slimme rechter en de vol kostbaarheden ZATERDAG 9 JUNI 1973 LEIDSE COURANT Juniorenhoek AVONTUREN VAN PIET POTLOOD Er was eens een rechter die uit naam van de koning het land rondreisde om recht te spreken. Soms moest hij iemand schuldig verklaren en straffen. Soms ook Opnieuw leek de waardin te smel- kon hij twee twistende partijen ten jn haar tranen en ze kon met elkaar verzoenen. Maar het geen WOord meer zeggen, gebeurde ook wel dat .iemand, De rechter schonk haar gauw een die beschuldigd was van slechte wijn in; Kom| drink een dingen, heus geen kwaad had s,ok.e( daaf je van op". gedaan. Als hij dat kon bewij- gevend nara zij een slokje en zen, de beschuldigde kon vrij- gjng verder: „Toen vertrok die AFLEVERING 140 Seftons gast was Trevor Howells, een zakenman uit de stad die bekend stond om de verscheidenheid van zijn belangen. Hij scheen in veel za ken een vinger in de pap te hebben teveel, zoals sommigen zeiden. Hij lachte om oorlogsproblemen en gebrek aan grondstoffen; hij wist altijd iemand te vinden die weer iemand kende die de voorschriften wist te omzeilen of op van al les en nog wat de hand kon leggen, al was het nog zo schaars. Tegen een zekere prijs, natuurlijk. En, als men de geruchten kon geloven, hij kende altijd iemand die weer iemand kende die het een en ander voor hem kon bevestigen of ontkennen. „Tony, help tante Helen een handje met de af was, wil je?" Howells nam een trek van zijn sigaar en zei op vertrouwelijke toon: „Nou, Sefton, ik tart je, een betere manier te vinden om meer van je geld te maken. Dat lukt je vast niet. Kun je voldoende stemmen voor de verkoop van Briggs en Zn. krijgen? Ik heb gehoord, dat je het al eens eerder hebt geprobeerd". „Toen heb ik er alleen maar te weinig werk van gemaakt. Maar zoals ik het nu van plan ben. gaat het door. Reken daar maar op". Sefton zou daar niet zo zeker van zijn ge weest, ala hij had geweten wat Tony Briggs van plan was. Hij had tegen Helen gezegd, dat hij er stiekem even vandoor ging om oom Edwin te vertellen, dat zijn vader vrijwel zeker in gesprek was over de verkoop van het bedrijf aan zijn vriend Howells. In de telefooncel vroeg hij echter eerst een interlokaal gesprek aan. Pas daarna draalde hij het nummer van de Ashtons. Edwin was zeer verontrust toen hij het hoor de. „Dat kan maar één ding betekenen, Tony. Iemand moet zijn of haar aandelen hebben verkocht. Je vader zou niet zo ver gaan als hij niet zeker was van vijftig pro cent van de stemmen". Freda en Ian hadden elkaar tijdens de maal tijd telkens aangekeken, en Doris had met haar eten zitten spelen en bijna niets gege ten. Ian kwam tot de conclusie, dat ze in zijn aanwezigheid niets over haar moeilijk heden zou vertellen. Onder het voorwend sel dat hij nog wat rapporten moest doorle zen, nam hij zijn koffie mee naar de stu deerkamer. Deze rechter veroordeelde de twee oplichters tot zware gevan genisstraf. En om de goede spreken en in zijn eer herstel len, was hij gelukkig. Op één van zijn reizen kwam hij aan in een stadsherberg, waar hij wel vaker enige dagen door bracht. Tot zijn verbazing ont ving de anders altijd zo vrolijke waardin hem badend in tra nen. „Wat is er gaande?" vroeg de rechter. „Ach, edelachtba re", snikte de vrouw, „ik ben in één slag straatarm geworden". Opnieuw barstte zij in tranen uit. De rechter klopte haar op de schouder en zei: „Kalm maar. Als ik mij een beetje heb opgeknapt, ga ik me bij uw haard warmen. Kom dan bij me zitten, schenk me een glas bes te wijn, en vertel alles". De rechter ging en kwam opgefrist waste zich en kwam opgefrist beneden. De brave vrouw droogde haar tranen met een punt van de schort en bracht haar beste wijn bij de vertrouw de gast. Zij ging tegenover hem zitten en begon: „Gisteravond zijn hier twee gasten aangekomen, een lakenkoopman en een zijdehan- Onmiddellijk stuurde de rechter delaar. Keurige heren in'keuri- z'Jn dienaren te paard erop uit laken-man met de zak. Maar nauwelijks was hij weg, of daar komt zijn kameraad, die zijde- meneer aan. Ik vertelde hem dat zijn vriend juist met de zak vol kostbaarheden was vertrok ken. Toen waren