Van favorieten in Grote Prijs bleef alleen Ego Boy „torenhoog Twaalf in één band blijkt nauwelijks mogelijk SJENG HENDRIKX TEMDE „AIGLON Wimbledon WASSENAAR De rotsvaste prognoses leden schip breuk, het grote duel tussen de twee Zweedse deelne mers ging de mist in, één van de favorieten voor een prijzenbedrag - Luclty Hanover - was aan de finish niet te bekennen in het vrijwel gesloten peloton dat op de "draad" afging. Dat r as de negentiende Grote Prijs der Lage Landen, v r.r cor de Zweedse radio commentatoren zich de ven uit het lichaam hadden moeten schreeuwen om het gigantische duel tussen „Ego Boy" en „Ncble il tct in de verste uithoeken van Zweden hoorbaar te deen zijn. Het kwam er niet van en dat is dan tevens een van de aantrekkelijkhe den van de drafsport. Piegncses, zo stevig als een be- tonpaal, die honderd meier diep is geheid, blijken luchtkastelen. Alleen de bescheiden „boerenjongen" Ingemar Olofsson deed "zijn plicht" ten opzichte van de totoïsten. Hij won. Achter zijn bescheidenheid gloorde de trots toen hij zei: "Ik heb nu toch wel la ten zien dat ik de sterkste ben. „Ego Boy" is een braaf paard. Ik heb Sören Nordin niet gezien". En in het stallenkwartier keek hij nog eens demonstratief om zich heen als om kenbaar te maken dat „Noble Action" niet in zijn nabijheid was geweest tijdens de koers, die het hoogtepunt vormt van het vaderlandse drafwezen. Pje gebeurtenissen rondom het vermaarde toerr.ooi van Wimbledon mogen tra gisch worden genoemd. De principekwestie die de bond van proftennissers knoopte aan de zaak-Pilic, het feit dat de profs noch de ILTF wensten te capituleren, heeft Wimbledon van alle glans beroofd. Nuch ter bezien heeft Wimbledor. de strijd verloren want indien de ILTF sancties onderneemt te gen de profs zullen ook volgen de toernooien het zonder de sterren moeten doen. Afgezien van de wispelturige Nastase, die zijn grote kans ziet en Ro ger Taylor die eensklaps een ..ontroerende" vaderlandsliefde ten toon spreidt. Ze zullen niet tot de favorieten van hun col lega's behoren. De finale van de Grote Prijs der Lage Landen. Ego Boy rechts is onbereik baar voor Aiglon tweede van rechts) en Elsie (vierde van rechts) die de tweede plaats zou opeisen. De overige ereplaatsen gingen naar Vent dc l'Histoire (vierde), Gunnar Dear (vijfde) en Jojo Buitenzorg (zesde). Ingemar Glofsson viert zijn triomf met Ego. Van het Zweed se duel met Noble Action was niets terecht gekomen. Ego Boy was een klasse apart, die beloond werd met een lauwerkrans en 80.000 gulden. Op "Duindigt" viel een onwe zenlijke stilte toen de veer tien drafgiganten zich naar de start begaven. Onwezen lijk als er zo'n slordige twaalfduizend mensen op el kaar gepakt op de tribunes en in 'het "vrije veld" aan- weizig zijn. Het commando klonk. Valse start van „Paris Air", die veertig meter moest geven en daarom waarschijnlijk te schielijk was. Twaalf minuten te laat gestart. Het duurde nog eens zes minuten toen voor de tweede maal de meute weg ging. En weer startte „Paris Air" niet zuiver. Maar van de toren klonk geen bevel en het miljoenenpakket op vier benen stoof door. „Elsie" op kop, „Urisis P" en „Ego Boy" erachter. Binnen de kortste keren had het Zweed se fenomeen de leiding ge pakt. „Toen", zei Ingemar Olofsson later, .wist ik dat „Ego Boy" niet meer te passeren zou zijn. Hij is een paard van de zekerheid F.r kan niets fout gaan. "Maar in de eerste rechte lijn moest Olofsson toch opzij kijken want „Aiglon" verscheen, zij het slechts even want de Zweed had in de tweede bocht de aanval afgeslagen en v/erd gevolgd door „Ai glon", „Vent de l'Histoire", „Elsie", Vico Gunnar Deai" en „Fideel', het paard dat de Grote Prijs 1972 