.ZOLANG MEN MIJ IN DIE SCHOENEN LAAT WROETEN, BEN IK EEN GELUKKIG MENS' 32 Jan Smit bedient ieder een op maat ZATERDAG 2 DECEMBER 1972 LEIDSE COURANT AMSTERDAM Zich voorzichtig een weg banend gaat Jan Smit voor op de uitgesleten treden van een smal houten trappetje naar de werkplaats. Een kamertje van twee bij vier meter, van de grond tot aan het pla fond volgepropt met allerlei soorten gereedschap en materialen. Er staan twee naaimachines, aan een wand hangen honderden houten leesten, in een groot houten rek tientallen schoenen. Aan een spijker hangen enkele grote vellen leer. Het blad van de werktafel, op gesteld in het midden van de kamer, precies voor het raam, is niet meer te zien. De hele tafel is bezaaid met leertangen, doosjes met spijkertjes, potten met lijm en sportschoenen. Het lijkt een chaotisch geheel, op het eerste gezicht. Jan Smit gaat op rijn stalen krukje zitten. Een rustige man wiens leeftijd moeilijk valt te schatten. Tot twee jaar geleden was hij eige naar van een van de bekend ste sportzaken in Amster dam. Van beroep: „schoenmaker" zegt hij. Jan Smit is schoen maker, maar niet een gewo ne. Als enige in Nederland maakt hij sportschoenen op maat, waarmee hij in de loop der jaren wereldfaam heeft verworven. Wereldbe roemde sportsterren lieten hun schoenen in het achter kamertje op de Amsterdam se Elandsgracht maken, on der hen Abebe Bikila. de marathonloper en de Russi sche doelman-Yashin. Maar ook bekende Nederlanders als Johan Cruijff, Heinz Stuy, Barry Hulshoff, Hilda Slaman, Willy Clement von den de weg naar Jan Smit. Toch heeft hij het de laatste jaren veel minder druk ge kregen. In de eerste plaats omdat hij het bewust wat kalmer aan is gaan doen, maar ook omdat de schoe- nenproduktie zo is geperfec tioneerd, dat de behoefte aan maatschoenen steeds kleiner is geworden. „Vroeger maakte een fabrikant mis schien twee of drie modellen, zelden meer. Nu zijn getal len van veertig, om maar Iets te noemen, meer regel dan uitzondering. De keus is zo groot geworden, dat het maar zelden voorkomt, dat Iemand niet slaagt". Brodeloos Jan Smit treurt niet om deze ontwikkeling, die hem in fei te „brodeloos" maakt. Hij houdt teveel van zijn vak om er rouwig om te zijn, dat een goede schoen nu voor ieder een te koop is. „Als iemand helemaal niet slaagt, kan hij nog altijd bij mij terecht", zegt hij. Het schoenmakersvak ls Jan Smit met de paplepel ingego ten. „Mijn vader had een schoenmakerij en het was toen vanzelfsprekend dat ik hem zou opvolgen. Spelen derwijs leerde ik al een hele boel. Op een gegeven ogen blik ben ik bij mijn vader weggegaan en heb ik al mijn vakdiploma's gehaald". Jan Smit vertelt het simpel weg. De jarenlange studie vermeldt hij eenvoudig niet. „Het was vroeger wel een stuk zwaarder. Wij mochten geen gebruik maken van ma chines, alles moest met de hand worden gedaan. Wat ik vroeger geleerd heb, komt nu niet eens meer op het les programma voor. Alles gaat machinaal". Met zijn diploma's op zak ging Jan Smit naar Amsterdam waar hij in het oorlogsjaar 1940 een sportzaak begon met als specialiteit: schoe nen. „Ik wist niets van sport af. Het was een gok. maar dat pakte gelukkig goed uit. Naar sportschoenen was in die tijd trouwens zeer weinig vraag, het was een luxe-arti kel". Jan Smit grijpt in een stapel schoenen: „Kijk, dit waren schoenen uit die tijd. Leren noppen, onbuigzaam en een keiharde neus. Het enige dat je er goed mee kon doen was punteren. Voor de rest deug den ze nergens voor." Experiment De talloze klachten die Jan Smit over de in de handel zijnde schoenen kreeg, was voor hem aanleiding om te gaan experimenteren. „Het was de bedoeling een combinatie te vinden tussen een gymnastiekschoentje en de oude voetbalschoen. Ener zijds soepel, anderzijds een harde neus om goed te kun nen schoppen". Jan Smit slaagde. De tijd van de har de sportschoen („die kocht je voor vijf jaar. Het was de gebeurten:s van de dag als wij zo'n k f 3,95 verkoch ten") was definitief voorbij. Jan Smit maakte al spoedig naam als expert. De „schoe nendokter" werd hij wel eens spottend genoemd. „Soms was ik inderdaad een dokter. Mensen die al jaren met rugpijn hadden gelopen, kon ik helpen door ze de juiste schoen te geven. Ze