JUBILEUMBEDEVAART NKV CONCENTRATIE VAN LIJDEN het wonder blijft in Lourdes COMMERCIE IS VOLOP AANWEZIG, MAAR LOURDES Als alle 'grote dirtgen begint het verhaal van Lourdes in eenvoud. In de er varing van één kind. In een ondiepe grot aan de Gave ziet Marie Bernarde Soubirous op 11 februari 1858 een dame in het wit verschijnen. Ze is even veertien jaar, Bernadette, klein voor haar leeftijd, matig gezond, arm. Aan lezen of schrijven is ze nog niet toe, ze heeft al alle moeite om de ca techismus-vragen voor haar Eerste Communie uit het hoofd te leren. Ze is met haar zusje Toinette aan de Gave en met het buurmeisje Jeanne Abadie, bijgenaamd Baloum. Die twee hebben niks gezien, maar als zij beloven hun mond te hou den wil Bernadette wel vertel len wat er gebeurd is. Natuur lijk begint Toinette er meteen over te kwekken als ze thuis komen. Moeder Louise rea geert spontaan op wat zij als malligheid beschouwt: Berna dette kan een draai om de oren krijgen, en wee haar ge beente als ze nog eens naar die 'grot van Massabielle gaat. Zo begon het, zo is het eigen lijk nog altijd. Er komen nu jaarlijks meer dan drie mil joen pelgrims naar Lourdes, een aantal dat riet daalt maar stijgt. In die menigte blijft Lourdes echter toch een erva ring voor iederèen apart, die maar moeilijk te verwoorden is en aan een ander over te dragen. Wat is het geheim van deze speldeknop op de wereld kaart? Er zijn bibliotheken over volgeschreven, maar je moet er toch echt zelf geweest zijn om er aarzelend wat in drukken over op papier te zet ten. Die leiden mij tot de con clusie dat in Lourdes het won der gebleven is, een mirakel dat overigens weinig meer te maken heeft met de sensaties een eeuw geleden, toen van de duizend zieken van de Fran-se Nationale Bedevaart van 1880 er niet minder dan 150 onverklaarbaar genezen heetten te zijn. Die moeilijk geloofwaardige sensatie is weg, maar wat blijft is, dat mens alle kans heeft om hier beter vandaan te gaan dan hij kwam. (VNB) met 2 treinen èn vijf tien vliegbedevaarten, ten dele in samenwerking met de Lour- descommissie van de KNBTB. Overigens gaan ook velen op eigen gelegenheid of in kleine re groepen: in 1971 naar schat ting 12.000, terwijl de grote or ganisaties toen 8609 deelne mers naar Lourdes brachten, onder wie 2788 zieken. We 'kunnen veilig dat er dit jaar, na de tiendui zenden die er al geweest zijn, opnieuw 25.000 Nederlanders naar Lourdes zullen gaan, de meesten, zoals ik, voor het eerst. Hoe onderga je dat? De jubileum-bedevaart waar voor het NKV ons had uitgeno digd, was de kinderbedevaart die elk jaar bij toerbeurt door een van de drie grote organi saties wordt verzorgd. Er zijn in vier ambulance- en twee ge wone rijtuigen 170 kinderen aan boord, die allen lijden aan kwalen, die wat de kans op ge nezing betreft medisch gespro ken uitzichtloos zijn. Er zijn blinden en doven en kreupelen bij, maar de meerderheid is geestelijk gehandicapt, van licht tot zwaar en zeer zwaar. Als de witte trein bij Visé over de grens wipt, is er in die zes wagons een concentratie van lijden bijeen, die een eerste signaal geeft over de richting waarin je een verschijnsel als Lourdes in deze tijd misschien het best kunt plaatsen. Het is buiten kijf dat Lourdes behoort tot die heilige plaatsen waaraan mensen van alle tij den en culturen behoefte had den en hebben, een plaats waar tastbaar wordt dat je de zin van het leveni nooit hele maal tuP kunnen begrijpen en dat er een stuk mysterie over blijft. Het aanvaarden daarvan heet geloof: het sluit overgave Er was zeker mysterie in de verschijningen die Bernadette in 1858 te dezer plaatse heeft gehad, maar voor een katho liek uit 1973 is het toch wel moeilijk geworden om daarin de sterkste aantrekkingskracht te zien. In Lourdes is sedert dien dan ook veel meer ge beurd. Ik kan het niet beter zeggen dan zoals NKV-bonds- bestuurder Frans van Bakel het tegen me zei: als plek op aarde is Lourdes ook geheiligd door het lijden dat er zicht baar wordt, en door de solida riteit waarmee mensen hier op het lijden van medemensen reageren. Sjouwen Inderdaad is de sfeer