de poppen aan het dansen! De zijde-meneer schreeuwde dat ik de zak niet aan één van tweeën, maar aan samen had moeten geven. Want nu had de laken-man de kost baarheden te pakken en was er mee vandoor gegaan. De zijde- meneer was zijn aandeel kwijt en ik kreeg de schuld. Hij eist van mij een schadevergoeding van méér geld dan ik ooit bij elkaar heb gezien. En intussen zit hij hier op zijn kamer, eet en drinkt op mijn kosten en gaat niet weg voor hij mijn geld heeft. Wat ben ik blij dat u nu juist hier gekomen bent, want u kunt mij raad geven. Wat moet ik doen?" De rechter zei: „Ik weet wat mij te doen staat. Heb moed. brave vrouw". ge kleren. Behalve een koffer, hadden ze ook een mooi be werkte leren reiszak bij zich. Met die zak waren zij een beet je verlegen. Eerst legden ze hem in de kamer van de een, daarna in de kamer van de an der. En tenslotte kwamen ze ermee bij mij. Ze vertelden mij in diep vertrouwen dat zij kostbaarheden van zeer grote waarde in die zak vervoerden, en dat zij eigenlijk niet goed wisten waar hem veilig op te bergen, terwijl zij voor hun za ken de stad in moesten gaan. Nu waren ze op de gedachte ge komen aan mij te vragen of ik die zak met kostbaarheden zou kunnen bewaren. U moet weten dat ik op mijn slaapkamer een zware ijzeren kist met uitste kende sloten heb staan, en dat geen mens die kist ooit hiervan daan zou kunnen slepen. Daar om stemde ik toe: welzeker he- reij, zei ik, uw leren zak kan ik gemakkelijk bewaren. Ik nam de twee mee naar mijn kamer, ze zagen hoe ik de zak in de kist legde, de sleutel omdraaide en in mijn zak stak. Ze waren er blij en opgelucht over. Maar toen vroegen ze allebei: Wilt u er wèl goed om denken, dat u die laken-man achterna te zitten en hem met zijn zak kost baarheden gevangen te nemen. Maar daar wist de waardin niets van. De volgende morgen liet de rech ter de zijdemeneer bij zich roe pen. Hij mocht vertellen hoe verschrikkelijk hij was beetge nomen door zijn valse vriend. Hij wees op de waardin en zei: „Dat domme mens heeft ook niet gedaan wat zij beloofd heeft. Daarom is zij eigenlijk de schuldige en zij moet mijn scha de vergoeden". De rechter liet hem uitpraten en vroeg heel vriendelijk allerlei bijzonderhe den. De zijdemeneer dacht dat de rechter hem groot gelijk gaf en schepte hoe langer hoe meer op, over de kostbaarheden en de valse vriend en de domme vrouw. Maar toen hij uitgespro ken was, zei de rechter: „Het had een heel ongelukkige ge schiedenis moeten worden, maar wat u nog niet weet is dit: we hebben goddank de mooie leren zak met kostbaar heden teruggevonden! De waar din wil hem graag aan u te ruggeven, maar deze keer na tuurlijk aan u èn de lakenkoop man samen". niet ver- Neem een klein, licht stukje papier en leg dat op een vingerhoed. Papiertje en vingerhoed zet je onder een glas. Vraag je vriendjes en vriendinnetjes of ze het papiertje van de vingerhoed kunnen halen zonder het glas op te lichten. Dat zal ze niet lukken. Dan kom jij in actie. Pak een kam, strijk die hard over je trui of je T-shirt. Je kunt ook je haar flink kammen. Als je de kam snel dicht bij het glas houdt, gaat het papiertje even zweven. Probeer het eerst even voor je de truc doet, om te zien of het gaat, anders sla je een figuur. waardin van de schrik te laten bekomen, dronk de rechter die avond met haar weer van de al- lerbeste wijn, bij het vlammend H'ermee maakte Set on duidebjk, dat hi) on- ___Hvii.tr ^er vier °8en met Howells wilde praten. Tony maakte duidelijk dat hij dat begreep, door de kamer uit te gaan. Sefton haalde cognac en sigaren te voorschijn. Howells accepteerde beide, zonder te vragen waar ze vandaan kwamen. ..We moeten zo gauw mogelijk van die coalitieregering zien af te komen, Sefton. Het is een noodzakelijk kwaad geweest Ze hebben het overdreven met al die oorlogsbeperkingen". „Ik ben het volkomen met je eens. De druk kerijen kunnen niet werken met de papier toewijzingen die ze krijgen". „Wees gerust. Een vriend van me heeft een relatie die in Whitehall werkt. Een chauf- feuse van de een of andere hoge piet, ge loof ik. En zij heeft het om zo te zeggen uit