had gewon nen. Tevoren had pikeur George Desoete al laten we ten: "Ik heb een handicap van twintig meter. Ik zal het gat moeten zoeken, als dat wil vallen." Maar het veld bleef als een compacte mas sa bijeen. „Elsie" streed de strijd van haar leven, lag in de derde bocht nog achter „Vent de l'Histoire" en „Aigicn" en had in het rechte eind nog slechts „Aiglon - en na tuurlijk de onaantastbare „Ego Boy" - voor zich. Sjeng Hendrikx moest in de eind strijd de tweede Belgische vertegenwoordiger laten gaan. Om even over vijf uur was de negentiende Grote Prijs voorbij. Het Zweedse volks lied klonk, de massa langs de baan wendde zich af, op weg naar de loketten voor de uitbetaling maar voor het overgrote deel teleurgesteld omdat de torenhoge favorie ten niet te zien waren ge weest. Sören Nordin, nors kijkend omdat hij zelfs in de uitslag niet voorkwam: "Ik zat weer in een verkeerde positie Bo vendien "haperde" Noble Action en toen was het met een verkeken. Ik heb Ego Boy" alleen maar van ach teren kunnen zien, en dan nog op een afstand." Paarden zijn als vrouwen; edel maar onberekenbaar. De negentiende Grote Prijs der Lage Landen was er het onomstotelijk bewijs van. Al leen de onverstoorbare Inge mar Olofsson trok zich van alle rumoer om deze "sensa tievolle" Grote Prijs niets aan. Hij keek, op weg naar de huldiging, op zijn stop watch en knikte bijna on merkbaar. „Ego Boy" had met 1.18.7 het record van de tot nu toe gehouden edities van de Grote Prijs gelopen. Vorig jaar had Fideel het record gebroken en op 1.18.9 gebracht. Olofsson had er v/el alles voor over gehad Hij wilde zefs niet in het hotel waar alle pi keurs verbleven. Olofsson bleef in de stal, bij Ego Boy. Olofsson, met een knipoog naar Cassius Clay: "Ik heb bewe zen de grootste te zijn." De Zweedse commentatoren durfden het drama van Sö ren Nordin en Noble Action nauwelijks op volle kracht in de microfoons te schreeu- Tekst: Herman van Bergem Kees Kooman Foto's: Simon en René Smit WASSENAAR Er was geen autostart voor de Grote Prijs. Daarover barstten na afloop de discussies los. De verwar ring aan de start, met als ge volg een vals vertrek, was niet WASSENAAR Op een achteraf gelegen ge deelte van de stallen vormde Sjeng Hendrikx het stralende middelpunt. Hij, de Nederlandse deelnemer waarop het minst was gerekend vier de in de naaste omgeving van zijn wagen stille tjes een persoonlijke triomf. "Wat anderen in vijf jaar niet is gelukt", riep hij glunderend uit, "heb ik toch maar even klaargespeeld". Tegelij kertijd wierp de altijd joviale Limburger een blik op "Aiglon", het raspaardje dat In het Im ponerende veld van deelnemers tijdens de Grote Prijs der Lage Landen op een derde plaats was geëindigd. Met vereende krachten slaagde men erin de hengst het steile trapje van de vracht auto op te duwen. „Aiglon" wilde weer eens laten zien, dat er met hem niet valt te spotten. Alleen Sjeng Hendrïkx kan, zo bewees hij, zijn wil aan de temperamentvolle Franse import opleggen. "Het is erg moeilijk geweest om hem te tem men. In Frankrijk hebben ze hem zowat gemo lesteerd, zijn mond was kapot getrokken. Die fel heid was dan ook niet meer dan natuurlijk. Ik heb er lang aan gewerkt met bijvoorbeeld ande re bitjes. Op een gegeven ogenblik had ik hem dan toch". Hendrikx richtte sinds de komst van "Aigicn" dit jaar al zijn aandacht op de eigen aardigheden van zijn nieuwe aanwinst Met suc ces. Desondanks hielden maar weinigen reke ning met de Limburgse combinatie. In de „ge nerale repetitie" van vorige week immers maak te "Aiglon" een totaal leeggereden indruk. "Dat komt, omdat hij zes weken in de box heeft ge staan. Ik had maar veertien dagen van voorbe reiding op de Grote