van hulpvaardigheid een van de sterkste indrukken die in Lour des en op weg erheen en te rug, overkomt. Er wordt een week lang ongelooflijk ge sjouwd door ieder die zich voor de zieken inzet. Brancardiers blijken werkelijk de legendari sche figuren die ze al lang zijn; verpleegsters, bevrijd van de routine van het Neder landse gezondheidssysteem, storten zich met hart en ziel in Een processie op weg naar de grot. de persoonlijke zorg; priesters grijpen met beide handen de mogelijkheid tot ontmoeting met mensen die hen werkelijk nodig hebben; jongeren maken blijmoedig vele overuren. Onvermijdelijk rijst natuurlijk de vraag of men voor dit alles wel helemaal naar Lourdes be hoeft te reizen, een barre zit van twintig en meer uren heen, en evenzo maar toch sneller terug. Gebeurt het zelfde niet op de Henri Du- naint", of zou je het niet ook kunnen organiseren ergens bij Ootmarsum of Heiloo of Oegst- geest? Misschien wel, en toch zou het alles missen wat Lour des uniek maakt; de historie, de ruimte, de sfeer, het uni versele. Is deze plaats dan niet door de commercie overwoekerd? Neen. Het' commerciële is vol op aanwezig, maar niet bin nen het religieuze domein waar zich zeker voor de zie ken de kern van hun bede vaart afspeelt, het terrein van grot en Esplanade, van bene den- en bovengrondse kerken, een vrije ruimte als binnen een magische cirkel. Het zijn veeleer de gezonden die de handel ontmoeten in de drukke straten van een gezellige, klei ne stad, die lijkt opgetrokken uit louter hotels, souvenirwin kels en fotozaken. Op 20.000 in woners telt Lourdes op dit ogenblik het onvoorstelbare aantal van 394 hotels en fami- iiepensions, waarmee het in Frankrijk op de derde plaats staait na Parijs en Nice; hotels met wonderlijke namen als Golgotha en Calvaire, Vatican, Zo onderging ik Lourdes door Jan Onstenk Jean XXIII en Paul VI. Pius XII en Quo Vadis, Jesus-Ma- rie, Isac, Saint-Jacques en al Gods andere heiligen. Ook de medailles, de rozenkransen, de beelden, de speeldoosjes, de lichtjes, de pepermuntachtige pastilles, l'eau de Lourdes en de als kiezelsteen uitgevoerde plaatselijke knabbellekkernij, de Cailloux du Gave, zijn ver krijgbaar in zaken onder pa tronage van rooms erfgoed. Op een rijtje bijvoorbeeld Cecilia Croix de Jerusalem, Au Père de Foucaulid, A la Grace de Diêu en Saint-Marthe en zo verder in een eindeloze bonte variatie, die mij meer geboeid dan gestoord heeft, omdat het allemaal maar bijkomstig is. Tenzij natuurlijk toch het toe risme het naar de geest gaat winnen van de pelgrimstocht. Aan die bekoring staat uiter aard het massa-bezoek aan Lourdes wel bloot. Darn ont staat het begrip van de gezelli ge, prettige bedevaart, die het nuttige met het aangename verenigt en de buurvrouw is van het-dagje-uit naar de vol gende attractie. Zeer menselijk allemaal en op zichzelf niet te verwerpen. Want is het geer deugd als mensen gezellig met elkaar omgaan? Maar toch blijft er dare iets wringen in de confrontatie met het leed dat in Lourdes samenstroomt en daar een troost verwacht, die dieper gaat dan gezelligheid alleen. Moeders en vaders Aan de Belgische zuidgrens wordt rond middernacht onze witte ziekentrein gekoppeld aan de rode trein met de ou ders. Bijna alle moeders zijn mee en enkele tientallen va ders, samen ruim tweehon derd. De zieke kinderen en de moeders reizen gratis, dank zij de solidariteit van de verzeker den van de katholieke zieken fondsen, die al sinds 1942 wat extra premie betalen ten bate van een Lourdesfonds, oor- Het is prachtig dat de moeders mee kunnen, want als het om troost en kracht gaat hebben juist zij méér behoefte aan Lourdes dan hun kinderen, van wie een deel nauwelijks weet zal hebben van wat er gaande is. Het is nóg mooier dat ook een aantal vaders zich vrij heeft kunnen maken om op ei gen kosten hun vrouw en kind of kinderen te vergezellen, soms met groot begrip van werkgevers die voor dit doel bijzonder verlof gaven met be houd vare loon of zelfs met een extra bijdrage. In gesprekken met ouders blijkt overigens wel, hoezeer zij het op prijs zouden stellen als het