de eerste hand, dat, zodra we Hitier er onder hebben, Churchil z'n ontslag zal nemen en we behoorlijke verkiezingen krij gen". „Met deelname van de politieke partijen? Dat zal bij Winnie niet van harte gaan. Dat betekent een geweldige verschuiving. Alle beperkingen zullen worden opgeheven; evenals de rantsoeneringen, en geen dag te vroeg, zou ik zeggen. Een gezonde, vrije concurrentie, daar hebben we het meest behoefte aan, Trevor. Daar moet het her stel na de oorlog mee beginnen". „Precies. En hoe staat het met de woningen voor onze helden? Er is in zes jaar geen huis gebouwd, nietwaar? En er zijn er heel wat verwoest of onbewoonbaar door bom- schade, nietwaar? Om nog niet te spre ken van de onbewoonbare krotten. Ik ver zeker je, als ik niet zoveel geld in andere projecten had zitten, zou ik niemand vra gen, op dat terrein met mij in zee te gaan. Jou ook niet, Sefton". Sefton was al even handig „O. maar dat komt dan heel goed uit. Want bij mij is het net andersom. Ik krijg zeer binnenkort de be schikking over reserve-kapitaal. Ik heb na melijk besloten de drukkerij van de hand te doen. Nu er sprake is van opheffing van de beperkingen, kan ik er een goede prij9 voor maken. En ik ben van plan het geld van mijn aandelen zo voordelig moge lijk te investeren". Doris schudde haar hoofd, maar zonder overtuiging. Freda meende dat ze zich be ter zou voelen als ze erover sprak. Ze vond het ellendig, Doris zo te zien. Wat kon ze doen om haar te helpen? „Weet je het al van het ziekenhuis? Ze heb ben Je vader geschreven dat je oplei ding; hoe noemden ze dat ook weer... afge lopen was". den". Het was bijna precies zoals Freda had ge vreesd. Doris had met hem samenge woond, bij de Amerikaanse basis in War rington. Hij was naar Amerika terugge gaan en zij had gehoord, dat hij een vrouw en drie kinderen had. Maar ze hield van hem. Ze kon hem niet vergeten. „Kijk me niet zo aan, Freda. Hij was anders. Hij had niets met andere meisjes". Terwijl David naar een baan zocht, was Shella op een, naar zij meende, goed idee gekomen. Ze koos zorgvuldig het moment om er met hem over te spreken. Na het avondeten bood ze aan, zijn nek te masse ren; dat verminderde zijn hoofdpijn. „He, dat doet me goed, Sheila. De pijn wordt al veel minder. Nu een beetje lager. Daar, Ja. Doch". Sheila vroeg: „David. Heeft je oom Sefton niet gezegd, dat hij misschien een baan voor je had"? „Nou, hij moet toch weten dat ik er een zoek. Ik zal niet naar hem toe kruipen". „Maar al heeft hij zelf niets voor je, hij heeft toch zakenrelaties? Misschien weet hij iemand die iets heeft". „Ik zeg je dat ik niet op m'n handen en knieën naar hem toe ga, en daarmee af gelopen". Sheila besloot dat het daarmee niet afgelo pen zou zijn. Sefton en Howells hadden papieren uit hun aktentassen geraadpleegd en krabbelden berekeningen. Howells nam een kaart uit zijn tas en vouwde haar open met het air van een goochelaar, die zijn belangrijkste truc gaat vertonen. „Je vroeg naar een ge schikt terrein, hè, Sefton. Dat zal ik je la ten zien". Hij spreidde de grootschalige kaart op de eettafel uit. „Hier ligt een stuk. Tussen deze twee wegen. Hier is een bushalte, en hier; en hier is er nog één. Allemaal van rechtsteekse lij nen naar het centrum van de stad. Het kon niet beter. Precies geschikt voor ons doel". Sefton tuurde op de kaart en vroeg voorzich tig: „Ja. Maar is het te koop? En zo ja, wat kost het?" „Wel, ik heb je al gezegd, dat ik al een tijdje met dit idee rondloop. Dat terrein is een Jaar geleden al vrij gekomen, dus heb ik het gekocht". „Voor hoeveel?" „Dat doet er niet toe. Het vooornaamste Is. dat ik bereid ben het te verkopen aan de vennootschap die jij en ik zullen oprichten; en voor de marktprijs. Een prijs waarmee jij en ik akkoord kunnen gaan. Met andere woorden, heel redelijk". Sefton zou in zijn plaats hetzelfde hebben ge daan, en dat zei hij ook. „Dat is best. We zullen veel meer winst maken met de be bouwing dan jij door het aan ons te verko pen". „Als de beperkingen worden opgeheven. Sef ton, zullen we op dat terrein zo'n tweehon derd woningen kunnen bouwen". Sefton bekeek