XD Als buitenland ons In de steek laat zijn we verkocht BRAZILIË (mali- WIT Kom over de Brug beslist mee over de toekomst van de kerk in Brazilië PATER ANDREI v. d. BERK: ZATERDAG 9 DECEMBER 1972 Volgende wordt de „Kom ov Brug" gehouden, een actie waarin de kerken van Neder- kom OVer de brug land samenwerken voor de kerken overzee. Een degenen, die op de lijst van 744 te steu nen projecten in bij na tachtig landen staan is pater An drei v.d.Berk, werk zaam in Belo Hori zonte, Brazilië. Onze verslaggever Jan Derlx heeft hem op gezocht en vertelt van zijn werk in bijgaande reportage, die een indringende illustratie is van hetgeen Kom over de. Brug beoogt. giro 7600 BELO HORIZONTE Pater Andrei v. d. Berk(47) is iemand met een scherpe, ana lytische geest. Hij is ook een van de weinige buitenlandse priesters, wier visie op de ont wikkelingsproblematiek van het Braziliaan se platteland door de overheid wordt er kend. „Er zijn mensen, die mij daarom be schuldigen van collaboratie, omdat ik steun zou verlenen aan een totalitair regiem", zegt hij in zijn kantoor in Belo Horizon- te. „Maar ik geloof, dat we niet anders kun nen. Ontwikkelingswerk moet worden inge past In de plannen van de staat, anders mislukt het. Wij moeten bereid zijn tot veel meer samenwerking, in onderling verband en met overheidsinstanties, in plaats van nog langer allerlei afzonderlijke projecten aan te pakken". Vijf jaar geleden zette deze Eindhovense franciscaan het „Centro de Informacao e Assessoria" (CIA) op, een advies- en infor matiebureau dat aanvankelijk de coördina tie op zich nam van alle ontwikkelingspro jecten van de OFM-missie in de staat Minas Gerais. Pater v. d. Berk: „De meeste priesters zijn onderontwikkeld op het gebied van ont wikkelingswerk. Hun visie is vaak te be perkt, zij kennen de weg niet naar de juis te buitenlandse hulporganisaties." Het CIA werkte tot dusver ruim dertig projecten uit, die een bedrag van twee miljoen gul den vertegenwoordigden. Dat was 'n prach tig resultaat, maar het experiment leverde tevens enkele essentiële conclusies op. Aansluiting zoeken Een daarvan luidde, dat men niet moest doorgaan met exclusief franciscaans ont wikkelingswerk (in Brazilië werken onge veer honderdvijftig Nederlandse OFM- krachten), maar dat er aansluiting gezocht moest worden met andere religieuze groe pen, met bisdombesturen en vooral over heidsinstanties. „Dat geeft een structureel voordeel, maar het is ook de enige manier om een eigen inbreng te hebben in het werk van de overheid", aldus Pater v. d. Berg. Die filosofie is realistisch. In februari kreeg het CIA de eerste concrete kans om ze in praktijk te brengen, toen de staat Mi- nas Gerais het bureau inschakelde bij de voorbereiding van een enorm ontwikkelings project voor de streek Vale de Jequitinhon- ha. Het gebied meet 78.000 vierkante kilometer (ruim tweemaal Nederland), er wonen 850.000 mensen, het is een van de meest achtergebleven uithoeken van Brazilië. Er is één priester op 50.000 mensen. „Dat zou veel te weinig zijn om de kerk een rol te kunnen laten spelen in de maatschap pelijke opbouw", constateert pater v. d. Berk. „Wanneer wij geen samenwerking hadden gezocht, zouden de ontwikkelingen over ons heenrollen. De kerk kan niet meer geïsoleerd optreden. Willen wij op het plat teland nog een boodschap hebben, dan moet ons werk worden ingepast in dat van de overheid." De opdracht aan het CIA, op basis van een officieel contract (voorlopig voor zes maan den, met een vergoeding van 8500 cruzeiros (5100 gulden) per maand, luidde: de men tale