geen uitzondering maar regel zou kunnen worden, dat beide ouders van geestelijk of lichamelijk invalide kinderen ter bedevaart gaan. Want een onherstelbaar ziek kind is een zaak van het hele gezin en ze ker een zorg voor ouders sa men. Zij zouden ook samen Lourdes moeten kunnen erva ren, want ik heb het al ge schreven: je kunt het in woor den nauwelijks op een ander overbrengen, en dat zal wel nergens schrijnender gevoeld worden dan tussen de ouders van een zorgenkind. Ik hoop dat de NKV-Lourdesforedsen hier een oplossing voor weten te vinden, want dan maken zij compleet wat zij begonnen zijn: een werk dat letterlijk ze genrijk zou mogen heten. „Er gaat zo verschrikkelijk veel in ons om", zegt een moe der. Een vader valt bij: „Ik vind het heel geweldig wat we hier meemaken. Vooral ook de intense ontmoeting die we hier hebben met ouders van kinde ren die er net zo voor staan als wij. Als eenling word je in eigen plaats vaak weggedrukt. Je durft nauwelijks met je kind op straat te komen of in de kerk, want je voelt dat je Jaarlijks meer pelgrims opvalt en wordt nagekeken. Vaak goedbedoeld hoor, mede lijdend, maar je houdt er toch het gevoel aan over, dat je apart bent. Je staat alleen, je bent vaak alleen maar een „geval". Hier is dat helemaal anders". Aangrijpend Ja, Lourdes is anders. Ik heb als gezonde nog nooit zo'n aan grijpende plechtigheid meege maakt als de Eerste Heilige Communie van twintig gehan dicapte kinderen in de onder grondse kapel van Saint-Jo- seph, vlak naast het Accueil Notre Dame. Een kapel in ruwe beton, zonder enige fran je, een stuk soberheid dat je De lichtprocessie in de avonduren. De grot aan de Gave, de plaats waar Bernadette Sou birous op 11 februari 1885 haar eerste verschijning had. Aan souvenirs geen gebrek in Lourdes. Dezer dagen keerde de eerste ^Nederlandse bedevaart van dit jaar uit Lourdes terug, histo risch de zestigste van het NKV, zoals op 20 juli met kar dinaal Alfrink en bisschop Zwartkruis de honderdste „na tionale" bedevaart met vier extra treinen zal vertrekken. evenzeer terugvindt in de Pius X-basillek waar twintigduizend mensen kunnen vergaderen rond de Eucharistie, duidelijk meer als middelpunt gesteld dan de grot aan de Gave, hoe dierbaar velen ook. Het is de verjaardag van bis schop Jan Bluyssen, die deze bedevaart vergezelt: Lang zal hij leven. Hij geeft de kinderen het brood, deze kleinen der aarde, de vergroeiden, de ge stoorden en wat hij geeft ii licht in een duisternis van leed, waarvan de mens de zin niet begrijpen kan. Deze pijn is tastbaar in het verdriet van ouders en niemand schaamt zich voor zijn emoties. Waar is dan de troost? In de zekerheid toch niet alleen te staan. In een lied, dat je op dit moment, op déze plaats moet hebben meegezongen om te begrijpen wat het zou betekenen uls we er ernst mee maakten in de maatschappelijke werkelijk heid van ieder, Iedere dag: „Hand In hand, zo leven wij, allen tesamen. allen tesamen." Een simpel liedje, maar de werkelijk grote dingen begin nen dan ook niet alleen een voudig maar blijven het: zui ver, puur. Ik denk dat je iets van het kind bewaard zult moeten heb ben om Lourdes te verstaan. Het is geen toeval dat de ver schijning zich tot Bernadette richtte: het is een teken. Aan machtigen blijft verborgen wat aan armen wordt geopenbaard. Ik zal nooit vergeten hoe dit geloof zelfs door de moeder van een zwaar gestoord kind je als een troost trefzeker ore- der woorden kon worden ge bracht: „Je weet niet wat er omgaat in je kind. Het kan zich niet uiten. Maar het zal van wat hier gebeurt meer weet.hebben dan je denkt." Het is dit geloof, dut bergen verzet. Wie daar z'n schouders voor ophaalt, kan beter thuis blijven. In totaal gaan er uit ons land dit jaar 22 bedevaarten naar Lourdes, vier meer dan vorig jaar: zeven per trein, vijftien met vliegtuigen. Drie instan ties organiseren: het comité Lourdesbedevaart van het NKV (drie treinreizen), de Limburgse Bedevaart (twee treinen) en de „nationale" ver eniging tot samenstelling van ^Nederlandse bedevaarten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 13