hadden er nooit aan gedacht dat hun schoenen de oorzaak van de klachten waren. Maar de meeste mensen we ten niet wat ze kopen. Als jongetjes Wim van Hanegem op de televisie hoge schoe nen zien dragen willen zij die ook hebben, terwijl het in feite erg slecht is". „Een hoge schoen geeft steun aan de spierbundels boven de enkels. Als men nu een schoen draagt die steun geeft, terwijl dit helemaal niet nodig is, heeft dit tot ge- volgt dat deze spierbundels in de loop der jaren langzaam maar zeker zullen verzwak ken". Jan Smit weet dat allemaal. Hij is er niet trots op, hij vindt het normaal. „Ik heb het Rijksdiploma voor schoenmaker gehaald. Het was vroeger noodzakelijk veel van orthopedie af te we ten. Nu is dat allemaal veel minder nodig". Toch wordt de kennis van Jan Smit door velen op de juiste waarde geschat. „De mensen weten dat ik de tijd neem om iemand een paar schoe nen te verkopen. Het is wel gebeurd dat de winkel vol stond en ik de mensen heb gevraagd om maar 's avonds Jan Smit aan het werk. Een op maat gesneden stu k leer wordt over de leest geschoven. Het begin van een nieuw e schoen terug te komen. Dan opende ik de zaak wel weer. In het verleden keek ik ook niet al te vreemd op als er een bus met buitenlanders voor de deur stopte. Of ik dan maar even zoveel paar schoenen wilde meegeven". Buitenland Gegrepen door de herinnering vertelt Jan Smit steeds en thousiaster. „Zelfs als mijn klanten naar het buitenland vertrekken, willen ze dik wijls dat ik hun schoenen maak", zegt hij niet zonder trots. „Neem Ko Prins. Toen hij in Amerika speelde, kreeg ik regelmatig het verzoek een paar schoenen op te sturen". Jan Smit beent met korte, driftige stapjes naar het hou ten rek. „Hier heb ik de voet van Kootje". De omtrek van zijn voet om een stuk blauw karton. „Als iemand maat schoenen wil hebben, moet je in de eerste plaats de voet goed uittekenen. Daarna moet je de juiste leest wor den gezocht of desnoods ge maakt. Heb je eenmaal de goede leest, dan kun je tot in het oneindige de goede schoenen voor iemand ma ken. De keuze van het soort leer is eveneens belangrijk. Je moet weten voor welk soort sport de schoen be stemd is. Een voetbalschoen moet aan andere eisen vol doen dan een atletiek- schoen". „In theorie is het mogelijk om 's morgens te beginnen en 's avonds het werk af te leve ren. Praktisch is dit echter onmogelijk. Bij het maken van een schoen gebruik je verschillende lijmsoorten en die moeten drogen. Werk. materiaal en tijd deden in mijn tijd de prijs van een paar schoenen oplopen tot 125 k 160 gulden". Hiervoor schaft de sportman of vrouw zich wel het be langrijkste onderdeel van zijn uitrusting aan. Jan Smit: „Ik heb het al eens gezegd, maar de mensen realiseren zich niet hoe be langrijk het schoeisel is. Goede schoenen kunnen ook zeker bijdragen tot een bete re prestatie, hoewel het na tuurlijk niet zo is dat ie mand, die helemaal geen aanleg heeft voor een be paalde tak van sport, een uitblinker wordt als hij de beste schoenen draagt. Een schoen kan meewerken maar is geen beslissende factor". Voor Jan Smit is een schoen iets. Daarom kan hij zich verschrikkelijk kwaad ma ken om sportlieden die hun schoenen nooit verzorgen. „Al die mensen, die na een wedstrijd hun vochtige schoenen in een plastic zak gooien tot de volgende week zijn regelrechte vandalen. Zij vermoorden hun schoe nen". Folder Dat was voor Jan Smit aanlei ding om In de pen te klim men en een folder samen te stellen met de „tien geboden voor een goede schoenverzor- ging". van Adidas om in Duitsland te komen meewerken aan de ontwikkeling van de sport schoen. „Ik heb dat aanbod toen be wust niet aangenomen. Ik voelde er niet voor om de hele dag op een kamertje te zitten. Ik zou het contact met de mensen teveel mis sen. Al is het niet meer zo druk als vroeger, het prutsen aan schoenen kan ik toch niet laten. Nu ben ik weer bezig een speciaal binnen- zooltje te maken voor ie mand die last heeft van de bal van zijn voet." Ondanks al zijn kunde en erva ring zijn er toch situaties waarin zelfs Jan Smit mach teloos staat. „De enige atle ten die Ik werkelijk geen goed advies zou kunnen ge ven zijn marathonlopers. Zij verzorgen hun voeten al per fect, terwijl je ze over