het terrein. „Meer, als we het economisch indelen". Toen Tony binnenkwam, vouwde Trevor Ho wells de kaart rustig op, maar zorgde er wel voor dat hij niet zag wat er op stond, en Sefton leidde het gesprek in een andere richting. „Nee, ik heb een andere theorie, Trevor. Ik geloof niet dat Hitier dood is. Ik geloof dat hij er tussenuitgeknepen is. Naar Zuid-A- merika bijvoorbeeld. Kom morgenochtend even langs m'n kantoor. Misschien weet ik dan meer". Howells wist precies wat hij bedoelde, en Tony wist dat zijn vader iets heel anders bedoelde dan hij zei. Terwijl Sefton zijn vriend Howells uitliet, kon Tony niet nalaten een blik te werpen in de velletjes papier met cijfers, die half uit de aktentas van zijn vader staken. Er waren een aantal kopieën van de laatste balans van Briggs' drukkerij bij. HIJ let er een van In zijn zak glijden, toen Helen bin nenkwam en hem bijna betrapte. Direct daarna kwam Sefton terug, en zei dat hij even naar de Ashtons ging. Terwijl hij de papieren weer in zijn aktentus stopte, zei hij dat het over zaken ging die ook hen aangingen, zodat ze beter konden mee gaan. „Ik wil het hele verhaal geen twee keer doen, dus ga mee". Dis was duidelijk het directe resultaat van zijn gesprek met Howells. Helen zei dat ze mee zou gaan, maar tot zijn verrassing weigerde Tony pertinent. Toen Sefton en Helen weggingen, hoorde Tony hem zeg gen: „Met zijn generatie valt niet t» pra ten. Ze weten niets". Toen sloeg dc voor deur hard dicht. Tony nam dc telefoon op en vroeg een Inter lokaal gesprek aan. En terwijl hij op aan sluiting wachtte, nam hij de kopie vun de balans uit zijn zak om de belangrijke cijfers voor te lezen aan de persoon die hij opbel de. d, zak alleen maar teruggeeft Du had de Jijde.meneer aan ons beiden, wanneer wij sa men zijn. Het zou onverstandig wezen zulke kostbaarheden al léén te vervoeren en daarom: teruggeven als wij sèmen zijn". „Nou, edelachtbare", zei de waardin, „dat was duidelijk en toch heb ik iets verkeerds gedaan. Want wat gebeurt er? Vanmorgen vraagt me de laken koopman of ik de zak naar be neden wil brengen. „Haal hem maar vast", zei hij. „mijn ka meraad, de zijdehandelaar, komt er al aan". Ik ging naar boven, maakte de kist open en nam de zak. Toen ik hem naar beneden bracht, dacht ik nog: ze moesten toch met zijn tweeën zijn! Maar de laken koopman stelde me gerust. Hij Oplossing vorige week Van de zi Afrika, echter i HRBil dieren leven er vijf in De kangoeroe komt Australië voor. wacht en hij keek erg verlegen. De waarding wist hier ook niets van en ztte grote ogen op. Maar de rechter werd opeens heel streng tegen de zijdehandelaar en vuurde scherpe vragen op hem af. Toen viel de booswicht door de mand en bekende dat hij deze truc had afgesproken met zijn vriend. Zo hadden ze de waardin geld willen afper sen. Toen gaf de rechter een teken aan zijn dienaar, die een duer openmaakte en daar ver scheen de geboeide laken-man met de leren zak in de hand. Dit was de bedrieger die de vo rige avond door de dienaren van de rechter achterna was ge zeten en gevangen was geno men. De rechter gebood hem: „Maak die zak open en schud de inhoud uit op deze tafel. De laken-man deed wat hem bevo len werd. En wat rolde er uit de zak??? Oud roest en niets anders! De waardin, die grote ogen had opgezet, riep: „Ohhhh!" Wat was zij ver schrikkelijk beetgenomen door die twee boven! Dat oud roest was nog geen gulden waard, en ze hadden gedaan alsof het kostbaarheden waren die schat- 'ï-ï-' v- jt?•- a Er is een huis gebouwd van letters. Het zijn zes letters. Als je ze alle zes vindt, kun je er de naam van een stad van maken. Opletten, de naam is in het Engels. Om je te helpen: de tweede letter O is bij Als je altijd hebt gedacht, dat de meeste mensen met vork en mes eten, heb je het mis. Op de wereld zijn zeshonderd miljoen mensen die met stokjes, zoals de Chinezen, eten. Zevenhonderden vijftig miljoen eten met hun vingers of met het mes waarmee ze ook op jacht gaan. Met vork en mes? Niet meer dan vier honderd miljoen. Suske en Wiske De Poppen- pakker

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 11