begeleiding verzorgen van de bevol king van Vale de Jequitinhonha in het ko mende ontwikkelingsproces. Daarvoor heeft het bureau inmiddels zesentwintig verschil lende organisaties in de drie bisdommen waarover het gebied zich uitstrekt, onder één noemer gekregen. In de Braziliaanse verhoudingen is dat al iets unieks. De overheid zorgt voor moder nisering van landbouw en veeteelt, de uit breiding van cultuurgrond, de oprichting van coöperaties, maar essentiële taken als alfabetisatie, vakonderwijs en gemeen schapsopbouw zijn toevertrouwd aan het CIA. Testcase Pater v. d. Berk: „U begrijpt, dat van dit experiment alles afhangt. Ook aan rege ringszijde zijn de verwachtingen hoog ge spannen. Wanneer wij onze diensten niet hadden aangeboden, zou de kerk hier bui ten spel hebben gestaan. Nu heeft ze een voet tussen de deur gekregen. Het project zal volgend jaar beginnen. Wat wij gaan doen op het gebied van ontwikkeling en be wustmaking. met overeenstemmen met de regeringsopzet. Anders kunnen we wel in pakken." De plannen voor Vale de Jequitinhonha zijn bedoeld om de dreigende leegloop van het platteland tegen te gaan. Ook de Brazi liaanse regering is erbij gebaat, dat de landbouw niet wordt lamgelegd en dat de industriecentra niet overspoeld worden door een vloedgolf van verpauperde mas sa's, die niet behoorlijk kunnen worden op gevangen Overal in het land zijn dergelijke projecten aan de gang. Uiteindelijk past ook de stich ting van de nieuwe hoofdstad Brasilia, mid den in het oerwoud, in dit stramien. Even als de dit jaar gedeeltelijk voltooide „Trans- amazonica"-weg en het „belastingvrij" maken van de stad Manaus. Maar erg geloofwaardig en duidelijk is het allemaal niet, want een werkelijke leef- baarmaking van het binnenland veronder stelt opheffing van het grootgrondbezit. In Brazilië is tachtig procent van de land bouwbevolking in loondienst. De regering weigert landbouwhervormingen door te voeren en stimuleert tegelijk heilloze ur banisatie langs de Oostkust (Rio, Sao Pau lo, Belo Horizonte, Recife enz.). Kennelijk, omdat men het snelste economisch heil verwacht van een opgepepte industriële ontwikkeling. En dat veronderstelt weer een omvangrijk proletariaat van goedkope arbeidskrachten. De landvlucht moet dus aanhouden. Pater v. d. Berk doet er niet graag een uitspraak over. Hij heeft bij de actie ,,Kom over de brug" een bedrag van 25.000 gul den gevraagd om twee jaar de salarissen van zijn personeel (o.a. twee sociologen) te kunnen betalen. Verder moet hij nog bui tenlandse organisaties vinden, die hem een subsidie van 738.000 gulden verschaffen om de eerste fase van het project „Vale de Je- quitinhohna" voor de zesentwintig binnen het CIA samenwerkende instanties moge lijk te maken. „Als ze ons in de steek laten, zijn we ver kocht", is zijn overtuiging. Het wordt dus een testcase. Een mislukking zal beteke nen, dat de Braziliaanse overheid de in breng van de kerk van zich afschuift met het excuus dat zij door het CIA te laten deelnemen haar goede wil getoond heeft. Bewustwording In een soortgelijke situatie zit de MEB (Movimento de Educacao de Base) in Rio de Janeiro eigenlijk al elf jaar. In 1961, toen de Braziliaanse regering nog niets deed aan de ontwikkeling van het binnen land, werd dit instituut voor basisontwikke ling opgericht door de nationale bisschop penconferentie (CNBB). De MEB bestrijkt nu ongeveer twee derde van Brazilië, van uit twintig regionale centra, en beschikt over vijftien zenders voor radio-onderwijs. Het bureau heeft 220 technisch, onderwijs kundig en sociologisch