sok ken ook niets hoeft te vertel len. Wat voor soort schoen zou ik hen moeten aanra den? Zij lopen achter elkaar immers op allerlei soorten terrein. Asfalt, sintelbaan, gras, steen, zand. Voor elke terreinsoort zou je eigenlijk een aparte schoen moeten hebben, maar dat is nu een maal onmogelijk". Als Jan Smit eenmaal zal be sluiten definitief met zijn werk te stoppen, zal op het zelfde moment en uniek be roep verdwenen zijn. „Als ik ermee zou ophouden, is er niemand die het overneemt. Het werk dat ik doe leert men tegenwoordig niet meer en dat is verschrikkelijk jammer. De mentaliteit van de mensen is ook veranderd. Waar vind je nog jongelui die zoveel liefde voor een vak kunnen opbrengen. Dat is in wezen het hele geheim: liefde voor je vak. Ik zou dolgraag, om het maar eens mooi te zeggen, aan een jon ger iemand les willen geven. Dan weet ik zeker dat ook In de toekomst zelfs de mensen met de moeilijkste voet ge holpen kunnen worden. Er kunnen zich immers situaties voordoen waarin zelfs de beste fabriek te kort schiet". „Smitje" gaat naar beneden, naur de winkel waar iemand advies nodig heeft bij de aankoop van een paar schoe nen. Als hij terugkomt zegt hij: „Soms wens ik dat het even druk zou zijn als vroe ger. Ik zou er zo weer in wil len springen en bergen werk verzetten. Maar dan zouden ze me In mijn gezin weer heel de dag niet zien". Zuch tend besluit hij: „Maar toch, zolang Ik in die schoenen kan wroeten, ben Ik een ge lukkig mens". PAUL HOVIUS. Jan Smit (rechts) samen met compagnon Hennie Cruijff in de winkel. Aan schoenen geen gebrek „Ik vond dat ik wat moest doen om de mensen beter voor te lichten. Aan het ver waarlozen van sportschoenen moet paai en perk gesteld worden. Dikwijls gebeurde het dat atleten met gewone fabrieksschoenen vrijdags vor een belangrijke wed strijd naar me toe kwamen en vroegen „hé, Smitje, wil je ze nog eens nakijken. Een dag later kwamen ze de schoenen dan weer ophalen. Dan had ik ze helemaal ver zorgd: in de was zetten, nieuw stukje leer. Dat deed ik tussendoor, gratis Het was fijn dat ze hun schoenen aan mij toevertrouwden. Jan Smit is „schoenengek", zoals hij het zelf geksche rend noemt, maar weinig za ken ïan. et komt v el eens voor dat ik een klant krijg die negen tientjes voor een paar fabrieksschoenen wil neerleggen. Dat heeft hij zich in zijn hoofd gezet, al leen de duurste schoenen zijn goed genoeg voor hem. Als ik hem dan vertel dat hij met een goedkoper paar wel eens veel beter uit kan zijn. kijkt hij je stomverbaasd aan. Vaak heb ik dan nog de grootste moeite om hem met die goedkopere, maar voor zijn voeten betere, schoenen de deur uit te laten gaan. Als iemand de winkel binnen komt, kan ik aan zijn loop al vaak zien welke schoenen hij moet hebben. Dan hoeven ze mij niets meer te zeggen. Wel heb ik altijd graag dat men bij de aankoop van een nieuw paar zijn oude schoe nen meeneemt. Van de wijze waarop de oude schoenen zijn afgesleten valt enorm veel te leren". Aan de huidige sportschoen valt volgens expert Jan Smit niet veel meer te verbeteren. „Voor de toekomst zie ik dan ook als meest logische ontwikkeling dat de sport mensen verscheidene paren schoenen zullen hebben. Het streven naar het allerbeste zal minder worden, omdat alle schoenen van perfecte kwaliteit zijn. Maar drie of vier paar per sportbeoefe- De naar zal straks meer regel dan uitzondering zijn. Een paar voor training, waar voor specifieke eisen gelden, een paar wedstrijdschoenen. Schoenen moeten voldoende rust krijgen, des te langer gaan ze mee". an „Ome Jan" of „Smitje" is over de hele we reld bekend. Natuurlijk ook bij dé twee Westduitsc fabri kanten, Adidas en Puma. „Vroeger kwam ik daar vaak. Ik was er kind in huis. Dik wijls vroeg men mij naar mijn mening over een nieuw model. Van beide fabrikan ten zag ik regelmatig maan den van tevoren de collectie voor het komende seizoen. Ik mocht in vertrekken komen, w r maar weinigen toegang hadden. Je kunt wel na aan wat voor een vertrouwenspo sitie ik innam". Aanbod Toen Jan Smit twee jaar gele den bekend maakte het wat kalmer aan te gaan doen, was er al spoedig het aanbod Ko Prins speelt met de schoenen van Jan Smit de bal

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 11