival ter ere van de levende Guru of perfecte meester". Het feest heeft tot doel „iedereen in liefde bij elkaar te brengen". Leeftijd, beroep en geloof spelen geen rol. Zowel protestanten als katholie ken en joden zijn welkom om eer te bren gen aan de Guru. De toegang tot het feest was kosteloos. Volgend jaar vindt het plaats in Houston, Texas. Voor het „zomerevene- ment van liefde en licht 1973", had de Guru echter Londen uitgekozen. De „Divine Light mission" heeft in Londen het honderdjarige Alexandra Palace, waar de BBC-televisie geboren werd, afgehuurd om er vorige week (Ihet was! dan volle maan) iedere dag „satangs" (letterlijk: spreken over de waarheid, die in ieders hart verborgen ligt) over „de ware kennis van god" te houden, muziek en toneel te spellen en te dansen. Et werd gezorgd voor eten, frisdrank en gelegen heid tot overnachting in oude legertenten. Aangezien de organisatoren het noodzake lijk vonden dat op dit festival een „zeer zuivere en hoge vibratie van liefde" tot stand gebracht werd, mocht men er niet ro ken, geen alcohol gebruiken of drugs ge bruiken, niet bloot rondlopen of zitten en geen seksuele vertoningen geven. Guru Maharaj Ji heeft een jonge dame van zijn pers- en public relationsdienst op ons afgestuurd, die vertelde dat naar de „Guru Puja" in Londen 2500 Amerikanen kwamen per jumbojet. De „missie van het goddelij ke licht telde in het totaal zowat 10.000 deelnemers onder wie duizend uit FranK- rijk, 400 uit Duitsland, 300 uit Spanje, 300 uit Ierland, 200 uit Zwitserland, 200 uit Ne derland, 150 uit Denemarken en 50 uit Bel-1 gië. Ze luisterden iedere avond in „Ally Pal- I ly" (dat is de naam die het Alexandra Pa lace vroeger droeg in de Engelse volks mond) naar al de „goddelijke persoonlijk! heden" uit de familie van Guru Maharaj Ji, Wüj J Een staaltje van zijn wijze woorden? „Ali I ik je zou vertellen dat een olifant 5 cn I hoog was, zou je me dan geloven? Of als il I je vertelde dat een mier 2 meter hoog wad zou je me geloven? Natuurlijk niet. Mad als ik het je toonde, zou je me moeten ge loven. Geloof in het praktische, niet in di ,1 theorie. Als je zegt, dat God bestaat zal il je vragen het me te tonen. Je moet Goj zien van aangezicht tot aangezicht en il kan u tonen dat God bestaat." En zo gaat het maar door. Zijn „premie' (volgelingen) zweren dat Guru Maharaj Ji de wijste mens is op aarde. De persoonlij ke publiciteit van deze „heilige knaap" India wordt extra gediend door klankfili in kleuren over „de perfecte meester". j Deze rolprenten zijn bestemd voor voorstel lingen in de „asrams" (letterlijk: schuil plaatsen) van Guru's „premies", die dod hun „goddelijke leider" en zijn „heilige f« milie" betoverd worden met vage woordel over kennis met een grote K, liefde en vit de. De „Divine Light mission" heeft een eigeé „wereldvredeskorps" opgericht, want Gurl Maharaj Ji houdt vol, dat hij in zijn aardi leven vrede zal brengen bij alle volkerej en in alle landen. Zijn discipelen gelovq rotsvast, dat hun „perfecte meester" zij woord gestand zal doen. Guru Maharaj Ji stamt uit Noord-India, het land van de hindoes, waar zijn aanhangers het talrijkste zijn en het uiteraard niet zo moeilijk valt er enkele miljoenen bij elkaar te krijgen. Via Engeland, waar de Beatles enkele jaren geleden wat kunstmatig be langstelling hielpen creëren voor hindoe mystiek en -meditatie, heeft de godsdiensti ge beweging van Guru Maharaj Ji zich uit gebreid naar het Westen. Zijn „missie" heeft nu 32 steunpunten in Groot-B rittannië LONDEN Als we de „missie van het god delijk licht" mogen geloven beschouwen naar schatting 5 tot 8 miljoen mensen, ver spreid over heel de wereld, een 15-jarigc Indiase jongen als Gods afgezant. Voor deze discipelen is hij een heilige, een „Sat- guru", die zij „de perfecte meester" cn „de prins van de vrede" noemen. Zij val len op de knieën en vereren Guru Maharaj Ji als een goddelijke persoonlijkheid. „In deze tijd van duisternis ben ik gekomen om het licht te onthullen", zegt die Indiase praalhans tot zijn volgelingen. In Londen bezit de „missie" van Guru Ma haraj Ji een „goddelijke residentie", die naar schatting een half miljoen gulden waard is. Dit huis heeft een glanzende Rolls Royce op stal. Deze dure slee wordt overdekt met bloemen als de perfecte meester uit rijden gaat. In Amerika be schikt de „missie van het goddelijk licht" over eigen vliegtuigen. „Allemaal gekregen of gekocht met geld dat ons geschonken werd. Wij zijn een liefdadige instelling, die uitsluitend gefinancierd wordt door schen kingen", zeggen „de perfecte meester" en zijn discipelen verontschuldigend. „Alles is van de missie - wijzelf bezitten niets". DIK TROM Toch begint het allemaal sterk te gelijken op „big busmess". Indiërs zijn tenslotte ge- Last but not least beschikt ze over een „heilige familie", die er zeer minzaam, bij zonder welvarend en goed doorvoed uitziet. Met zijn rond gezicht en bollige wangen ge lijkt Guru Maharaj Ji sprekend op wijlen koning Faroek van Egypte in diens jonge tijd. Je zou hem ook het Indiase evenbeeld van Dik Trom kunnen noemen. Zijn vlezige handjes en papperig lichaam geven niet de indruk, dat deze „perfecte meester" veel werkt en vast. Het is een profeet, die zich kennelijk weinig ontzegt, ook al zijn veel van zijn volgelingen vegetariërs en leven miljoenen van zijn Indiase stamgenoten in bittere armoede. en 6 in de Verenigde Staten. Zij wordt ver tegenwoordigd in Amsterdam, Rotterdam. Brussel, Parijs, Marseille, Frankfurt, We nen en andere Europese, Afrikaanse, Aus tralische en Aziatische steden. wiekste zakenlui. Guru's missie" bezit el- gen uitgeverijen en boerderijen. Ze is van plan in de toekomst eigen fabrieken op te richten. Ze heeft ook een eigen rockorkest. de Blue Aquarius-bamd, die in september optreedt in Amsterdam, Rotterdam en Brussel. De opbrengst van alle concerten gaat naar de „missie".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 10