geschoolde „field- workers" in dienst, die de gemeenschaps opbouw in de afgelegen boerendorpjes van het Noordoosten begeleiden. „Onze bisschoppen hebben de wijsheid ge had, dit initiatief direct voor te leggen aan de Braziliaanse regering", vertelde mij zuster Mary-Paul Speyer, algemeen secre taresse van de MEB. „Volgens sommigen hebben wij ons aan het regiem verkocht, PATER ANDREI V. D. BERK bereid tot samenwerking maar ons systeem gaat verder dan dat van de regering. De regering beperkt zich tot alfabetisatie van het volk, wij werken aan een algemene bewustmaking, waarbij on derwijs slechts een middel is. De samen werking met de regering is redelijk goed." Het Braziliaanse ministerie van onderwijs is in het bestuur van de MEB vertegen woordigd. Het bureau in Rio de Janeiro ontvangt van de regering een vergoeding van vijftien cruzeiro's (negen gulden) per gealfabetiseerde mens. In 1971 was de tota le vergoeding crs. 87.000 (52.000 gulden), waaruit men de actieradius van deze radio- scholen kan afleiden. Maar aangezien de MEB-aktiviteiten in de sector samenle vingsopbouw (uiteraard) buiten deze finan ciering vallen, kampt het instituut voortdu rend met geldtekorten. Vorig jaar kreeg de MEB 40.000 dollar buitenlandse hulp. „Helaas is dat telkens een ongewisse zaak", aldus zuster Mary-Paul, die de keerzijde van de medaille heel duidelijk ziet: zodra de MEB financieel vastloopt, zal de regering dit strategisch belangrijke terrein onmiddellijk overnemen en niet meer afstaan. Uit de actie „Kom over de brug" hoopt men 19.000 gulden te krijgen. Op dit ogenblik kan het bureau aan de staf in het binnenland, mensen met middelbare of universitaire opleiding, die onder zeer zware omstandigheden hun werk doen, niet meer betalen dan crs 600, (360 gulden) bru to per maand. Mensen niet rijp Het was mij opgevallen, dat in het werk programma van de MEB onder meer cur sussen over syndicalisme en arbeidsrecht voorkomen, terwijl do regering sinds de laatste staatsgreep in 1968 de werkzaamhe den van de vakbonden verboden heeft en alle grondwettelijke vrijheden in het land heeft opgeschort. Het ligt verder voor de hand, dat bewustmaking van het volk zoals de MEB doet elk moment als een subver sieve zaak kan worden uitgelegd en van ho gerhand stopgezet. Tenslotte heeft men om soortgelijke rede nen stakingen verboden in dit land, waar vijfenzeventig procent beneden het be staansminimum leeft. En juist bp het plat teland is de maatschappelijke achterstand van de massa extra groot. Speelt de MEB hier dan geen gevaarlijk spel? „Men moet bedenken, dat het platteland een eigen wereld is", verklaart prof. dr. Jean Breeveld (36), geboren in Maastricht, die als adviseur aan de MEB verbonden is. „Als u aan oppositie denkt, dan zijn deze mensen daar beslist niet rijp voor. Wat wij onrecht zouden noemen, wordt daar nog als norm ervaren. Het ligt ook niet op onze weg om deze mensen verzet aan te praten. Wij willen slechts bereiken dat zij zichzelf een oordeel kunnen vormen en dan tot initiatie ven komen om hun leefomstandigheid te verbeteren in gemeenschapsverband. De kerk kan hier een heel eind met de rege ring optrekken, maar aan de andere kant moet de MEB zich altijd zelfstandig kun nen opstellen om geen verlengstuk van de overheidspolitiek te worden. Dat veronder stelt eigen financiële hulpbronnen." Dit is inzet van groot belang. Niet alleen, omdat het analfabetisme op het Braziliaan se platteland rond zeventig procent ligt en analfabeten in dit land geen stemrecht heb ben, waardoor de politieke invloed van de