Prijs." Reden voor de 39-ja- rige pikeur om op te merken: "Je ziet, dat hij het kan. Het ging nu al vijftig procent beter dan vorige week." De derde plaats was een prestatie, waar Hen drikx rekening mee had gehouden. "Voor mij was het geen verrassing." Om er onmiddellijk aan toe te voegen: ,,Ik heb er altijd op gehoopt bij de eerste drie te eindigen. Dit is de tweede keer, dat ik meerijd. In 1969 werd ik met Che- rie Spencer vierde en nu derde." Het demonstreert de kwaliteiten van de pikeur uit het Limburgse gehucht Mheer, dat vlak bij Maastricht ligt. Pas vijf jaar geleden ging de trainer zich ook bezighouden met het rijden. Voor een toppikeur eigenlijk te laat. "Je woont zo afgelegen dat je daar geen gelegenheid voor krijgt. Maar het bloed kruipt toch waar het niet gaan kan." En Sjeng Hendrikx, de olijke Limburger, trad toe tot het gilde van beroepsrijders. Vorig jaar behaalde hij zijn grootste succes, toen hij in de derby zegevierde. In belangrijkheid komt de prestatie van gisteren voor Hendrikx op de tweede plaats. „Ik heb kans gehad op een twee de plaats vóór de Belg Elsie. Daarvoor moest ik echter achter Ego Boy komen. Ik heb het twee keer geprobeerd, maar het lukte me niet. "De extra meters die "Aiglon" nu moest lopen, kostte hem de (tweede) plaats die hij nog voor de laatste bocht innam. Het ontnam de feest vreugde in het Limburgse kamp niet. Terwijl hij nerveus de ene na de andere sigaret opstak, kwam hij handen tekort voor de felicitaties. "Heb je gezien, hoe die Olofsson moest trek ken". Het was een constatering, die hem nog meer deed glunderen. "Maar toch is die Ego Boy een buitengewoon paard, dat tot de absolute topklas se behoort. En zeer moeilijk te verslaan, dat staat vast. "Met die karakteristiek eerde hij de Zweedse winnaar, die vanaf de start z'n klasse had getoond. De start, die voor "Aiglon" zo bui tengewoon goed was verlopen. Ondanks het moeilijke startnummer twaalf was de felle „Fransman" twee keer - ook bij de valse start - meteen Ego Boy gevolgd. „Aiglon begint al tijd goed, dat is een van z'n sterke punten. Na die valse start ben ik wel bang geweest voor een mislukking bij de tweede. Aiglon was zo fel, maar het ging weer goed". Sjeng Hendrikx ma noeuvreerde zijn paard naar de voorste gelede ren om zich er ook te handhaven. "Je kan de koers zelf maken door enorm snel te vertrekken. Dat heb je zelf in de hand. En bij een dusdanig evenement mag je niet falen". De omstanders knikten heftig „ja" bij die uit spraak. Zij hadden hun held voor een dag gevon den. In Sjeng Hendrikx. Dc Limburger voelde zich thuis in die rol. Toen één van de „volgelin gen" de kilometertijd meedeelde van "Aiglon" (1.18.8, een evenaring van het persoonlijk re cord) reageerde de 39-jarige pikeur zonder uit bundigheid. Hij had niets anders verwacht. Net zoals hij ervan overtuigd Is, dat "Aiglon", zijn nukkig raspaardje, de top nog niet heeft be reikt. "Hij kan nog beter dan nu, maar hij is nog te fel. Dat krijgen we er ook wel uit." gering geweest. De heer G. Sl- monis, redacteur drafsport van de veelvuldig verschijnende periodiek „Paardesport" hier over: „Er moesten twaalf paarden starten voor dezelfde afstand. Twaalf In één band blijkt, zonder autostart, nau welijks mogelijk te zijn. Nor maal wordt bij dergelijke gro te nummers ook altijd achter de auto gestart. Dat de start zo'n tien minuten te laat viel, Is vrij logisch. Je kunt het voorstellen niet op de minuut af berekenen. Daarbij kwam nog de valse start. Ego Boy en Noble Action liepen ook nog even weg toen de anderen aan het ronddraaien waren. Je kunt daar niets aan doen maar het kost natuurlijk wel tijd". „Fideel" van de schrale grond WASSENAAR George De soete stond rustig aan de bar in dc sociëteit op Duindigt. Naast hem een van zijn fer vente supporters, die met een bus vol „Fideel-fans" uit Bel gië waren gekomen. „Awcl, we zijn een beetje geprikkeld. In dit blad, Paardesport, staan veel paarden die aan deze Grote Prijs deelnamen maar Fideel niet. We hebben toch vorig jaar de Grote Prijs ge wonnen? Wc vinden het niet aangenaam dat wc er niet in staan met een foto". Er werd nog even college gegeven over Belgische paarden. „Kijk eens, veel Belgische paarden komen van dc zeekant. Daar is het gezond, veel jodium in de lucht. Fideel komt van de schrale Kempische grond. Laatst was er een drafcommis saris, die zei: Op zulke schrale grond worden taaie paarden gekweekt. Vorig jaar is Fideel dan ook doorgebroken. Toen wonnen we". Het optimisme noch de prikkel hebben het succes kunnen continueren. Liet gebrul van de grote ka nonnen en het gezoem var de kleine motoren in Assen is niet overschaduwd door ernsti ge ongelukken. Daarmee is zonneklaar bewezen dat een circuit wel degelijk veilig ge maakt kan worden, althar.s dat voor optimale beveiliging van de coureurs kan worden zorg gedragen. Assen kan daarmee ten voorbeeld worden gesteld aan allerlei andere circuits, zo wel voor de motor- als de au tosport. Een organisatie die zijn plicht kent zoals in As sen acht het vanzelfspre kend dat de levens van cou reurs zo goed mogelijk worden beschermd. De internationale federaties voor auto- en motor sport zullen iedere organisatie daarvan dienen te overtuigen die het niet vanzelfsprekend vindt. Houtrust lVog nooit is Den Haag zo ctlcht bij een tweede beta» lende voetbalclub geweest. Te gen HVC behoefde slechts „ja" te worden gezegd, de officieuze toestemming van de KNVB was toegezegd door een hoge functionaris, wethouder Vink was zo soepel geweest niet star vast te houden aan de da tum waarop de optie op Hout- rust verliep. Maar in de be groting zit een gat van vijfen zeventig mille, zijr.de de helft van de huurprijs van Houtrust. Wethouder Vink heeft vastge houden aan de hoge prijs. Het is zijn goed recht, want reeds in januari was dit de „Vrien den van Houtrust" medege deeld. Men kan erover discus siëren of de prijs reëel is, feit blijft dat men wist waaraan men zich dier.de te houden. Op driekwart ton zijn alle pogin gen van de „Vrienden" ufge- stuit. „Vrienden" Tn dit verband kan men zich afvragen of een ieder zich wel „Vriend" mag noemen. Destijds werd een plan be dacht om te trachter. tweedui zend personen te vinden die minimaal honderd gulden wil den bijdragen. Het mochten er ook duizend van tweehonderd zijn en alle variaties die denk baar zijn. Van die veler, die luidkeels hebben betoogd dat Houtrust weer bespeeld moest worden door een seml-prof- club, zijn er geen tweeduizend naar voren gekomen. Als het geld gaat kosten, blijkt het moeilijk le zijn het woord „Vriend" gestalte te geven. En dit was wel de laatste kans, want de mogelijkheid is groot dat Houtrust „verkaveld" wordt. Problemen rTer gelegenheid van het vijff- entwintigjarig bestaan meende de Nederlandse Rol schaats Bond in Valkenswaard een groot Internationaal rol- hockeytoernooi te moeten hou den. De totale kosten voor dit evenement werdcr. geraamd op 25.000 gulden, voor een kleine bond als de NRB een enorm bedrag. Mede door de moeilij ke ligg ng van Valkenswaard (per openbaar vervoer prak tisch niet te bereiken) viel dc publieke belangstelling bitter tegen, als gevolg waarvan fi nanciële problemen binnen de NRB vrijwel onvermijdelijk zijn. De vraag rijst dan ook of de NRB wel goed heeft gedaan met dit prestige-object, dat overigens sportief gezien volle dig slaagde.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 9