landbouwbevolking dus praktisch nihil is. Omdat alleen geletterden een vaste ar- be dsplaats kunnen krijgen, waardoor zij althans deel hebben aan bijvoorbeeld de INPS-volksverzekerirg (ziektekostenvergoe ding, pensioenrechten), is de positie van de grote massa sociaal-economisch rechteloos. Naar schatting zitten zestig miljoen Brazi lianen, driekwart van de totale bevolking, in deze vicieuze cirkel. Willoze slachtoffers van uitbuiting. Wereldbekendheid De regering zet alfabetisatieprogramma's op, maar daar blijft het bij. Bewustmaking is een andere zaak, die in Brazilië gevoeli ge en gevaarlijke kanten heeft. Er kan in dit systeem alleen iets ten goede van de massa veranderen, wanneer deze massa zich van de realiteit bewust is. Een instituut als de MEB legt daarvoor de basis. Sinds 1961 heeft men meer dan vier miljoen mensen bereikt, tot in het diepste binnenland. De top lag in 1964, toen vier honderdduizend mensen via zestig radio- scholen onderwijs en maatschappelijke vor ming ontvingen. Het werk van dit instituut, waartoe aarts bisschop Dom Tavora van Aracaju indertijd het moedig initiatief nam, kreeg in 1968 wereldbekendheid. In dat jaar werd aan de MEB de „Reza Pahlevi "-prijs van de Unesco toegekend, een erkenning, die snel vergeten is. In de komende jaren zullen het voortbe staan van de MEB, en de verdere ont plooiingskansen voor het CIA-bureau van Pater v. d. Berk in Belo Horizonte, beslis send zijn voor de vraag of de kerk zich BELO HORIZONTE: opgepepte industriële vooruitgang aan het ontwikkelingsfront in Brazilië zal kunnen handhaven. Dat noodzaakt tot ge wetensvolle samenwerking met een regiem, waarvan men tegelijk een aantal ideologi sche doelstellingen moet afwijzen. Een moeilijk dilemma. Volgens betrouwbare informaties heeft Bra zilië ongeveer vijftienduizend politieke ge vangenen, onder wie een aantal priesters, maar het moge intussen duidelijk zijn, dat de kerk het sociale engagement in dit land niet zal kunnen ontwijken, wil zij geloof waardig blijven. Het zal een andere kerk moeten zijn dan het triomfalistisch insti tuut, dat zich manifesteert in eerbiedwaar dige kardinalen en overdadige kathedralen. Aan de meerderheid van het Braziliaanse volk is dat nieuwe beeld vreemd en onge woon, zoals kan blijken uit het volgende persbericht, dat iets ontsluiert van het reli gieus primitivisme bij de onderontwikkelde Op 12 oktober bracht het dagblad ,,Estad& de Minas" het volgende artikeltje: „Een vreemde belofte kwam gisteren aan het licht in de basiliek van Sao Francisco das Chagas in Fortaleza, want als deze belofte zou zijn ingelost, zou de betrokkene daarbij het leven hebben verloren. De visser Ma- noel Bruno had namelijk plechtig beloofd, dat hij van de toren van de basiliek zou springen, indien hij van een verlamming genezen zou worden. Hij verkreeg zijn ge nezing en was oP weg naar de top van kerk, toen hij werd ontdekt door de pas toor. Manoel Bruno verklaarde, dat hij driemaal omlaag zou springen van de toren, die vijf tien meter hoog was. De priester wist hem echter te overreden, zijn belofte om te zet ten in een biecht. Hij kreeg een penitentie van tien Onze Vaders, tien weesgegroeten, tien Salve Regina's en tienmaal de heilige kruisweg. Manoel Bruno verklaarde later tegen de pers, dat hij geen zelfmoordplai nen had gehad, maar dat hij zich aan zij belofte gehouden zou hebben, wanneer de pastoor hem niet gezien had." In meerdere opzichten is Brazilië een ont wikkelingsland. JAN DERIX ZUSTER MARY-PAUL ongewisse zaak

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 14